84
Joona voelt en weet dat Vicky Bennet en het jongetje leven. Hij kan ze nu niet in de steek laten.
Een meisje dat twee mensen heeft doodgeslagen, dat met een kapotte fles gezichten heeft verminkt, heeft nu een kleuter van zijn moeder weggenomen en zich ergens met hem verstopt.
Iedereen beschouwt ze al als dood.
Niemand zoekt meer.
Joona denkt terug aan het punt waar hij zich met zijn onderzoek bevond toen collega Sonja Rask uit Sundsvall belde om te vertellen van de beeldopnames in het tankstation. Hij had met een van de pupillen van de Birgittagården gepraat en zij had gezegd dat Vicky aan de Zyprexa was.
Joona had bij de vrouw van de Naald, die psychiater is, geïnformeerd naar de bijwerkingen.
Er ontbreken nog te veel componenten, denkt hij. Maar het is mogelijk dat Vicky Bennet die avond een overdosis van het middel Zyprexa heeft geslikt.
Caroline zei dat het onder je huid kruipt als je op een tablet zuigt en beschreef de plotselinge aanvallen van rusteloosheid en woede.
Hij sluit zijn ogen en probeert zich Vicky voor te stellen toen ze de sleutels opeiste. Ze bedreigde Elisabet met de hamer, werd kwaad en beukte erop los. Daarna pakte ze de sleutels van de dode vrouw en deed de deur van de separeer open. Miranda zat op de stoel met het dekbed om haar schouders toen Vicky naar binnen ging en met een steen op haar hoofd sloeg.
Ze sleepte haar naar het bed en legde Miranda’s handen over haar gezicht.
Pas daarna ebde haar woede weg.
Vicky raakte in de war, nam het bebloede dekbed mee en verstopte het onder haar bed, precies op dat moment brak het dempende effect van de medicatie door. Waarschijnlijk werd ze ineens verschrikkelijk moe, schopte de laarzen uit in de kast, verstopte de hamer onder haar kussen en ging liggen om te slapen. Na een paar uur werd ze wakker, besefte wat ze had gedaan, werd bang, vluchtte door het raam en liep linea recta het bos in.
De medicijnen kunnen de woede verklaren en het slapen tussen de bebloede lakens.
Maar wat heeft ze met de steen gedaan? Was er wel een steen?
Weer voelt Joona een grote aarzeling – voor de tweede keer in zijn leven vraagt hij zich af of de Naald het misschien bij het verkeerde eind heeft.