Monumentet

Na het avondeten ruimden Sofia en Mikael samen de tafel af en zetten het vaatwerk in de afwasmachine. Mikael zei dat hij alleen maar wat voor de buis wilde hangen en dat leek Sofia een goed idee, omdat ze nog werk te doen had. Ze ging naar zijn werkkamer en nam achter het bureau plaats. Het was weer gaan regenen en ze deed het raampje dicht en opende haar laptop.

Ze pakte het bandje waarop victoria bergman 14 stond uit haar tas en stopte het in de memorecorder.

Sofia herinnerde zich dat Victoria Bergman tijdens dat gesprek verdrietig was geweest, dat er iets was gebeurd, maar toen ze ernaar had gevraagd, had Victoria alleen haar hoofd geschud.

Sofia hoorde haar eigen stem.

‘Je mag vertellen wat je wilt. We kunnen ook in stilte zitten als je dat liever hebt.’

‘Hm, misschien, al vind ik dat juist stilte ontzettend ongemakkelijk kan voelen. Zo ongelooflijk intiem.’

De stem van Victoria Bergman werd donkerder en Sofia leunde achterover en sloot haar ogen.

Ik heb een herinnering aan toen ik tien was. Het was in Dalarna. Ik had naar een vogelnest gezocht en toen ik een klein gat ontdekte, sloop ik voorzichtig naar de boom. Toen ik er was, sloeg ik hard met mijn hand tegen de stam en het gepiep verstomde. Ik weet niet waarom ik dat deed, maar het voelde juist. Toen deed ik een paar passen naar achteren en ging tussen de bosbessenstruikjes zitten wachten. Na een tijdje kwam er een kleine vogel in de opening zitten. Die kroop naar binnen en het gepiep begon opnieuw. Ik herinner me dat ik geïrriteerd raakte. Vervolgens vloog de vogel naar buiten en ik vond een oude stronk, die ik naar de boom zeulde en ertegenaan zette. Ik pakte een stok die niet te groot en niet te klein was en ging op de stronk staan. Daarna duwde ik de stok met kracht schuin naar beneden tot het gepiep verstomde. Ik stapte van de stronk af en wachtte op de vogel, die snel terug zou keren. Ik wilde zien hoe hij zou reageren als hij zijn dode jongen vond.

Sofia voelde dat ze een droge mond kreeg. Ze stond op en liep naar de keuken. Ze vulde een glas water en dronk het leeg.

Iets in Victoria’s verhaal kwam haar bekend voor.

Het deed haar ergens aan denken.

Een droom misschien? Ja, waarschijnlijk was het dat. Een droom.

Ze liep terug naar de werkkamer. De recorder draaide door omdat ze hem niet had uitgezet.

De stem van Victoria Bergman was akelig schor. Droog.

Sofia veerde op toen het bandje was afgelopen. Slaapdronken keek ze om zich heen. Het was al na twaalven.

Buiten lag de Ölandsgatan er stil en verlaten bij. Het was opgehouden met regenen, maar het wegdek was nog nat en glom in het licht van de straatlantaarns.

Ze zette haar computer uit en ging naar de woonkamer. Mikael was naar bed gegaan en ze kroop voorzichtig achter hem.

Ze bleef lang aan Victoria Bergman liggen denken.

Het vreemdste was dat Victoria na haar monologen meteen weer terugkeerde naar haar gewone, beheerste ik.

Het was alsof ze naar een ander programma zapte. Even drukken op de afstandsbediening en er kwam weer een andere zender.

Een andere stem.

Was het met Samuel Bai ook zo? Verschillende stemmen die elkaar aflosten? Vermoedelijk wel.

Sofia merkte dat Mikael nog niet sliep en kuste hem op zijn schouder.

‘Ik wilde je niet wakker maken,’ zei hij. ‘Je zat er zo lekker. Je praatte ook in je slaap.’

 

Om een uur of drie stond ze weer op en pakte een van de bandjes, zette de recorder aan, leunde achterover en liet zich door de stem opslokken.

De stukjes van Victoria Bergmans persoonlijkheid begonnen op hun plek te vallen en Sofia had het idee dat ze haar ging begrijpen. Sympathie kon voelen.

Ze zag de beelden die Victoria Bergman met haar woorden schilderde even duidelijk alsof het een film was.

Maar Victoria’s zwarte verdriet beangstigde haar.

Dat was veel te groot om het te begrijpen.

De afgronddiepe pijn die zich in de loop van de jaren steeds dieper in haar vlees had geboord.

Waarschijnlijk had ze haar herinneringen herkauwd, dag na dag, en een eigen gedachtewereld gecreëerd waarin ze zichzelf nu eens troostte en dan weer verwijten maakte over wat er was gebeurd.

Sofia huiverde bij het geluid van Victoria Bergmans grommende stem.

Soms fluisterend. Soms zo opgewonden dat ze ervan spuugde.

Sofia viel in slaap en werd pas wakker toen Mikael op de deur klopte en zei dat het ochtend was.

‘Heb je hier de hele nacht gezeten?’

‘Bijna wel ja. Ik heb vandaag een afspraak met een cliënt en ik moet bedenken hoe ik haar zal benaderen.’

‘Oké. Zeg, ik moet ervandoor. Zien we elkaar vanavond?’

‘Ja. Ik bel je.’

Hij deed de deur dicht en Sofia besloot verder te luisteren en draaide het bandje om. Ze hoorde zichzelf ademen toen Victoria Bergman even pauzeerde. Toen ze weer begon te spreken had ze een autoritaire stem.

… hij transpireerde en wilde dat we elkaar vasthielden, hoewel het heel warm was en hij alsmaar water op het aggregaat gooide. Tussen zijn benen kon ik zijn ballen zien toen hij zich vooroverboog om water uit de houten kuip te scheppen en ik wilde hem een zetje geven, zodat hij op de kokend­hete stenen viel. De stenen die nooit wilden afkoelen. Die elke woensdag wilden verwarmen met een warmte die nooit tot op het bot doordrong. Ik bleef stilzitten, stil als een kleine muis, en zag aldoor hoe hij naar me keek. Als hij die vreemde blik in zijn ogen kreeg en zwaar ging ademen, en naderhand de douche in en me na het spel schoonboenen. Hoewel ik wist dat ik nooit schoon zou kunnen worden. Ik moest dankbaar zijn dat hij me zo veel geheimen liet zien, zodat ik voorbereid was op de dag dat ik jongens leerde kennen die erg onhandig en enthousiast waren, en dat was hij niet want hij had zijn hele leven geoefend en was door oma en haar broer getraind, en hij had er niets van opgelopen maar was gewoon sterk en geduldig geworden. Hij had zonder morren honderd keer meegedaan aan de Vasaloop en was met gebroken ribben en kapotte knieën doorgegaan met langlaufen, al had hij wel in Evertsberg overgegeven. Ik moest niet zeuren over de schaafwonden die ik daar beneden had als hij genoeg had gespeeld op de saunabank en zijn vingers eruit had gehaald. Als hij klaar was met me en de deur van de sauna dichtdeed, dacht ik aan de vrouwtjesspin die na de paring de kleine mannetjes opeet…

Sofia veerde op. Ze was misselijk.

Kennelijk was ze weer in slaap gevallen en had ze allerlei akelige dingen gedroomd. Ze begreep dat het kwam doordat de recorder aanstond. De eentonige stem had haar gedachten en dromen gestuurd.

Victoria Bergmans gezeur was haar onderbewustzijn binnengedrongen.

Het kraaienmeisje
x9789023468202.html1.xhtml
x9789023468202.html2.xhtml
x9789023468202.html3.xhtml
x9789023468202.html4.xhtml
x9789023468202.html5.xhtml
x9789023468202.html6.xhtml
x9789023468202.html7.xhtml
x9789023468202.html8.xhtml
x9789023468202.html9.xhtml
x9789023468202.html10.xhtml
x9789023468202.html11.xhtml
x9789023468202.html12.xhtml
x9789023468202.html13.xhtml
x9789023468202.html14.xhtml
x9789023468202.html15.xhtml
x9789023468202.html16.xhtml
x9789023468202.html17.xhtml
x9789023468202.html18.xhtml
x9789023468202.html19.xhtml
x9789023468202.html20.xhtml
x9789023468202.html21.xhtml
x9789023468202.html22.xhtml
x9789023468202.html23.xhtml
x9789023468202.html24.xhtml
x9789023468202.html25.xhtml
x9789023468202.html26.xhtml
x9789023468202.html27.xhtml
x9789023468202.html28.xhtml
x9789023468202.html29.xhtml
x9789023468202.html30.xhtml
x9789023468202.html31.xhtml
x9789023468202.html32.xhtml
x9789023468202.html33.xhtml
x9789023468202.html34.xhtml
x9789023468202.html35.xhtml
x9789023468202.html36.xhtml
x9789023468202.html37.xhtml
x9789023468202.html38.xhtml
x9789023468202.html39.xhtml
x9789023468202.html40.xhtml
x9789023468202.html41.xhtml
x9789023468202.html42.xhtml
x9789023468202.html43.xhtml
x9789023468202.html44.xhtml
x9789023468202.html45.xhtml
x9789023468202.html46.xhtml
x9789023468202.html47.xhtml
x9789023468202.html48.xhtml
x9789023468202.html49.xhtml
x9789023468202.html50.xhtml
x9789023468202.html51.xhtml
x9789023468202.html52.xhtml
x9789023468202.html53.xhtml
x9789023468202.html54.xhtml
x9789023468202.html55.xhtml
x9789023468202.html56.xhtml
x9789023468202.html57.xhtml
x9789023468202.html58.xhtml
x9789023468202.html59.xhtml
x9789023468202.html60.xhtml
x9789023468202.html61.xhtml
x9789023468202.html62.xhtml
x9789023468202.html63.xhtml
x9789023468202.html64.xhtml
x9789023468202.html65.xhtml
x9789023468202.html66.xhtml
x9789023468202.html67.xhtml
x9789023468202.html68.xhtml
x9789023468202.html69.xhtml
x9789023468202.html70.xhtml
x9789023468202.html71.xhtml
x9789023468202.html72.xhtml
x9789023468202.html73.xhtml
x9789023468202.html74.xhtml
x9789023468202.html75.xhtml
x9789023468202.html76.xhtml
x9789023468202.html77.xhtml
x9789023468202.html78.xhtml
x9789023468202.html79.xhtml
x9789023468202.html80.xhtml
x9789023468202.html81.xhtml
x9789023468202.html82.xhtml
x9789023468202.html83.xhtml
x9789023468202.html84.xhtml
x9789023468202.html85.xhtml
x9789023468202.html86.xhtml
x9789023468202.html87.xhtml
x9789023468202.html88.xhtml
x9789023468202.html89.xhtml
x9789023468202.html90.xhtml
x9789023468202.html91.xhtml
x9789023468202.html92.xhtml
x9789023468202.html93.xhtml
x9789023468202.html94.xhtml
x9789023468202.html95.xhtml
x9789023468202.html96.xhtml
x9789023468202.html97.xhtml
x9789023468202.html98.xhtml
x9789023468202.html99.xhtml
x9789023468202.html100.xhtml
x9789023468202.html101.xhtml
x9789023468202.html102.xhtml
x9789023468202.html103.xhtml