Hoofdstuk 34

 

Cole legde de verfkwast op het randje van het blik en stapte van de ladder af om de deur open te doen. Hij zou de woonkamer niet afkrijgen vandaag als die onderbrekingen doorgingen, laat staan ook nog de gang, wat hij gehoopt had. De telefoon had onophoudelijk gerinkeld sinds hij uit de kerk was; nu had hij bezoek. De dekkende verf had de verf uit de spuitbus bedekt, maar was krijtachtig wit opgedroogd. Hoe vlugger hij de eerste laag witte verf erop had, hoe beter. Op dit moment was er geen kamer op de begane grond die niet in de een of andere staat van chaos verkeerde, met verschoven meubilair of teruggevonden spullen in dozen die wachtten op terugkeer naar hun

plek. Cole wilde zijn huis terug. Hij raapte een handdoek op en veegde de verfspatten van

zijn handen, terwijl hij om twee zaagbokken heenliep, waar lange stukken sierlijst op lagen, die de beschadigde delen in het trappenhuis moesten vervangen. Hij deed zijn nieuwe achterdeur van het slot. 'Rachel.' Hij was verbaasd over haar komst. 'Kom erin.' Hij zwaaide de deur open. Ze was vrijdag nog geweest, samen met Jack en Cassie, om hem te helpen opruimen. Hij had niet verwacht dat ze vandaag weer zou komen. 'Ik heb geprobeerd te bellen. Je was steeds in gesprek.'

'De telefoon heeft niet stilgestaan sinds ik terug ben uit de kerk.' 'Ben je aan het verven?'

Hij gooide de handdoek op een doos en keek spijtig naar zijn handen. 'Ja.'

 

Ze was zo te zien niet gekomen om te helpen. Ze was piekfijn gekleed, in een jurk van blauwe zijde. Ze zag er werkelijk beeldschoon uit en als ze al moe of gespannen was, dan was dat haar niet aan te zien. Er was geen geschikte plek om een gesprek te houden waar ze geen verf op haar jurk zou krijgen of ergens achter zou blijven haken. Daarom leunde hij met zijn schouder tegen de muur; waar ze nu stonden was waarschijnlijk het veiligste plekje. Hij vond het heerlijk om haar te zien,

ook al wist hij niet waarom ze gekomen was. 'Ik heb samen met Jennifer en Jack ontbeten.'

'Hoe gaat het met Jennifer?'

'Ze is hersteld van haar val. Na oud en nieuw begint ze met haar volgende chemotherapie.'

'Hoe gaat ze ermee om?' 'Ze zegt dat ze zich er volgend jaar pas druk over gaat maken.'

'Wacht jij ook tot die tijd tot je je er druk over gaat maken?' Rachel glimlachte en gaf geen antwoord. In plaats daarvan keek ze om zich heen. 'Je schiet al aardig op.'

'Heb je zin om deze week een keer inkopen met me te gaan doen? De verzekeringsagent keek eens één keer goed om zich heen en zei toen dat het goedkoper zou zijn om alles te vervangen dan om het te repareren. Hij gaf me een vroege kerstbonus.' 'Mag ik iets nieuws uitzoeken voor dat blauwe wanproduct dat jij een leunstoel noemt?'

Hij genoot van de pretlichtjes in haar ogen. 'Alleen omdat jij bleef steken in die stoel en eruit geholpen moest worden-'  'Het is geen erg vrouwvriendelijke stoel.'

'Je mag me helpen om een andere stoel uit te kiezen.' Hij wachtte even, tot hij er zeker van was dat ze eigenlijk nog iets wilde zeggen. 'Wat is er, Rae?'

Ze stak haar hand in haar grote tas en haalde er een vierkant pakje uit. 'Vrolijk kerstfeest, Cole.'

Hij pakte het langzaam aan, helemaal overrompeld. 'Mag ik het nu openmaken?'

Ze knikte. Nieuwsgierig maakte hij het plakband los. 'Tussen twee haakjes: jouw cadeau wordt morgenochtend bij je thuis bezorgd.'

 

'Echt?' 'Je zult er blij mee zijn.'

Rachel schoot in de lach door zijn zelfverzekerde toon. Hij had een nieuwe kofferset voor haar gekocht. Een duur cadeau, maar na een korte overweging van haar baan en haar crisisschema had hij geweten dat ze behoefte had aan iets praktisch en moois. Hij had even bij haar familie nagevraagd of hij niet iets kocht wat ze liever zelf zou kopen. Maar ze hadden hem ervan verzekerd dat ze er erg blij mee zou zijn. Morgen zou hij weten of dat waar was.

Cole deed het deksel van de doos open. 'Rachel.' 'Cassie vertelde het me', zei ze zachtjes.

Voorzichtig haalde hij het vloeipapier weg. 'Het is heel lang geleden dat iemand me zo verrast heeft.' Hij haalde er een gesigneerde honkbal uit, ter vervanging van het kapotgesneden exemplaar. 'Waar heb je die-' Hij was sprakeloos dat ze precies dezelfde gesigneerde honkbal had gevonden.

'Mijn vader zou die van jou mooi gevonden hebben. Hij was fan van hetzelfde team.'

Het was een van de weinige aandenkens aan haar eigen verleden. Het was een ongelooflijk gul cadeau. Het was een familie-erfstuk. 'Weet je het zeker?'

Ze glimlachte. 'Het is een honkbal, Cole. Hij was belangrijk genoeg voor mij om een heleboel jaar te bewaren, maar hij lag hij mij in een la. Die van jou stond op een plank;  jij genoot ervan.'

'Enorm bedankt.' 'Graag gedaan.' 'Hoor eens-' hij wees naar de keuken- 'heb je zin om verder

te komen? Ik zal een veilig plekje voor je zoeken, waar je niet vuil wordt.'

'Een andere keer. Ik ga winkelen met Jennifer.' Hij probeerde zijn teleurstelling te verbergen, omdat hij begreep dat dat belangrijker was. 'Wil je haar een "Vrolijk kerstfeest" wensen van mij?'

'Zal ik doen. Ik zal je niet langer ophouden van je verfwerk.'

'Rae-' hij gooide de bal in de lucht en ving hem weer op. 'Bedankt'

 

'We hadden Jack mee moeten nemen om de pakjes te dragen', zei Rachel spijtig, toen ze de tassen van het warenhuis uit de kofferbak haalde en zich opmaakte om ze naar haar flat te sjouwen. De sneeuw dwarrelde van de klep van de kofferbak naar binnen. De wind sneed door haar wollen jas en zelfs met oorwarmers, een muts en handschoenen aan had ze het ijskoud. 'Ik heb nog nooit een man zo verrukt horen zeggen dat hij moest werken als Jack, toen hij tijdens het ontbijt hoorde wat

onze plannen waren', stemde Jennifer in, terwijl ze de schoenendozen en de doos met de trui oppakte. Rachel was er nog niet zo zeker van dat Jack een fijne dag zou hebben, met alle verkeersdrukte van de feestdagen, de besneeuwde wegen en deze kou. Het zou haar verbazen als hij

tussen de oproepen door tijd had om te ontdooien. Jennifer duwde de kofferbak met haar elleboog dicht. 'Ik heb het zo naar mijn zin gehad. Ik vind het altijd heerlijk om met jou te winkelen.'

'Ik merk wel op dat het weer voornamelijk om een uitbreiding van mijn garderobe gaat.'

'Cole zal weg zijn van die perzikkleurige trui.' 'Jenny.'

'Kijk me niet zo aan. Jij was degene die me tot twee uur vannacht aan de telefoon uit mijn slaap gehouden hebt om na te praten over het effect van die honkbal.' 'Ik weet nog steeds niet of ik er goed aan gedaan heb. Hij deed alsof ik een kostbaar erfstuk had weggegeven.' Rachel rilde toen ze het gebouw binnenstapte en de warmte haar tegemoetkwam. Ze hield de deur open voor Jennifer en ging haar voor naar boven. 'Nu zijn huis overhoop gehaald is, denk ik dat het heel veel voor hem betekende dat je het eerst dacht aan het voorwerp dat het moeilijkst te vervangen zou zijn.' Jennifer haalde Rachels sleutels uit haar zak en deed de deur open. 'Die deurkrans is prachtig.'

'Dank je. Die heb ik van Gage gekregen.' Het was een opvallende kerstkrans met gedroogde witte rozenknopjes en hulst en roodsatijnen lint. 'Gooi de sleutels maar in die schaal', zei ze tegen Jennifer. Rachel manoeuvreerde zo voorzichtig mogelijk met haar pakjes door de flat om niets om te gooien.

 

Ze had haast gehad deze ochtend. Ze had haar bed opgemaakt en de donkergroene sprei eroverheen gegooid, maar van haar vele kussentjes lag de helft op het bed en de helft op de grond. Naast de kast stonden twee plastic wasmanden tegen de muur. Ze was bezig geweest haar dunne herfsttruien

om te ruilen voor haar dikke wintertruien. Rachel liet de pakjes op het bed vallen.

'Hoe gaat het eigenlijk met Gage? Gisteren leek hij met al zijn charme weer helemaal de oude, maar het was moeilijk te zien hoe diep die rust zat.'

'Gage is- laten we het zo zeggen: hij heeft besloten net te doen of de kerstdagen niet bestaan op de kalender. Een fatsoenlijke manier om de kerstdagen door te komen, denk ik.'  Jennifer legde haar pakjes op de vloer naast het bed. 'Maak je je zorgen om hem?'

Er zat ijs op de ruiten. Rachel fronste haar wenkbrauwen toen ze het zag en wist dat ze de tochtstrippen nogmaals moest controleren. 'Ik zal me altijd zorgen om hem blijven maken. Maar ik

geloof dat Gage de afgelopen maand de knop omgezet heeft. Zijn verdriet is niet meer zo doortrokken van woede.' Ze trok de deur van de kast open en schoof kleren heen en weer, op zoek naar lege hangertjes. 'Heb je gehoord dat Jack Cassie een poesje heeft gegeven?

Jennifer stapelde kussens tegen het hoofdeinde van het bed en ging er met haar hoofd tegenaan zitten. 'Hij vertelde me dat hij het van plan was. Volgens mij mag Jack haar erg graag.' 'Hoe kom je daar nou bij?' Rachel grijnsde naar haar zus, terwijl ze de eerste doos openmaakte en het vloeipapier terugvouwde om de nieuwe amberkleurige blouse met de paarlemoeren knoopjes eruit te halen. 'Leid je dat af uit het feit dat het de eerste keer is dat hij iemand meegenomen heeft naar het

familiekerstfeest?' 'Hij zei tegen haar dat ze mee moest komen om mij te ontmoeten. Dat vond ik wel apart. Ik vond haar aardig.' 'Ik ook.'

Jennifer pakte het boek dat op het nachtkastje lag. 'Rae, ik dacht dat je wat lichtere kost zou lezen tijdens de feestdagen. Oorzaken van schoolgeweld?'

 

'Ik probeer me voor te bereiden op de commissie van volgend jaar.' 'Ik wou dat je die aanstelling aan je voorbij had laten gaan.' 'Het is mijn werk, Jennifer. Iemand moet een oplossing bedenken voor het probleem. En je weet best dat ik gekozen ben omdat ik een onbekende ben en me door al dat leeswerk heen kan worstelen, zodat anderen ermee naar buiten kunnen treden.' 'Het brengt een hoop stress met zich mee.' 'Als ik begin dit jaar had geweten wat het nieuwe jaar allemaal zou brengen, dan zou ik beleefd geweigerd hebben, maar ik heb ja gezegd. Ik heb mijn woord gegeven. Ik moet het doen.' Rachel wist dat ze zich oprecht zorgen om haar maakte, wist dat Cole er waarschijnlijk net zo over zou denken als Jennifer, als hij zou horen waarvoor ze zich opgegeven had.

Het was een prestigieuze opdracht. Ze hoopte dat ze genoeg reserves had om met de stress om te gaan. 'Als ikje ergens bij kan helpen, zal je het me dan vragen?'

'Natuurlijk.' Jennifer keek naar Rachel. 'Ik wil niet nieuwsgierig zijn, maar hoe erg waren de brandwonden op Cassies armen?' 'Ernstig. Ik denk niet dat Jack het erg vindt', antwoordde Rachel.

'Zij vindt het wel erg.'

'Heb je dat ook gemerkt?' Jennifer knikte. 'Het is meer dan ijdelheid. Ze weet dat mensen zich er vaak ongemakkelijk bij voelen.' Jennifer gaf een rukje aan haar pruik. 'Ze kan zich erg goed verplaatsen in

mijn haarloze staat.' 'Jack gedraagt zich erg beschermend tegenover haar.' 'Dat vond ik wel lief.'

Rachel begon de lege tasjes op te vouwen. De prijskaartjes zou ze later wel van haar aankopen knippen. 'Ik denk dat ik een salade en wat soep ga maken voor de lunch.' 'Klinkt goed. Kan ik je helpen?' 'Dat zou ik graag willen, maar er is op het moment maar plaats voor één in de keuken. Ik roep je wel als het klaar is.' 'Ook goed.' Jennifer gooide het kussen op de grond en strekte zich uit. 'Hoe lang moet het dutje duren dat je Tom beloofd hebt'?'

 

'Twintig minuten.' Jennifer keek op de wekker op het nachtkastje. 'Maak me dan in de eenentwintigste minuut wakker, want anders verslaap ik mijn kerstvakantie.'

'Afgesproken. Wil je nog steeds met Kate en Lisa samen naar de kerstnachtdienst?' Rachel stond wantrouwig tegenover kerkbezoek, maar ze wist dat het veel voor Jennifer betekende en ze zou daarom meegaan. 'Absoluut. En Rae?'

'Hmmm?' 'Ik ga die kanker verslaan. Heus.' Rachel was stomverbaasd over die onverwachte opmerking en over het feit dat Jennifer bewust het onderwerp aangesneden had dat de hele dag tijdens het winkelen onder de oppervlakte aanwezig was geweest. Het ergerde Rachel dat haar

afspraak met Tom om Jennifer een beetje in de gaten te houden  toch niet zo subtiel gebleken was. 'Als optimisme er enig effect op heeft, zal je dat inderdaad lukken.'

'Gebed heeft dat effect', zei Jennifer rustig. 'Maak me over eenentwintig minuten wakker.'

'Dat zal ik doen', zei Rachel zachtjes. Ze deed de deur van de slaapkamer dicht en leunde er met haar hoofd tegenaan. Ze wilde dat ze Cole durfde te bellen. Jennifer had de innerlijke zekerheid dat alles goed zou komen. Cole wees op diezelfde zekerheid en moedigde Rachel aan die ook te grijpen.

Ze had iemand nodig om mee te praten; iemand die zou luisteren naar wat ze dacht en die een klankbord wilde zijn. Ze wilde zo graag geloven. Ze veegde haar tranen weg. Ze moest met iemand praten. Jack. Hij was een goed klankbord, hij zou het gesprek niet verder vertellen. En beter nog, hij zou haar niet proberen te overtuigen van het bestaan van Gods liefde. Als hij haar al ergens van zou willen overtuigen, dan was het dat ze het bij het verkeerde eind had.

Ze was bang dat Jennifer weer naar het ziekenhuis zou moeten. Rachel zou de kracht moeten vinden om door te gaan en haar te helpen. Ze had geen andere keus. Ze moest een besluit nemen. Zo kon ze niet langer verder-;  de last van deze situatie was te zwaar. Hoeveel mensen had ze niet zien instorten onder het gewicht van onontkoombaar verdriet? Te veel. Dat kon ze haar familie niet aandoen. Ze moest sterk genoeg zijn om hierdoorheen te komen. Maar haar zus was stervende - en Rachel stierf met haar mee.

Jack rekte zich uit in de extra stoel in Coles kantoortje en probeerde zich wat te ontspannen nu hij de gelegenheid had, want deze dienst was nu al zwaar. Ze waren al vier keer uitgerukt. Hij probeerde een plekje te vinden voor zijn blikje fris, vond het niet en zette het toen maar op de grond onder zijn stoel. De stapels mappen en uitdraaien waren uitgegroeid tot bergen. De kaart aan de muur met alle locaties van de brandstichtingen was nieuw. Jack bestudeerde hem. Er zat geen duidelijk patroon in. 'Hij gaat iets doen tijdens de kerstdagen.' Cole gebruikte allebei zijn handen om een la van een

archiefkast weer naar binnen te duwen. 'Die kans is heel groot.'

'Wie steekt die branden aan?' 'Jij niet.' Cole gaf de la nog een laatste duw, gaf het op en

legde zijn voet erop. 'Ik weet het niet, Jack. Het is hetzelfde antwoord als de laatste vijf keer dat je in die stoel ging zitten om het mij te vragen.'

'De vorige keer was het geen Kerst. Ik wil niet dat mijn mannen iets overkomt.'

'Welkom bij de club.' 'Je moet toch op zijn minst een paar verdenkingen hebben?' 'Meerdere.'

'Namen? Iemand die ik ken?' 'Niets wat jij hoeft te weten, en zeker niet als je dienst hebt.

Ik heb er geen behoefte aan dat je afgeleid raakt, Jack.' 'Ik probeer te helpen, Cole, en jij maakt het er niet makkelijker op.'

'Je zult het ermee moeten doen.' 'Ik wil niet dat Cassie vandaag met ons uitrukt.'

'Heb je daar een bijzondere reden voor?' 'Ik wil niet dat ze op kerstavond gewond raakt', antwoordde Jack, bereid om erover in discussie te gaan.

Cole stak zijn hand op. 'Ze gaat vandaag met mij mee. Ik zit er ook niet op te wachten dat ze hierin verzeild raakt. Heb je dat rapport over de brand in het verzorgingshuis gelezen, dat ik je gegeven heb?' 'Ja. Ik wou dat je me vertelde waar je naar op zoek bent.' 'De Woorden moordenaar, lafaard, leugenaar. Hij is boos. En hij strooit met popcorn. De brand in het verzorgingshuis was de brand waarbij popcorn een visitekaartje werd. Er waren andere kenmerken die hij had kunnen kopiëren: de jerrycan benzine met de rode zakdoek als lont, hangsloten aan de deuren. Waarom niet het vuurwerk dat vorig jaar alle voorpagina's haalde? Hij koos bewust voor popcorn.' 'We hebben al gekeken naar de mensen die omkwamen bij de brand in het verzorgingshuis en naar hun familieleden.'

'Het wordt tijd om er nog eens over na te denken. Er moet een verband zijn.'

'Ash is verdwenen', zei Jack zachtjes. Cole knikte. 'Heeft Cassie iets gezegd over die brand?'

'Nee.'  'Zij is een sleutel in deze kwestie, Jack. En jij ook.' Jack keek hem kwaad aan. 'Ik weet niet waarom hij het op mij gemunt heeft, op deze dienst. Ik heb me suf gepiekerd over namen. Heeft Ben enig idee?' Het alarm ging. Jack sprong overeind.

'Wees voorzichtig.' 'Altijd, baas.' Er zat een nieuwe strook kit rond de spoelbak in de dameskleedkamer van de brandweerkazerne. Cassie zette haar tandenborstel in de blauwe houder, deed de kast open en vond op de plank onder de handdoeken een leeg mandje met haar naam erop tussen andere mandjes vol shampoo, make-up, wattenschijfjes en haardrogers. Ze gooide haar tandpasta en haarborstel in haar mandje. Ze had inmiddels zoveel diensten meegedraaid, dat ze het

tijd vond worden om de meest noodzakelijke spulletjes achter te laten. Ze had zich niet op haar positie willen laten voorstaan, omdat ze wist dat die gebaseerd was op de tijd die ze ervoor nodig zouden hebben om de brandstichter te vinden. Het wonen in een brandweerkazerne verschilde niet zoveel van de tijd dat ze op de universiteit haar slaapkamer met andere meisjes deelde, met uitzondering van een paar unieke kenmerken - achter haar, aan de stang van het douchegordijn,

hing een van Margarets uniformshirts te druppelen. Dat had staan weken om bloedvlekken te verwijderen die er eerder die ochtend opgekomen waren toen ze hulp verleende bij een

auto-ongeluk.  Cassie liep terug naar de vrouwenslaapzaal. De bedden waren keurig opgemaakt; op de betonnen vloer lagen kleedjes. Het was meer dan alleen een plek om te slapen. In een brand-

weerkazerne had je niet veel privacy, maar er was een poging gedaan om van de slaapzaal een plek te maken waar je je kon ontspannen. Er waren twee luie stoelen neergezet en een kleine televisie. Aan één wand waren boekenplanken gemaakt. Er was zelfs een bureautje tussen geperst.

Cassie pakte het opgevouwen gele T-shirt dat op haar bed klaar lag. Jack had een cadeautje naar binnen gesmokkeld. Het shirt was een overblijfsel van de chili-wedstrijd van het jaar daarvoor. Met grote letters stond erop dat Compagnie 81 de heetste compagnie was. Op het gele plakbriefje stond alleen "Jack". Hij deed zijn best om haar loyaliteit te verschuiven naar Compagnie 81.

Het was iets onbeduidends, maar volgens haar was het zijn manier om met een grapje tegenwicht te geven aan het toch ietwat pijnlijke afscheid. Ze had hem vandaag maar heel even gezien, net lang genoeg voor een paar oppervlakkige opmerkingen. Hij was alweer uitgerukt naar een nieuwe melding. Het was weer zo'n dag dat zij vastzat op de kazerne, terwijl de Gouden ploeg talloze keren uitrukte naar auto-ongelukken, die veroorzaakt werden door de sneeuw. Ze vond het vreselijk

om vast te zitten op de kazerne. Heer, is er nog iets wat ik kan doen om deze man te helpen vinden?

Ze voelde de spanning, die bij elke wisseling van de wacht toenam, en besefte dat er een brand zou komen. De sfeer tijdens de kerstdagen, die normaal gesproken feestelijk was, was dit jaar beduidend anders, grimmig bijna. Ze maakte zich zorgen om Jack. Maar er waren nog een heleboel andere families die net zo bezorgd waren vanwege de dreiging die deze brandstichter vormde. '

Ze moesten een andere strategie hebben. Ze moesten hem kunnen opsporen.

Cassie ging op zoek naar Cole om te kijken wat ze tijdens de rest van de dienst kon doen. Als het papierwerk was... Ze zuchtte bij het idee. Ze werd er behoorlijk bedreven in, en ze wist dat Cole zich op haar verliet en haar meer en meer te doen gaf. Het was een haat-liefdeverhouding. Als Jack hier op de  kazerne was, was haar administratieve werk een prettige reden om in zijn wereld te zijn. Als Jack uitgerukt was, merkte ze dat ze de klok in de gaten hield en de meldingen over de radio nauwkeurig volgde. Als Cole niets dringends voor haar te doen had, kon ze zich misschien in de keuken terugtrekken om wat te bakken. De mannen vonden het altijd prettig om een voorraad grote, versgebakken koeken te hebben. Ze hadden alle ingrediënten in huis voor Italiaanse sandwiches, die ze dan in de oven warm kon houden voor als de mannen terugkwamen. Het zou ook fijn zijn als ze een pan soep kon maken. De mannen die tijdens de nacht de kazerne in- en uitliepen, zouden waarschijnlijk koud en hongerig zijn. Een hapje eten en wat broodnodige slaap zou dan hoog op hun prioriteitenlijst staan. 'Heb je er daar nog één van?'

Cassie keek op van de sandwiches die ze aan het maken was en zag Ben om een hoekje van de keukendeur kijken. 'Natuurlijk, luitenant. Rosbief, mosterd en cayennepeper? Warm?'

'Lekker. Is Cole in de buurt?' 'Ik denk dat hij in zijn kantoor is.'

'Bedankt. Ik ben zo terug.' Cassie maakte een dikke sandwich klaar voor Ben en draaide zich om om de bakvorm met brownies uit de oven te halen, die ze daar warm hield. Het verbaasde haar niet om Ben te zien, hoewel het nog maar acht uur geleden was dat zijn dienst erop zat. Hij was naar huis gegaan, had wat geslapen en was teruggekomen naar de plaats waar hij het meest nodig was.

Ben kwam de keuken weer binnen toen ze appels aan het schillen was voor een taart.

 

'Cole is een wonderdoener. Hij heeft misschien een baantje gevonden voor Chad.'

Cassie schoof Ben de sandwich toe. 'Niet dat van onderzoeker bij het team brandstichting, waarop hij hoopte, maar preventiemedewerker is een goed alternatief.' Ze had Cole geholpen om een manier te vinden die baan te creëren. 'Denk je dat Chad het aanneemt?'

'Dat zou hij wel moeten. Het is een goede baan, maar of hij het doet?' Ben keek onzeker en de verbeten trek om zijn mond verried enige boosheid. 'Als hij het accepteert, zal hij geen branden meer kunnen bestrijden.' Cassie keek de oudere man onderzoekend aan. Ze wist hoe  hij zijn best had gedaan om zijn neef te helpen, begreep ook hoe moeilijk het voor Chad zou zijn om zich aan te passen aan zijn handicap. 'Is hij depressief?'

Ben leek zich steeds ongemakkelijker te voelen. 'Het is Kerst.' 'Kan ik iets voor hem doen?'

Ben schudde zijn hoofd en verfrommelde zijn servet. 'Jij hebt je aangepast; hij moet dat ook doen. Het wordt tijd dat hij de realiteit onder ogen ziet en weer aan het werk gaat. Wil je me een plezier doen en twee taarten bakken? De Zwarte ploeg is dol op jouw gebak.'

'Met alle plezier.' De telefoon ging. Ben gebaarde dat ze kon blijven zitten en stond op om hem op te nemen. Cassie vroeg zich af of ze tegen hem moest zeggen dat Chad al stappen op de goede weg had gezet - de sollicitatie bij Cole, langskomen om met Cole te praten. Chad deed zijn best, maar ze Wist dat het aanbod van een baan die hem alleen maar liet praten over branden in plaats van die te bestrijden, pijn zou doen. En niet zo'n klein beetje ook.

'Jack!'  Hij deed zijn best zich om te draaien in de greppel waarde blauwe personenwagen in terechtgekomen was. Hij kneep zijn ogen tot spleetjes tegen de jachtende sneeuw en hield zijn

hand op om de wind zo goed mogelijk tegen te houden. Het daglicht verdween; autokoplampen werden helderder in de invallende duisternis. Het langsrazende verkeer wierp vieze sneeuw en ijs op en zorgde voor een achtergrond van voortdurend lawaai.

'We krijgen hem er niet uit', schreeuwde Bruce boven het verkeerslawaai uit. 'Markeer hem maar, zodat hij later weggesleept kan worden.' Jack wuifde ten teken dat hij de boodschap gehoord had.

Met moeite kreeg hij de borstzak van zijn winteruitrusting open. Hij haalde er een vuurrode, fluorescerende sticker uit en vouwde die open.

Er leek maar geen einde te komen aan de dag voor Kerst. Jack markeerde het wrak door de rode sticker op de kapotte achterruit te plakken, zodat patrouillerende politieagenten

zouden weten dat de wagen al gecontroleerd was. Deze auto was total loss, maar de bestuurder was lopend vertrokken, zodra ze de deur open hadden kunnen krijgen. Hij was onderweg naar het streekziekenhuis om zich uit voorzorg even na te laten kijken.

Jack krabbelde het glibberige talud op. Halverwege de middag was het gaan sneeuwen en er lag nu al zoveel, dat de neuzen van zijn laarzen erin wegzakten. De eerste uren zou het volgens de weersverwachtingen nog niet ophouden met sneeuwen. Banden vol sneeuw, gladde wegen waar strooizout de sneeuw  deed smelten tot een brij, chauffeurs die zo snel mogelijk naar huis toe wilden - naarmate de temperatuur daalde, de wind opstak en het harder ging sneeuwen nam het aantal ongelukken hand over hand toe. De slippartijen en kop-staartbotsingen kwamen sneller dan de meldkamer kon verwerken. Hij had het koud en voelde zich ellendig en de kans was groot dat dat de komende uren zo zou blijven. Jack gleed uit en bezeerde zijn pols toen hij zijn val stuitte. Hij veegde de sneeuw van zich af en probeerde die uit zijn handschoen te krijgen.

Cole was gearriveerd. Zijn terreinwagen stond achter bluswagen 81 met een roodblauw knipperlicht aan om het verkeer te waarschuwen. Zijn vriend was kort na vieren teruggekomen naar de kazerne om Frank bij te staan die het commando voerde. Prioriteiten vaststellen voor meldingen was cruciaal als het opeens slecht weer werd.

 

Hij wilde dat het verkeer zijn snelheid matigde, zodat ze niet weer iemand uit een greppel zouden moeten vissen voor ze klaar waren met dit geval. Cassie stond naast Coles auto, dik ingepakt in haar winteruitrusting. Jack was er niet gelukkig mee dat ze Cole vergezelde in dit weer, maar hij was blij om haar te zien. De wind sneed door zijn kleren toen hij naar haar toeliep.

Ze veegde de sneeuw van zijn gezicht. 'De dienst zit er voor de helft op.'

Hij drukte zijn wang tegen haar hand. 'Ik heb me aangemeld als vrijwilliger om morgen ook een deel van de dag te werken.' 'Ik weet het. Je overleeft het wel.'

Hij glimlachte vermoeid. 'Weet je het zeker?' 'Ik heb een warme rosbiefsandwich voor je meegebracht en de grootste thermoskan koffie die er in de kazerne te vinden was. Het staat in de cabine.' 'Je bent een schat. Ik was vergeten wat eten was.' 'Cole stuurt me om tien uur vanavond naar huis. Hij wil niet dat ik mee uitruk als er vanavond een brand is.' Jack hoorde de onuitgesproken vraag over zijn rol bij dat besluit. 'Het is kerstavond. Je moet de kans krijgen daarvan te genieten.'

'Ben je me aan het beschermen, Jack?' Hij hoopte dat ze het zou begrijpen. 'Dat probeer ik.'

Ze kneep even in zijn arm. 'Wees voorzichtig vanavond.' 'Beloofd. Wil je ook een kop koffie?' Over de radio kwam een melding van een volgend auto-ongeluk. Met een kwade blik luisterde hij naar de plaatsaanduiding. Het was anderhalve kilometer ten noorden van de plek waar ze zich nu bevonden.

'Zorg dat je een paar seconden de tijd vindt om die sandwich voor morgenochtend op te eten', zei Cassie zorgzaam. 'Heb je er cayennepeper op gedaan?' vroeg Jack, terwijl hij achteruit wegliep naar de bluswagen, om zich bij de rest van zijn ploeg te voegen.

'Natuurlijk.' 'Heb je wat van die taart voor me bewaard, die je aan het bakken was?'

 

'Ik heb al een stuk voor je opzij gezet, met je naam erop.' 'Geniet van je kerstavond, Cassie.'

'Dat zal ik doen.'

Cassie reed na afloop van haar dienst heel langzaam naar huis; het laatste wat ze wilde was nog een ongeluk toevoegen aan de hoeveelheid die de mannen al moesten verstouwen. Op de radio werd non-stop kerstmuziek gespeeld. Haar ruitenwissers hadden moeite de ruit vrij te houden van de sneeuw die nog altijd neerviel. De autoverwarming blies nog steeds koude lucht. Ze was blij dat ze naar huis kon.  Jack had zakken met zand in haar kofferbak gezet, voor het geval ze op een spekglad weggedeelte terecht zou komen en begon te slippen. Het extra gewicht hielp. De sneeuwploeg

was over de parkeerplaats van het appartementencomplex gereden en had de sneeuw tot grote bergen opgehoopt. De parkeerplaats was sneeuwvrij, maar de trottoirs waren nog niet schoongeveegd. Heer, dit is een vreemde avond. Ik had niet verwacht hem alleen door te brengen.

Ze benijdde Jack erom dat hij vanavond werkte. Hij kon echt iets betekenen voor mensen. Elke dag van het jaar kwamen er mensen om het leven bij auto-ongelukken of raakten er mensen gewond. Maar als dat op een belangrijke feestdag gebeurde - dan werd die feestdag nog jarenlang overschaduwd door die herinnering. Voor iedereen die Jack vanavond kon helpen, werd iemand zo'n pijnlijke herinnering bespaard. Jezus, bescherm hem vanavond als hij anderen in veiligheid probeert

te brengen. Ze hoopte dat het nieuwe jaar wat licht op haar eigen toekomst kon werpen. Daar had ze wanhopig behoefte aan.