In de garderobe van West Green Upper
„Tansy, ik heb je overal lopen zoeken," riep Peggy uit. „Je zei dat je bij het hek zou wachten." Ze staarde haar vriendin, die op de radiator zat, strak aan. „Je raadt nooit wie me net heeft gebeld." Peggy sloeg opgewonden haar vuisten tegen elkaar.
„Zo te zien was het iemand van het mannelijk geslacht, iemand die je leuk vindt, iemand van wie je niet had verwacht dat je hem ooit nog zou zien. Het was Kyle zeker, of niet?"
„Ja!" Peggy stak haar arm triomfantelijk in de lucht en omhelsde Tansy.
„Cool. Wat wilde hij?" vroeg Tansy, die haar tas over haar schouder gooide.
„De verbinding was slecht." Peggy haalde haar mobieltje uit haar jaszak. „Maar hij zei wel dat hij al veel eerder had willen bellen. En iets over afspreken." Ze wipte ongeduldig van de ene op de andere voet. „Ik ga hem meteen bellen," fluisterde ze. „Kun jij even opletten of mevrouw Bainbridge eraan komt? Je weet hoe spastisch ze reageert als iemand op school belt."
Peggy tikte het nummer van het mobieltje van Kyle in.
„Het nummer dat u heeft gekozen, is onbekend. Controleer het nummer en probeer het..."
„Wat? Hoezo onbekend - hij heeft me vanaf dit nummer gebeld, stom wijf!"
Tansy gaf Peggy een por met haar elleboog. „Schiet nou op," drong ze aan. „De tweede bel is net gegaan en mevrouw Bainbridge kan ons elk moment betrappen."
Peggy negeerde haar en toetste het nummer opnieuw in. „Dat mens zei dat het een onbekend nummer was. En ze doet het verdorie weer! Luister, mens..."
„Peggy, het is een automatisch antwoord," zei Tansy geduldig. „Je hebt niemand aan de lijn. Hé, vlug..."
„Dat weet ik ook wel!" onderbrak Peggy haar. „Dit is echt niet te geloven."
„Wat is er zo moeilijk te geloven, Peggy Vine?" Mevrouw Bainbridge kwam achter haar staan en stak haar hand uit. „Je mobieltje graag."
Peggy hapte naar adem en staarde haar smekend aan.
„Ik probeerde je nog te waarschuwen," fluisterde Tansy.
„Het spijt me, mevrouw... het is mijn moeder," improviseerde Peggy haastig. „Ze voelt zich niet goed, ik belde alleen even..."
„Nee maar, niet goed?"
„Nee mevrouw, heel beroerd eigenlijk."
„Zo beroerd," reageerde mevrouw Bainbridge droog,
„dat ze tien minuten geleden nog opgewekt naar me zwaaide toen ze bij school wegreed? Je kunt je mobieltje aan het eind van de dag komen ophalen." „Maar, mevrouw Bain..."
„En als je een discussie begint, houd ik het de hele week," antwoordde ze. „Naar de les nu. Probeer je maar eens te concentreren op de belangrijke zaken in het leven."
Peggy staarde haar na. „Alsof zij weet wat belangrijk is," mompelde ze.