14

Toen hij uit het revalidatiecentrum was ontslagen, reed Jack met Sammy mee naar huis. Onderweg vroeg hij zijn vriend langs zijn oude huis te rijden. Tot zijn verbazing zag Jack zijn oude pick-uptruck in de carport staan.

‘Die is tegelijk met het huis verkocht, heb ik gehoord,’ legde Sammy uit.

‘Dat hebben Bonnie en de makelaar allemaal geregeld. Is dat mijn gereedschapskist daar achterin?’

‘Ja. Die is zeker ook mee verkocht. Het ging allemaal nogal snel.’ Hij keek Jack aan. ‘Ik wist wel dat je van die verrekte ziekte zou winnen. Heb je de kaartjes voor Disney World nog?’

‘Ja,’ zei Jack. Hij keek somber uit het raam.

Vijf kaartjes.

Later reed Jack naar zijn bank. Ze hadden de rekening aangehouden om voor onkosten te betalen. Er stond nog een paar duizend dollar op. Dat was een begin. Hij had zijn portefeuille, en zijn creditcards waren nog geldig. Zijn rijbewijs was dat ook nog. Zijn aannemersvergunning was nog van kracht. Hij reed naar zijn oude huis en bood de eigenaar ter plekke achthonderd dollar voor de pick-uptruck en het gereedschap. Na enig onderhandelen kreeg hij ze voor achthonderdvijftig. Zo te zien was de eigenaar blij dat die roestbak van zijn oprit verdween. Jack reed vlug naar de bank en haalde een cheque. De auto werd op zijn naam overgeschreven, en diezelfde dag reed hij weg in zijn oude pick-up.

Hij belde de kinderen en zei dat hij uit het revalidatiecentrum was en op zoek was naar een huis waar ze allemaal konden wonen. Toen praatte hij met Bonnie en legde het haar uit.

‘Dat is geweldig, Jack,’ zei ze. Maar haar woorden klonken hol. Ze vroeg hem wat zijn volgende stap zou zijn.

‘Zoals ik al zei: ik wil mijn gezin terughalen. Ik kom heel gauw naar jullie toe.’

‘Is dat wel verstandig?’

‘Bonnie, ik ben hun vader. Ze horen bij mij.’

Die avond trakteerde hij Sammy op een etentje. Terwijl Sammy een hamburger, frites en zwarte koffie nam, liep Jack drie keer naar het saladebuffet voordat hij aan zijn immense berg eten begon.

‘Nou, wat zijn de plannen?’ vroeg Sammy.

‘Ik haal mijn kinderen zo snel mogelijk terug. Maar we moeten ergens wonen.’

‘Jullie mogen bij mij logeren, zo lang als jullie willen.’

Sammy’s huis had één slaapkamer en een badkamer die aan de achterkant zat en alleen van buiten te bereiken was. Sammy’s kolossale Harley stond geparkeerd in wat hij ‘de huiskamer’ noemde. Trouwens, zijn ‘puppy’, Sam junior, was zo groot als een Honda.

‘Als ik alleen was, zou het prima zijn, maar met drie kinderen heb ik iets groters nodig.’

 

Later die avond reed hij langzaam met zijn pick-up over de smalle paden van het kerkhof. Hij was daar maar één keer eerder geweest, op een bitterkoude dag toen de grond verpakt was in krimpfolie van ijs en sneeuw. En hoewel hij toen ziek was geweest, had hij alle details onthouden. Hij zou nooit kunnen vergeten waar zijn vrouw begraven lag, net zomin als hij ooit zijn eigen naam zou vergeten.

Hij liep tussen de graven door tot hij bij het hare was, dat was aangegeven met een eenvoudige bronzen plaat in het gras. Hij knielde neer en veegde een paar dode bladeren weg. Aan de plaat zat een smalle metalen vaas vast waar je bloemen in kon zetten. Er stonden rozen in, maar die waren bruin. Jack haalde ze eruit en zette een bosje verse bloemen dat hij had meegebracht in de vaas. Hij ging op zijn hurken zitten en las de tekst op de plaat.

‘elizabeth ‘‘lizzie’’ armstrong, liefhebbende vrouw, moeder en dochter. we zullen je altijd missen. we zullen altijd van je houden.’

Hij volgde de letters met zijn vingers, al liepen zijn ogen vol met tranen.

‘Ik haal de kinderen op, Lizzie. Ik breng ze naar huis en dan zijn we weer een gezin.’ Hij bedwong een snik en probeerde de doffe pijn in zijn borst te negeren. ‘Ik wilde dat je hier bij me kon zijn, Lizzie. Ik zou niets liever willen. Maar je was bij me in het ziekenhuis toen ik je nodig had. En ik beloof je dat ik goed voor de kinderen zal zorgen. Ze zullen trots op me zijn. En ik zal ze goed opvoeden. Zoals jij deed.’

Ten slotte kon hij geen woord meer uitbrengen. Hij ging in het zachte gras liggen en liet zijn tranen de vrije loop. Uiteindelijk was hij zo moe dat hij in slaap viel. Toen hij wakker werd, wist hij eerst niet waar hij was, maar toen keek hij om zich heen en zag het graf. Het werd ochtend en de lucht was kil. Toen hij naar boven keek, zag hij zwermen vogels die kwamen aanvliegen. De lente was begonnen.

Jacks kleren waren vochtig van de dauw. Hij hoestte om het slijm uit zijn keel te krijgen. Zijn ogen en gezicht waren schraal van de tranen. In de verte hoorde hij het vroege ochtendverkeer op de straten langs het kerkhof. Hij liep geruisloos naar zijn pick-uptruck terug en reed weg zonder degene die hij meer nodig had dan wie dan ook.

 

Die Zomer
titlepage.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_000.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_001.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_002.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_003.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_004.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_005.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_006.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_007.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_008.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_009.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_010.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_011.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_012.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_013.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_014.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_015.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_016.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_017.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_018.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_019.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_020.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_021.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_022.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_023.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_024.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_025.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_026.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_027.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_028.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_029.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_030.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_031.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_032.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_033.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_034.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_035.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_036.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_037.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_038.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_039.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_040.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_041.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_042.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_043.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_044.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_045.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_046.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_047.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_048.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_049.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_050.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_051.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_052.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_053.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_054.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_055.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_056.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_057.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_058.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_059.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_060.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_061.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_062.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_063.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_064.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_065.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_066.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_067.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_068.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_069.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_070.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_071.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_072.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_073.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_074.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_075.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_076.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_077.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_078.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_079.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_080.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_081.xhtml
Die_zomer_Baldacci-ebook_split_082.xhtml