11
Na die dag in het park had ik mijn vader niet meer gebeld. Het was mijn gewoonte geweest hem minstens één keer per week te bellen, maar ik voelde me zo gekwetst dat ik niet meer de moeite nam.
Toen ging op een dag de telefoon op mijn kantoor en het was mijn vader. Ik gaf bijna een gil.
‘Wat is er?’ vroeg ik. ‘Is ze zwanger?’
‘Wat? Wie? Colette? Nee.’
‘Waarom bel je dan?’
‘Ik heb al een tijdlang niets van je gehoord. Bestaat er een wet dat ik mijn eigen dochter niet mag bellen?’
‘Papa, dit is de eerste keer dat jij mij hebt gebeld sinds je bent weggegaan, en dat is bijna vijf maanden geleden.’
‘Kom nou, Gemma, niet overdrijven.’
‘Dat doe ik niet. Het is zo. Je hebt me niet één keer gebeld.’
‘Ik bel je nu. Hoe gaat het met je?’
‘Goed.’
‘En met je moeder?’
‘Goed. Ik moet ophangen, ik heb het druk.’
‘Heus?’ Hij was verbaasd dat ik hem niet door de telefoon om zijn hals vloog, maar ik was niet in de stemming om het hem gemakkelijk te maken. Bovendien had ik het druk, ik had een afspraak met Owen.
‘Wat denk je dat er gaat gebeuren?’
Owen en ik lagen in zijn bed in een rozige post-seksroes.
‘Je boek wordt gepubliceerd,’ zei Owen. ‘Je wordt beroemd en Lily “Ieder-voor-zich”-Wrights uitgevers zullen je dolgraag in hun stal willen hebben, maar jij weigert tenzij ze Lily het bos insturen.’
‘En Anton zal Lily in de steek laten en bij mij terugkomen en ik zal zoete wraak nemen! Sorry, ik wilde je niet beledigen.’ Ik gaf een por tegen zijn schouder om de klap te verzachten. ‘Want dan ben jij al met Lorna getrouwd en zijn we allemaal vrienden. We huren een gîte in de Dordogne en gaan in de zomer met z’n allen op vakantie.’
‘En ik zal altijd dol op je zijn.’
‘Precies. En ik op jou.’
‘Hoe krijg ik Lorna terug?’
‘Hoe denk je?’
‘Ze zal ons samen zien en zich realiseren wat ze heeft laten schieten.’
‘Goed zo! Je leert snel, kleintje.’
‘Dank je, sprinkhaan.’
Ik keek op zijn wekker. ‘Het is tien over elf, ik heb nog een paar uur voor ik thuis moet zijn, laten we wat gaan drinken.’
‘Ik heb eens nagedacht,’ zei hij.
Ik streek met mijn hand over mijn voorhoofd. ‘O, niet doen.’
‘Waarom zou ik je moeder niet eens leren kennen? Ik zou jullie zondag allebei kunnen uitnodigen voor de lunch. Als ik een goede verstandhouding met haar krijg, zul je misschien meer tijd met me mogen doorbrengen.’
‘O nee! Elke keer als ik zou zeggen dat ik laat moest werken, zou ze weten dat ik met jou lag te vrijen.’
Later in Renards, toen we snel een paar drankjes hadden gedronken, zei Owen: ‘Word ik ook op dat gothic barbiefeest uitgenodigd?’
‘Nee.’
‘Wat? Schaam je je voor me?’
‘Ja,’ zei ik, al was het niet waar. Ik wist alleen niet wat me soms bezielde als ik bij hem was. Hij kon niet komen omdat het werk was; ik was geen gast op Lesleys feest, ik was een slavin.
Ik schoof mijn stoel achteruit zodat hij naar buiten kon. ‘Voor uit, ga maar.’
Hij ging en ik dronk mijn wijn toen ik in de menigte een man zag aan de bar, die me recht aankeek, met een warme glimlach. Hij had de juiste leeftijd en zag er aantrekkelijk uit. Het was zo nieuw voor me dat ik hardop begon te lachen: Ik werd opgepikt. In een Ierse nachtclub!
En hij kwam naar me toe.
Maar ik kende hem. Ik kon hem alleen niet thuisbrengen. Hij| kwam me frustrerend bekend voor… o, natuurlijk, het was Johnny de Apotheker. Ik kreeg een vreemd warm gevoel in mijn maag, maar dat kon van de wijn komen.
‘Wie past er op de winkel?’ vroeg ik.
‘Wie past er op je moeder?’ We proestten het uit van empathische pret. Hij knikte naar mijn glas wijn en zei: ‘Gemma, ik zou graag een drankje voor je bestellen, maar hoor je wel te drinken met die medicijnen die je slikt?’
‘Die zijn niet voor mij. Die zijn voor mijn moeder.’ Ik was geschokter dan ik wilde toegeven.
‘Ik weet het.’ Hij knipoogde.
‘Ik weet dat je het weet.’ Ik knipoogde terug.
‘Sorry.’ Owen kwam teruggestormd, stootte tegen Johnny’s elleboog, zodat zijn bier over de rand van zijn glas klotste.
‘Ik laat jullie alleen.’ Johnny wierp me een je-jonge-vriend-is-pissig-blik toe en liep terug naar zijn vrienden. ‘Leuk je gezien te hebben, Gemma.’
‘Wie is dat verdomme?’ vroeg Owen kwaad.
‘O, gewoon iemand die ik erg leuk vind.’ Hé, wat was dat nou? Dat had ik niet hoeven zeggen – zelfs niet als het waar was.
En dat zou het best eens kunnen zijn.
Owen keek me mismoedig aan. ‘Gemma, ik ben erg dol op je, maar je geeft me meer problemen dan je waard bent.’
‘Ik problemen? Dronken,’ telde ik af op mijn vingers. ‘Onvolwassen. Onredelijk. Normaal ben ik niet zo.’
Ik zweeg en de tranen sprongen plotseling in mijn ogen. ‘Ik weet het niet, Owen. Ben ik bezig gek te worden? Het bevalt me niet zoals ik word als ik bij jou ben.’
‘Mij ook niet.’
‘Lazer op.’
‘Lazer zelf op.’ Met een vreemde tederheid legde hij zijn handen om mijn gezicht. Hij zoende me op mijn mond en kuste toen mijn tranen weg.