12

Cambridge, voorjaarssemester 2012

Ik ben niet naar Cambridge gekomen om drankorgieën te bestuderen. En ik ben niet geïnteresseerd in rugby (ook al was pa er dol op). Dus waarom ben ik dan gisteravond meegegaan met een groep spelers van college en privéschoolgroupies, die vinden dat je pas echt een goed avondje uit bent als je je lam zuipt in The Pickerel en daarna met sambuca je schaamhaar in de fik steekt?

Ik wil niemand tegen de haren in strijken, dat is mijn probleem. En als iedereen uit mijn gebouw een avondje uit gaat, lijkt het onbeleefd om nee te zeggen, om spelbreker te zijn, te zeggen dat ik moet werken. Niemand vindt het leuk om alleen achter te blijven, niet in je eerste jaar. En ik dacht dat het goed voor me zou zijn. Om de deur uit te zijn. Ik heb de laatste tijd te veel op mijn kamer doorgebracht, waar ik met het licht uit en de gordijnen dicht in mijn dagboek heb zitten schrijven, in de hoop dat het helpt om licht te laten schijnen in de duisternis die zich steeds strakker om me heen wikkelt.

Gisteravond was het me in elk geval wel gelukt om vroeg weg te gaan. Ik glipte weg toen iedereen zijn lege bierglas als verrekijker gebruikte, waarna ik slingerend over King’s Parade liep en me voorstelde hoe mijn vader en moeder elkaar hier hebben ontmoet. Ik wilde dat ik pa meer had gevraagd over hun studententijd.

Op de dag dat hij me mee uit varen nam, gingen we ook theedrinken in de Kettle Pot, tegenover King’s. Met zijn arm om mijn schouders leidde hij me naar een tafel in het grote erkerraam dat op de beroemde kapel uitkijkt. Hij wilde per se daar zitten, zei dat hij daar voor het eerst een date had gehad met mijn moeder.

‘Je decaan is een goeie vent,’ zei hij, terwijl hij te veel jam op zijn warme crumpet smeerde.

‘Ken je hem dan?’ Dr. Lance: baard, ernstig, een autoriteit van formaat op het gebied van Goethe.

‘We hebben samen gestudeerd,’ zei pa. ‘Toen iedereen vertrok, bleef hij hier om zijn leven aan de universiteit te wijden.’

‘Tijdens ons gesprek leek hij wel oké.’

In werkelijkheid had hij weinig indruk op me gemaakt en ik had de grootste moeite om me zijn gezicht voor de geest te halen. Ik had verwacht dat hij tijdens het gesprek iets raars zou gaan doen – de krant die hij aan het lezen was in de fik steken, midden in het gesprek met een salto uit het raam springen – maar het was allemaal heel rechttoe, rechtaan, heel anders dan de mythe die rondging over het Oxbridge-gesprek.

‘Op zijn aanbeveling zijn een paar van de beste mensen op Buitenlandse Zaken aangenomen.’

‘Dat zal ik in gedachten houden als ik een baan nodig heb.’

‘Ik heb hem gevraagd om jou een beetje in de gaten te houden.’

‘Pap,’ verzuchtte ik, maar hij had wel een punt. In mijn tijd was ik enkele keren voor een paar andere plekken gevraagd, mijn vorige school incluis, maar dat was na het eindexamen en het was er ellendig.

‘In positieve zin. De meeste studenten hebben alleen contact met hun decaan als ze iets verkeerds hebben gedaan. Maar hij past een beetje op je, is er voor je als je hulp nodig hebt.’

‘Mag ik je iets over ons vragen?’ zei ik, verzadigd na onze crumpetmaaltijd.

‘Natuurlijk.’

Ik zweeg even, voelde me schuldig omdat ik over mijn moeders dood begon. Een jaar na mijn geboorte heeft ze zelfmoord gepleegd. De huisarts zei dat niemand er iets aan kon doen – een postnatale psychose – maar mijn vader heeft het zichzelf nooit vergeven. ‘Als mam niet dood was gegaan, zou je carrière dan succesvoller zijn geweest?’

Hij moest lachen, gooide zijn hoofd achterover zoals hij dat doet op de trouwfoto die ik van hen heb, tijdens een speech van zijn getuige. Hij had altijd al een aanstekelijke lach gehad, spontaan. ‘Weet jij iets wat ik niet weet?’

‘Wat ik bedoel is dat veel mensen in jouw situatie meer hulp gezocht zouden hebben.’

‘Je moeder en ik hadden gezworen om je zelf op te voeden. Als je me vraagt of mijn werk misschien een andere richting uit was gegaan…’ Hij wachtte even. ‘Dan heb ik daar geen antwoord op.’

‘Nou, sorry als ik je in de weg heb gestaan.’

‘Doe niet zo belachelijk. Je moet het doen met wat zich in het leven voordoet. Als je moeder niet dood was gegaan, hadden we misschien meer kinderen en minder geld gehad. Wie zal het zeggen? Misschien had ik uiteindelijk een heel andere baan genomen, ergens anders dan op Buitenlandse Zaken.’

‘Het moet wel heel moeilijk zijn geweest. Die eerste paar maanden.’

‘Wat een gezellig gesprek is dit, zeg.’

‘Ik moet het gewoon weten.’

‘Natuurlijk. Nieuw hoofdstuk, niet langer mijn kleine…’

Ik kapte hem af met een afkeurend waag-het-niet-gezicht. Opnieuw een stilte. We voelden ons altijd op ons gemak in elkaar gezelschap, we hoefden niet te praten als we dat niet wilden.

‘Heb jij er ooit over nagedacht om er een eind aan te maken?’ vroeg ik uiteindelijk.

Voordat hij antwoord gaf, keek hij me aan, zijn gezicht opeens ernstig, verdrietig. Ik had het hem nooit eerder gevraagd en ik weet niet wat me bezielde om het hem toen te vragen. Het was een wrede vraag, egoïstisch. Ik wist dat hij door de jaren heen had geleden, dat er dagen waren geweest waarop hij thuis was gekomen en geen woord had gezegd, laat was opgebleven in zijn studeerkamer, de volgende ochtend met rode ogen was opgestaan, een lege whiskyfles in de glasbak.

‘Soms leek dat de gemakkelijkste weg. Maar ze zou woedend zijn geweest!’ Hij lachte weer, deze keer minder uitbundig. ‘En ik kon de gedachte dat je ons allebei kwijt zou raken niet verdragen.’

Ik legde mijn handen op die van hem. Zijn ogen werden vochtig.

‘Dank je wel.’

‘Het enige wat ik ervoor terugvraag is dat je voor me zorgt als ik oud ben en zit te kwijlen.’

Dr. Lance wil me morgen zien. We spreken een paar keer per semester af – nu pa dood is, voelt hij zich duidelijk nog meer verantwoordelijk voor me. Hij heeft me een lief briefje geschreven dat hij heeft gemerkt dat ik niet gelukkig ben (onderstreept). Understatement van het jaar.

De laatste paar dagen denk ik veel na over pa’s woorden, wat hem ervan heeft weerhouden om mam niet achterna te gaan en zich ook van het leven te beroven. Soms leek dat de gemakkelijkste weg. Zou pa ‘woedend’ op mij zijn? En is hij ooit woedend geweest op mijn moeder? Ik had het niet voor mogelijk gehouden dat iemand zo in de put kon zijn, dat je iemand zo erg kon missen, dat het leven je voor je gevoel zo in de steek laat. Misschien komt het doordat ik me er zo sterk van bewust ben dat ik eigenlijk met volle teugen van deze plek zou moeten genieten.

De nieuwe collegetherapeut is er morgen ook bij, samen met dr. Lance. Ik wist niet eens dat we er een hadden tot ik hoorde dat alle jongens doen alsof ze zelfmoordneigingen hebben, alleen maar om een uurtje bij haar te kunnen doorbrengen. Klaarblijkelijk is ze een stuk. Een hottie, zoals mijn vader zou hebben gezegd.

Vind Mij
cover.xhtml
Hoofdstuk-001.html
Hoofdstuk-002.html
Hoofdstuk-003.html
Hoofdstuk-004.html
Hoofdstuk-005.html
Hoofdstuk-006.html
Hoofdstuk-007.html
Hoofdstuk-008.html
Hoofdstuk-009.html
Hoofdstuk-010.html
Hoofdstuk-011.html
Hoofdstuk-012.html
Hoofdstuk-013.html
Hoofdstuk-014.html
Hoofdstuk-015.html
Hoofdstuk-016.html
Hoofdstuk-017.html
Hoofdstuk-018.html
Hoofdstuk-019.html
Hoofdstuk-020.html
Hoofdstuk-021.html
Hoofdstuk-022.html
Hoofdstuk-023.html
Hoofdstuk-024.html
Hoofdstuk-025.html
Hoofdstuk-026.html
Hoofdstuk-027.html
Hoofdstuk-028.html
Hoofdstuk-029.html
Hoofdstuk-030.html
Hoofdstuk-031.html
Hoofdstuk-032.html
Hoofdstuk-033.html
Hoofdstuk-034.html
Hoofdstuk-035.html
Hoofdstuk-036.html
Hoofdstuk-037.html
Hoofdstuk-038.html
Hoofdstuk-039.html
Hoofdstuk-040.html
Hoofdstuk-041.html
Hoofdstuk-042.html
Hoofdstuk-043.html
Hoofdstuk-044.html
Hoofdstuk-045.html
Hoofdstuk-046.html
Hoofdstuk-047.html
Hoofdstuk-048.html
Hoofdstuk-049.html
Hoofdstuk-050.html
Hoofdstuk-051.html
Hoofdstuk-052.html
Hoofdstuk-053.html
Hoofdstuk-054.html
Hoofdstuk-055.html
Hoofdstuk-056.html
Hoofdstuk-057.html
Hoofdstuk-058.html
Hoofdstuk-059.html
Hoofdstuk-060.html
Hoofdstuk-061.html
Hoofdstuk-062.html
Hoofdstuk-063.html
Hoofdstuk-064.html
Hoofdstuk-065.html
Hoofdstuk-066.html
Hoofdstuk-067.html
Hoofdstuk-068.html
Hoofdstuk-069.html
Hoofdstuk-070.html
Hoofdstuk-071.html
Hoofdstuk-072.html
Hoofdstuk-073.html
Hoofdstuk-074.html
Hoofdstuk-075.html
Hoofdstuk-076.html
Hoofdstuk-077.html
Hoofdstuk-078.html
Hoofdstuk-079.html
Hoofdstuk-080.html
Hoofdstuk-081.html
Hoofdstuk-082.html
Hoofdstuk-083.html
Hoofdstuk-084.html
Hoofdstuk-085.html
Hoofdstuk-086.html
Hoofdstuk-087.html
Hoofdstuk-088.html
Hoofdstuk-089.html
Hoofdstuk-090.html
Hoofdstuk-091.html
Hoofdstuk-092.html
Hoofdstuk-093.html
Hoofdstuk-094.html
Hoofdstuk-095.html
Hoofdstuk-096.html
Hoofdstuk-097.html
Hoofdstuk-098.html
Hoofdstuk-099.html
Hoofdstuk-100.html
Hoofdstuk-101.html
Hoofdstuk-102.html
Hoofdstuk-103.html
Hoofdstuk-104.html
Hoofdstuk-105.html
Hoofdstuk-106.html
Hoofdstuk-107.html
Hoofdstuk-108.html