Vrouw in de regen

Reidar Folke Jespersen begon vrijdag 13 januari zoals alle andere dagen tijdens de laatste vijftig jaar van zijn 79-jarige leven met een bord havermout in de keuken, alleen in de schemer van de wintermorgen, met zijn bretels los achter zijn rug hangend en het vaste ritme van de lepel, zacht schrapend over de bodem van het bord, als enige begeleiding van zijn eenzaamheid. Reidar Folke Jespersen had grote wallen onder zijn helderblauwe ogen. Zijn kin werd bedekt door een onberispelijk, kortgeknipt wit baardje. De handen die de lepel vasthielden waren groot en gerimpeld. Opvallende aderen strengelden zich om beide onderarmen omhoog naar de omgeslagen manchetten van zijn overhemd. Hij had krachtige onderarmen, zoals die van een houthakker of een smid.

Hij had geen eetlust; hij had ’s ochtends nooit eetlust, maar verstandig als hij was, wist hij en zag hij de noodzaak ervan in dat zijn maag ergens mee aan het werk moest. Daarom begon hij elke dag met een bord zelfgekookte havermout. Als iemand had gevraagd waar hij tijdens die minuten aan dacht, zou hij geen antwoord kunnen geven. Want terwijl hij at, concentreerde hij zich op het tellen van het aantal lepels, 23, schraap, slik, 24, schraap, slik. Zijn leven als papeter had hem geleerd dat het gemiddelde van een bord havermout tussen 38 en 44 lepels lag, en als zijn bewustzijn zich tijdens deze routinematige minuten van de nieuwe dag al ergens over verwonderen kon, dan was dat pure nieuwsgierigheid naar het aantal lepels dat hij deze keer nodig zou hebben om juist dit bord leeg te scheppen.

Terwijl haar echtgenoot zijn ontbijt nuttigde, lag Ingrid Jespersen in bed. Ze bleef altijd langer liggen dan haar man. Vandaag stond ze pas om halfnegen op. Ze sloeg een ochtendjas van witte badstof om zich heen en liep snel naar de badkamer, waar de vloerverwarming voluit aanstond. De vloer was zo heet dat ze er met blote voeten nauwelijks op kon staan. Ze liep op haar tenen naar de ronde cabine en nam een lange, warme douche. De centrale verwarming zorgde altijd dat het lekker warm was in het appartement, maar omdat haar man die warmte niet in de slaapkamer verdroeg, draaide hij de radiator altijd dicht als hij ’s avonds naar bed ging zodat de winterkou ’s nachts naar binnen kon sluipen. Hoewel Ingrid Jespersen elke nacht goed ingepakt onder een dik donzen dekbed lag, gunde ze zich de luxe van een warme douche om haar ledematen te ontdooien, haar bloedsomloop op gang te brengen en haar huid weer goed te laten doorbloeden. Ingrid Jespersen zou in februari 54 worden. Af en toe had ze het land dat ze ouder werd, maar met haar uiterlijk was ze erg tevreden. Ze had een zacht en soepel lichaam. Dat schreef ze toe aan haar verleden als danseres en aan het feit dat ze zich bewust was van het belang van een goede fysieke vorm. Ingrid Jespersen had nog steeds een slanke taille en gespierde benen. Hoewel haar borsten iets waren gaan hangen, en hoewel haar heupen niet langer jeugdig strak waren, werd er op straat nog steeds naar haar omgekeken. Haar haar had zijn natuurlijke donkere kleur met een vleugje rood behouden. Haar tanden baarden haar echter zorgen. Ze had, zoals de meeste mensen van haar leeftijd, van kind af aan geen goede tandverzorging genoten. Het halve eeuw oude lapwerk van vullingen was op twee plaatsen vervangen door kronen. De belangrijkste reden voor haar ijdelheid was het feit dat ze een minnaar had, een man die jonger was dan zij, en ze wilde niet dat het leeftijdsverschil al te duidelijk werd als ze met hem samen was. Eyolf Strømsted was vroeger haar balletleerling geweest. Toen ze de kraan dichtdraaide, de deur van de cabine opende en naar de spiegel liep waar een grijze condenslaag overheen lag, voelde ze in haar achterhoofd een zweem van onrust. Wat vond haar minnaar van haar glimlach? Voor de spiegel bestudeerde ze eerst haar tanden door gezichten te trekken naar zichzelf. Daarna bekeek ze door het waas van condens de contouren van haar lichaam. Ze drukte haar rechterhand plat tegen haar buik en draaide een halve slag in het rond. Ze bekeek haar holle rug, en tijdens de draai bestudeerde ze haar billen en beenspieren.

Vandaag stopte ze midden in de zwaaiende beweging. Ze bleef stijf voor de spiegel staan. Ze hoorde de buitendeur dichtslaan. Een paar tellen lang was ze haar gevoel voor tijd en ruimte kwijt omdat haar man zonder een woord van afscheid naar zijn werk ging. Het gedempte geluid van de deur die dichtsloeg bracht haar even uit balans en ze bleef met een lege blik naar haar eigen spiegelbeeld staan staren. Toen ze zich eindelijk los wist te rukken, was dat om haar eigen naaktheid niet langer te zien. En toen ze een paar minuten later langzaam het scheermesje over haar rechter dijbeen trok, voerde ze die beweging afwezig en automatisch uit, zonder het genoeglijke en gezapige gevoel dat de gedachte aan haar minnaar een paar minuten geleden nog had opgeroepen.

Haar echtgenoot, die allang klaar was met zijn havermout en daarom zijn jas had aangetrokken en botweg het appartement uit was gelopen zonder de minste groet naar haar te roepen, had een paar seconden bij de buitendeur geaarzeld. Hij had zich opgericht en naar het stromende water in de badkamer geluisterd, terwijl hij het beeld opriep van zijn vrouw die met gesloten ogen en kleine waterdruppels parelend aan haar wimpers, met open mond ademde in de straal gloeiend heet water die over haar gezicht stroomde. Meer dan tien jaar lang had Reidar Folke Jespersen zich onthouden van geslachtsgemeenschap. De beide echtgenoten raakten elkaar niet meer aan. Ze hadden helemaal geen intiem, lichamelijk contact meer. Toch kregen andere mensen de indruk dat de liefde van het paar nog steeds innig was en bepaald werd door wederzijdse aanhankelijkheid. Deze uiterlijke façade was niet zo ver bezijden de waarheid, want hoewel de liefde van het paar in erotisch opzicht was gereduceerd tot nul, berustte hun verhouding nog steeds op een stilzwijgende overeenkomst, een psychologisch contract, waarin alle elementen van wederzijds respect en de wil elkaars gebreken en eigenaardigheden te accepteren, waren opgenomen, bijvoorbeeld het verdragen van elkaars nachtelijke snurkgeluiden. Een overeenkomst waarin ook de wil en de inzet om 24 uur per dag om te gaan met iemand met wie je het beste voorhad, was inbegrepen.

Ingrid Jespersen had tot drie jaar geleden haar mans zelfopgelegde celibaat beschouwd als een gril van het lot, iets wat ze moest verdragen, zodat ze met een voldaan gevoel kon terugkijken op de tijd waarin zij haar lusten had kunnen botvieren. Maar toen ze zich, ongeveer drie jaar geleden, liet bestijgen door haar voormalige balletleerling, en deze slanke, gespierde man zich al snel, als gevolg van zijn gespannen nervositeit, geheel zonder zelfbeheersing en enorm opgewonden uit haar terugtrok en indrukwekkende hoeveelheden zaad over haar borsten en buik spoot, kreeg Ingrid Jespersen een intens gevoel van rust en tevredenheid. Hetzelfde harmonieuze gevoel had ze na een gezellig bezoek aan de kapper of bij de aanblik van de ramen in haar grote appartement als ze ze zelf had gelapt en ruim op tijd met het werk klaar was. Met haar minnaar kreeg haar dagelijks leven een nieuwe dimensie. Een tot dan toe genegeerd, maar wel aanwezig tekort was eindelijk opgevuld en bevredigd. Liefdevol had ze Eyolf dicht tegen zich aan getrokken. Ze had hem in haar armen gewiegd. Ze had zoekend met haar vingers over zijn gespierde rug en krachtige benen gestreeld. Ze had hem met gesloten ogen bestudeerd en een bevrediging gevoeld alsof een bouwsteen van haar bestaan op zijn plaats was gevallen. Voor het eerst in lange tijd, terwijl ze de penis van haar voormalige balletleerling opnieuw in haar handen voelde verstijven en de lage winterzon over het naastgelegen huizenblok door een spleet tussen twee lamellen een spitse, scherpe lichtstraal naar binnen scheen die vervolgens op de plank met de kristallen pinguïn viel, een snuisterijtje dat het zonlicht brak in een zacht tapijt van kleuren, een regenboogpalet dat zich uitspreidde over de naakte lichamen en een schilderachtige schoonheid toevoegde aan het lichamelijk genot dat ze ervoer, wist Ingrid Jespersen dat ze een moment beleefde dat bepalend zou zijn voor de rest van haar leven.

Met de grootste vanzelfsprekendheid herhaalde het tweetal een week later hun rendez-vous. Nu, drie jaar later, hoefden ze geen schriftelijke afspraakjes meer te maken, ze ontmoetten elkaar steeds op dezelfde tijd in zijn appartement, elke vrijdagmorgen om halftwaalf. Behalve deze wekelijkse bezoeken, in stand gehouden door het wederzijdse verlangen naar het lichaam en de liefde van de ander, hadden ze verder geen contact met elkaar. Ze keek uit naar deze wekelijkse bezoeken aan Eyolf op dezelfde manier waarop ze zou hebben uitgekeken naar een afspraak bij de pedicure of de psycholoog. Ze trof hem enkel en alleen voor haar eigen welbehagen en mentale gezondheid en het kwam niet in haar op dat de jongere man het anders zou kunnen zien. Naarmate de weken en maanden verliepen, naarmate de ene ontmoeting werd gevolgd door de andere en minuten en uren verdreven in genot, pasten ze zich fysiek en psychisch aan elkaar aan, wat haar een enorme en onverdeelde vreugde verschafte. Tegelijkertijd ging ze ervan uit dat hij er van zijn kant ook plezier aan beleefde op alle dagen en avonden die hij niet in hetzelfde bed als zij doorbracht.

Deze morgen, nadat ze had gedoucht, haar haar had gewassen, haar benen had geschoren, haar lichaam met crème had ingevet, haar teennagels had gelakt en haar wangen, lippen, oogleden en vooral het doorbloede, gerimpelde stukje huid onder haar ogen had opgemaakt, knoopte Ingrid Jespersen de ceintuur van de ochtendjas nog een keer rond haar middel en maakte ze een rondje door het appartement. In de keuken bleef ze even staan kijken naar het diepe bord met boerenbontpatroon van de Porsgrund Porseleinfabriek dat op de tafel stond. Een restje havermout van halfvolle melk lag nog op de bodem. Automatisch pakte ze het bord en spoelde het onder de kraan af. De lepel had Reidar zelf in de afwasmachine gezet en het pak melk in de deur van de koelkast. Op de koelkast lag de ochtendeditie van Aftenposten keurig opgevouwen. Reidar had hem niet aangeraakt. Op het koffiezetapparaat op het aanrecht stond een volle pot koffie. De inhoud goot ze over in een thermoskan. Het was halftien, en ze had nog twee uur voordat ze bij Eyolf zou zijn. Over een halfuur zou Reidars zoon uit zijn eerste huwelijk, Karsten Jespersen, zijn vaders antiekwinkel op de begane grond openen. Ze was van plan om met de koffie naar beneden te gaan, naar de winkel, om wat met de zoon van haar echtgenoot te praten en hem en de rest van zijn gezin uit te nodigen voor het diner die avond. Om de wachttijd te bekorten zette ze de radio aan en ging ze met de ochtendkrant op de bank in de kamer zitten.