Het huis

was ruim honderd jaar oud en de degelijke stenen muren waren wel een meter dik, wat betekende dat ze waarschijnlijk niet geïsoleerd hoefden te worden, maar ze wilde het zekere voor het onzekere nemen.

Links van de woonkamer lag een kleine hoekkamer, die ze als werk- annex logeerkamer had gebruikt.

Met een toilet en een ruime inloopkast.

De kamer was perfect: er was maar één raam en de zolder erboven werd niet gebruikt.

Geen nonchalance en vanzelfsprekendheden meer.

Niets mocht aan het toeval worden overgelaten. Dat was een gevaarlijk verraderlijke metgezel. Soms een vriend, net zo vaak een onberekenbare vijand.

 

het eetkamermeubel

schoof ze tegen de ene muur, waardoor er midden in de woonkamer een groot oppervlak vrijkwam.

Daarna kon ze alleen maar wachten.

Het eerste piepschuim kwam zoals afgesproken om tien uur en werd door vier mannen naar binnen gedragen. Drie van hen waren in de vijftig, de vierde amper twintig. Hij had een kaalgeschoren hoofd en droeg een zwart t-shirt met midden op zijn borst twee gekruiste Zweedse vaandels met daaronder de tekst mijn vaderland. Op zijn ellebogen had hij een spinnenwebpatroon laten tatoeëren en rond zijn polsen een symbool uit het stenen tijdperk.

Toen ze weer alleen was, ging ze op de bank zitten om de werkzaamheden te plannen. Ze besloot met de vloer te beginnen, omdat dat het enige was wat een probleem kon worden. Het oude stel dat onder haar woonde, was weliswaar zo goed als doof en zelf had ze in alle jaren geen enkel geluid van beneden gehoord, maar het was toch een belangrijk detail.

Ze ging naar de slaapkamer.

De kleine jongen was nog altijd in een diepe slaap verzonken.

Het was heel vreemd geweest toen ze hem in de pendeltrein was tegengekomen. Hij had gewoon haar hand gepakt, was opgestaan en braaf met haar meegegaan, zonder dat ze ook maar iets had hoeven zeggen.

Het was alsof het was voorbestemd dat hij het zou worden.

Een onmiddellijke vanzelfsprekendheid, zoals wanneer een vrouw een kind baart en begrijpt dat het alleen van haar is.

Ze had nu de leerling die ze had gezocht en het kind dat ze nooit had kunnen krijgen.

Ze legde haar hand op zijn voorhoofd, voelde dat de koorts was gezakt en nam vervolgens zijn pols op.

Alles was zoals het moest zijn.

Ze had de juiste dosis morfine gevonden.

 

de werkkamer

had dikke, witte vloerbedekking, die ze altijd lelijk en onhygiënisch had gevonden, maar die tegelijk heerlijk was om op te lopen. Nu zou die haar goed van pas komen.

Met een scherp voorsnijmes sneed ze het piepschuim op maat en ze zette de stukken met een dikke laag vloerlijm vast.

Algauw werd ze duizelig van de sterke lucht en moest ze het raam aan de straatkant openzetten. Ze had hier driedubbel glas en aan de buitenkant zat ook nog een isolerend voorzetraam.

Het toeval als vriend.

Ze glimlachte.

Het werk aan de vloer nam de hele dag in beslag en ze ging regelmatig even bij de jongen kijken.

Toen de hele vloer klaar was, plakte ze alle naden af met duct-tape.

Tijdens de drie daaropvolgende dagen werd er nieuw bouwmateriaal gebracht en ze ging aan de slag met de vier muren. Op vrijdag moest alleen het plafond nog en dat kostte iets meer tijd, omdat ze het piepschuim eerst met lijm moest insmeren en er vervolgens met behulp van planken voor moest zorgen dat de platen op hun plek bleven zitten.

Terwijl de lijm droogde, hing ze oude dekens voor de deuren, die ze in een eerder stadium al had verwijderd. Op de deur naar de woonkamer lijmde ze vier lagen piepschuim, en dat vulde de hele deurpost, die een halve meter diep was.

Ze pakte een oud laken en hing dat voor het enige raam. Het kozijn kreeg voor de zekerheid twee lagen isolatiemateriaal. Toen de kamer klaar was, bracht ze waterafstotend zeildoek op de vloer en de muren aan.

Het werk had iets meditatiefs en toen ze daarna ging zitten om te zien wat ze tot stand had gebracht, voelde ze zich trots.

 

de kamer

werd in de week erna tot in detail afgewerkt. Ze kocht vier rubberen wieltjes, een haak, tien meter elektriciteitssnoer, een plint van een paar meter, een simpele armatuur en een doos gloeilampen. Ze liet een set dumbbells, een halter en een eenvoudige hometrainer thuisbezorgen.

Ze haalde alle boeken uit een van de boekenkasten in de woonkamer, zette de kast op zijn kant en schroefde de wieltjes eronder, op elke hoek een. Aan de voorzijde bevestigde ze een plint die de wielconstructie moest verbergen en daarna zette ze de kast voor de deur naar de verborgen kamer.

Ze schroefde de kast aan de deur vast en probeerde of die openging.

De deur gleed geluidloos naar voren en alles functioneerde perfect.

Ze monteerde de haak, vergrendelde de deur en zette een staande lamp neer om het eenvoudige slot te verbergen.

Als laatste zette ze alle boeken terug en haalde een dunne matrasbeschermer van een van de twee bedden in de slaapkamer.

’s Avonds droeg ze de slapende jongen naar wat zijn nieuwe thuis zou worden.

 

Het kraaienmeisje
x9789023468202.html1.xhtml
x9789023468202.html2.xhtml
x9789023468202.html3.xhtml
x9789023468202.html4.xhtml
x9789023468202.html5.xhtml
x9789023468202.html6.xhtml
x9789023468202.html7.xhtml
x9789023468202.html8.xhtml
x9789023468202.html9.xhtml
x9789023468202.html10.xhtml
x9789023468202.html11.xhtml
x9789023468202.html12.xhtml
x9789023468202.html13.xhtml
x9789023468202.html14.xhtml
x9789023468202.html15.xhtml
x9789023468202.html16.xhtml
x9789023468202.html17.xhtml
x9789023468202.html18.xhtml
x9789023468202.html19.xhtml
x9789023468202.html20.xhtml
x9789023468202.html21.xhtml
x9789023468202.html22.xhtml
x9789023468202.html23.xhtml
x9789023468202.html24.xhtml
x9789023468202.html25.xhtml
x9789023468202.html26.xhtml
x9789023468202.html27.xhtml
x9789023468202.html28.xhtml
x9789023468202.html29.xhtml
x9789023468202.html30.xhtml
x9789023468202.html31.xhtml
x9789023468202.html32.xhtml
x9789023468202.html33.xhtml
x9789023468202.html34.xhtml
x9789023468202.html35.xhtml
x9789023468202.html36.xhtml
x9789023468202.html37.xhtml
x9789023468202.html38.xhtml
x9789023468202.html39.xhtml
x9789023468202.html40.xhtml
x9789023468202.html41.xhtml
x9789023468202.html42.xhtml
x9789023468202.html43.xhtml
x9789023468202.html44.xhtml
x9789023468202.html45.xhtml
x9789023468202.html46.xhtml
x9789023468202.html47.xhtml
x9789023468202.html48.xhtml
x9789023468202.html49.xhtml
x9789023468202.html50.xhtml
x9789023468202.html51.xhtml
x9789023468202.html52.xhtml
x9789023468202.html53.xhtml
x9789023468202.html54.xhtml
x9789023468202.html55.xhtml
x9789023468202.html56.xhtml
x9789023468202.html57.xhtml
x9789023468202.html58.xhtml
x9789023468202.html59.xhtml
x9789023468202.html60.xhtml
x9789023468202.html61.xhtml
x9789023468202.html62.xhtml
x9789023468202.html63.xhtml
x9789023468202.html64.xhtml
x9789023468202.html65.xhtml
x9789023468202.html66.xhtml
x9789023468202.html67.xhtml
x9789023468202.html68.xhtml
x9789023468202.html69.xhtml
x9789023468202.html70.xhtml
x9789023468202.html71.xhtml
x9789023468202.html72.xhtml
x9789023468202.html73.xhtml
x9789023468202.html74.xhtml
x9789023468202.html75.xhtml
x9789023468202.html76.xhtml
x9789023468202.html77.xhtml
x9789023468202.html78.xhtml
x9789023468202.html79.xhtml
x9789023468202.html80.xhtml
x9789023468202.html81.xhtml
x9789023468202.html82.xhtml
x9789023468202.html83.xhtml
x9789023468202.html84.xhtml
x9789023468202.html85.xhtml
x9789023468202.html86.xhtml
x9789023468202.html87.xhtml
x9789023468202.html88.xhtml
x9789023468202.html89.xhtml
x9789023468202.html90.xhtml
x9789023468202.html91.xhtml
x9789023468202.html92.xhtml
x9789023468202.html93.xhtml
x9789023468202.html94.xhtml
x9789023468202.html95.xhtml
x9789023468202.html96.xhtml
x9789023468202.html97.xhtml
x9789023468202.html98.xhtml
x9789023468202.html99.xhtml
x9789023468202.html100.xhtml
x9789023468202.html101.xhtml
x9789023468202.html102.xhtml
x9789023468202.html103.xhtml