36
Tussen de grepen van de pincet zat een stuk papier geklemd.
‘Wat hebben we hier?’
Wolters liep naar het hoofdeinde van de tafel waar de lichtbak stond. Hij knipte het licht aan en legde het papier voorzichtig op de glazen plaat.
Het was ongeveer tien centimeter breed en vijftien centimeter lang. De randen waren op sommige plaatsen aangetast en de letters waren zo sterk verkleurd dat ze nog maar net te lezen waren.
‘Wat moet dat voorstellen?’ zei Alec en hij keek met een frons naar de kapitalen die in een ouderwets handschrift op het velletje stonden.
‘Ik heb geen idee,’ zei Wolters.
Hij pakte de pincet en schoof ermee tegen het papier zodat het in het midden van de glasplaat kwam te liggen. ‘Zo op het eerste gezicht ziet het er oud uit, misschien even oud als het boek. Hm, wat moeten we hier nu van denken?’
Ze staarden naar de letters.
AULZ VOWX PTXJ DYDK WOHH SMXD
BMDT TCAN DDDO KYPV TNDY WQCG WLLO TLBD V
OYCJ DRZY YHPL SCUJ AICP PV
BHOQ IZBY WMCH NCDD PNSC WDTR
MIEH TTHN WMKE GQZZ STZY HMZT WYDM BPXL LCVU LNFA
‘Bedankt Frank,’ zei Alec. ‘Een gecodeerde tekst. Dat kan er nog wel bij.’
‘Ja, maar wát voor code?’ Damian keek naar Wolters die langzaam zijn hoofd schudde.
‘Ik zou het niet weten, dit ligt niet binnen mijn expertise. Ik heb wel eerder oude codes onder ogen gehad, maar ik heb er totaal geen verstand van. Dit lijkt me typisch een werkje voor onze expert op het gebied van oude teksten en handschriften. Eerst zal ik de authenticiteit ervan vaststellen. Daarna kan zij ermee aan de slag. Ik hoop dat ze het voor ons kan ontleden. Vinden jullie het goed dat ik dit aan haar geef, dan neem ik contact met jullie op zodra wij eruit zijn.’
‘Lukt dat vandaag nog, denkt u?’ vroeg Alec.
‘Ik ga het proberen. Het hangt ervan af of ze tijd heeft, en natuurlijk of ze er snel achter kan komen welke codering is toegepast. Dat is nog maar de vraag.’