EPILOOG

WHARTON PARK

December, elf maanden later

Het is kerstavond. Ik sta voor het raam van de slaapkamer die ik deel met Kit over het park uit te kijken. Het ziet er buiten natuurlijk niet hetzelfde uit als in hartje zomer, maar toch heeft het nu de zon opkomt en de rijp op het kale winterse landschap doet glanzen, zijn eigen bijzondere schoonheid.

Ik wend me van het raam af en stap weer de warme kamer in. Mijn voeten zakken weg in de pas gelegde vloerbedekking. Ik bewonder het behang, dat handgeschilderd is naar het voorbeeld van het originele behang, en geniet van de vage geur van verse verf.

Het afgelopen jaar heeft Kit in zijn eentje toezicht gehouden op deze transformatie. Mij komt geen enkele eer toe, want ik had het druk met andere projecten. Wharton Park ziet eruit als voorheen en toch is alles binnen en buiten op weg naar restauratie, om nog eens minstens zeventig jaar bescherming te bieden aan Crawfords, die hun leven binnen de muren ervan zullen leiden. Weldra is het Kits beurt om zijn eigen droom na te jagen, nog altijd veilig binnen de muren van Wharton Park, maar gebruikmakend van zijn talent en ervaring om kinderen buiten die muren te helpen.

Ik ben nu de vrouw des huizes, Lady Crawford. Op de dag van mijn huwelijk met Kit droeg ik het halssnoer en de oorbellen die Olivia en generaties andere Crawford-bruiden voor mij hebben gedragen. Ze zijn nu van mij, om door te geven aan de bruid van mijn zoon wanneer hij trouwt.

Net als bij Olivia zal Wharton Park altijd een grote rol spelen in mijn leven. Maar ik heb, door verhalen uit het verleden en mijn eigen ervaringen, geleerd dat alles in balans moet zijn. Ik zal het geschenk dat ik heb gekregen gebruiken en waarderen om mijn gezin en mijn talent te koesteren en te beschermen, maar ze er nooit door laten kapotmaken.

Gewaarschuwd door een heel zacht geluidje laat ik Kit slapend achter en loop ik stilletjes door de badkamer naar de aangrenzende kleine kamer. Dit was ooit Harry Crawfords kleedkamer, maar wij hebben er een kinderkamer van gemaakt. Ik kijk in de wieg en zie dat de verantwoordelijke voor het geluid nog in diepe rust is, zijn duim stevig in zijn kleine mondje.

Iedereen zegt dat hij op mij lijkt, maar ik weet dat het niet zo is. Hij lijkt op zichzelf.

‘Vandaag, Harry,’ fluister ik hem toe, ‘is een bijzondere dag voor je.’

Hij ligt onschuldig te slapen, zich er niet van bewust dat zijn familieleden – van wie sommigen van de andere kant van de wereld hierheen zijn gereisd – zich straks zullen verzamelen om getuige te zijn van zijn eerste overgangsrite als hij wordt gedoopt in het kleine kerkje op het landgoed. Op een dag zal ook zijn laatste overgangsrite daar plaatsvinden en zal hij worden bijgezet in het familiegraf van de Crawfords en voor eeuwig met zijn voorouders worden herenigd. Maar hij is nog maar net aan het wandtapijt van zijn leven begonnen en ik kan alleen maar hopen dat het uit veel meer steken zal bestaan dan dat van zijn halfbroertje.

Hij heeft geen besef van de link die hij vormt tussen verleden en toekomst. Of van de verantwoordelijkheid die zijn bevoorrechte start in het leven met zich mee zal brengen. Ik heb hem bezworen dat het hem er nooit van zal weerhouden het leven te leiden dat hij verkiest. Of dat leven door te brengen met de vrouw van wie hij houdt.

Ik neem mijn zes weken jonge zoontje in mijn armen en geniet van dit moment samen met hem. Hierna zal ik weinig tijd hebben om van hem te genieten, want ik heb veel te doen vandaag. Het huis is vol gasten, die hier zijn om Kerstmis met ons op Wharton Park door te brengen. De boom komt uit het bos op het landgoed en staat in de vestibule, versierd met twinkelende lampjes en dezelfde kerstversieringen die al eeuwen worden gebruikt.

Ik druk een kus op zijn zoet geurende voorhoofdje, sla mijn ogen op en vraag God hem te beschermen, omdat ik maar al te goed weet dat mijn macht als moeder daarin slechts beperkt is, en ik weet dat ik dat moet accepteren.

Door de pijn en de vreugde van de reis die ik de afgelopen twee jaar heb ondernomen, heb ik de belangrijkste les geleerd die het leven te bieden heeft, en daar ben ik blij om.

Dit moment is alles wat we hebben.