59

‘Wat doe jíj nou, Darren?’ zei Alisha. Ze sprong overeind.

Hij wees naar Mace. ‘Dat is het kreng dat vannacht die shit in mijn ogen spoot. Ik heb je over haar verteld.’

‘Dat deed ik alleen omdat jij me met een pistool bedreigde.’

Alisha keek hem aan. ‘Deed je dat?’

‘Welnee. Dat wijf besproeide me met die shit toen ik voorbij kwam lopen. Dit is de eerste keer dat ik een pistool op haar richt.’

Mace keek Alisha aan. ‘Hij heeft ook een .22-revolver in een holster op zijn linkerenkel. En zijn straatnaam is Scheermes – omdat hij zo scherp is, heeft hij me verteld.’

Alisha zette haar handen in haar zij en keek Darren kwaad aan. ‘Hoe weet ze dat allemaal, als jij alleen maar voorbij kwam lopen en niet eens die kloteblaffer van je trok?’

Darrens gezicht vertrok van ergernis. ‘Hoe moet ik dat nou weten?’

Mace keek Alisha aan. ‘Is hij je broer?’

‘Hé, praat tegen míj,’ snauwde Darren.

‘Oké, ben jij haar broer?’

‘Ja. En?’

‘Waarvoor zat je in de gevangenis?’

‘Wie zegt dat ik in de gevangenis zat?’ Darren keek zijn zus duister aan.

Ze zei: ‘Darren, doe dat pistool weg voordat er ongelukken gebeuren. Moet je Ty nou zien. Hij is doodsbang.’

Tyler was de afgelopen paar minuten in een hoekje gekropen. De tranen liepen over zijn bolle wangetjes. Hij hield zijn ruimteman blijkbaar als schild omhoog. Darrens vijandige blik smolt meteen weg. ‘O, Ty, sorry, kleine man.’ Hij stopte het pistool in de zak van zijn jasje en liep vlug naar het kind toe om het op te pakken. Hij hield zijn wang tegen die van Tyler aan en sprak zachtjes tegen het jongetje.

‘Hij huilt niet,’ zei Roy verwonderd.

Alisha wilde antwoord geven, maar Darren was haar voor. ‘Hij huilt niet, want hij kan niet praten. Hij kan helemaal geen geluid maken.’

Mace keek Alisha aan. ‘Heb je hem laten onderzoeken?’

De tranen stonden Alisha in de ogen. ‘Het komt doordat ik aan de drugs was. Ik wist niet eens dat ik zwanger was. De dokters zeggen dat Ty’s hoofd daardoor in de war is geraakt.’

‘Wat erg,’ zei Mace.

Alisha wreef over haar ogen ‘Het was mijn eigen stomme schuld dat ik zwanger werd.’

‘Je bent verkrácht, Alisha,’ snauwde Darren. ‘Dat is niet jouw schuld.’

‘Verkracht? Hebben ze de dader te pakken gekregen?’ vroeg Roy.

Darren keek zijn zus aan en wendde toen vol walging zijn ogen af.

‘Alisha?’ zei Mace. ‘Heb je aangifte gedaan van de verkrachting?’

Ze schudde haar hoofd.

‘Waarom niet?’

Darren gaf antwoord. ‘Omdat de man die haar heeft verkracht Psycho wordt genoemd. Hij heeft hier de grootste bende. Als je de politie op hem af stuurt, ben je dood. Daarom!’

Mace leunde achterover. ‘Ik weet wie Psycho is. Hij heeft al bijna tien jaar een bende die in drugs en wapens handelt. Dat is in die branche een heel mensenleven. Je moet heel slim en nog gevaarlijker zijn om het zo lang uit te houden.’

‘Maar de politie kan je beschermen,’ zei Roy. Hij keek Mace aan. ‘Dat is toch zo?’

Darren lachte. ‘Ja hoor. Tuurlijk kunnen ze dat. Weet je, de laatste keer dat iemand hier door de politie tegen Psycho werd beschermd, vonden ze zijn kop in een vuilniszak die in de Anacostia dreef, met een sok in zijn bek. De rest van hem hebben ze nooit gevonden. Mooie bescherming, hè?’

Darren zette Tyler op de vloer. ‘En vertel me nou maar eens wat je hier verdomme komt doen.’

‘Wat zou je zeggen van een kans om hier weg te komen?’ zei Mace.

‘Hoe “hier weg”?’

‘Ik werk aan een project met een hoogleraar uit Georgetown.’

‘Georgetown! Wat heeft dat met ons te maken?’

‘Ik kan het je uitleggen.’

Darren keek alsof hij weer ging schreeuwen, maar toen ging hij zitten en maakte een gebaar. ‘Toe dan maar. Leg het maar uit.’

Het volgende halfuur was Mace daarmee bezig. Ze zette eerst de achterliggende ideeën uiteen en bouwde daarop voort. ‘De professor heeft de theorie dat je je alleen in de straten van een grote stad kunt handhaven als je bijzonder intelligent bent, veel lef hebt, risico’s durft te nemen en je bliksemsnel kunt aanpassen. De meeste mensen hebben een gezinsleven, een bed, een dak boven hun hoofd, eten en bescherming tegen gevaar nodig om goed te kunnen functioneren.’

Darren keek nors. ‘Zo erg is het hier nou ook weer niet. Je doet wat je moet doen. Wij hébben nou een dak boven ons hoofd. En eten. En zij hééft nou een gezin. Wie door die deur naar binnen wil, krijgt eerst met mij te maken.’

‘Maar het is geen normaal leven, Darren,’ merkte Mace op. ‘Je kunt niet al je mogelijkheden benutten als je je continu zorgen maakt dat je dakloos wordt of honger zult lijden, of als je elk moment een kogel in je hoofd kunt krijgen.’

‘Ik kan op mezelf passen.’

Mace keek Alisha aan. ‘Je bent uitgekozen op grond van je dossier bij de sociale dienst.’

‘Waarom ik?’

‘Hoewel je je beide ouders had verloren, is het je gelukt van de drugs af te komen en een gehandicapt kind te onderhouden. Je hebt momenteel vier baantjes, terwijl je een enorm doorzettingsvermogen en veel vindingrijkheid nodig hebt om Tyler zelfs maar een elementaire medische verzorging te laten krijgen. En dat heb je allemaal gedaan terwijl je pas zestien bent. Dat zou ik toch wel bijzonder willen noemen.’ Mace keek in de kleine woning om zich heen. ‘En je hebt deze woning gekregen door met vervalste papieren te werken waaruit bleek dat je achttien was en dus bevoegd was om een contract te tekenen.’

Alisha keek angstig. ‘Ik moest wel. Toen mijn oma vermoord was, kwamen er mensen die haar woning overnamen. Ze schopten ons eruit. Daarna woonden we in een doos in een steegje bij Bladensburg Road. Dat is niet goed voor een kind. En Darren was weg.’

Darren pakte haar hand vast. ‘Maar ik ben nu terug, zusje. Ik zorg voor jou en Ty.’

Mace keek Darren aan. Ze wist echt niet wat ze van hem moest denken. ‘Je kunt niet voor ze zorgen door mensen te beroven. Dan kom je weer in de gevangenis terecht. Als ik vannacht een politieagente was geweest, zou je daar nu al zitten.’

Darren keek haar met een ruk aan. ‘Sodemieter op.’

‘En hoe moet het met Alisha en Tyler als jij weer naar de gevangenis gaat? Psycho kan zo door die deur naar binnen lopen. En wat dan?’

Darren sloeg zijn ogen neer.

‘Dus dat is het, Alisha,’ zei Mace. ‘Dat is het aanbod.’

‘Je vertrouwt die professor?’ zei Darren plotseling.

‘Professor Altman? Jazeker. En hij geeft echt om mensen.’

‘Waarom zou hij mensen als ons nou willen helpen?’

Ze koos haar woorden met zorg. ‘In zekere zin bouwt hij zijn eigen bende op.’

De woedende uitdrukking verdween van Darrens gezicht. ‘Dus dan zou hij de baas zijn?’

‘Alleen maar tot je je eigen baas kunt zijn,’ antwoordde Mace.

Darren keek zijn zus aan. ‘Die shit klinkt te mooi om waar te zijn. Wat krijgen we straks? Komt er een dikke kerel binnenrennen met een vette cheque en een stel ballonnen?’

Mace zei: ‘Darren, voor de goede orde: wij wisten niet dat jij er ook bij hoorde. Ik weet niet of het aanbod ook voor jou geldt.’

Alisha stond op. ‘Ik doe niks als Darren niet ook meedoet.’

‘Wacht nou even,’ zei Darren vlug. ‘We moeten hierover nadenken.’

Mace stond op. Roy ook. Ze zei: ‘Je hoeft niet meteen een besluit te nemen. Het is je eigen keuze. Wij hebben vandaag nog meer afspraken.’

Darren keek haar behoedzaam aan. ‘Dus als Alisha nee zegt, neemt hij gewoon iemand anders?’

‘Ja, dat is het plan. Er zijn er tien om mee te beginnen.’

Alisha zei vlug: ‘Wanneer moet hij het weten?’

‘Over een week.’

Alisha wilde iets zeggen, maar Darren wendde zich tot Mace. ‘Zeg maar tegen je baas dat Alisha het doet.’

‘Met jou erbij, bedoel je? Dat moet ik nagaan.’

‘Nee. Hij hoeft zich niet druk te maken om mij. Alleen Alisha en Ty.’

‘Darren!’ riep Alisha uit. ‘Je weet niet wat je zegt.’

Darren keek haar aan. ‘Ik kan op mezelf passen. Heb ik altijd gekund.’

‘Maar je hebt niemand. De klootzakken in dit gebouw willen je nou al grijpen.’

‘Ik zei dat ik op mezelf kan passen.’

‘Maar Darren...’

Hij keek Mace weer aan. ‘Zeg tegen die man dat Alisha bij zijn bende gaat. En Ty ook. Dat is alles. Ik wil er niet meer over praten.’

‘Oké.’ Mace keek naar Tyler, die alles vanuit de hoek gadesloeg. Voor het eerst in lange tijd had Mace een brok in haar keel. ‘Ze hebben heel goede artsen in Georgetown. Die kunnen naar je zoontje kijken.’

Alisha knikte. ‘Goed,’ zei ze zachtjes.

Mace keek Darren weer aan. ‘Ik dacht dat ik wist wat voor iemand jij was. Maar ik vergiste me. En ik vergis me bijna nooit in dat soort dingen.’

‘Luister. Als Alisha of Ty wat overkomt, krijg je met mij te maken.’ Hij liep naar de slaapkamer en deed de deur dicht.

Roy en Mace verlieten de woning. Ze hadden nog geen drie meter afgelegd toen Non met een angstig gezicht naar hen toe kwam rennen.

‘Jullie twee moeten hier meteen weg!’

‘Wat is er, Non?’ vroeg Mace. ‘Is Jerome op oorlogspad?’

‘Was het maar waar. Psycho heeft gehoord dat jullie met Alisha praatten. Hij komt hierheen. Hij zal wel denken dat jullie smerissen zijn en dat Alisha dingen aan jullie heeft verteld.’

‘Zal hij haar kwaad doen?’ zei Mace vlug.

‘Dat weet ik niet. Maar die man heeft nooit iets goeds in de zin.’

Mace pakte Roys arm vast. ‘Kom. Deze kant op.’

Ze leidde hem door de gang naar een andere trap. Ze renden omlaag, langs spuiters, pillenslikkers en een man die met twee vrouwen bezig was terwijl hij een joint rookte.

‘En Alisha en Ty?’ vroeg Roy bezorgd.

‘Ik probeer Beth te bellen, maar ik heb hier geen bereik.’

Ze kwamen op de begane grond, trokken de deur open, renden door een kort gangetje en kwamen buiten. En bleven staan.

Er stonden een stuk of tien mannen. Een van hen, de grootste, kwam naar voren. Hij had de ogen en de brede grijns van een man die gewend was mensen te zeggen wat ze moesten doen.

Roy keek Mace aan. ‘Zeg alsjeblieft dat dit niet Psycho is.’

Mace zei niets. Ze keek strak naar de man die naar hen toe kwam.

In het geheim
titlepage.xhtml
In_het_geheim_split_0.xhtml
In_het_geheim_split_1.xhtml
In_het_geheim_split_2.xhtml
In_het_geheim_split_3.xhtml
In_het_geheim_split_4.xhtml
In_het_geheim_split_5.xhtml
In_het_geheim_split_6.xhtml
In_het_geheim_split_7.xhtml
In_het_geheim_split_8.xhtml
In_het_geheim_split_9.xhtml
In_het_geheim_split_10.xhtml
In_het_geheim_split_11.xhtml
In_het_geheim_split_12.xhtml
In_het_geheim_split_13.xhtml
In_het_geheim_split_14.xhtml
In_het_geheim_split_15.xhtml
In_het_geheim_split_16.xhtml
In_het_geheim_split_17.xhtml
In_het_geheim_split_18.xhtml
In_het_geheim_split_19.xhtml
In_het_geheim_split_20.xhtml
In_het_geheim_split_21.xhtml
In_het_geheim_split_22.xhtml
In_het_geheim_split_23.xhtml
In_het_geheim_split_24.xhtml
In_het_geheim_split_25.xhtml
In_het_geheim_split_26.xhtml
In_het_geheim_split_27.xhtml
In_het_geheim_split_28.xhtml
In_het_geheim_split_29.xhtml
In_het_geheim_split_30.xhtml
In_het_geheim_split_31.xhtml
In_het_geheim_split_32.xhtml
In_het_geheim_split_33.xhtml
In_het_geheim_split_34.xhtml
In_het_geheim_split_35.xhtml
In_het_geheim_split_36.xhtml
In_het_geheim_split_37.xhtml
In_het_geheim_split_38.xhtml
In_het_geheim_split_39.xhtml
In_het_geheim_split_40.xhtml
In_het_geheim_split_41.xhtml
In_het_geheim_split_42.xhtml
In_het_geheim_split_43.xhtml
In_het_geheim_split_44.xhtml
In_het_geheim_split_45.xhtml
In_het_geheim_split_46.xhtml
In_het_geheim_split_47.xhtml
In_het_geheim_split_48.xhtml
In_het_geheim_split_49.xhtml
In_het_geheim_split_50.xhtml
In_het_geheim_split_51.xhtml
In_het_geheim_split_52.xhtml
In_het_geheim_split_53.xhtml
In_het_geheim_split_54.xhtml
In_het_geheim_split_55.xhtml
In_het_geheim_split_56.xhtml
In_het_geheim_split_57.xhtml
In_het_geheim_split_58.xhtml
In_het_geheim_split_59.xhtml
In_het_geheim_split_60.xhtml
In_het_geheim_split_61.xhtml
In_het_geheim_split_62.xhtml
In_het_geheim_split_63.xhtml
In_het_geheim_split_64.xhtml
In_het_geheim_split_65.xhtml
In_het_geheim_split_66.xhtml
In_het_geheim_split_67.xhtml
In_het_geheim_split_68.xhtml
In_het_geheim_split_69.xhtml
In_het_geheim_split_70.xhtml
In_het_geheim_split_71.xhtml
In_het_geheim_split_72.xhtml
In_het_geheim_split_73.xhtml
In_het_geheim_split_74.xhtml
In_het_geheim_split_75.xhtml
In_het_geheim_split_76.xhtml
In_het_geheim_split_77.xhtml
In_het_geheim_split_78.xhtml
In_het_geheim_split_79.xhtml
In_het_geheim_split_80.xhtml
In_het_geheim_split_81.xhtml
In_het_geheim_split_82.xhtml
In_het_geheim_split_83.xhtml
In_het_geheim_split_84.xhtml
In_het_geheim_split_85.xhtml
In_het_geheim_split_86.xhtml
In_het_geheim_split_87.xhtml
In_het_geheim_split_88.xhtml
In_het_geheim_split_89.xhtml
In_het_geheim_split_90.xhtml
In_het_geheim_split_91.xhtml
In_het_geheim_split_92.xhtml
In_het_geheim_split_93.xhtml
In_het_geheim_split_94.xhtml
In_het_geheim_split_95.xhtml
In_het_geheim_split_96.xhtml
In_het_geheim_split_97.xhtml
In_het_geheim_split_98.xhtml
In_het_geheim_split_99.xhtml
In_het_geheim_split_100.xhtml
In_het_geheim_split_101.xhtml
In_het_geheim_split_102.xhtml
In_het_geheim_split_103.xhtml
In_het_geheim_split_104.xhtml
In_het_geheim_split_105.xhtml
In_het_geheim_split_106.xhtml
In_het_geheim_split_107.xhtml
In_het_geheim_split_108.xhtml
In_het_geheim_split_109.xhtml
In_het_geheim_split_110.xhtml
In_het_geheim_split_111.xhtml
In_het_geheim_split_112.xhtml
In_het_geheim_split_113.xhtml
In_het_geheim_split_114.xhtml
In_het_geheim_split_115.xhtml
In_het_geheim_split_116.xhtml
In_het_geheim_split_117.xhtml
In_het_geheim_split_118.xhtml
In_het_geheim_split_119.xhtml