Rechts van de maan

Het was niet bij Tété opgekomen naar het bal te gaan en ze was ook niet uitgenodigd; ze begreep wel dat het niet iets was voor mensen als zij: het zou beledigend zijn voor de andere moeders en haar dochter zou zich voor haar hebben gegeneerd. Ze hadden afgesproken dat Violette als Rosettes chaperonne zou optreden. De voorbereidingen voor die avond, die maanden geduld en toewijding hadden geëist, leverden het beoogde resultaat: Rosette zag er beeldschoon uit in haar prachtige jurk en met de takjes jasmijn in haar kapsel. De hele straat was uitgelopen om voor hen te applaudisseren. Voor ze in de huurkoets stapten, had Violette nogmaals tegen Loula en Tété gezegd dat ze er hoogstpersoonlijk voor zou zorgen dat Rosette de allerbeste kandidaat kreeg. Niemand had kunnen bevroeden dat ze het meisje een uur later, toen er nog wat buren op straat na stonden te praten, alweer mee naar huis zou slepen.
Rosette stormde het huis binnen, met die koppige houding die ze dat afgelopen jaar had laten varen voor behaagzucht, scheurde haar jurk aan flarden en sloot zich zonder verder nog een woord te zeggen in haar kamer op. Violette was hysterisch, ze krijste dat ze dat mormel mores zou leren, dat Rosette op het punt had gestaan het hele feest te verpesten, dat ze iedereen had belazerd, dat ze haar tijd had verpest, haar moeite en haar geld, dat ze nooit serieus van plan was geweest geplaceerd te worden, dat het bal alleen een voorwendsel was geweest om die klootzak van een Maurice te ontmoeten. Daar was ze zeker van. Rosette en Maurice hadden het op de een of andere manier afgesproken, onbegrijpelijk, want het meisje was nergens alleen naartoe geweest. Ondanks de oorvijg die Violette het meisje gaf, weigerde ze te onthullen hoe ze boodschappen had kunnen versturen en ontvangen. Dat mysterie bevestigde het vermoeden dat Tété altijd had gehad: dat de z'étoiles van die twee kinderen samen aan de hemel stonden, naast elkaar. Soms waren ze 's nachts duidelijk te zien, rechts van de maan.
Na de scène in de bibliotheek van zijn vader had Maurice zich teruggetrokken, vastbesloten de banden met zijn vader en diens gezin voor altijd te verbreken. Nadat Sancho Valmorain enigszins tot bedaren had weten te brengen, ging hij naar het appartement dat hij met zijn neef deelde. De jongen was volledig overstuur en gloeide van de koorts. Samen met de bediende hielp Sancho Maurice uit zijn kleren, bracht hem naar bed en dwong hem een beker hete rum met suiker en limoen te drinken, een huismiddeltje dat hij zelf altijd nam als hij liefdesverdriet had en dat de jongen in een langdurige slaap stortte. Om de temperatuur te laten dalen gaf Sancho zijn bediende opdracht de jongen af te koelen met natte lappen, maar die maatregel kon niet verhinderen dat Maurice de rest van de avond en een goed deel van de nacht lag te ijlen.
Toen hij de volgende morgen wakker werd, was de koorts gezakt. De gordijnen zaten dicht en de kamer was donker, maar Maurice wilde de bediende niet roepen, hoewel hij behoefte had aan water en een kop koffie. Toen hij zich oprichtte om de po te gebruiken, voelde hij al zijn spieren, alsof hij een week achtereen op een galopperend paard had gezeten; hij ging maar liever weer terug zijn bed in.
Even later kwam Sancho binnen, met Parmentier. De dokter, die Maurice van kinds af aan kende, kwam met de afgezaagde opmerking dat de tijd vloog: waar waren de jaren gebleven - Maurice was in korte broek door de ene deur vertrokken en door een andere teruggekeerd als een man. Parmentier onderzocht de jongen nauwgezet maar stelde geen diagnose, het beeld was nog niet duidelijk, zei hij, ze moesten afwachten. Hij schreef Maurice een paar dagen bed rust voor om te zien hoe hij daarop reageerde. In het nonnenziekenhuis had hij kort daarvoor twee zeelieden met tyfus behandeld. Het betrof geen epidemie, verzekerde hij, het waren geïsoleerde gevallen, maar ze moesten wel rekening houden met de mogelijkheid dat Maurice tyfus had. De ziekte werd overgebracht door scheepsratten en Maurice kon tijdens zijn reis besmet zijn geraakt.
'Ik weet zeker dat het geen tyfus is, dokter,' mompelde Maurice beschaamd.
'Wat is het dan?' vroeg Parmentier glimlachend.
'Zenuwen.'
'Zenuwen?' herhaalde Sancho geamuseerd. 'Waar oude vrijsters aan lijden?' 'Ik heb er sinds mijn kindertijd geen last meer van gehad, dokter, maar ik ben het niet vergeten en u ook niet, denk ik. Herinnert u zich Le Cap niet meer?'
Toen zag Parmentier het kleine jongetje weer voor zich dat Maurice in die tijd was geweest, gloeiend van de koorts omdat hij werd achtervolgd door de geesten van de gemartelden die bij hem thuis kwamen ronddolen.
'Je zou best eens gelijk kunnen hebben,' zei Parmentier. 'Je oom Sancho heeft me verteld wat er op het bal is gebeurd, en over de ruzie met je vader.'
'Hij heeft Rosette beledigd! Hij doet alsof ze een sloerie is!' zei Maurice.
'Mijn zwager is hevig verontrust, en dat is begrijpelijk,' kwam Sancho tussenbeide. 'Maurice heeft het in zijn hoofd gezet om met Rosette te trouwen. Hij wil niet alleen zijn vader, maar de hele wereld tarten.'
'Het enige wat we willen is met rust gelaten worden, oom,' zei Maurice.
Dat kun je wel vergeten! Als jullie je zin doorzetten breng je het evenwicht in de samenleving in gevaar. Stel je eens voor! Jullie voorbeeld zou als een gat in een dijk zijn: eerst een klein stroompje, maar later een stortvloed die alles vernielt wat hij op zijn weg vindt.'
'We zijn van plan ver weg te gaan, waar niemand ons kent,' hield Maurice vol.
'Waarheen? Naar de indianen, en daar met stinkende huiden om je heen geslagen maïs eten? Ik moet nog zien hoe onder dergelijke omstandigheden de liefde beklijft!'
'Je ben erg jong, Maurice, je hebt nog een heel leven voor je,' argumenteerde de dokter zwakjes.
'Mijn leven! Is dat soms het enige dat telt? En Rosette dan? Haar leven telt zeker niet mee! Ik hou van haar, dokter!'
'Ik begrijp je beter dan wie dan ook, jongen. De vrouw met wie ik al mijn hele leven samen ben, de moeder van mijn drie kinderen, is een mulattin,' bekende Parmentier.
'Ja, maar niet uw zus!' riep Sancho uit.
'Dat doet er niet toe,' antwoordde Maurice.
'Leg hem uit, dokter, dat uit dergelijke verbintenissen achterlijke kindertjes geboren worden,' drong Sancho aan.
'Niet altijd,' mompelde de dokter.
Maurice' mond was kurkdroog en hij voelde zijn lichaam opnieuw branden. Hij sloot zijn ogen, kwaad op zichzelf omdat hij beefde, ongetwijfeld veroorzaakt door zijn verdoemde verbeelding, en omdat hij dat beven niet kon stoppen. Hij luisterde niet naar zijn oom: hij hoorde de zee in zijn oren ruisen.
Parmentier viel de druk redenerende Sancho in de rede: 'Ik denk dat er een voor ieder aanvaardbare manier bestaat waarop Maurice en Rosette samen kunnen zijn.'
Er waren maar heel weinig mensen van op de hoogte dat ze halfbroer en -zus waren, legde hij uit, en bovendien was het heus niet de eerste keer dat zoiets speelde. De meesters maakten op zo'n grote schaal misbruik van hun slavinnen dat er allerlei soorten ondoorzichtige banden bestonden. Niemand wist precies wat zich binnen de muren van een huis afspeelde, en op wat er op de plantages plaatsvond was al helemaal geen zicht. De creolen maakten zich niet druk om liefdesgeschiedenissen tussen familieleden van verschillende rassen - of het nu broers en zussen betrof, of zelfs vaders en dochters - zolang het maar niet openlijk gebeurde. Tussen blanken, daarentegen, was het ontoelaatbaar.
'Waar wilt u naartoe, dokter?' vroeg Maurice.
'Placage. Denk er goed over na, jongen. Jij kunt Rosette net zo behandelen als wanneer je met haar getrouwd was, en hoewel je niet openlijk met haar kunt samenleven, kun je bij haar zijn wanneer je maar wilt. Rosette zou gerespecteerd worden in haar omgeving. Voor jou verandert er verder niets, waardoor je haar veel beter kunt beschermen dan wanneer je maatschappelijk gezien een paria bent, en ook nog eens arm, want dat wordt de situatie als je bij je plannen blijft.'
'Geniaal, dokter!' riep Sancho uit voordat Maurice de kans had om zijn mond open te doen. 'Dan is alleen Toulouse Valmorains toestemming nog nodig.'

In de dagen die Maurice vocht tegen wat uiteindelijk toch tyfus bleek, probeerde Sancho zijn zwager te overtuigen van de voordelen van placage voor Maurice en Rosette; als Valmorain aanvankelijk bereid was geweest de kosten van een onbekend meisje te betalen, was er geen reden om dat niet ook te doen voor de enige die Maurice echt wilde. Aanvankelijk luisterde Valmorain nog somber, maar aandachtig.
'Verder is ze opgegroeid in de schoot van je gezin en weet je zeker dat ze fatsoenlijk en netjes is, en goed opgevoed,' voegde Sancho eraan toe, maar hij had dat er nog niet uitgeflapt of hij besefte dat het fout was geweest zijn zwager eraan te herinneren dat Rosette diens dochter was. Valmorain reageerde als door een wesp gestoken.
'Ik zie Maurice nog liever dood dan hokkend met die sloerie,' riep hij uit.
De Spanjaard sloeg automatisch een kruis: dat was de duivel aanroepen.
'Het spijt me, Sancho, ik zei het zonder erbij na te denken,' mompelde Valmorain, ook bevangen door een bijgelovig voorgevoel.
'Rustig, zwager. Kinderen komen nu eenmaal in opstand, dat is normaal, maar vroeg of laat binden ze wel weer in,' zei Sancho, zich een glas cognac inschenkend. 'Jouw tegenwerking maakt Maurice alleen maar koppiger. Het enige wat je bereikt is dat hij nog verder van je verwijderd raakt.'
'Maar uiteindelijk is hij degene die verliest!' 'Gebruik je verstand! Er zijn louter verliezers. Je bent de jongste niet meer en je gezondheid is slecht. Wie zal je steun en toeverlaat zijn als je oud bent? Wie zal de plantage leiden en je zaken behartigen als je dat zelf niet meer kunt? Wie zal er voor Hortense en de meisjes zorgen?'
`Jij'
'Ik?' Sancho schoot in een vrolijke lach. 'Ik ben een schurk, Toulouse! Zie je mij als de steunpilaar van je gezin? Dat zou zelfs God hun niet toewensen.'
'Als Maurice me in de steek laat, zul jij me moeten helpen, Sancho. Je bent mijn compagnon en mijn enige vriend.' 'Alsjeblieft zeg, ik moet er niet aan denken.'
'Ik denk wel dat je gelijk hebt: ik zal niet langer openlijk ruzie maken met Maurice, ik ga het slimmer aanpakken. Eerst moet de jongen afkoelen, aan zijn toekomst denken, zich amuseren zoals bij zijn leeftijd past en andere vrouwen leren kennen. Die slet moet verdwijnen.' 'Hoe?' vroeg Sancho. 'Er zijn allerlei manieren.' 'Welke dan?'
'Haar bijvoorbeeld een fikse som geld bieden om ver weg te gaan en mijn zoon met rust te laten. Met geld krijg je alles voor elkaar, Sancho. En als dat niet werkt... welnu, dan zullen we andere maatregelen moeten nemen.'
'Voor dat soort dingen hoef je op mij niet te rekenen!' riep Sancho uit. 'Maurice zou het je nooit vergeven.'
'Hij hoeft het niet te weten.'
'Ik zou het hem persoonlijk vertellen. Juist omdat ik als een broer van je hou, Toulouse. Ik kan niet toestaan dat je zoiets vreselijks begaat. Je zou er je hele leven spijt van hebben,' antwoordde Sancho.
'Maak je niet zo druk, man! Het was maar een grapje. Je weet dat ik nog geen vlieg kwaad kan doen.' Valmorain lachte keffend.
Sancho trok zich bezorgd terug, en Valmorain bleef piekeren over het idee van die placage. Het leek de meest logische oplossing, maar het was buitengewoon gevaarlijk zijn goedkeuring te hechten aan het samenleven van een broer en een zus. Als men het te weten kwam, was zijn goede naam onherstelbaar beschadigd zijn en zouden de Valmorains met de nek worden aangekeken. En op welke manier zouden die twee zich in het openbaar presenteren"? Hij moest aan de toekomst van zijn vijf dochters denken, aan zijn zaken, zijn sociale positie, zoals Hortense hem maar al te vaak duidelijk maakte.Hij had er geen idee van dat diezelfde Hortense er al voor had gezorgd dat er ruchtbaarheid was gegeven aan de geschiedenis. Ze had zich voor de keuze gesteld gezien de reputatie van haar gezin veilig te stellen - voor iedere creoolse dame de hoogste prioriteit - of die van haar stiefzoon te vernietigen, en had gekozen voor de laatste, verleidelijke mogelijkheid. Als het aan haar had gelegen, zou ze Maurice en Rosette persoonlijk in de echt hebben verbonden, alleen maar om hem kapot te maken. Zij vond Sancho's idee van placage maar niets, want als de liefde eenmaal was bekoeld, wat na verloop van tijd altijd gebeurde, zou Maurice alsnog zijn eerstgeboorterecht kunnen opeisen zonder dat iemand nog aan zijn misstap dacht. Mensen vergeten snel. De meest praktische oplossing was dat haar stiefzoon door zijn vader werd verstoten.
'Hij moet zo nodig met een kwartbloed trouwen? Prima. Laat hij het vooral doen en tussen de zwarten gaan wonen, zijn verdiende loon,' had ze haar zusters en vriendinnen gezegd. Die zorgden er op hun beurt voor dat het verhaal werd doorverteld.