14
Het is alsof we in een andere wereld neergezet zijn. Een wereld die zo vreemd en somber is dat we niet weten hoe we hier moeten overleven.
Ik zit met Joe en de drie kinderen om de keukentafel. De twee jongsten, de jongens, schuiven hun eten naar binnen. Ze doen een wedstrijdje, want wie het eerst klaar is, mag terug naar de PlayStation. Ze voelen de sfeer en kunnen niet wachten eraan te ontsnappen.
Sally en ik zitten met ons eten te schuiven. We krijgen geen hap naar binnen. Joe heeft honger maar zegt niets. Hij heeft de hele dag buiten in de kou gezocht en over een uur gaat hij weer. Ze hebben afgesproken in het dorpshuis en gaan van daaruit de hele avond door met hun zoektocht naar Lucinda. De mensen van de reddingsbrigade zoeken mee en zij brengen honden mee, de collies die ze gebruiken om lichamen onder de sneeuw te zoeken, of mensen die vastzitten in een ravijn. Ik kan me vaag herinneren dat ik laatst geld in een collectebus van hen heb gedaan.
Sally heeft kort verteld over hoe ze door de politie ondervraagd was. Ze zei dat de agent aardig was en dat ze hem tot haar opluchting alleen hoefde te vertellen wat ze wist. Ik denk dat ze had verwacht dat hij haar zou beschuldigen en haar op haar kop zou geven.
Maar ik voel dat er meer aan de hand is. Het lijkt alsof ze iets achterhoudt, en ik wacht tot Joe weg is voor ik aandring. Zo doe ik dat altijd met Sally. Als er iets mis is, zie ik dat meteen aan haar. Maar ik wacht. Dat heb ik wel geleerd. Ik vraag bijvoorbeeld of alles goed ging op school. ‘Nog roddels, vandaag?’ vraag ik dan, en dan zegt zij nee. Maar later, als ik de afwas inruim en de lunchpakketjes voor de volgende dag maak, komt ze bij me staan. En als ik dan voorzichtig doorvraag komt het er allemaal uit.
Wat ik vooral niet moet doen als ik wil weten wat er allemaal speelt, is haar vriendinnen veroordelen. Als ik ook maar één keer iets lelijks over hen zeg, als ik me ook maar één keer kritisch uitlaat, trekt ze een muur op en klapt ze dicht. Ze is ongelofelijk loyaal. Dus ik pak het voorzichtig aan. Ik luister.
We hebben junkfood gegeten. Kipnuggets en frites. Meer kon ik in deze omstandigheden niet voor elkaar krijgen. Sally schraapt de restjes frites van haar bord in de etensbakken van de honden. Ik zie dat ze twee frietjes uit de ene bak overhevelt in de andere, zodat alle honden precies evenveel krijgen. Joe is naar het houtschuurtje achter het huis om te zorgen dat ik vanavond genoeg brandhout heb en Sally kijkt me aan.
‘Mam?’
‘Hm?’
‘Denk jij dat Lucinda met iemand meegegaan kan zijn. Expres, bedoel ik?’
Voorzichtig, denk ik bij mezelf. Wees voorzichtig.
Ik doe mijn best zo neutraal mogelijk te klinken. ‘Waarom vraag je dat?’
‘Ik dacht eraan, meer niet… ik bedoel, ze is toch geen klein kind meer. Dus je kunt haar moeilijk stelen.’
Ik hou mijn hoofd schuin zodat het lijkt alsof ik nadenk over wat ze zegt. Terwijl ik eigenlijk denk: Weet jij soms iets? Zeg het dan! Wat weet jij?
‘Je hebt gelijk,’ zeg ik. ‘Het lijkt me moeilijk om Lucinda tegen haar wil mee te nemen, op klaarlichte dag, maar ik denk niet dat het zo gegaan is. Ik denk dat een man subtieler te werk moet zijn gegaan om Lucinda in zijn auto te krijgen.’
‘Hoe dan?’
‘Nou, meestal lokken ze een kind met een trucje.’
‘Maar Lucinda is toch niet op haar achterhoofd gevallen. Die stapt echt niet bij iemand in de auto als hij beweert dat hij haar moeder kent of zo.’
Ik weet wat ze bedoelt, want hier waarschuwde ik mijn kinderen altijd voor toen ze nog klein waren. Ik bedenk dat ik het hier al een poos niet met Sam over gehad heb. En jongens zijn zo dom. Die luisteren niet naar je. Je moet hen er voortdurend aan herinneren.
Je zegt: ‘Zelfs als iemand zegt dat hij je moeder kent, mag je nog niet bij hem in de auto stappen, oké? Zelfs als iemand zegt: “Ik ken je moeder, ze heet Lisa, en ze heeft me gevraagd of ik jullie vandaag uit school wilde halen”, dan nog mag je nooit, maar dan ook nooit in de auto stappen. Dan ga je meteen naar je juf, afgesproken?’
En dan kijken ze je aan met uitgestreken gezichten en je denkt: Gelukkig, dat is aangekomen. Nu snappen ze het.
Maar dan komt er een glinstering in hun ogen en zeggen ze: ‘Het geeft niks, mam, want als ik instap zou ik hem in elkaar slaan! En ik zou hem stompen! En dan zou ik zorgen dat de auto crasht. En dan loop ik heel hard weg, en dan kan hij me nooit pakken, want ik kan heel hard lopen en…’
En dan zakt de moed je in de schoenen. Want je kind zit alweer in zijn fantasiewereldje.
Ik stop met waar ik mee bezig ben en kijk Sally aan.
‘Ze lokken een tiener niet met dezelfde trucs als een klein kind, Sal. Ze praten met hen, zeggen vleiende dingen, ze…’ Hoe kan ik dit duidelijk maken? ‘Zo’n man doet net of hij het meisje heel leuk vindt, zodat het meisje denkt: hij ziet me wel zitten. En omdat hij ouder is, en omdat veel tienermeisjes onzeker zijn, trappen ze erin. Ze trappen in de smoesjes die hij ophangt.’
Ik zeg er niet bij dat deze kerels ook echt voor jonge meisjes gaan, en dat dat geen smoesje is.
Sally begint te knikken. ‘Ik begrijp het,’ zegt ze zachtjes.
Ik leg mijn hand op haar schouder. ‘Ik hou van je, Sal,’ zeg ik en haar oogleden trillen.
Ze wendt haar blik af en ik zie dat ze haar best doet de tranen tegen te houden. ‘Het geeft niet,’ zeg ik. ‘Je mag best verdrietig zijn.’
Ze ziet er zo jong en zo kwetsbaar uit en mijn maag krimpt om haar ineen. Haar wereld is onherkenbaar veranderd en –’
‘Dat is precies wat er is gebeurd, mam!’ roept ze opeens uit. ‘Lucinda… na school ging er zo’n man met haar praten. En toen zei ze dat ze met hem had afgesproken.’
‘Hoezo afgesproken?’ vraag ik verbijsterd.
‘Weet ik veel!’
Ik ga zitten en snak naar adem. ‘Waarom heb je ons dat niet verteld? Waarom heb je dat geheimgehouden? Je weet toch wel beter! Jezus, Sally, heb je überhaupt wel naar me geluisterd?’
‘Ja, maar –’
‘Maar wat?’
‘Lucinda wilde niet dat iemand het wist. Ze wilde niet dat haar moeder –’
‘Jezus, Sal, dat gaat in dit geval toch niet meer op! Dit heeft niets meer te maken met een geheimpje bewaren. Dat zie je toch zeker zelf ook wel?’
Ze huilt. ‘Niet schreeuwen,’ snikt ze.
Joe komt weer binnen. ‘Wat is er aan de hand?’
Ik draai me naar hem om. ‘Hou jij je erbuiten. Blijf maar daar.’ Hij blijft stokstijf staan, met de grote plastic emmer vol gekloofd hout in zijn handen. Hij zet hem niet eens op de grond.
‘Wat is er gebeurd?’ vraagt hij zachtjes.
‘Lucinda heeft afgesproken met een man en Sally wist ervan.’
‘Heb je dat al aan de politie verteld?’ vraagt hij aan haar.
Ze schudt haar hoofd. ‘Nee.’
‘Wat?’ gil ik. ‘Ben jij soms niet goed bij je hoofd?’
‘Ze hebben me er niks over gevraagd! Ze vroegen er niet naar en ik wilde het zelf niet zeggen, want haar moeder weet er niets van. En wat nu als ze mij de schuld geeft als –’
‘Wat als ze jou de schuld geeft? Sally, ze is waarschijnlijk dood. Dood. Begrijp je dat? En of dat jouw schuld was, interesseert geen mens. Hoewel ze dat nu misschien anders zien.’
‘Zo is het wel genoeg,’ zegt Joe en ik staar hem woedend aan.
‘Je moet haar niet beschermen, Joe. Ze had veel eerder haar mond open moeten doen.’
‘Wat had het uitgemaakt?’ vraagt hij.
‘Nou, om te beginnen waren er dan niet drie afzonderlijke zoektochten. Jij,’ zeg ik, en ik wijs naar hem, ‘zou je tijd niet verdoen met het zoeken door struiken en bosjes bij min weet-ik-veel als Lucinda daar duidelijk nooit gevonden gaat worden.’ Ik doe mijn ogen dicht. ‘Fuck,’ zeg ik. ‘Fuck.’
Sally huilt erbarmelijk en ik weet dat ik nu moet ophouden, maar ik kan niet geloven dat ze zo stom is geweest om dit voor zich te houden.
Ik kijk haar fel aan. ‘Geef me de telefoon. Ik ga Kate bellen.’
Joe zet het hout neer. ‘Wacht even,’ zegt hij.
‘Waarom? Ze moet dit weten.’
‘Bel eerst de politie. Bel die rechercheur, praat eerst met haar. Dan kun je Kate daarna bellen.’
Ik bel rechercheur Aspinall en krijg haar voicemail. ‘Dit is Lisa Kallisto. Belt u me alstublieft zodra u dit hoort.’
Dan haal ik diep adem en kijk naar Sally. Ze durft me niet aan te kijken. ‘Waarom heb je dit niet aan ons verteld, Sal?’
Haar schouders schokken twee keer op en neer. ‘Omdat het niet altijd zo is als jij denkt,’ snikt ze. ‘Jij denkt dat iedereen is zoals wij, jij denkt dat zij allemaal net zo zijn als ik… en dat is niet zo.’
‘Ik snap niet wat je bedoelt… leg eens uit.’
Ze kijkt naar Joe en bijt op haar lip.
‘Wil je dit liever vertellen waar papa niet bij is?’
Ze knikt.
Ik kijk Joe even aan en hij haalt zijn schouders op, want hij heeft geen keus.
Hij verlaat de keuken en ik zeg: ‘Oké, vertel op. Je kunt het mij wel vertellen. Ik zal niet boos worden. Het spijt me dat ik net zo uit mijn slof schoot. Dat was uit frustratie. En ik ben bang, Sally. Vandaar.’
‘Jij denkt dat iedereen bij mij op school heel onschuldig is, omdat ik nu toevallig geen vriendje heb en omdat geen van mijn vriendinnen een vriendje heeft. Maar dat zijn ze niet, mam. Dat zijn ze echt niet.’
‘Lieverd, dat weet ik best. Er is een wereld van verschil tussen sommige meisjes van dertien en andere. Dat was al zo toen ik zelf nog op school zat. Sommigen deden aan seks, maar de meesten niet.’
Ze krimpt ineen als ik het woord ‘seks’ uitspreek. Ik heb het afgelopen jaar verschillende manieren uitgeprobeerd om het erover te hebben, maar het klinkt allemaal even belachelijk, dus houden we het hier maar op.
Sally snuit haar neus. ‘We staan onder druk,’ zet ze snuffend. ‘De jongens lachen ons uit als we nog niks hebben gedaan, en als we wel iets hebben gedaan noemen ze ons een…’ Ze maakt haar zin niet af. ‘Het is zwaar, mam. Het is soms echt heel zwaar. Ze kunnen het je echt onmogelijk maken.’
Het lot van de puber. Geen mens begrijpt hoe zwaar je leven is. En je moeder al helemaal niet.
‘Ze pesten ons de hele tijd. Ze noemen Lucinda een frigide kakker, en dat vindt ze verschrikkelijk.’
Ik begrijp wel waarom de jongens het op Lucinda hebben voorzien. Ze kan vrij hooghartig en zoetsappig overkomen. En ze praat anders dan de andere kinderen. Dat komt voor een deel doordat Kate haar vroeger op een privéschooltje had en voor een deel komt het door Guy. Guy komt niet uit deze streek. Hij komt uit het zuiden, en dus praten Lucinda en Fergus met langgerekte klinkers en kopiëren ze zijn manier van spreken, iets wat Kate altijd heeft gestimuleerd.
Ik leg aan Sally uit dat die jongens, die genadeloos vervelende, afschuwelijke jongens – de aso’s, zoals zij hen noemt – over een jaar allemaal met haar naar bed willen, en dat dit hun manier is om aandacht te trekken. Maar ze wil er niet aan en kijkt me aan alsof ik gek ben. Dus laten we het onderwerp rusten.
Ik pak de telefoon en bel Kate.
Ik toets het nummer in. Sally staat verloren naast me. ‘Wil je zeggen dat het me spijt?’ fluistert ze en ik knik. ‘Tuurlijk,’ zeg ik.
Maar de telefoon gaat eindeloos over.
Ik roep naar Joe. ‘Hoe kan het nou dat er niemand opneemt bij Kate?’ En hij komt terug via de woonkamer en brengt de stank van petroleumblokjes en rook met zich mee.
‘Laat maar overgaan,’ zegt hij. ‘Ze zijn waarschijnlijk aan het praten met de mensen die weer gaan zoeken of met de politie.’
Dus dat doe ik. Ik laat de telefoon dertig keer overgaan. En dan bel ik haar mobiel. Die neemt ze ook niet op.