15
Vreemde, wereldvreemde muziek, een sopraan die zong:
… Ach, Belinda, ’k ga gebukt
Onder onmenselijke druk…’
Angus lag languit op zijn rug op zijn bed, met naast zich de hoes met daarop een vrouw die was gekleed als de godinnen op de quasi Griekse voorgevel van het stadhuis. Hij lag te lezen. De gordijnen waren dicht, maar het zonlicht schilderde felle lijnen en vlekken aan de randen. Angus had het niet zo begrepen op de ochtendzon. Hij had zijn leeslamp aan. Mungo klopte beleefd, hoewel de deur zoals gewoonlijk wijd openstond. Alle mensen in huis moesten zien te leven met Purcell of Gluck of wie het ook was, tot Lucy een keer uit haar slof was geschoten en tegen hem zei dat hij de keuze had tussen zijn deur dichtdoen of zijn platenspeler afzetten. Toen Angus zag wie het was, zei hij:
‘Jij weet zeker ook niet wie gezegd heeft: “Wees op uw hoede voor alle ondernemingen die nieuwe kleren vereisen,” of wel?’
‘Ik? Nee, geen idee. Hoe kom je daarbij? Ik kwam vragen of ik de computer mocht gebruiken. Bij wijze van grote gunst.’
‘Jij kan er toch niet mee overweg? Je weet niet hoe dat moet.’
‘Ik dacht dat je me dat misschien kon laten zien,’ zei Mungo.
‘Het zou makkelijker zijn als ik het voor je deed.’ Angus keek hem scherp aan. ‘Je wilt zeker niet dat ik weet wat het is, hè?’
‘Nee hoor. Je mag het best weten. Maar het moet gebeuren vóór het middageten en meteen vanmiddag op de post. Ik wil dat hij het morgen krijgt.’
‘Wat krijgt?’ Angus ging op de rand van zijn bed zitten, maar zette Dido niet uit.
Mungo deed de deur dicht. Zijn vader was niet thuis, maar van zijn moeder wist hij het niet zeker. Die was vrijdags meestal in het ziekenhuis. Hij legde Angus de situatie uit aangaande de bouwvergunning en Blake en Charles Mabledene. Angus lachte.
‘Je bent toch niet van plan om pap te schrijven dat hij een vergunning heeft gekregen?’
‘Waarom niet?’ vroeg Mungo voorzichtig. ‘Ik had het idee dat het er officieel uit zou zien als het door een computer geschreven was. Ik heb het juiste papier. Dat wil zeggen, niet helemaal het goeie, maar dat heeft pap toch niet in de gaten. Het is briefpapier van de Gemeenteraad, niet van de Bouwcommissie. Dat heb ik sinds de tijd dat Hydra me tien vellen gaf in verband met die onroerendgoedbelasting. Ik wil schrijven dat er een buitengewone vergadering in camera is geweest en dat daarin besloten is hem een bouwvergunning te verlenen…’
‘Waarom in camera?’
‘Dat klinkt goed. Het betekent besloten.’
‘Letterlijk betekent het in een kamer. Camera obscura, een donkere kamer. Bijvoorbeeld in je hoofd,’ zei Angus, terwijl hij Mungo een chocoladetruffel aanbood.
‘Wil je dat dan voor me doen?’ vroeg Mungo met zijn mond vol.
‘Oké. Maar je mag er Blake z’n naam niet onderzetten, hoor. Je kunt beter een naam verzinnen. En dat van in camera zou ik er ook niet in zetten, dat slaat nergens op. En ik neem aan dat je hier absoluut zeker van bent.’
‘Dat het waar is? Charles Mabledene is honderd procent betrouwbaar. Ik zou hem mijn leven toevertrouwen.’ Meteen toen hij dat had gezegd, besefte hij dat het niet waar was. Hij vertrouwde Draak voor geen cent, maar hij wist dat hij zijn feiten op een rijtje had.
‘Je bent getikt, Boon, weet je dat?’ Maar Angus zette de computer aan, ging achter het toetsenbord zitten en gaf opdracht een nieuw bestand te openen. ‘Stel je voor dat pap de Bouwcommissie opbelt.’
‘Waarom?’
‘Weet ik veel. “Geachte dr. Cameron…”’ Angus tikte op het toetsenbord. ‘Wat is je volgende project, Boon?’
‘Ik heb al mijn agenten opdracht gegeven te proberen erachter te komen wie die deuk in het spatbord van de auto van Unicorns broer heeft gemaakt. En daarna wil ik twee uitnodigingen voor Graham en mezelf voor de cocktailparty van het Conservatief genootschap. Ik ben nog nooit op een cocktailparty geweest. Ik ga ervan uit dat we dat allemaal voor elkaar hebben, voordat we weer terug naar school moeten.’