Hoofdstuk 14
'Jack, die boom is gigantisch', zei Cassie, terwijl ze niet al te kritisch probeerde te klinken.
'Weet ik. Geweldig toch?' Hij spande zich in om de boom bij de stam vast te houden. Hij schudde eraan en de takken, die platgedrukt waren door het hek waartegen de boom gestaan had, kwamen weer terug in hun oorspronkelijke vorm. 'Hij ziet eruit als een boom die nodig op dieet moet. Als er
iets in die dikke takken valt, zie je het nooit meer terug. En de lampjes zie je alleen als je ze aan de uiteinden van de takken bevestigt.' 'Een beetje meer vertrouwen. Deze boom blijft zeker een
maand staan. Denk je eens in hoe mooi hij zal zijn met popcornslingers en engelenhaar.'
De afgelopen twee uur had Cassie hem de hele kwekerij door gesleept op zoek naar een kerstboom. Hij was als een kind in een snoepwinkel, koos er een uit, om vervolgens te besluiten dat de volgende nog mooier was. 'Draai hem eens om. Laat me hem eens helemaal zien.' Ze nam een slokje van de warme appelcider die ze in haar hand had. Het was een volmaakte middag hiervoor - de lucht was
helder en de zon scheen. Bladeren knisperden onder hun voeten terwijl ze door de kwekerij liepen. Er stonden honderden kerstbomen en de discussie over de voor- en nadelen van grote en kleine bomen, dikke of dunne, brede of smalle naalden, duurde al de hele middag. Het was enig om met Jack rond te lopen. 'Geef toe, Cassie. Dit is 'm. Je zult de beste kerstboom van Lincoln Hills hebben.'
'Denk je echt dat je die boom in Stephens truck kunt krijgen?' Hij had de pick-uptruck van zijn broer geleend voor dit avontuur. 'Absoluut.'
'Samen met drie meter kerstslinger, die gigantische krans, drie kerststerren en de deurbel met dat kerstmelodietje?' Zijn grijns werd steeds breder terwijl ze de lijst met spullen opsomde, waartoe hij haar al had overgehaald. 'Ik zal er zelfs nog voor zorgen dat er ruimte voor jou overblijft.'
Het was een prachtige boom. Ze had maar één bedenking. 'Ik weet niet of we hem de deur van de winkel binnenkrijgen.' 'Vertrouw nou maar op mij.'
Ze schonk hem een ontspannen glimlach. 'O, ik vertrouw je best. Ik probeer alleen te beslissen of ik me in dit avontuur wil storten met jou. Ik zal kilometers popcornslinger nodig hebben om hem op te tuigen.' Alleen al vanwege die uitdaging was ze geneigd ermee in te stemmen.
De spanning van deze morgen was verdwenen door de ontspannen middag. Ze genoot van Jack. Zoveel mannen waren als Cole, altijd alles onder controle. Bij Jack hoefde ze zich niet af te vragen wat hij dacht. Ze had alles gezien, van plezier tot momenten van bezorgdheid en boosheid. En het beste was zijn aanstekelijke lach.
Haar linkerhand was stijf geworden omdat de blaren strakgetrokken waren. Ze had hoofdpijn van de rusteloze nacht. Maar de dag was steeds beter geworden vanwege Jacks gezelschap. En het zag ernaar uit dat ze aan het eind van de dag het grootste deel ervan met hem doorgebracht zou hebben. 'Deze?'
Ze keek naar de boom, die nog het beste omschreven kon worden als een monster. 'Deze.'
'Ga zitten', beval Jack. 'Het gaat best.'
'Cassie.'
Ze trok een krukje naar zich toe. Ze had er een hekel aan om toe te geven dat hij gelijk had. Ze was zo moe dat de knopen in de snoeren met kerstlampjes het al van haar gewonnen hadden en ze wilde het gewoon niet toegeven. Cassie trok de hele wirwar op haar schoot.
'Ik maak dat wel af.' Koppig schudde ze haar hoofd. 'Het lukt me wel', mompelde ze. Werkten die stijve vingers van haar maar mee! De stekker zat in het stopcontact, zodat ze kapotte lampjes kon
opsporen en vervangen. Om de drie seconden knipperden de rode, groene, blauwe en witte lampjes aan. Als ze het snoer met haar linkerhand probeerde vast te houden om met haar rechterhand een lampje uit de fitting te draaien, verkrampte haar linkerhand. Als ze haar handen dichtkneep, leek het net of ze een draad beetpakte die onder stroom stond. Ze begon te denken dat er werkelijk ergens kortsluiting zat in het snoer. 'Geduld.'
'Geduld is het probleem niet. Ik heb gewoon een draadschaar nodig.'
Jack grinnikte terwijl hij van het keukentrapje afstapte, kneep even in haar schouder en liep naar de tafel om een volgende doos met kerstballen te pakken. Hij was allang klaar met het aanbrengen van de lampjes in de top van de boom. De boom nam het hele middengedeelte van de winkel in
beslag. De arme voordeur droeg nog de littekens van de strijd die hij verloren had. De boom had gewonnen. Hij was letterlijk naar binnen geperst. Niet dat Cassie had mogen helpen; Jack
had Stephen gebeld. Ze stond erbij en keek ernaar terwijl de broers de boom naar binnen duwden.
Ze probeerden hem bij het raam te zetten en merkten, zoals Cassie wel verwacht had, dat de boom daar onmogelijk kon staan zonder de toonbank of de deur te blokkeren. Uiteindelijk zetten ze twee stoelen in het magazijn, schoven de tafel dichter naar het rek met kinderboeken en verplaatsten het rek met historische boeken om de boom genoeg ruimte te geven. Het was de moeite waard geweest. De boom zou prachtig worden. Dat moest ook wel, na al die moeite. Hij zou prachtig worden, of het werd brandhout. Toen ze de lampjes eindelijk vervangen had, sloot Cassie het snoer aan op het snoer dat al in de boom hing en begon het in de boom te bevestigen.
Jack klom weer op het keukentrapje. 'Wil je dat ik alle glitterballen bovenin hang?'
Ze keek omhoog naar Jack. Hij werkte van boven naar beneden. Die glimlach van hem... Ze schudde haar hoofd en het regende glitter om haar heen. 'Nu weet ik waarom jij de bovenste takken wilde doen.' 'Je ziet er schattig uit met al die glitter.'
Ze zag er waarschijnlijk eerder uit als een meisje van zes, dat onder de glitterlijm zat. Ze moest lachen om dat idee. Ze boog een beetje achterover op de kruk om naar zijn vorderingen te kijken. 'Ze staan daar goed, zo vlakbij dat spotje in het plafond. Hang ze daar allemaal maar op.' Ze blies wat glitter
van de rug van haar hand. 'Dan valt het glitter trouwens ook op de boom, in plaats van op de vloer.'
'Er horen pakjes onder deze boom.' 'De boom raakt de grond bijna. Niemand zou er pakjes
onder zien.' Er was al heel wat in dat zwarte gat verdwenen. Momenteel lagen zijn uitgetrapte gympen ergens onder de boom en vrijwel zeker een lichtgevende oranje stuiterbal, die
ze heel even gezien had, toen hij uit Jacks jaszak stuiterde en een stuk of wat Franse frietjes die ze had laten vallen toen ze over het verlengsnoer van het treintje struikelde. 'Onder een kerstboom horen pakjes.' 'Ik ga de boeken inpakken die ik als kerstcadeautjes ga gebruiken.' Aangezien ze een bevestigingsstripje tussen haar lippen had, kon ze niet anders dan mompelen, terwijl ze worstelde met een blauw lampje dat niet wilde blijven zitten. 'Zitten er ook stripboeken bij?' "
Ze had het snoer op zijn plaats gekregen en zette het vast, blij dat ze weer een weerbarstig lampje bedwongen had. 'Het spijt me. Als je plaatjes wilt zien, zul je van lezen moeten houden.' Opeens bungelde er weer een zwart spinnetje voor haar neus. Ze sloeg het weg met de rug van haar hand en pakte een volgend stripje. Jack en zijn speeltjes - deze was kleiner dan de spin die hij in haar appartement voor haar neus gehouden had. Hij kocht ze waarschijnlijk in alle soorten en maten in die
plastic eieren uit kauwgombalautomaten. 'En kleurboeken?'
Ze pakte een handvol stripjes en gaf hem in het voorbijgaan een klap tegen de binnenkant van zijn knieën. 'Dat betekent volgens mij nee.' 'Hoe ben je ooit geslaagd voor je luitenantsexamen als je
niet van studeren houdt?' Jack schoot in de lach. 'Ik heb een goed geheugen en een vlotte babbel.'
'Met die vlotte babbel ben ik het wel eens.' 'Puur om mijn nieuwsgierigheid te bevredigen: waar koop je al die boeken?'
'Veilingen. Rommelmarkten.' 'Ben jij zo iemand die alle rommelmarkten afstruint?'
'Sta me niet uit te lachen.' 'Ik probeer niet te lachen. Zal ik een keer met je meegaan?' zei Jack.
'Wil je boeken voor me dragen?' 'Zolang je geen leesboek voor mij koopt.'
Ze schudde haar hoofd en glimlachte. 'Je bent onmogelijk.' 'Klopt Cassie?' 'Hmm?'
'Bedankt voor deze dag. Ik geniet ervan.' De spin kwam weer tevoorschijn en ze sloeg hem opnieuw
weg. 'Ik zou er meer van genieten als je die spin niet elke keer voor m'n neus liet bungelen.'
'Wat zeg je?' De spin viel in haar schoot. En bleef niet liggen, maar bewoog.
Haar gewonde hand schoot uit en de spin vloog naar de andere kant van de kamer. De kruk kantelde en als Jack niet zijn arm uitgestoken had om haar tegen te houden, zou ze in de boom beland zijn. In plaats van met haar gezicht in de dennennaalden, viel ze achterover en kwam bijna met haar
achterhoofd tegen de poot van de tafel. 'Maak dat ding dood', zei ze.
Jack ging achter de spin aan en zette zijn voet erop. Cassie kromp ineen en wenste dat ze dat niet had gezien. Met schoenen aan was één ding, met sokken aan iets anders. 'Heb je je hand bezeerd?'
Ze schudde hem heen en weer om de pijn te verdrijven. 'Ik bleef haken aan het snoer lampjes.' De helft van de lampjes die ze met zoveel moeite bevestigd had, was weer losgetrokken. Jack kwam met grote stappen teruglopen. Hij zette de kruk weer overeind voor haar.
Ze keek er misprijzend naar. 'Ik denk dat ik maar een poosje op de grond blijf zitten. Ik moet de onderste lampjes vastmaken.'
Jack ging behulpzaam naast haar zitten. 'Laat me eerst die hand eens zien.'
'Daar is niets mee.' 'Cassie -laat me die hand zien.' Zijn stem klonk luitenantachtig en ze kon het bevel moeilijk negeren. Ze stak haar hand uit. Op haar duim waren twee blaren kapotgegaan. Ze schaamde zich ervoor hoe haar hand eruitzag. De blaren lagen over oudere littekens, die van de
gladde huid stugge ribbels gemaakt hadden. 'Ik heb geen behoefte aan je medelijden.'
Hij keek op, zijn blik hield de hare vast. De ernst week niet uit zijn ogen, maar er verscheen een glimlach. Hij boog haar hand dicht. 'Littekens van de strijd deren mij niet.' Hij gaf een rukje aan de dichtgeknoopte manchet van haar blouse. 'Hoe ze er ook uitzien. Ik heb er zelf ook een paar. Op tamelijk gênante plekken.'
Hij deed het weer, iets heel ernstigs onderstrepen met humor. 'Echt?' vroeg ze geïnteresseerd.
'Ik ben ooit op een kapotte fles gaan zitten.' 'Gaan zitten?'
'Aangezien ik op dat moment twaalf was, is 'gaan zitten' toepasselijker dan dat ik zou zeggen dat ik mijn evenwicht verloor, van een spoorbiels viel en op mijn achterwerk terechtkwam.'
'Gaan zitten klinkt beter.'
Hij liet haar hand los. 'Ik zal je helpen met de lampjes.' Na een korte aarzeling gaf ze hem de bevestigingsstripjes. 'Het spijt me dat ik dacht dat jij die spin voor mijn neus liet bungelen.'
'Het is mijn eigen schuld; had ik het maar niet eerder moeten doen.'
'Beloof me dat je nooit een levensechte slang zult gebruiken.' Jack leunde tegen haar schouder. 'Beloofd.'
En omdat hij zo aardig was geweest haar niet uit te lachen om haar overdreven reactie op de spin, leunde ze terug, gebruikte zijn schouder als steuntje en gooide de in de war geraakte kerstlampjes in zijn schoot. 'Wil je dit alsjeblieft uit de knoop halen?'
Jack pakte lusteloos één uiteinde van de wirwar op. 'Hmmm-'
'Nee, we gaan geen andere lampjes kopen.' 'Ik dacht het alleen maar. Ik zei het niet.'
'Ik kan gedachten lezen.' 'Krijg ik nog hulp met de popcornslingers?' 'Kun je overweg met naald en draad?' 'Dat leer ik wel.' Cassie wierp hem een sceptische blik toe. 'Koop maar een doosje pleisters. Die zul je nodig hebben.' 'O, kleingelovige.'
'Een van ons tweeën moet praktisch zijn.' 'Wat is dit?' Hij reikte voor haar langs en plukte een muntje achter haar oor vandaan. 'Jack.' Ze had pret om de eenvoudige goocheltruc.
Hij liet het gouden muntje tussen zijn vingers door lopen en bood het haar aan. 'Ie eerste kerstcadeau.' Het was een chocolademuntje. 'Ik heb niets voor jou.' Ze verwachtte dat hij erom zou lachen en een grapje zou maken. In plaats daarvan glimlachte hij alleen maar en pakte het snoer met lampjes op. Hij gaf cadeautjes. Ze liet haar vingers over het chocolademuntje gaan. 'Jack?'
'Hmm?' 'Bedankt.' Dat ene woordje was ontoereikend om alles uit te drukken wat ze voelde, maar ze wist niet wat ze anders moest zeggen. 'Je bent lief als je om woorden verlegen zit.' Hij trok de doos met kerstversieringen naar zich toe. 'Ik zal met je tossen wie de engel bovenop de boom mag zetten.'
Ze gooide het chocolademuntje in de lucht. 'Kop of munt? 'Kop.'
Ze ving het muntje voorzichtig op. Hij boog zich voorover om te kijken. 'Ik heb gewonnen.'
Ze draaide het muntje om. 'Het is een tweekoppige munt ' 'Dat is ook toevallig-'