15
Heleen liep langs het bureau van Matthijs Lievens. Ze griste de enveloppe uit zijn vakje voor uitgaande post.
‘Regel ik voor je. Ik moet toch die kant op.’
Vanachter zijn beeldscherm schonk Lievens haar een warme glimlach.
‘Je bent een engel.’
‘Weet ik,’ antwoordde ze en liep door. Even later maakte ze een tussenstop bij Marianne, een collega die de in- en uitgaande post regelde. Daarna wandelde ze op haar gemakje naar de koffieautomaat en nam een cappuccino. Met haar vingers om de rand van het bekertje, stapte ze de kantine binnen. Zoals ze al verwachtte, was ze de enige die even een pauze nam. De volgende btw - aangifte naderde, waardoor het personeel met handenvol werk zat opgescheept. Tijd voor uitgebreide pauzes was er nauwelijks. Men at tussen het werk door en af en toe haastte iemand zich naar de kantine voor een snel kopje koffie of enkele minuten van afzondering. In de maand juni werd hier keihard gewerkt.
Heleen nam plaats op een plastic klapstoeltje dat naast een langwerpige tafel stond. Ze dronk van de koffie en realiseerde zich dat ze het met haar werk goed had getroffen. Ze had een eigen bureau en vaste werktijden, maar behoorde niet tot een bepaalde afdeling. Haar functie als vliegende keep beviel haar prima en in de moeilijke maanden na Franks vermissing hadden haar collega’s regelmatig hun gezicht laten zien of gebeld. Zelfs toen bleek dat het op zijn minst een langdurige kwestie zou worden voordat ze weer aan het werk ging, of zelfs helemaal niet meer terug zou komen, bleef de onderlinge band in stand. Nu ze weer een aantal weken terug was op kantoor, drong het pas goed tot haar door hoe bijzonder haar collega’s waren. Ze hadden zich echt ingespannen om haar altijd het gevoel te geven er nog steeds bij te horen.
Na haar korte verblijf in Nice had ze geprobeerd om het thuis voor eens en altijd op een rijtje te zetten. In Nice leek haar beslissing om er een streep onder te zetten en haar leven weer op te pakken de enige juiste. Terug in Nederland lag het ineens genuanceerder. De tweestrijd tussen het laten rusten van het verleden en juist openheid van zaken te krijgen, hielden haar dagenlang bezig. Het was moeilijk om zomaar haar werk op te pakken en te doen alsof ze echt alles achter zich had gelaten. Slechts de aanwezigheid van Alex zorgde voor afleiding. Peter Redderswaal had voor de grote ommekeer gezorgd.
Hij had haar nogmaals opgezocht naar aanleiding van de uitbetaling door de Franse verzekeringsmaatschappij aan Vincent Gautier. Deze keer was hij minder gespannen geweest, wat weer een positieve invloed op haar had. Hij vertelde haar zonder omwegen dat het bedrijf in navolging van de Fransen, Franks levensverzekering aan haar ging uitkeren. Het aanzienlijke bedrag zou binnen twee weken op haar rekening staan. In plaats van de verwachte opluchting, bleef ze hem met een lege blik aankijken. Hij begreep dat ze moest praten en bleef zitten.
Hij stelde enkele onschuldige vragen waarop ze oppervlakkig antwoordde. Terwijl ze op de automatische piloot sprak, kwam het besef boven dat de man tegenover haar eigenlijk de enige was die van de hoed en de rand wist. Hij had haar verteld over Franks verhouding met de Fransman, een geheim dat ze tot op de dag met niemand anders had gedeeld. Toen dit goed en wel tot haar doordrong, besloot ze open kaart te spelen.
Ze vertelde hem over het nutteloze, lege gevoel dat ze constant met zich meedroeg. Het was een opeenvolging van ademhalen, eten en drinken. Geluk stond ze zichzelf gewoonweg niet toe, als ze nog wist hoe dat voelde. Alsof ze boete deed voor datgene wat haar was overkomen.
Ook vertelde ze over haar trip naar Nice. Hoe kansloos het was geweest. Van haar voornemen om het achter haar te laten en min of meer opnieuw te beginnen was ten slotte niets terecht gekomen. Ze bevond zich nog steeds in een isolement. De kracht om stappen te ondernemen ontbrak. Peter onderbrak haar niet. Hij luisterde alleen maar.
Toen zij was uitgesproken liet hij eerst een stilte vallen. Daarna had hij haar vragen gesteld en haar moed ingesproken die ze zichzelf niet had kunnen geven. Ze zag het veel minder somber in toen hij haar vertelde hoe haar werk voor regelmaat, rust en afleiding kon zorgen. Ze wist het wel, had het vaak tegen zichzelf gezegd, maar ook steeds de beren op de weg gezien. Een uitvlucht gezocht. Zoals hij het haar voorstelde, bleek dit allemaal niet nodig.
Heleen dronk haar cappuccino op. In stilte bedankte ze Peter. Het was zo anders, zo bevrijdend geweest om te kunnen praten over haar echte problemen zonder dat ze op haar woorden hoefde te letten.
Toen hij afscheid had genomen, had ze geweten dat ze ditmaal zou doorzetten.
Ze begon weer vijf dagen van negen tot twee te werken. De eerste dagen waren wat onwennig, maar daarna voelde het als vanouds. Ze genoot van haar werk, deed ’s middags de noodzakelijke dingen in huis en ontving Alex met nog meer plezier.
Ze sliep stukken beter, soms bleven zelfs de nachtmerries weg. Dan werd ze bijna uitgerust wakker; een onwerkelijk gevoel. Ook ging ze weer met haar collega’s een avondje uit. De bioscoop, het theater of de kroeg in.
‘Hoi, Heleen. Was je toe aan een cafeïneshot?’ Esther Fijten trok een stoel bij en plofte neer.
‘Zo te zien kan jij ook wel wat gebruiken.’ Heleen stond op, gooide haar lege bekertje in de prullenbak en liep naar de automaat. ‘Ik trakteer.’
Esther lachte. De koffie was gratis. ‘Melk en suiker, alsjeblieft. Eigenlijk ben jij veel te goed voor deze wereld.’
Heleen grijnsde en zette het volle bekertje voor haar neer.
‘En? Hoeveel sms’jes heb je vandaag ontvangen? Meer of minder dan vijftig?’
Met haar knappe gezicht, lange blonde haren en vrouwelijke vormen was de vrijgezelle Esther Fijten buitengewoon aantrekkelijk. Het gebeurde regelmatig dat mannen haar bombardeerden met verzoekjes voor een date.
‘Een stuk of tien,’ antwoordde Esther. ‘Eentje was echt de moeite waard.’
Heleen keek haar aan. Op kantoor was het bekend dat Esther deze romantisch getinte berichten direct in de digitale prullenbak dumpte.
‘Van mijn broer Niels,’ verduidelijkte ze. ‘Hij is sinds kort een eigen bedrijf begonnen en heeft vanmorgen een vet contract binnengesleept.’
‘Wat goed, zeg,’ reageerde Heleen spontaan. ‘In welke branche zit hij?’
Esther haalde haar schouders op.
‘Hij is een computerexpert, gespecialiseerd in beveiliging. Vraag me niet wat hij precies doet, want dat is mij nog steeds niet duidelijk. Het komt erop neer dat hij bedrijven wijst op de lekken in hun systemen. Om hen te overtuigen van zijn gelijk breekt hij soms in, waardoor de gebreken worden blootgelegd.’
Ze giechelde. ‘Hij breekt echt overal doorheen. Als hij z’n best doet heeft hij binnen een paar minuten de geheime nummers van Brad Pitt en George Clooney.’
‘Ik hou me aanbevolen.’
Esther wuifde het lachend weg en schakelde meteen over op een ander onderwerp.
‘Even over vanavond. Niet vergeten dat we om negen uur in de kroeg hebben afgesproken, oké?’
Ze dronk haar koffie op en kwam overeind. ‘Zo, de plicht roept weer. Joepie.’
Heleen stond ook op. Gezien de stapels werk die op haar lagen te wachten, had deze pauze te lang geduurd.
‘Natuurlijk vergeet ik dat niet. Hoezo? Is er iets bijzonders gepland, of zo?’
‘Nee hoor, gewoon een gezellig avondje uit met de vaste groep.’