17
Warren streek zijn krullende blonde haar naar achteren. 'Wat voor soort reis ben je aan het maken, Zedd?' Zedd wees met een magere vinger. 'U hoeft die dode mug niet te bewaren, generaal.'
Generaal Reibisch besefte dat hij het insect nog tussen duim en wijsvinger hield. Hij gooide het weg. Iedereen wachtte op Zedds antwoord. Hij streek het dikke kastanjebruine gewaad glad over zijn magere dijen terwijl hij afwezig naar de lemen grond keek.
Hij slaakte een sombere zucht. 'Ik was herstellende van mijn eigen wonderbaarlijke redding, na met een heel bijzondere magie te hebben geworsteld die ik nooit eerder was tegengekomen, en terwijl ik daarvan bijkwam, ben ik maanden aan het zoeken geweest. Ik ben in Anderith geweest en heb gezien wat er gebeurde toen de Orde er binnenviel. Het was een trieste tijd voor de bevolking. Niet alleen door de plunderende soldaten, maar ook door een van jouw Zusters, Verna. De Maitresse van de Dood, noemden ze haar.'
'Weet je wie het is?' vroeg Verna, bitter toen ze moest horen dat een Zuster kwaad deed.
'Nee. Ik heb haar maar eenmaal gezien, van een flinke afstand. Als ik volledig hersteld was geweest, had ik misschien wel geprobeerd iets aan de situatie te doen, maar ik was mezelf nog niet en durfde de confrontatie met haar niet aan. Ze had ook een paar duizend soldaten bij zich. De aanblik van al die soldaten, onder aanvoering van een vrouw over wie ze verhalen hadden gehoord en die ze vreesden, bracht de mensen in paniek. De Zuster was jong, met blond haar. Ze droeg een zwarte jurk.' 'Goede Schepper,' fluisterde Verna. 'Niet een van de mijne; een van de Wachter. Er worden maar weinig vrouwen geboren met zo'n grote kracht als zij heeft. En ze heeft kracht die ze op infame manier heeft verworven; Nicci is een Zuster van de Duisternis.' ik heb rapporten gekregen,' zei generaal Reibisch. Uit zijn grimmige toon leidde Zedd af dat de rapporten juist waren geweest, ik heb ook gehoord dat het een stuk rustiger is geworden.'
Zedd knikte, in het begin was de Orde genadeloos, maar nu heeft "Jagang de Rechtvaardige", zoals ze hem zijn gaan noemen, hun verder leed bespaard. Op de meeste plekken, afgezien van de hoofdstad Schoonveld, waar het meest is gemoord, zijn de mensen hem gaan steunen als bevrijder die is gekomen om hun een beter leven te bezorgen. Ze geven buren aan, of reizigers... iedereen die ze ervan verdenken de nobele idealen van de Orde niet aan te hangen.
Ik ben in heel Anderith geweest en ben heel wat tijd achter de vijandelijke linie aan het zoeken geweest... zonder succes. Daarna ben ik de wildernis ingetrokken en heb een paar plaatsen en zelfs een paar steden in het noorden aangedaan. Maar ik kan geen spoor van hen vinden. Ik vermoed dat het lang heeft geduurd voordat mijn vermogens weer helemaal hersteld waren; pas kortgeleden heb ik ontdekt waar jullie waren. Mijn complimenten, generaal, u hebt de aanwezigheid van uw strijdmacht goed verborgen gehouden; het heeft me een eeuwigheid gekost om uw leger te vinden. Maar de jongen lijkt spoorloos verdwenen te zijn.' Zedd balde zijn vuisten in zijn schoot, ik moet hem vinden.' 'Bedoel je Richard?' vroeg Adie. 'Ben je op zoek naar je kleinzoon?' 'Ja. Naar Richard en Kahlan, allebei.' Zedd hief zijn handen in een hulpeloos gebaar. 'Maar zonder enig succes, moet ik toegeven. Ik heb niemand gesproken die ook maar een teken van leven van ze had gezien. Ik heb elke vaardigheid gebruikt die ik bezit, maar tevergeefs. Als ik niet beter wist, zou ik denken dat ze niet meer bestonden.' Alle anderen wisselden blikken. Zedd keek van het ene verwonderde gezicht naar het andere. Voor het eerst in maanden kreeg Zedd weer hoop. 'Wat? Wat is er? Weten jullie iets?'
Verna gebaarde onder de bank. 'Laat het hem maar zien, generaal.' De generaal haalde een opgerolde landkaart te voorschijn. Hij rolde hem uit in zijn eeltige handen en legde hem op de grond aan zijn voeten. De landkaart lag zo gedraaid dat Zedd hem kon lezen. Generaal Reibisch tikte op de bergen ten westen van Hartland. 'Hier, Zedd.' 'Daar... wat?'
'Richard en Kahlan,' zei Verna.
Zedd keek met open mond naar haar, en toen weer naar de landkaart. De vinger van generaal Reibisch hing boven een woeste bergketen. Zedd kende die bergen. Ze waren onherbergzaam.
'Daar? Goede geesten, waarom zouden Richard en Kahlan daar helemaal zijn, op zo'n grimmige plek? Wat doen ze daar?'
'Kahlan is gewond,' zei Adie op kalmerende toon. 'Gewond?'
'Ze heeft op het randje van de geestenwereld gezweefd. Voor zover we weten, heeft ze misschien de wereld aan de andere kant van de sluier wel gezien.' Adie wees naar de kaart. 'Richard heeft haar daar mee naartoe genomen om te herstellen.'
'Maar... waarom zou hij dat doen?' Met een hand streek Zedd zijn golvende witte haar op zijn kruin plat. Zijn gedachten tolden door zijn hoofd terwijl hij probeerde alles tegelijk te bevatten. 'Ze zou toch genezen kunnen worden...'
'Nee. Ze is betoverd. Als er magie wordt gebruikt om haar te genezen, wordt er een akelige betovering ontketend en sterft ze.' Nu begreep hij het. 'Goede geesten... Ik ben blij dat de jongen het op tijd wist.' Voordat de gruwelijke herinneringen aan de kreten zijn gedachten binnen konden denderen, sloeg Zedd een mentale deur dicht. Hij slikte van de pijn van wat er nog net door het kiertje glipte. 'Maar dan nog, waarom is hij daarheen gegaan? Hij is hier nodig.' 'Dat is hij zeker,' snauwde Verna. Aan haar toon te horen was het een pijnlijk onderwerp.
'Hij kan niet hierheen komen,' zei Warren. Toen Zedd hem alleen maar aanstaarde, verklaarde hij zich nader. 'We begrijpen het niet helemaal, maar we geloven dat Richard een of andere profetie naleeft.' 'Een profetie!' Zedd wuifde dat idee weg. 'Richard houdt niet van raadseltjes. Hij heeft er een hekel aan en trekt zich er niets van aan. Er zijn momenten dat ik wens dat hij dat wel zou doen.' 'Nou, van deze trekt hij zich wel iets aan.' Warren perste zijn lippen even op elkaar. 'Deze is van zichzelf.' 'Hoezo, van zichzelf?'
Warren schraapte zijn keel. 'Zijn eigen profetie.' Zedd sprong overeind. 'Wat? Richard? Onzin.' 'Hij is een oorlogstovenaar,' zei Verna met kalm gezag. Zedd liet een fronsende blik langs alle nu plotseling behoedzame gelaatsuitdrukkingen gaan. Hij trok een lang gezicht en ging met een zwaai van zijn gewaad weer naast Adie zitten. 'Hoe luidt die profetie?'
Warren draaide zijn paarse gewaad in een knoop. 'Dat heeft hij niet precies gezegd.'
'Hier.' Generaal Reibisch trok een paar opgevouwen velletjes papier uit zijn zak. 'Hij heeft me brieven geschreven. Die hebben we allemaal gelezen.'
Zedd stond op en griste de brieven uit de grote vuist van de generaal. Hij liep naar de tafel en streek de velletjes glad. Terwijl iedereen zwijgend toekeek, boog Zedd zich over de tafel en las de woorden van Richard die voor hem op papier stonden.
Met groot gezag keerde Richard zich paradoxaal genoeg af van zijn positie als gezaghebber. Hij zei dat hij na diep nadenken tot een inzicht was gekomen dat met de kracht van een visioen tot hem was gekomen, en dat hij toen heel zeker had geweten dat zijn hulp alleen tot een catastrofe kon leiden.
In volgende brieven vertelde Richard dat Kahlan en hij veilig waren en dat ze langzaam beter werd. Cara was bij hen. In antwoord op brieven die generaal Reibisch en anderen hem hadden geschreven, bleef Richard vastberaden bij zijn standpunt. Hij waarschuwde hen dat de vrijheid voorgoed verloren zou gaan als hij niet de juiste weg bleef volgen. Hij zei dat hij geen enkele beslissing die generaal Reibisch en de anderen zouden nemen, zou tegenspreken of bekritiseren. Hij vertelde hun dat hij in zijn hart bij hen was, maar dat ze het voorlopig zonder hem moesten stellen. Misschien wel voor altijd, zei hij.
Eigenlijk verschaften zijn brieven geen werkelijke informatie, behalve dat ze zinspeelden op zijn inzicht of visioen, en duidelijk maakten dat ze geen leiding van hem konden verwachten. Niettemin kon Zedd er wel dingen in lezen die niet expliciet werden gezegd. Zedd bleef nog lang nadat hij ze had gelezen naar de brieven staren. De vlam van de lamp zwaaide langzaam heen en weer en flakkerde af en toe, waarbij er een kronkelig draadje vette rook omhoog kringelde. Hij hoorde gedempte stemmen buiten de tent, afkomstig van patrouillerende soldaten die zachtjes informatie uitwisselden. Binnen zweeg iedereen. Ze hadden de brieven allemaal gelezen.
Verna's gezicht was strak van ongerustheid. Ze kon haar mond niet langer houden. 'Ga je met hem praten, Zedd? Hem overhalen zich weer in te zetten voor de strijd?'
Zedd liet zijn vingers lichtjes over de woorden op het papier gaan. 'Dat kan ik niet. Deze keer kan ik hem niet helpen.'
'Maar hij is onze aanvoerder in deze oorlog.' Het zachte lamplicht viel over de haar slanke, gracieuze vingers, die ze tegen haar voorhoofd drukte omdat haar hoop vergeefs bleek. Ze liet haar hand weer op haar schoot vallen. 'Zonder hem...'
Zedd gaf haar geen antwoord. Hij kon zich niet voorstellen wat Anns reactie op deze ontwikkeling zou zijn. Eeuwenlang had ze alle profetieën uitgeplozen in afwachting van de oorlogstovenaar die geboren zou worden om hen aan te voeren in deze strijd om het voortbestaan van de magie. Richard was die oorlogstovenaar, geboren voor de strijd die hij plotseling had opgegeven.
'Wat denk je dat het probleem is?' vroeg Adie met haar kalme, raspende stem.
Zedd wierp een laatste blik op de brieven. Hij rukte zich los van de woorden en richtte zich op. Alle ogen in de spaarzaam verlichte tent waren op hem gericht, alsof iedereen hoopte dat hij hen op de een of andere manier kon redden van een lot dat ze niet konden bevatten, en daarom vreesden.
'Dit is voor Richard een periode dat zijn ziel op de proef wordt gesteld.' Zedd liet zijn handen in de mouwen glijden totdat de manchetten met zilverbrokaat elkaar raakten. 'Een soort overgang... waarin hij terecht is gekomen doordat hij iets doorgrondt dat alleen hij ziet.' Warren schraapte zijn keel. 'Wat voor soort beproeving is het, Zedd? Kun je ons dat vertellen?'
Zedd gebaarde vaag terwijl er herinneringen aan afschuwelijke tijden door zijn geest flitsten. 'Een strijd... een verzoening...' 'Wat voor verzoening?' drong Warren aan.
Zedd keek de jongeman in zijn blauwe ogen en wenste dat hij niet zoveel zou vragen. 'Wat is het doel van je gave?'
'Het doel? Nou, ik... denk om... Nou, die is er gewoon. De gave is gewoon een talent.'
'Het doel is anderen te helpen,' stelde Verna beslist. Ze trok haar lichtblauwe cape wat dichter om haar schouders, alsof die een harnas was dat haar zou beschermen tegen wat Zedd haar ten antwoord toe zou werpen.
'Aha. Wat doen jullie dan hier?' De vraag overviel haar. 'Hier?'
'Ja.' Zedd gaf met een vaag armgebaar een verre plek aan. 'Als de gave er is om anderen te helpen, waarom ben je dat dan niet aan het doen? Er zijn zieken die genezen moeten worden, onwetenden die onderwezen moeten worden en hongerigen die gevoed moeten worden. Waarom zit je hier dan gezond, slim en goed doorvoed te zijn?' Verna verschikte haar cape terwijl ze haar schouders rechtte in een houding van besliste vastberadenheid. 'Als je in een veldslag de poorten verlaat om een gevallen kameraad te helpen, geef je toe aan een zwakheid: je onvermogen om jezelf te harden tegen het onmiddellijke lijden om lijden op een veel grotere schaal te voorkomen. Als ik wegren om de paar mensen te helpen die ik op die manier zou kunnen helpen, moet ik mijn post hier, bij dit leger, in de steek laten, terwijl dat probeert de vijand ervan te weerhouden door de poort van de Nieuwe Wereld naar binnen te stormen.' Zedd kreeg een wat hogere dunk van de vrouw. Ze had bijna de kern van een essentiële waarheid onder woorden gebracht. Hij schonk haar een glimlachje van respect terwijl hij knikte. Daar leek ze verraster door te zijn dan door zijn vraag.
'Ik begrijp nu waarom de Zusters van het Licht wijd en zijd bekendstaan als echte helpers van behoeftigen.' Zedd streek langs zijn kin. 'Dus je bent van mening dat wij met de gave op de wereld zijn gezet als slaven van de behoeftigen?'
'Nou, nee... maar als de nood hoog is...'
'Dan zitten we vaster in de ketenen van de slavernij waarin degenen die behoeftiger zijn dan wij ons hebben geslagen,' maakte Zedd de zin voor haar af. 'Dus wordt iedereen met een behoefte naar jouw mening terecht onze meester? We zijn dienaar van goede zaken, van de belangrijkste zaak die zich toevallig aandient, maar hoe dan ook een horige. Ja?' Deze keer verkoos Verna zich niet samen met hem te begeven op wat zij blijkbaar beschouwde als drijfzand. Maar dat belette haar niet om hem zuur aan te kijken.
Zedd vond dat er slechts één steekhoudend antwoord was op die vraag; als Verna het kende, gaf ze het in elk geval niet.
'Richard is blijkbaar in een stadium gekomen dat hij zijn alternatieven aan een kritisch onderzoek moet onderwerpen en moet vaststellen welke richting hij moet kiezen in zijn leven,' legde Zedd uit. 'Misschien hebben de omstandigheden ertoe geleid dat hij zich afvraagt hoe hij zijn talenten het beste kan gebruiken en wat, in het licht van zijn normen, zijn ware doel moet zijn.'
Verna opende haar handen in een hulpeloos gebaar, ik zie niet hoe hij een hoger doel kan hebben dan hier te zijn, om het leger bij te staan tegen de bedreiging van de Nieuwe Wereld, de bedreiging van het leven van vrije mensen.'
Zedd liet zich weer op de bank zakken. 'Jij ziet het niet en ik zie het niet, maar Richard ziet wel iets.'
'Dat betekent nog niet dat hij gelijk heeft,' zei Warren. Zedd nam het gezicht van de jongeman even aandachtig op. Warren had jeugdige gelaatstrekken, maar ook een wijze blik in zijn ogen die erop leek te wijzen dat hij niet zo heel jong was. Zedd vroeg zich af hoe oud Warren was.
'Nee, het betekent niet dat Richard gelijk heeft. Misschien maakt hij een enorme vergissing die onze kans op overleven om zeep helpt.' 'Kahlan denkt dat het misschien een vergissing is,' bracht Adie uiteindelijk in het midden, alsof het haar speet dat ze het hem moest vertellen. 'Ze heeft me een briefje geschreven - ik denk zonder dat Richard ervan wist, aangezien Cara het voor Kahlan heeft geschreven - en heeft het aan de bode meegegeven. Kahlan zegt dat ze bang is dat Richard dit gedeeltelijk doet vanwege wat haar is overkomen. De Biechtmoeder vertelde me ook dat ze vreest dat Richard zijn vertrouwen in de mensen heeft verloren en dat hij zichzelf, door de afwijzing van het volk van Anderith, ziet als een gevallen leider.' 'Pff.' Zedd wuifde dat idee met zijn hand weg. 'Een leider kan niet met zijn staart tussen zijn benen achter zijn mensen aan lopen en elke tijdelijke luim en wens van hen opsnuiven, jankend dat ze hem alle kanten op moeten volgen terwijl ze door het leven dolen. Dat soort mensen is niet op zoek naar een leider; zij zoeken een baas, en zullen die eens vinden.
Een ware leider baant een duidelijk pad door een morele wildernis, zodat mensen de juiste weg kunnen zien. Richard was woudloper omdat dat in zijn aard zit. Misschien is hij verdwaald in dat donkere woud. Als dat zo is, moet hij zich er een weg uit zoeken, en het moet een juist beredeneerde richting zijn als hij de ware leider van een vrij volk moet worden.'
Iedereen dacht in stilte na over de implicaties hiervan. De generaal was een man die de Meester Rahl volgde en eenvoudigweg zijn bevelen afwachtte. De Zusters hadden hun eigen ideeën. Zedd en Adie wisten dat de weg die voor hen lag niet was wat sommigen misschien zouden denken.
'Dat is wat Richard voor mij heeft gedaan,' zei Warren met zachte stem terwijl hij voor zich uit staarde naar zijn eigen herinneringen. 'Hij heeft me de weg gewezen, heeft ervoor gezorgd dat ik hem wilde volgen de gewelven uit. Ik was me daar op mijn gemak gaan voelen, tevreden met mijn boeken en mijn lot, maar ik was een gevangene van die duisternis en leefde mijn leven via de inspanningen en prestaties van anderen. Ik heb nooit helemaal begrepen hoe hij me zover heeft gekregen dat ik hem wilde volgen naar boven en naar buiten.' Warren keek op in Zedds ogen. 'Misschien heeft hij zelf ook dergelijke hulp nodig. Kun jij hem helpen, Zedd?'
'Hij is een periode ingegaan die voor iedereen duister is, en speciaal voor een tovenaar. Hij moet hier alleen doorheen komen. Als ik hem bij de hand neem en hem er bij wijze van spreken doorheen leid, neem ik hem misschien mee een kant op die hij zelf niet gekozen zou hebben, en dan zou hij voorgoed beschadigd zijn door wat ik voor hem had gekozen. ...En erger nog, stel dat hij gelijk heeft. Als ik hem onbewust een andere richting op dwong, zou dat voor ons allemaal de ondergang kunnen betekenen en kunnen resulteren in een wereld onderworpen aan de Imperiale Orde.' Zedd schudde zijn hoofd. 'Nee. Ik weet één ding: we moeten Richard met rust laten en hem laten doen wat hij moet doen. Als hij echt degene is om ons aan te voeren in de strijd om de toekomst van de magie en de mensheid, dan kan dit alleen deel uitmaken van zijn reis, zoals hij die moet afleggen.'
Bijna iedereen knikte en leek, zij het met tegenzin, in te stemmen met Zedds woorden.
Warren knikte niet. Hij frunnikte aan de stof van zijn paarse gewaad. 'Er is één mogelijkheid die we niet hebben overwogen.' Terwijl iedereen afwachtte, sloeg hij zijn blauwe ogen op naar Zedd. In die ogen zag Zedd een buitengewone wijsheid die hem vertelde dat deze jongeman de kern van dingen kon zien terwijl de meeste mensen alleen het glinsterende oppervlak zagen.
'Het zou kunnen,' zei Warren met kalme maar standvastige stem, 'dat aan Richard, die de gave heeft en een oorlogstovenaar is, een echte profetie is geopenbaard. Oorlogstovenaars zijn anders dan alle anderen met de gave. Hun vermogens zijn niet specifiek, maar breed. Profetie ligt, in elk geval theoretisch, binnen de grenzen van zijn bereik. Bovendien heeft Richard behalve Additieve Magie ook Subtractieve. Geen enkele andere tovenaar die in de afgelopen drieduizend jaar is geboren, had beide zijden. Hoewel we het ons misschien kunnen voorstellen, hebben we geen werkelijk inzicht in zijn potentieel, ook al hebben de profetieën erop gezinspeeld.
Het zou heel goed kunnen dat Richard een echte profetie heeft gehad die hij duidelijk begrijpt. Als dat zo is, dan doet hij misschien precies wat hij moet doen. Het zou zelfs kunnen dat hij de profetie helemaal begrijpt en dat die zo gruwelijk is dat hij ons de enige gunst bewijst die hij kan: ons de inhoud niet vertellen.'
Verna legde haar hand over de zijne. 'Dat geloof je toch niet echt, Warren?' Zedd merkte dat Verna veel waarde hechtte aan wat Warren zei. Ann had Zedd verteld dat de gave van profeteren zich nog maar pas begon te manifesteren bij Warren. Zulke tovenaars - profeten - waren zo zeldzaam dat er maar een of twee per millennium werden geboren. De mogelijke betekenis die zo'n tovenaar kon hebben, was onmetelijk. Zedd wist niet hoe ver Warren werkelijk was op dat gebied. Warren zelf waarschijnlijk ook niet.
'Profetie kan een vreselijke last zijn.' Warren streek zijn gewaad glad over zijn dijbeen. 'Misschien heeft Richards profetie hem verteld dat als hij ooit een kans wil maken op de overwinning, hij niet met de rest van ons moet sterven in onze strijd tegen het leger van de Imperiale Orde.' Generaal Reibisch, die zweeg over al die tovenaarszaken, had niettemin aandachtig zitten luisteren en kijken. Zuster Philippa's duim speelde met een knoop aan haar jurk. Zelfs met Verna's hand troostend op de zijne, zag Warren er op dat moment verloren uit.
'Warren' - Zedd wachtte totdat hun blikken elkaar ontmoetten - 'we stellen ons altijd de vreselijkste gebeurtenissen voor, eenvoudigweg omdat dat het meest beangstigende is dat we kunnen bedenken. Concentreer je niet op datgene wat niet de waarschijnlijkste reden is voor Richards daden, enkel omdat het de reden is die je het meest vreest. Ik denk dat Richard zich inspant om zijn plek in dit alles te bepalen. Vergeet niet dat hij is opgegroeid als woudloper. Hij moet niet alleen leren leven met zijn gave, maar ook met de last van het leiderschap.' 'Ja, maar...'
Zedd stak een vinger op om zijn woorden kracht bij te zetten. 'De simpelste verklaring blijkt vaak de juiste te zijn.'
De somberheid op Warrens gezicht smolt eindelijk weg en maakte plaats voor een stralende glimlach. 'Die oude wijsheid was ik vergeten. Dank je, Zedd.'
Generaal Reibisch, die met zijn vingers zijn krullende baard zat te kammen, trok zijn hand los en maakte een vuist. 'Bovendien worden D'Haranen niet zo makkelijk verslagen. We hebben meer troepen die we kunnen inzetten, en we hebben bondgenoten hier in het Middenland die ons te hulp zullen komen. We hebben allemaal de berichten over de omvang van het leger van de Orde gehoord, maar het zijn enkel mensen, geen kwade geesten. Zij hebben mensen met de gave, maar wij ook. Ze moeten nog kennismaken met de kracht van de D'Haraanse soldaten.'
Warren pakte een steen op, net iets kleiner dan zijn vuist, en hield die in zijn hand terwijl hij sprak, ik wil niet oneerbiedig klinken, generaal, en het is niet mijn bedoeling u te ontmoedigen, maar ik heb me veel beziggehouden met de Orde. Ik heb haar jarenlang bestudeerd. Ik kom ook uit de Oude Wereld.'
'Goed. En wat kun je ons erover vertellen?'
'Nou, stel dat het tafelblad de Oude Wereld is, het gebied waar Jagang zijn troepen rekruteert. Er zijn natuurlijk delen waar de bevolkingsdichtheid klein is. Maar er zijn ook veel plekken waar erg veel mensen wonen.'
'Zo is het in de Nieuwe Wereld ook,' zei de generaal. 'D'Hara heeft dichtbevolkte en bijna verlaten gebieden.'
Warren schudde zijn hoofd. Hij ging met zijn hand over het tafelblad. 'Zeg dat dit de Oude Wereld is; deze hele tafel.' Hij hield de steen omhoog om die aan de generaal te laten zien en legde hem toen op de rand van het tafelblad. 'Dan is dit de Nieuwe Wereld. Dit is de omvang - deze steen - van de Nieuwe Wereld ten opzichte van de Oude Wereld.' 'Maar, maar daar is D'Hara niet bij,' sputterde generaal Reibisch. 'Met D'Hara erbij...'
'D'Hara maakt ook deel uit van de steen.' ik vrees dat Warren gelijk heeft,' zei Verna.
Ook Zuster Philippa knikte somber en instemmend. 'Misschien...' zei ze terwijl ze naar haar handen keek, die gevouwen in haar schoot lagen, 'misschien heeft Warren gelijk en heeft Richard een visioen gekregen van onze nederlaag, en weet hij dat hij zich erbuiten moet houden, omdat hij anders samen met ons ten onder gaat.'
'Ik geloof helemaal niet dat dat het is,' zei Zedd op vriendelijke toon. 'Ik ken Richard. Als Richard dacht dat we zouden verliezen, zou hij dat wel zeggen, om iedereen een kans te geven daar rekening mee te houden bij hun beslissingen.'
De generaal schraapte zijn keel. 'Nou, eigenlijk ontbreekt er één brief op dat stapeltje. De eerste, waarin hij me vertelde over zijn visioen. Daarin schreef Meester Rahl dat we geen kans hadden te winnen.' Zedd voelde hoe zijn bloed wegtrok. Hij probeerde onbezorgd te blijven klinken. 'O? Waar is die brief?' De generaal wierp een zijdelingse blik op Verna. 'Eh, nou,' zei Verna, 'toen ik hem las, werd ik eerlijk gezegd kwaad en...' 'En ze heeft hem verfrommeld en in het vuur gegooid,' maakte Warren de zin voor haar af.
Verna's gezicht werd rood, maar ze voerde niets aan om zich te verdedigen. Zedd begreep haar gevoelens, maar hij had die brief graag met zijn eigen ogen willen lezen. Hij dwong zichzelf te glimlachen. 'Waren dat letterlijk zijn woorden, dat we geen kans hadden om te winnen?' vroeg Zedd, en hij probeerde niet verontrust te klinken. Hij voelde zweetdruppeltjes langs zijn nek lopen.
'Nee...' zei generaal Reibisch terwijl hij zijn schouders optrok en diep over de vraag nadacht. 'Nee, de woorden van Meester Rahl waren dat we onze troepen niet moesten inzetten voor een rechtstreekse aanval op het leger van de Imperiale Orde, want dan zou onze zijde worden weggevaagd en dan zouden alle kansen om in de toekomst te overwinnen voorgoed verkeken zijn.'
Het gevoel begon terug te komen in Zedds vingers. Hij veegde een zweetdruppel van zijn slaap. Hij kon gemakkelijker ademhalen. 'Nou, dat klinkt wel logisch. Als hun strijdmacht zo groot is als Warren zegt, dan zou een rechtstreekse aanval roekeloos zijn.'
Het was inderdaad logisch. Maar Zedd vroeg zich af waarom Richard dat zo nadrukkelijk vertelde aan iemand met de ervaring van generaal Reibisch. Misschien alleen uit voorzichtigheid. Er was niets tegen voorzichtigheid.
Adie liet haar hand onder die van Zedd glijden en nestelde haar losse vuist onder zijn handpalm. 'Als je denkt dat je Richard hierin met rust moet laten, blijf je dan? Om te helpen de mensen met de gave hier te leren wat ze moeten weten?'
Iedereen keek hem met ongeruste blik aan, verlangend zijn antwoord te horen. De generaal streek doelloos met een vinger over het witte litteken langs de zijkant van zijn gezicht. Zuster Philippa verstrengelde
haar vingers. Verna en Warren strengelden die van hun ineen. Zedd glimlachte en legde zijn arm om Adies schouders. 'Natuurlijk laat ik jullie niet in de steek.'
De drie op de bank tegenover hem slaakten een zucht. Hun houding ontspande alsof iemand een touw om hun nek liet vieren. Zedd keek hen stuk voor stuk ernstig aan. 'Oorlog is een akelige zaak. Het gaat erom mensen te doden voordat zij jou kunnen doden. Magie is in een oorlog gewoon een wapen, maar dan wel een angstaanjagend wapen. Jullie moeten beseffen dat het in deze situatie ook moet worden ingezet om mensen te doden.'
'Wat moeten we doen?' vroeg Verna, duidelijk opgelucht dat hij ermee had ingestemd te blijven, hoewel ze het niet zo openlijk liet blijken als generaal Reibisch, Warren of Zuster Philippa.
Zedd trok wat stof van zijn gewaad van weerszijden van zijn benen naar het midden terwijl hij even nadacht over de vraag. Het was niet het soort les dat hij graag gaf.
'Morgenochtend gaan we beginnen. Er valt veel te leren over het beantwoorden van magie in een oorlog. Ik zal allen met de gave wat dingen leren over de afschuwelijke praktijk van kwaad doen met datgene waar je altijd hoopte goed mee te doen. Het zullen geen aangename lessen zijn, maar dat is het alternatief ook niet.'
De gedachte aan zulke lessen, en erger nog, het gebruik van dergelijke kennis, kon voor geen van hen aangenaam zijn. Adie, die wel iets wist van de gruwelijke aard van zo'n strijd, wreef hem medelevend over zijn rug. Zijn zware gewaad kleefde aan zijn huid. Hij wilde dat hij zijn eenvoudige tovenaarsgewaad terug had.
'We zullen allemaal doen wat nodig is om te voorkomen dat onze mensen het slachtoffer worden van de monsterlijke magie van de Imperiale Orde,' zei Verna. 'Daar heb je mijn woord als priores op.' Zedd knikte. 'Dan beginnen we morgen.'
ik durf bijna niet te denken aan een oorlog waarin magie wordt gebruikt,' zei generaal Reibisch terwijl hij opstond. Zedd haalde zijn schouders op. 'Eerlijk gezegd is het uiteindelijke doel van magie in een oorlog om de magie van de vijand teniet te doen. Als we ons werk goed doen, brengen we de zaak in evenwicht. Dat betekent dat alle magie wordt geneutraliseerd en de soldaten kunnen vechten zonder dat de strijd wordt beïnvloed door magie. U zult het staal tegen staal kunnen zijn, terwijl wij de magie tegen magie zijn.' 'Je bedoelt dat je magie ons niet rechtstreeks zal helpen?' Zedd haalde zijn schouders op. 'We zullen proberen magie te gebruiken om hun op alle mogelijke manieren schade toe te brengen, maar als we proberen magie als wapen te gebruiken, zal de vijand proberen die van
ons teniet te doen. Elke poging van hen om hun kracht tegen ons te gebruiken, zullen wij proberen teniet te doen. Het resultaat van oorlogsvoering met magie, als die juist en deskundig wordt toegepast, is dat het lijkt alsof er helemaal geen magie bestaat.
Als we de uitdaging niet aangaan, dan zal de kracht die ze op ons afsturen werkelijk te gruwelijk zijn om mee te maken. Als we hen te slim af kunnen zijn, dan zult u een vernietiging van hun troepen zien zoals u zich nauwelijks kunt voorstellen. Maar in mijn ervaring heeft magie aan beide zijden de neiging tegen elkaar op te wegen, zodat je zulke gebeurtenissen maar zelden ziet.'
'Dus een patstelling is ons doel?' vroeg Zuster Philippa. Zedd draaide zijn handpalmen omhoog en bewoog zijn handen aan weerszijden van zijn lichaam op en neer, alsof het de schalen van een weegschaal waren. 'De mensen met de gave zullen aan beide zijden harder werken dan ze ooit eerder hebben gedaan. Ik kan jullie wel vertellen dat het uitputtend is. Afgezien van misschien een kleine verschuiving in wie de overhand heeft, zal het resultaat zijn dat het lijkt alsof we geen van allen iets doen om ons eten te verdienen.'
Zedd liet zijn handen zakken. 'Er zullen korte ogenblikken zijn van regelrechte verschrikking en ware paniek als het boven elke twijfel verheven lijkt dat er in één laatste wanhoopsaanval een einde zal komen aan de wereld zelf.'
Generaal Reibisch grinnikte op een eigenaardige, vriendelijke, veelbetekenende manier. 'Neem maar van mij aan dat oorlog als je een zwaard in je hand hebt er ongeveer net zo uitziet.' Hij stak schertsend zijn hand op ter verdediging. 'Maar dat heb ik liever, geloof ik, dan dat ik met mijn zwaard moet uithalen naar elke magische mug die er langskomt. Ik ben een man van staal tegen staal. We hebben Meester Rahl om de magie tegen de magie te zijn. Ik ben opgelucht dat we Meester Rahls grootvader, de Eerste Tovenaar, bij ons hebben om ons te helpen. Dank je, Zedd. Voor alles wat je nodig hebt, zal worden gezorgd. Je hoeft het alleen maar te vragen.'
Verna en Warren knikten zwijgend en de generaal liep naar de ingang van de tent. Toen Zedd het woord nam, draaide generaal Reibisch zich terug, met de tentflap in één hand. 'Zendt u nog steeds bodes naar Richard?'
De generaal antwoordde bevestigend. 'Kapitein Meiffert is er ook geweest. Hij kan je misschien meer vertellen over Meester Rahl.' 'Zijn alle bodes veilig teruggekeerd?'
'De meesten wel.' Hij wreef over zijn bebaarde kin. 'We hebben er tot nu toe twee verloren. Eén bode werd toevallig gevonden onder aan een lawine. Een andere is nooit teruggekeerd, maar zijn lichaam is ook niet gevonden... wat op zichzelf niet ongebruikelijk is. Het is een lange en zware reis. Er liggen allerlei gevaren op de loer op zo'n tocht; we kunnen verwachten een paar mannen te verliezen.' 'Ik zou graag willen dat u geen mannen meer naar Richard stuurt.' 'Maar Meester Rahl moet op de hoogte blijven.' 'En als de vijand een van die bodes gevangenneemt en erachter komt waar Richard is? Als je geen scrupules hebt, kun je bijna iedere man uiteindelijk aan het praten krijgen. Het is het risico niet waard.' De generaal wreef met zijn handpalm over het gevest van zijn zwaard terwijl hij nadacht over wat Zedd had gezegd. 'De Orde bevindt zich ver ten zuiden van ons, helemaal in Anderith. Wij hebben het hele gebied tussen hier en de bergen waar Meester Rahl verblijft in handen.' Hij schudde berustend zijn hoofd in reactie op Zedds strakke blik. 'Maar als je denkt dat dat beter is, zal ik niemand meer sturen. Zal Meester Rahl zich dan niet afvragen hoe het met ons staat?' 'Hoe het met ons staat is op dit moment niet echt relevant voor hem; hij doet wat hij moet doen, en hij kan zich niet laten beïnvloeden door onze situatie. Hij heeft u al verteld dat hij u geen bevelen zal kunnen geven, dat hij zich erbuiten moet houden.'
Zedd trok zijn mouwen recht en zuchtte terwijl hij erover nadacht. 'Misschien kan ik aan het eind van de zomer, voordat de winter het land in zijn greep krijgt en ze daar helemaal insneeuwen, naar hen toe gaan om te zien hoe het met ze is.'
Generaal Reibisch glimlachte ten afscheid. 'Als je met Meester Rahl kon praten, zou dat voor ons allemaal een opluchting zijn, Zedd; naar jou zal hij luisteren. Goedenacht, allemaal.'
De man had zojuist zijn ware gevoelens verraden. Niemand in de tent vertrouwde echt op wat Richard deed, behalve misschien Zedd, en ook Zedd had zijn twijfels. Kahlan had gezegd dat ze dacht dat Richard zichzelf als een gevallen leider zag; deze mensen, die beweerden niet te begrijpen hoe hij zoiets kon denken, hadden tegelijkertijd zelf geen vertrouwen in zijn daden.
Richard was alleen, met enkel de kracht van zijn overtuigingen om hem te schragen.
Nadat de generaal was verdwenen, boog Warren zich gretig naar voren. 'Zedd, ik zou met je mee kunnen gaan naar Richard. We zouden hem kunnen vragen ons alles te vertellen, en dan kunnen we vaststellen of het echt een profetie is of, zoals hij zegt, enkel een inzicht dat hij heeft bereikt. Als het geen echte profetie is, kunnen we hem misschien op andere gedachten brengen. Bovendien kunnen we dan beginnen hem te leren - jij, in elk geval - met zijn gave om te gaan, zijn magie te gebruiken. Hij moet weten hoe hij zijn gave kan gebruiken.'
Terwijl Zedd ijsbeerde, maakte Verna een brommend geluid om haar twijfels te uiten over Warrens suggestie. 'Ik heb geprobeerd Richard te leren zijn Han aan te raken. Een aantal Zusters heeft daar ook pogingen toe gedaan. Niemand is er een stap verder mee gekomen.' 'Maar Zedd denkt dat het door een tovenaar moet worden gedaan. Is het niet, Zedd?'
Zedd bleef staan en keek hen beiden even aan terwijl hij overwoog hoe hij zijn gedachten onder woorden moest brengen. 'Nou, zoals ik al eerder zei, is het onderrichten van een tovenaar niet echt werk voor tovenaressen, maar een andere tovenaar...'
'Bij Richard denk ik niet dat je meer resultaat zou bereiken dan wij hebben gedaan,' voer Verna uit. Warren gaf niet toe. 'Maar Zedd denkt...'
Zedd schraapte zijn keel om om stilte te vragen. 'Je hebt gelijk, jongen; het is het werk van een tovenaar om een andere tovenaar die met de gave is geboren te onderwijzen.' Verna hief verontwaardigd een vinger om tegenwerpingen te maken, maar Zedd praatte verder, in dit geval denk ik echter dat Verna gelijk heeft.' 'Heeft ze dat?' vroeg Warren. 'Heb ik dat?' vroeg Verna.
Zedd wuifde in een verzoenend gebaar. 'Ja, ik denk van wel, Verna. Ik denk dat de Zusters een tovenaar wel iéts kunnen leren. Kijk maar naar Warren, hier. De Zusters zijn erin geslaagd om hem het een en ander over het gebruik van zijn gave te leren, ook al heeft het veel tijd gekost. Jullie hebben ook anderen dingen bijgebracht - ook al was het in beperkte mate, naar mijn mening - maar jullie konden Richard de eenvoudigste dingen niet leren. Klopt dat?'
Verna's mond vertrok van ongenoegen. 'Geen van ons kon hem de eenvoudige opgave leren om zijn eigen Han te voelen. Ik heb uren achtereen bij hem gezeten en heb stap voor stap geprobeerd het hem bij te brengen.' Ze sloeg haar armen over elkaar en keek weg van zijn aandachtige blik. 'Het werkte gewoon niet zoals het had moeten doen.' Warren legde een vinger tegen zijn kin en fronste, alsof hij zich iets herinnerde. 'Weet je, Nathan heeft eens iets tegen me gezegd. Ik zei hem dat ik graag van hem wilde leren, dat ik wilde dat hij me leerde een profeet te zijn. Nathan zei dat een profeet niet gemaakt kon worden, maar geboren werd. Toen besefte ik dat ik alles wat ik wist en begreep over profeteren - wat ik echt begreep, op een heel nieuwe manier - alleen had geleerd, en niet van iemand anders. Zou het met Richard ook een beetje zo kunnen zijn? Is dat wat je bedoelt, Zedd?'
'Dat is het.' Zedd ging weer op de harde houten bank naast Adie zitten, ik zou Richard dolgraag willen leren wat hij moet weten over het gebruiken van zijn gave, niet alleen als zijn grootvader maar ook als Eerste Tovenaar, maar ik begin eraan te twijfelen of zoiets mogelijk is. Richard is anders dan alle andere tovenaars, en niet alleen omdat hij behalve over de gebruikelijke Additieve ook over Subtractieve Magie beschikt.'
'Maar jij bent toch Eerste Tovenaar,' zei Zuster Philippa. 'Je zou hem toch veel moeten kunnen leren.'
Zedd trok een plooi van zijn zware gewaad tussen zijn benige billen en de harde bank uit terwijl hij nadacht over hoe hij dit moest uitleggen. 'Richard heeft dingen gedaan die zelfs ik niet begrijp. Zonder mijn onderricht heeft hij meer bereikt dan ik me ooit had kunnen voorstellen. Helemaal alleen heeft Richard de Tempel der Winden in de onderwereld weten te bereiken, een pestepidemie stopgezet en is hij teruggekeerd van de andere kant van de sluier naar de wereld van het leven. Kunnen jullie zoiets zelfs maar bevatten? En dat voor een onervaren tovenaar? Hij heeft de akkoorden uit de wereld van de levenden verbannen; hoe, daar heb ik geen idee van. Hij heeft magie gebruikt op manieren waar ik nog nooit van heb gehoord, laat staan dat ik zoiets eerder heb gezien of begrijp.
Ik ben bang dat mijn kennis eerder een belemmering dan een hulp zal zijn. Een deel van het vermogen en het voordeel van Richard zit in de manier waarop hij de wereld ziet: niet alleen met een frisse blik, maar met de blik van een Zoeker van Waarheid. Hij weet niet dat iets onmogelijk is, dus probeert hij het gewoon. Ik durf hem niet te vertellen hoe hij dingen moet doen, hoe hij zijn magie moet gebruiken, omdat ik hem daarmee ook grenzen aan zijn kracht kan aanpraten en die daarmee in werkelijkheid kan creëren. Wat zou ik een oorlogstovenaar kunnen leren? Ik weet niets over de Subtractieve zijde van de magie, laat staan over de gave ervoor.'
'Denk je dat het bij gebrek aan een andere oorlogstovenaar met Subtractieve Magie misschien een goed idee zou zijn om hem door een Zuster van de Duisternis te laten onderwijzen?' vroeg Warren. 'Nou,' zei Zedd peinzend, 'dat is misschien een idee.' Hij zuchtte vermoeid en werd weer serieus, ik ben tot het besef gekomen dat het niet alleen zinloos zou zijn om te proberen Richard te leren zijn gave te gebruiken, maar misschien zelfs gevaarlijk... voor de wereld. Ik zou hem graag gaan opzoeken, en hem mijn bemoediging, ervaring en begrip bieden, maar hulp?' Zedd schudde zijn hoofd. 'Dat durf ik niet.' Niemand maakte tegenwerpingen. Verna kon uit eigen ervaring de waarheid van zijn woorden bevestigen. De anderen kenden Richard waarschijnlijk goed genoeg om tot hetzelfde inzicht te komen. 'Zal ik je helpen een leegstaande tent te vinden, Zedd?' vroeg Verna uiteindelijk. 'Je ziet eruit alsof je wel wat rust kunt gebruiken. Morgenochtend, als je een goede nachtrust hebt gehad en we hier allemaal nog eens over hebben kunnen nadenken, kunnen we verder praten.' Warren, die net op het punt had gestaan opnieuw een vraag te stellen toen Verna hem voor was geweest, keek teleurgesteld maar knikte instemmend.
Zedd rekte zijn benen uit terwijl hij gaapte. 'Dat lijkt me het beste.' De gedachte aan de taak die voor hem lag was ontmoedigend. Hij verlangde er vreselijk naar om Richard te zien, om hem te helpen, vooral nu hij zo lang naar hem had gezocht. Soms was het moeilijk om mensen met rust te laten als dat was wat ze het meest nodig hadden. 'Dat lijkt me het beste,' herhaalde hij. 'Ik ben moe.'
'De zomer is al aan het wegglippen. De nachten worden kil,' zei Adie terwijl ze zich tegen Zedd aan drukte. Ze keek naar hem op met haar witte ogen, die in het lamplicht een zachte amberkleurige gloed hadden. 'Wil je bij mij slapen en mijn botten warmen, oude man?' Zedd glimlachte en omhelsde haar. Het was net zo fijn om weer bij haar te zijn als hij had verwacht. Als ze hem op dat ogenblik een nieuwe hoed met een veer had gegeven, had hij die met een glimlach opgezet. Maar de ongerustheid veroorzaakte pijn in zijn botten als een naderende storm. 'Zedd,' zei Verna, die in zijn ogen de last van zijn gedachten leek te lezen, 'Richard is een oorlogstovenaar die, zoals je zegt, in het verleden heeft bewezen over een buitengewoon talent te beschikken. Hij is een zeer vindingrijke jongeman. Bovendien is hij niemand minder dan de Zoeker zelf en heeft hij het Zwaard van de Waarheid bij zich om zich mee te beschermen, een zwaard waarvan ik kan getuigen dat hij weet hoe hij het moet gebruiken. Kahlan is een Belijdster - de Biechtmoeder - en is ervaren in het gebruik van haar kracht. Ze hebben een Mord-Sith bij zich. Mord-Sith nemen geen risico.'
'Ik weet het,' fluisterde Zedd, voor zich uit starend in een nachtmerrieachtige maalstroom van gedachten. 'Maar toch heb ik grote angst om hen.'
'Waar maak je je precies zo ongerust over?' vroeg Warren. 'Albino-muggen.'