169
Elin staat verborgen in het donker en houdt de pook met beide handen vast. Ze trilt van de adrenaline in haar bloed, maar voelt zich opmerkelijk sterk.
Daniel ademt zwaar en loopt heel voorzichtig de kamer in.
Ze kan hem niet zien, maar het glas kraakt onder zijn schoenen.
Plotseling klinkt er een klik en een elektrisch gezoem, gevolgd door een tikkend geluid. Licht sijpelt naar binnen door de vele gaatjes in de lamellen. Daniel staat bij de deur en wacht tot de luxaflex omhoog is en licht van buiten de kamer vult.
Er is geen enkele plek waar Elin zich kan verbergen.
Hij staart haar aan en ze loopt achteruit met de pook op hem gericht.
Daniel heeft de bijl in zijn rechterhand, kijkt ernaar en komt dan dichterbij.
Ze haalt naar hem uit, maar hij ontwijkt de klap. Ze ademt hijgend en richt de pook weer op hem. Een felle pijn in haar voet als ze op een glasscherf trapt, maar ze laat Daniel niet los met haar blik.
De bijl schommelt in zijn hand.
Ze haalt nogmaals uit, maar hij ontwijkt haar weer.
Zijn blik is onpeilbaar.
Plotseling maakt hij een snelle beweging met de bijl. Onverwacht en hard. De brede kant van het blad raakt de pook. Er klinkt een doffe dreun als metaal tegen metaal slaat. De pook beweegt zo heftig dat hij uit haar hand vliegt en op de grond klettert.
Ze kan zich niet meer verdedigen, beweegt zich achterwaarts en beseft met een soort verbazing dat het er slecht voor haar uitziet. Angst stroomt door haar lichaam en maakt haar opvallend gesloten, afstandelijk.
Daniel komt achter haar aan.
Ze kijkt in zijn ogen, hij kijkt terug, maar niets lijkt nog enige weerklank in zijn innerlijk te vinden.
Ten slotte staat ze met haar rug naar het grote raam toe. Achter haar vormt de gladde betonnen gevel een afgrond van drieënhalve verdieping naar een terras met tuinmeubels en een barbecue.
Elins voeten bloeden en op de lichte, houten vloer zijn rode, uitgeveegde sporen zichtbaar.
Ze kan niet meer, blijft stil staan en bedenkt dat ze met hem moet onderhandelen, hem iets moet beloven, moet laten praten.
Daniel ademt zwaarder, neemt haar heel even op, likt langs zijn lippen en doet dan snel de paar laatste passen in haar richting, zwaait met de bijl en slaat toe. Instinctief trekt ze haar hoofd weg. De bijl hakt recht in het raam. Ze voelt het dikke glas achter haar rug trillen als de ruit barst. Daniel heft de bijl nogmaals, maar voordat hij kan slaan leunt Elin achterover. Ze zet haar hele gewicht tegen het grote raam en voelt het meegeven. Haar maag trekt zich samen. Ze valt achterover door de lucht, omringd door glas en glinsterende scherven. Elin Frank sluit haar ogen en merkt het niet eens als ze tegen de grond slaat.
Daniel steunt met een hand tegen het raamkozijn en kijkt naar beneden. Er glijden nog steeds glassplinters van de vensterbank. Daar in de diepte ligt Elin. Er is overal glas. Een constante stroom van donker bloed loopt uit haar hoofd over de terrastegels.
Daniels ademhaling wordt rustiger. Zijn overhemd kleeft tegen zijn rug.
Het uitzicht vanaf de bovenverdieping is overweldigend. De top van de Tyskhuvudet doemt heel dichtbij op en de hut op de Åreskutan is in herfstnevel gehuld. Vanuit Åre komt plotseling het blauwe zwaailicht van politiewagens en ambulances omhoog, maar de weg naar Tegefors ligt er verlaten bij.