27
Julia parkeerde haar auto voor de afbrokkelende stenen trap die naar de hoofdingang van Wharton Park leidde. Het huis was in duisternis gehuld, de magnifieke eiken voordeur was gesloten. Ze realiseerde zich dat ze Kit niet had gevraagd bij welke ingang ze moest zijn. Dit leek haar niet de juiste. Julia stapte uit met de fles wijn in haar hand, sloot de auto af en liep om de hoek van het huis, naar de personeelsingang.
Onder het lopen voelde ze de adrenaline door haar lijf gieren; ze begreep niet waarom ze zo nerveus was. Dit was immers gewoon een ontspannen etentje met een vriend, een man van wie ze bijna niets wist en die voor hetzelfde geld getrouwd was en een paar kinderen had. Kit had het er nooit over gehad en zij had er niet naar gevraagd.
Julia stond stil voor de personeelsingang, blij te zien dat daarachter in elk geval licht brandde. Ze ademde diep in en klopte aan.
Een paar seconden later deed Kit de deur open.
‘Hoi, Julia.’ Hij kuste haar op beide wangen. ‘Kom binnen.’
‘Dank je.’ Julia volgde hem de bijkeuken door en de keuken in. ‘Ik heb wijn meegebracht.’ Ze zette de fles op dezelfde grenen tafel waar ze als kind aan had gezeten.
‘Bedankt,’ zei Kit en hij keek haar aan. ‘Jeetje, je ziet er veel beter uit. En die kleur staat je echt goed,’ zei hij bewonderend en hij wees naar haar nieuwe blouse. ‘Dokter Crawfords zorgen hebben kennelijk wonderen verricht. Wit of rood?’ vroeg hij bij de deur van de provisiekamer.
‘Maakt niet uit,’ zei Julia, die wenste dat haar tong uit de knoop raakte en zij zich kon ontspannen. Ze keek naar Kit, die naar de koelkast liep, zijn lange benen in een spijkerbroek en zijn bovenlijf in een pas gestreken roze overhemd.
‘Dan beginnen we met wit.’ Hij haalde een fles uit de koelkast en kwam weer de keuken in om hem te ontkurken. ‘Ik vrees dat het een ontdekkingsreis wordt wat de smaak betreft. De kelder ligt vol Franse wijn. Sommige flessen zijn jaren oud en sommige zijn beter op dronk gekomen dan andere, zoals je je kunt voorstellen. Dit zou dus nectar kunnen zijn, of azijn.’ Hij trok de kurk eruit en rook aan de fles. ‘Geen van beide, maar beslist drinkbaar.’
‘Misschien moet je er eens een expert naar laten kijken. Er kunnen best waardevolle flessen tussen liggen. Xavier, mijn… man, heeft ooit tijdens een veiling een fles gekocht voor tweeduizend euro.’
‘En smaakte hij ook naar tweeduizend euro toen je hem opdronk?’ vroeg Kit terwijl hij haar een glas gaf.
‘Hij was lekker, maar niet echt bijzonder. Ik zei altijd dat hij vast dronken was geweest toen hij hem kocht.’ Julia grinnikte.
‘Het heeft wat van het verhaal van de nieuwe kleren van de keizer, als je het mij vraagt,’ zei Kit en hij nam een aarzelend slokje. ‘Net zoiets als kaviaar en truffels; noem me een barbaar als je wilt, maar ik snap de aantrekkingskracht niet van een paar visseneitjes of een paddenstoel. Maar ja, ik eet dan ook om te leven, niet andersom. Of misschien ben ik gewoon jaloers op het geld dat ervoor nodig is om aan dergelijke grillen toe te kunnen geven. In de hiërarchie van mijn behoeften komen ze niet eens op mijn lijstje voor. Hoe dan ook, proost, Julia. Welkom terug op Wharton Park.’
‘Bedankt voor de uitnodiging,’ antwoordde Julia stijfjes en ze nam een flinke slok wijn in de hoop dat ze daardoor wat los zou komen. ‘Hoe is je gesprek met de notaris verlopen?’
‘Dat is in feite de reden dat ik je heb uitgenodigd. Ik heb behoefte aan de mening van iemand anders over de situatie. En wie kan dat beter zijn dan iemand die altijd van deze plek gehouden heeft?’ Hij liep naar het oude zwarte fornuis. ‘Ik zal mijn zorgen aan je voorleggen terwijl ik de pastasaus maak.’
‘Brand maar los,’ zei Julia, ‘het is weer eens wat anders om naar de ellende van een ander te luisteren.’
‘De verkoop van Wharton Park gaat misschien niet door.’
‘O, Kit! Nee! Waarom?’
‘Gewoon weer een verhaal van deze tijd,’ antwoordde hij mat. ‘De overdracht zou vrijdag plaatsvinden, maar toen de papieren op tafel lagen, vertelde de notaris van de koper dat hij een prijsverlaging van een miljoen wilde, in verband met de daling van de huizenprijzen sinds we in onderhandeling waren gegaan. Kennelijk heeft meneer Hedgefonds het nogal zwaar te verduren gehad op de beurs en kan hij het zich niet veroorloven meer te betalen.’
‘Geloof je hem?’ informeerde Julia, die zich afvroeg waarom ze niet eerder had gezien hoe mooi Kits ogen waren.
‘Wie weet? Ik kan op het moment nog niet beslissen of hij een boosaardige, samenzwerende klootzak is of een boosaardige, samenzwerende klootzak,’ mompelde Kit terwijl hij met een vork door de kokende pasta roerde. ‘Het punt is dat hij weet dat het in de huidige markt moeilijk zal zijn een andere koper te vinden. Hij staat in een sterkere positie.’
‘Ik begrijp het. Wat een boosaardige, samenzwerende klootzak,’ merkte Julia op, trachtend zich te concentreren op wat hij zei. ‘Kun je het je veroorloven om het voor minder te verkopen?’
‘Niet met de huidige schulden van het landgoed, plus de successierechten over het beetje dat nog over is. Maar als klap op de vuurpijl eist meneer Hedgefonds ook nog dat ik de binnenplaats bij de stallen erbij doe. Hij heeft besloten dat hij geen zin heeft in buren zo dichtbij, en eerlijk gezegd,’ bekende Kit, ‘ben ik daar pas echt woest over.’
‘Dat kan ik me voorstellen,’ zei Julia. ‘Vooral omdat hij daar pas op het laatste moment mee komt.’
‘Tja,’ zei Kit met opgetrokken wenkbrauwen, ‘zo worden de rijken rijker, nietwaar? Dat ik de binnenplaats buiten de verkoop had weten te houden en had besloten er te gaan wonen, maakte het hele idee van de verkoop van het landgoed op de een of andere manier draaglijker. En… ik geef het toe,’ zei Kit, ‘deze plek begint me te raken. Wat me verbaast, omdat ik er als kind helemaal niets mee had. Maar ja, het is waar. Hoe langer ik hier ben, hoe moeilijker ik het vind om Wharton Park te verkopen.’
‘Wat ga je nu dan doen?’
Kit goot de pasta af door een vergiet en schepte hem in twee kommen. ‘Ja, dat is de grote vraag. Maar goed, het eten is klaar.’ Hij vulde hun wijnglazen bij en ging tegenover haar aan tafel zitten.
‘Bedankt hiervoor, Kit. Het ruikt heerlijk.’
‘Mooi zo, ik hou van koken. Of tenminste van experimenteren. Tast toe voor het koud wordt.’
‘Ik vrees dat ik niet bepaald een expert ben als het op koken aankomt,’ bekende ze met haar mond vol.
‘Het is gewoon een kwestie van oefening en ik kan me niet voorstellen dat jij daar met jouw levensstijl veel kans toe hebt gehad. Bovendien zou het natuurlijk een ramp zijn als je er een vinger afhakte terwijl je groenten stond te snijden.’ Kits ogen twinkelden. ‘Dan zouden er opeens wat noten in Chopins Études ontbreken.’
‘Wat ga je nou doen met Wharton Park?’
‘Ik weet het echt niet,’ gaf Kit toe. ‘Wat zou jij doen?’
‘O, Kit.’ Julia schudde haar hoofd. ‘Ik ben waarschijnlijk niet de beste persoon om dat aan te vragen. Je weet dat ik dol ben op Wharton Park. En ik weet wel dat mijn gevoel voor fair play zou overheersen. Dus ik zou bijna zeker tegen hem zeggen dat hij kon opduvelen,’ zei ze glimlachend. ‘Maar zo ben ik, en dan weet je niet wat de financiële gevolgen zijn. Ik bedoel, wat doe je als je niet aan meneer Hedgefonds verkoopt? Kun je het je veroorloven de boel nog een poosje draaiende te houden tot er een andere koper komt?’
‘Nou, gisteravond heb ik de boeken eens goed bekeken en vanmorgen ben ik naar de accountant geweest. Met het inkomen van de boerderij en de huurders in de huisjes op het landgoed blijken we nu een beetje verlies te draaien. Maar dat is vooral doordat alle omzet opgaat aan de rente over de schulden.’ Kit schonk zichzelf nog wat wijn in. ‘De accountant zei dat het landgoed met wat aandacht voor details best weer rendabel gemaakt kan worden. De schulden zouden kunnen worden samengevoegd in één hypotheek met een lagere rente om fondsen vrij te maken om wat modern materieel aan te schaffen en een beheerder te zoeken die verstand van zaken heeft.’
‘Dat klinkt allemaal vrij positief.’
‘Ja, maar dan blijft er nog geen stuiver over om het huis zelf op te knappen,’ verzuchtte Kit. ‘De taxateur die is komen kijken toen ik net van plan was het te verkopen, zei dat het wel een paar miljoen zou kosten om te voorkomen dat het huis voor mijn ogen afbrokkelde. En dan hebben we het nog niet gehad over vernieuwingen aan het interieur, zoals een nieuwe keuken en misschien hier en daar een bad dat je kunt gebruiken zonder er smeriger uit te komen dan je erin gegaan bent. Dit huis heeft zestien badkamers,’ zei hij veelbetekenend, ‘en dat geld heb ik natuurlijk niet.’
‘Dus,’ vatte Julia samen, ‘zou het mogelijk zijn het nog een paar maanden vol te houden tot zich een andere koper aandient?’
Kit knikte. ‘Ja, als ik het beheer van het landgoed zelf op me neem, waarvoor ik dan wel andere plannen in de koelkast moet zetten. Het punt is, hoe langer ik hier ben, hoe moeilijker ik het vind er afstand van te doen. En natuurlijk heb jij ook niet bepaald geholpen,’ voegde hij eraan toe.
Julia keek hem verbaasd aan. ‘Bedankt. Wat bedoel je?’
‘Door jouw verhaal over mijn familie heeft Wharton Park meer betekenis en waarde voor me gekregen dan het voorheen had. En het maakt natuurlijk deel uit van onze gedeelde geschiedenis. Als Wharton Park er niet was geweest, had ik jou destijds nooit ontmoet.’
Kits uitdrukking was veranderd. Hij keek haar aan en Julia voelde zich plotseling ongemakkelijk onder zijn blik.
‘Nou,’ zei ze opgewekter dan ze het bedoelde, ‘je hebt dus een moeilijke beslissing te nemen.’
Kit knikte. ‘Ja, inderdaad. En daar heb ik weinig tijd voor. En eerlijk gezegd was dat niet de enige reden dat ik je heb gevraagd vanavond te komen. Dat was ook voor mijn eigen geestelijke gezondheid. Ik miste het om je je soep te zien slurpen en je verhitte voorhoofd te deppen.’
‘God mag weten waarom,’ zei Julia, die nog steeds koppig de veranderde sfeer ontweek. ‘Ik was vast geen goede gesprekspartner, aangezien ik de meeste tijd nauwelijks aanspreekbaar was.’
Kit legde zijn vork in zijn lege kom en keek haar peinzend aan. ‘Ja, dat klopt. Maar ondanks dat was je vreemd welbespraakt. Liever de stilte van iemand in wiens gezelschap je geniet dan het constante gekwebbel van iemand aan wie je je rot ergert.’
In de stilte die daarop volgde at Julia haar laatste pasta op, legde haar vork neer en bestudeerde haar kom.
‘Hoe dan ook,’ vervolgde Kit, ‘het was geweldig om je wat beter te leren kennen. Ik ben die dag dat ik je hoorde spelen nooit vergeten… Ben je van plan in Norfolk te blijven?’
‘Ik weet het gewoon niet, Kit,’ antwoordde ze naar waarheid. ‘Ik heb pas een paar weken weer het gevoel dat ik over de toekomst na kan denken.’
‘Ik begrijp het.’ Hij knikte. ‘Echt. Ik heb lang geleden iets soortgelijks meegemaakt. Het verandert je leven – en jou – onomkeerbaar. Het gevolg was dat ik het bijna onmogelijk vond om weer een langdurige relatie aan te gaan. Ik ben wat dat betreft sindsdien echt een nachtmerrie. Nou ja, tot een paar jaar geleden dan.’ Hij grinnikte. ‘Dat weet je dan ook weer.’
‘Ja,’ mompelde Julia, die niet wist wat ze anders moest zeggen.
‘Dat gezegd hebbende hoop ik dat ik nu een beter mens ben. En het kan natuurlijk ook zijn dat ik sindsdien gewoon nog niet de juiste persoon ben tegengekomen.’ Hij zweeg even en keek haar over de tafel aan. ‘Een mens ontmoet niet veel zielsverwanten in zijn leven, hè?’
‘Nee.’ Julia voelde dat haar ogen zich vulden met tranen. Ze keek op haar horloge. ‘Luister eens, Kit, ik moet echt naar huis. Ik ben… moe.’
‘Natuurlijk. Dat kan niet anders.’ Kit stak zijn hand uit en legde die op de hare. ‘Kunnen we dit nog eens doen als jij je wat beter voelt? Ik wil je heel graag weer zien, Julia.’
‘Ja.’ Julia trok abrupt haar hand weg, stond op en liep naar de deur.
Kit volgde haar. ‘Wat zeg je van maandag?’
‘Ik weet het niet.’ Julia wilde gewoon weg. Ze begreep niet waar de sterke golf van emoties vandaan kwam die ze voelde.
Kit legde zijn hand op de klink voor ze kon ontsnappen en versperde haar de weg. Toen boog hij zich voorover om haar te kussen. Zijn lippen raakten de hare en er ging een elektrische schok door haar heen. Ze trok haar mond terug, maar hij hield haar stevig in zijn armen.
‘Julia, alsjeblieft, het spijt me als ik iets verkeerds heb gezegd, als het te vroeg voor je is.’ Hij zuchtte. ‘Ik heb je gemist, dat is alles. We kunnen het langzaamaan doen, dat beloof ik je. Ik begrijp het echt.’
‘Ik…’ Julia bevrijdde zichzelf, verward door de maalstroom van tegenstrijdige emoties die deze avond met Kit had opgeroepen. ‘Welterusten, Kit.’
‘Ik bel je de komende dagen. Misschien kunnen we maandag…’
Ze had de deur nu echter geopend en haastte zich weg van het huis en naar de veiligheid van haar auto.