Hoofdstuk 16

'Ga weg.' Cassie nam niet eens de moeite haar ogen open te doen. Als ze voor iets anders in beweging zou moeten komen dan een grote, uitslaande brand, ging ze gillen. De officiële

werkdag zat erop, hoewel de dienst nog niet afgelopen was, en ze was neergeploft om bij te komen van haar eerste hernieuwde kennismaking met haar werk.  Cole tilde haar linkervoet uit de emmer warm water. Ze zoog haar adem naar binnen toen hij haar tenen omhoog trok en de kramp uit haar voet begon te masseren. 'Het trekt wel weg.

'Dat zei je een uur geleden ook al.' Het was niet eens een zware dag geweest, maar ze was de

hele dag op de been geweest. Ze had lopen sjouwen met verfblikken vol bewijsmateriaal en andere spullen en had als Coles boodschappenjongen gefungeerd. Aan het eind van de dag was ze overvallen door hevige krampen. Het gewicht van de laarzen en de hitte van het dragen van een brandweeruitrusting hadden uiteindelijk hun tol geëist. Haar spieren waren verkrampt. Het was beschamend en pijnlijk. Met tegenzin deed ze haar ogen open. 'Cole, je bent een slavendrijver.'

'Klopt. Maar het voelt goed om weer aan het werk te zijn, Ze glimlachte. 'Vraag me dat morgenochtend nog maar eens.' Ze zaten naast de hoefijzerwerpbaan achter de brandweerkazerne. Zomerse, milde dagen waren zeldzaam aan het eind van november en de brandweerlieden maakten er gretig gebruik van. De twee barbecues naast de picknicktafels waren aangemaakt. Ze zouden gegrilde karbonades eten als avondeten.

 

'Je hebt me goed geholpen vandaag.' 'Probeer je zoete broodjes te bakken?'

'Werkt het?' 'Een beetje.' Ze zuchtte en liet haar voet weer in het warme water glijden. 'Hoe houd  het vol, je werk?' Ze had de hele dag samen met hem door het uitgebrande huis gelopen om de

verklaringen van de brandweerlieden en het politierapport met elkaar in overeenstemming te brengen en in kaart te brengen hoe de brand was ontstaan en zich had verspreid. Toen ze op de overloop liep waar de brandweerlieden haar gevonden hadden, zag ze duidelijk hoe dom het was geweest om het huis binnen te rennen. Dat was de moeilijkheid als je dacht dat er iemand in gevaar was -je eerste reactie was om te helpen en die schoof elke gedachte aan eigen veiligheid opzij.

Het woord moordenaar achtervolgde haar. Ze had gezien hoe Cole een rapport doornam van iedereen die sinds de reorganisatie gestorven was in het district. Zijn werk was beslist niet gemakkelijk. En zij voelde zich daar verantwoordelijk voor, omdat ze wist dat hij onder andere met

zijn overplaatsing naar de onderzoekscommissie ingestemd had om wat er met haar gebeurd was.

'Iemand moet het doen', antwoordde Cole uiteindelijk.

'Denk je dat hij vanavond weer zal toeslaan?' Cole draaide zijn schouder los. 'Vijftig procent kans. Neem  geen risico's, Cassie.' 'Mag ik rondlopen op de plaats van de brand als er een oproep komt? Die vent zal zich niet voor iedereen zichtbaar opstellen.'

'Zolang je in het zicht van een politieagent of de commandant blijft. Ik weet dat het een chaotische toestand zal zijn, dus die verantwoordelijkheid ligt bij jou.' 'Ik zal voorzichtig zijn.' Ze wilde niet denken aan de man, die ze moest zien te vinden. 'Is Jack al terug?' Bluswagen 81 en ambulancevoertuig 81 waren een uur daarvoor weggeroepen naar een auto-ongeluk, toen zij en Cole

op de terugweg waren naar de kazerne. Ze vond het moeilijk om de wagens met zwaailicht en sirene te zien uitrukken zonder dat zij erbij was.

 

'Jack is onderweg; ze waren niet meer nodig. Ik hoorde dat er sprake is van twee gewonden, maar niet ernstig.' 'Ik had erbij willen zijn.' 'Dat weet ik.'

'Hoe ging  ermee om, die eerste paar keer dat de commandant uitrukte en dat jij die commandant niet was?' Cole glimlachte. 'Slecht.' Achter hen klonk het geluid van  de bluswagen die terugkeerde. Cole stond op. 'Wil je dat ik Jack naar je toe stuur, zodra hij zijn spullen opgeruimd heeft?'

'Jack zal geen aansporing nodig hebben - die komt gewoon op de geur van het eten af. Maar je mag hem vragen of hij een blikje fris voor me meeneemt.'

'Met alle plezier.' 'Het bevalt me wel, dat jij je schuldig voelt.' 'Je begeeft je op glad ijs, Cassie.'

Ze lachte zachtjes toen Cole wegliep en pakte toen het boek op, waarin ze had zitten lezen.

Jack zag nog meer bloed in de naad van zijn linker laars en doopte de laars met de stalen neus weer in de plastic emmer met zeepsop. Hij ging over van boender op tandenborstel. Het was een ernstig ongeluk geweest: een bestelbus had zich in de zijkant van een rode Toyota geboord.

De vrouw in de auto had stoïcijns volgehouden dat ze niets mankeerde, terwijl haar zoontje van vijf het op een brullen had gezet. Toen hij terugdacht aan de verbolgenheid van de jongen, verscheen er een meesmuilend lachje op Jacks gezicht. Kinderen waren niet bang om eerlijk te zijn, ze lieten duidelijk merken hoe ze over een situatie dachten. De vrouw had gebloed, de jongen had overgegeven en beiden hadden het overleefd. Ze moesten alleen uit het autowrak gezaagd worden.

Jack kon niet veel sympathie opbrengen voor de bestuurder van de bestelwagen, die zijn been gebroken had. De man had tachtig kilometer per uur gereden in de binnenstad.

De zijdeur van de garage ging open. Jack keek op, in de hoop dat het Cassie was. Het was al bijna etenstijd en de dag was voorbijgegaan zonder dat hij haar gesproken had, op de korte begroeting van vanmorgen na. Cole kwam binnen. 'Alles goed gegaan?' Hij zat zeker zonder zuurtjes, want hij knabbelde aan een dropstaaf.

'Prima.' 'De barbecue is aan. De karbonades zijn bijna klaar. Cassie heeft jouw stoel ingepikt.'

Zijn stoel - de metalen terrasstoel die hij op een veiling gekocht had was gigantisch en verzwolg iedereen die erin zat. Jack zag het helemaal voor zich en schoot in de lach. Hij stond op en begon zijn spullen in zijn kastje te stoppen. 'Meen je dat?'

'Ze zou er zelfs in kunnen slapen. Plaag haar niet met de kramp in haar voeten. De laarzen waren nog niet ingelopen en daar moet ze nu voor boeten.' 'Cole.'

'Mijn fout. Ze zit nu met haar voeten omhoog; ze hoeft ze vannacht niet aan, behalve als we moeten uitrukken. Ze schaamt zich ervoor.'

Jack begreep het. Medeleven was niet de juiste reactie. 'Voel je je schuldig genoeg om wat administratie voor me te doen?' Jack deed met een grijns een stap achteruit bij het zien van

Coles uitdrukking. 'Het was maar een vraag. Ik neem het wel mee naar buiten.'

'Neem een blikje fris voor haar mee.' ‘Ja.’, baas.'

Cole liep naar zijn kantoortje en riep over zijn schouder: 'Is insubordinatie besmettelijk?'

'Ik zal zo respectvol zijn die vraag niet te beantwoorden', riep Jack terug, terwijl hij het kastje met een klap dichtsloeg. 'Dat is wel zo verstandig.' Cassie was verdiept in een boek. Jack vertraagde zijn pas, want het was duidelijk dat ze hem niet hoorde aankomen. Ze was gevlucht in haar favoriete tijdsbesteding. Naast haar in de grote stoel lagen een opgevouwen krant en een extra boek. Over de leuning van de stoel hing een paar zwarte kniekousen. Cassies linkervoet stak in een emmer

water. Kramp was een veelvoorkomend probleem en het verbaasde hem niet dat ze er last van had na een hele dag op brandweerlaarzen lopen.

 

Jack boog zich over de stoel heen en liet wat hij in zijn handen had voor haar ogen bungelen.

'Hè?' Ze pakte het en draaide zich naar hem om. 'Hoi.' Ze keek naar de ketting.

'Sleutels van de kazerne. Die had ik je al eerder willen geven. Sorry.'

Met sleutels in je zak een brand ingaan was niet verstandig. De meeste brandweerlieden hadden hun sleutels aan een riemclip of aan een ketting die makkelijk verwijderd kon worden. Hij had geraden waarnaar haar voorkeur zou uitgaan.

Ze deed de ketting om. 'Ik had gehoopt dat ik buitengesloten zou worden.'

Hij trok plagend aan een krul terwijl hij naast haar ging zitten. Het spijt me. Je hebt net zo goed dienst als wij.' Hij gaf haar het blikje fris. Bruce zei dat je vandaag sinas dronk.' 'Bedankt.'

'Je hebt een interessante eerste dag gehad.'

'Dat is een understatement.' Ze trok het blikje open. 'Als ik jou was, zou ik na het eten even gaan liggen. Die vent heeft tot nu toe steeds rond middernacht toegeslagen.' Cassie knikte. 'Goed idee.' Peter haalde het deksel van de barbecue. Ik heb een aantal aspecten van het leven in de kazerne gemist en dit is er een van.' 'Lekker eten?'

Ze schudde haar hoofd. 'Dat een man het klaarmaakt.' Jack strekte zijn benen en sloeg zijn enkels over elkaar. Deze donderdag leek hem al een eeuwigheid te duren. Het was fijn om eindelijk haar volle aandacht te hebben. 'Hoe was die laatste oproep?

'Een routineklus.' Hij keek haar aan, zag een zweem van frustratie in haar blik en besefte dat hij een fout maakte door niet op de details in te gaan. Het was een routineklus, maar zij was er niet bij geweest. Ze veranderde van onderwerp voor hij verder kon uitweiden. Ik heb de rapporten van de eerdere branden die onder verdenking staan gelezen. Het is onduidelijk of er enige aanwijzing was dat er iemand naar die branden heeft staan kijken. Zijn er redenen om aan te nemen dat hij bij elke brand die hij sticht, blijft kijken? Of ruk ik straks mee uit, terwijl er maar een kans van vijftig procent is dat ik hem daar aantref?' Het verbaasde Jack niet dat Cole het popcorn uit de verslagen had gehouden. Totdat een brandstichter aangehouden werd, was alle informatie die zou kunnen duiden op een manier om hem te identificeren vertrouwelijk. Zo kon het niet uitlekken naar de pers en werd voorkomen dat de brandstichter daarop zou reageren door zijn handelwijze te veranderen.

Cole zou het Cassie vertellen wanneer hij dat nodig vond. 'We denken dat hij naar alle branden blijft kijken. Hij heeft een aantal kenmerken.'

Hij was nog altijd niet blij met het besluit dat ze met hen zou uitrukken om te proberen de man te vinden. Het was gevaarlijk. Als ze hier nog langer op door zou gaan, zou hij het waarschijnlijk weer zeggen. Hij veranderde liever van onderwerp. 'Kun je nog hulp gebruiken bij het versieren van de

boekwinkel? Ik heb voor mijn eerstvolgende vrije dagen nog niets gepland.'

'Graag. Ik ben ook van plan wat boekenplanken op te hangen in het magazijn. Heb je zin om met een hamer te zwaaien?' 'Maak je dan zo'n superbroodje voor me, waar ik Cole weleens over heb horen praten?' Ze stak haar hand uit en gaf hem een paar klopjes op zijn buik. 'Ik zal een halve voor je maken. Een broodje op Cole-formaat krijg jij nooit op.'

Hij pakte haar hand en hield hem omhoog om haar vingers te bestuderen. 'Wat is dit?'

Ze boog haar vingers omlaag tot een vuist.

'Cassie, heb je zonder mij aan die popcornkettingen zitten werken?' Ze had pleisters op haar wijsvinger, middelvinger en duim. De naald was waarschijnlijk moeilijk te hanteren met haar stijve hand. 'Begin daar nou niet over, Jack.'

'Je bent lief als je verlegen bent.' Haar hand voelde ruw aan vanwege de ribbelige littekens. Ze had geen behoefte aan medelijden. Hij sloot zijn vingers om haar vuist en legde haar hand weer terug in haar schoot. Hij had die hand wel willen vasthouden, maar Peter zat te kijken. 'Wat voor planken wil je hebben?'

 

Hij moest een goede plek zoeken om een poosje naar deze brand te kunnen blijven kijken zonder gezien te worden. Maar waar? Het zou een enorme brand worden, groot alarm. En volmaakt - deze verwoesting zou hen in verlegenheid brengen. Hij had er geen behoefte aan dat Cassie Ellis hem nog eens beter zou kunnen bekijken. Hij had haar in de gaten gehouden sinds ze hem bijna tegen het lijf gelopen was, maar na de eerste week was hij al tot de conclusie gekomen dat ze geen  bedreiging voor hem vormde. Ze had hem gezien, maar ze wist niet dat hij het was. Hij was haar zelfs tegengekomen, had haar gedag gezegd, en er was geen teken van herkenning geweest.

Dat geluk zou hij één keer hebben, geen tweede keer. Hij zou alles op alles zetten bij deze brand en hard toeslaan. Hij zou zijn bedoeling duidelijk maken.

Zijn familie zou het hem niet in dank afnemen, maar zij hoefden de last ook niet te dragen van het betalen van de rekeningen. Thanksgiving was frustrerend geweest, maar Kerst...

Deze keer zou hij ervoor zorgen dat de kranten de boodschap zouden oppikken, zelfs als hij iemand een tip moest  geven over de 'handtekening' van de dader. Er was een pyromaan bezig en het brandweerdistrict kon de klus niet aan. Er moest verandering komen. Die zou hij hoe dan ook forceren.