Niet dat hij een lekker ding is of zo
Ik moet mijn tante nog wel zien over te halen, dacht Jade, terwijl ze onderweg naar huis met het stukje papier speelde, waarop Kyles telefoonnummer stond. Maar goed, als Andrea Scott zo graag wilde hebben, mocht zij proberen om haar tante zover te krijgen. Ze is er beter in dan ik.
„Kop dicht, oké?"
Jades mijmeringen werden onderbroken door een paniekerige kreet vanaf de overkant van de straat. Als de straatlantaarn er niet op had geschenen, zou ze het meisje dat daar in elkaar gedoken in het bushokje stond, niet herkend hebben.
„Hé, Brooke!" riep ze.
Ze stond er met drie andere meisjes en Jade wist vrijwel zeker dat ten minste een van hen ook bij het groepje zat dat Brooke gisteren had getreiterd.
„Brooke! Hier!"
„Hou gewoon je kop en laat me met rust!" hoorde ze Brooke tegen de meiden schreeuwen.
De langste maakte een grof gebaar en stak haar tong uit. „Lazer toch op!" riep ze, toen Brooke ineens de straat over rende. „En vergeet niet wat ik heb gezegd, watje!"
„Alles goed?" vroeg Jade toen Brooke naast haar kwam lopen. „Je moet bij die meiden uit de buurt blijven als ze je op zo'n manier behandelen."
Brooke haalde haar schouders op. „Ze hangen wat rond en wachten me op," gaf ze toe. „Elke dag." Ze keek Jade met haar grote, grijze ogen aan. „Het is vreselijk."
„Heb je het aan iemand verteld?" vroeg Jade aan haar. „Aan je ouders bijvoorbeeld?"
Brooke versnelde haar pas. „Wat is er met hen?" reageerde ze kortaf. „Ik kan wel voor mezelf opkomen."
Jade had medelijden met haar. Ze leek ineens geen veertien, maar eerder een hele bange elfjarige.
„Hoor eens," stelde Jade voor, „waarom zeg je het niet tegen mevrouw Partridge? Ze vroeg vandaag nog naar jou. Ze zei dat je niet op school was gekomen en..."
„Wat heb je gezegd?" beet Brooke haar toe.
„Maak je geen zorgen," stelde Jade haar gerust. „Ik zei dat je een hevige neusbloeding had gehad en er beroerd uitzag."
Brooke nam haar argwanend op. „Heb je een smoes voor me verzonnen? Hartstikke bedankt!" Ze klonk oprecht verbaasd.
„Maar je zult je gezicht morgen weer moeten laten zien," zei Jade. „Ze is op oorlogspad."
„Da's niks nieuws," mompelde Brooke. „Ze heeft de pest aan mij."
„Doe niet zo raar," lachte Jade. „Ze is best oké. Ze komt misschien streng over, maar ze is altijd rechtvaardig."
„Wat weet jij daarvan?" wilde Brooke weten. „Hoge cijfers voor alle vakken en nooit een misstap begaan..."
„Ik ben ooit weggelopen," vertelde Jade, „en toen was Vogeltje heel sympathiek."
„Echt waar?" Brooke leek onder de indruk. „Waarom? Wanneer?"
Jade wenste dat ze niets had gezegd. Ze deed haar best om het verleden te vergeten en verder te gaan met haar leven. „O, dat was na het overlijden van mijn ouders... Maar goed, je moet het haar vertellen van die vervelende meiden, oké?" drong ze aan en ze ging langzamer lopen omdat ze bijna bij haar huis waren.
„Zij kan er niks aan doen," wist Brooke. „Die meiden zitten niet op West Green, dus het zijn haar zaken niet." Ze huiverde en trok haar dunne spijkerjasje strakker om zich heen. „Maar ik red me wel. Hé, woon je hier?" Ze wees op nummer drieënvijftig.
Jade knikte. „En jij?"
„Daar," zei ze, over de daken van de huizen wijzend naar de wijk erachter. „Tot..." Ze zweeg abrupt.
„Tot wat?"
„Waarom stel je zo veel vragen?" snauwde Brooke. „Wat heb jij ermee te maken?"
„Niets." Jade zuchtte. „O, mag ik mijn vijf pond terug, alsjeblieft? Ik krijg pas volgende week zakgeld." „Moet je dat horen," reageerde Brooke vinnig. ,'Ik krijg pas volgende week zakgeld.' Had ik maar zo veel mazzel." Ze haalde haar neus op en sloeg haar blik neer. „Ik heb het geld niet," zei ze. „Mijn moeder wilde het niet geven. Toen ik erom vroeg, ging ze door het lint en..."
„O Brooke, het spijt me, laat maar zitten," ratelde Jade. „Heus, het geeft niet."
„Weet je het zeker?" Brooke keek haar bezorgd aan. „Ik bedoel, ik kan het over een paar dagen nog eens vragen."
„Nee," sprak Jade beslist. „Laat maar zitten. Ik zie je morgen, oké?" Er flitste ineens een gedachte door haar hoofd. „Als we nu eens afspreken op de hoek en samen naar school lopen?" bood ze aan. „Die meiden..."
„Cool!" Op het gezicht van Brooke verscheen een brede lach. „Dat zou ik tof vinden."
Jade zwaaide toen ze de sleutel in de voordeur stak. Ik word nog goed in het oplossen van andermans problemen, dacht ze. Nu moet ik alleen Scott nog uithoren over die conferentie, hem koppelen aan Andrea, en Brooke met mevrouw Partridge laten praten, dan kan ik daarna eens aan mezelf denken.