Deel 68

 

68
'Schat, ik ben thuis,' riep Dalton naar de slaapkamer. Hij had een fles wijn naar boven laten brengen, samen met Teresa's favoriete gerecht, geroosterde jonge konijntjes in rode-wijnsaus. Meneer Drummond was heel blij dat hij zijn baan kon houden door te voldoen aan het ongebruikelijke verzoek.
In de kamers waren geurkaarsen aangestoken, de gordijnen waren dicht en de bedienden waren allemaal weggestuurd.
Meneer en mevrouw wilden alleen zijn.
Teresa kwam hem bij de slaapkamerdeur tegemoet met een glas wijn en een glimlach. '0, lieveling, ik ben zo blij dat je vandaag vroeg thuis kon komen. Ik heb me er de hele dag op verheugd.'
`Ik ook,' zei hij met zijn innemendste glimlach.
Ze keek hem ondeugend aan. 'Ik verheug me er zo op om je te bewijzen hoeveel ik van je hou en om je te bedanken dat je zo begripvol bent over mijn plicht jegens de Soeverein.'
Dalton liet de zijden kamerjas van haar schouders glijden en kuste haar huid. Ze giechelde toen hij zijn kussen langzaam verplaatste naar haar nek. Ze deed een zwakke poging om zijn avances af te remmen.
Ze boog haar hoofd naar voren en legde haar voorhoofd tegen zijn gezicht. `Dalton, wil je niet wat wijn?'
`Ik wil jou,' gromde hij zacht. 'Het is te lang geleden.'
`0, Dalton, ik weet het. Ik heb naar je gehunkerd.'
`Bewijs dat maar,' plaagde hij.
Ze giechelde weer onder zijn voortdurende kussen.
`Lieve help, wat is er in jou gevaren, Dalton?' Ze kreunde. Wat het ook is, het bevalt me wel.'
`Tess, ik heb morgen vrij genomen. Ik wil vannacht en morgen de hele dag met je vrijen.'
Ze beantwoordde zijn toenaderingen terwijl hij haar naar hun grote bed leidde met de gedreven ijzeren stijlen die leken op de zuilen voor het departement van culturele vriendschap, het bed dat van de Minister van cultuur was, net als al het andere in het schitterende appartement.
Er was een tijd geweest dat al deze pracht en praal hem veel plezier zou hebben gedaan. Plezier in wat hij had gepresteerd, in wat hij had bereikt, in waar hij was gekomen.
`Dalton, wees alsjeblieft niet teleurgesteld, maar Bertrand verwacht me morgenmiddag.'
Dalton haalde zijn schouders op terwijl hij haar zacht op het bed legde. `Nou ja, we hebben vanavond, en morgenochtend ook. Goed?'
Ze straalde. 'Natuurlijk, lieveling. Vannavond, en morgenochtend. 0, Dalton, ik ben zo blij dat je begrijpt dat de Soeverein me nodig heeft.' `Dat doe ik, schat. Het klinkt misschien vreemd, maar in zekere zin vind ik het... opwindend.'
`0 ja?' Ze grijnsde schalks. 'Dat vind ik een leuk idee. Dat je opgewonden bent, bedoel ik.'
Ze keek toe hoe hij haar kamerjas openschoof en haar borsten kuste. Hij tilde zijn hoofd op om adem te halen.
`Te weten dat de Soeverein zelf mijn vrouw uitkiest, mijn mooie Tess, en nog wel op het rechtstreekse bevel van de Schepper, is het grootste compliment dat een loyale Anderse man ooit zou kunnen krijgen.' `Dalton; zei ze, buiten adem van zijn kussen en liefkozingen. `Zo heb ik je nog nooit gezien.' Ze trok hem dichter tegen zich aan. 'Het bevalt me. Het bevalt me uitstekend. Kom hier en laat me je bewijzen hoeveel.' Voordat ze dat deed, trok ze haar hoofd naar achteren.
`Dalton, Bertrand was ook tevreden. Hij zei dat je houding hem beviel. Hij zei dat hij het ook opwindend vond.'
`We hebben onze Soeverein allemaal nodig om ons de toekomst in te leiden en ons de woorden van de Schepper te brengen. Ik ben heel blij dat jij kunt helpen de spanning van de Soeverein in dit leven te verminderen.'
Ze hijgde nu. la, Dalton, dat doe ik ook. Dat doe ik echt. Het is zo... ik weet niet, zo geweldig om zo'n grootse roeping te hebben.'
`Vertel me er alles over, schat, terwijl we vrijen. Ik zou het graag allemaal willen horen.'
`0, Dalton, daar ben ik zo blij om.'
Dalton gunde zichzelf een paar dagen om bij te komen nadat hij met Tess was geweest. Het was een ervaring geweest die hij eens als een hoogtepunt in zijn leven zou hebben beschouwd. Eens zou het een bron van vreugde zijn geweest.
Maar na die ervaring moest hij zichzelf Tess een paar dagen ontzeggen om de staat van grote behoefte te bereiken die hij nodig had voor de taak die hij nu moest vervullen.
De gang buiten haar appartement en kantoren was verlaten. Bertrand was in de andere vleugel, met Teresa, om de spanning van zijn hoge ambt kwijt te raken. Dalton had een tijdstip gekozen waarop Teresa bij Bertrand was. De gedachte daaraan zou hem helpen zich te concentreren op het werk dat hem te wachten stond.
Bertrand en zijn vrouw zorgden ervoor dat ze elkaar maar zelden tegenkwamen. Het hielp dat ze elk een appartement in een andere vleugel hadden.
Maar soms bezocht ze hem. Hun schreeuwende ruzies waren legendarisch onder het personeel. Op een dag verscheen Bertrand met een snee boven zijn oog. Meestal kon hij de voorwerpen die ze naar hem gooide ontduiken maar die ene keer had ze hem ermee verrast.
Gedeeltelijk vanwege Hildemara's populariteit, maar vooral vanwege haar gevaarlijke connecties durfde Bertrand niet tegen zijn vrouw in opstand te komen, haar de voet dwars te zetten of haar uit de weg te ruimen. Ze had hem gewaarschuwd dat hij maar beter niet kon hopen dat ze door natuurlijke of andere oorzaken plotseling zou overlijden, want dat zijn eigen gezondheid het dan ook weleens zou kunnen laten afweten.
Het was een dreigement dat Bertrand niet licht opvatte. Meestal ontweek hij haar gewoon. Maar er waren momenten waarop zijn neiging tot het nemen van risico hem ertoe aanzette onverstandig commentaar te leveren of haar op een andere manier in verlegenheid te brengen, en dan zocht ze hem op. Het deed er dan niets toe waar hij was, in zijn bed, op zijn privaat of in een vergadering met rijke financiers. Bertrand probeerde over het algemeen moeilijkheden met haar te vermijden door voorzichtig te zijn, maar soms lokte hij toch haar toom uit.
Het was een relatie die al jarenlang op dit vreemde niveau werkte, en waar een dochter uit was voortgekomen om wie ze geen van tweeën iets gaven. Dalton had haar nog maar kort geleden voor het eerst gezien, toen ze haar van haar internaat hadden gehaald om naast hen te staan bij openbare gelegenheden waarbij ze de gruwelen van een onverschillige Meester Rahl en Biechtmoeder aan de kaak stelden.
Nu was Meester Rahl door het volk afgewezen. Nu was de Biechtmoeder... Nou, hij wist niet precies wat er van haar was geworden, maar hij was er vrijwel zeker van dat ze dood was. Het had Dalton wat goede mannen gekost, maar in een oorlog leed je altijd verliezen. Hij zou hen vervangen als dat nodig was.
Serin Rajak was ook gestorven — aan een vreselijke infectie die zijn blinde gezicht had veranderd in een etterende massa — maar Dalton kon niet zeggen dat hij daar erg rouwig om was. Zijn treurende volgelingen meldden dat het een langzame en pijnlijke dood was geweest. Nee, daar was Dalton absoluut niet rouwig om.
Hildemara deed zelf de deur open. Een goed teken, dacht hij. Ze droeg een onthullender jurk dan anders. Nog een goed teken, hoopte hij, aangezien ze wist dat hij zou komen.
`Dalton, wat vriendelijk van je om een bezoekje bij me aan te vragen. Ik vroeg me al af hoe je het maakte en vond dat we al veel eerder een praatje hadden moeten maken. Hoe gaat het nu met je, sinds je vrouw de behoeften van de Soeverein vervult?'
Hij haalde zijn schouders op. 'Ik heb mijn manier gevonden om ermee om te gaan.'
Hildemara glimlachte als een kat die een muis ziet. 'Aha... en de prachtige cadeaus?'
`Om je te bedanken. Voor... Mag ik binnenkomen?'
Ze opende de deur helemaal. Hij stapte naar binnen en keek om zich heen naar de overdadige weelde. Hij was nog nooit in de privévertrekken van de Soeverein en zijn vrouw geweest.
Zijn eigen vrouw kende ze natuurlijk heel goed en had ze — die van Bertrand, in elk geval — zeer gedetailleerd beschreven.
`Wat wilde je zeggen? Over me bedanken?'
Dalton sloeg zijn handen achter zijn rug ineen. 'Voor het openen van mijn ogen.' Hij gebaarde achter zichzelf en glimlachte. 'En je deur, kan ik daaraan toevoegen.'
Ze grinnikte beleefd. 'Soms open ik mijn deur voor knappe mannen. Dat vind ik soms... een ervaring die de moeite waard is.'
Hij liep naar haar toe en pakte haar hand, die hij kuste terwijl hij haar in de ogen keek. Hij vond het een hopeloos gekunsteld gebaar, maar ze reageerde alsof ze geloofde dat het oprecht was en alsof ze ingenomen was met dat teken van respect.
Dalton had zich verdiept in haar privéactiviteiten. Dat had hem elke gunst gekost die mensen hem schuldig waren, een paar rechtstreekse bedreigingen en zelfs een benoeming op een hoge post. Nu wist hij wat ze prettig vond en wat niet. Hij wist dat ze niet van ruige minnaars hield. Ze had ze het liefst vrij jong en attent. Ze wilde met de grootste eerbied worden behandeld.
Ze werd graag gevleid.
Hij benaderde dit bezoek als een uitgebreid banket, met alle gangen in de juiste volgorde en een zorgvuldige opbouw tot de belangrijkste attracties. Op die manier, planmatig, vond hij het gemakkelijker om te doen. `Vrouwe, het boezemt me angst in zo vrijpostig te zijn jegens een dame van uw positie, maar ik moet eerlijk zijn.'
Ze liep naar een tafel met ingelegd zilver en goud. Van een zilveren dienblad pakte ze een geslepen glazen fles en schonk zichzelf een glas rum in. Ze schonk er ook een voor hem in, zonder te vragen, en gaf het hem met een glimlach.
`Alsjeblieft, Dalton. We kennen elkaar al zo lang. Ik zou niets liever willen dan je eerlijkheid. Per slot van rekening ben ik ook eerlijk tegen jou geweest over je vrouw.'
`Ja,' zei hij, 'dat is waar.'
Ze nam een slokje en legde toen haar pols over zijn schouder.
`En treur je daar nog over? Of ben je de feiten van het leven gaan accepteren?'
`Ik moet toegeven, Hildemara, dat ik... eenzaam ben geweest, nu mijn vrouw zo vaak... bezet is. Ik had nooit verwacht een vrouw te hebben die zo vaak niet beschikbaar was.'
Ze klokte meelevend. 'Arme schat. Ik weet precies hoe je je voelt. Mijn man is zelf ook zo vaak bezet.'
Dalton draaide zich af alsof hij in verlegenheid was gebracht. 'Aangezien mijn vrouw niet langer gebonden is door onze geloften, merk ik dat ik... verlangens heb die zij niet kan bevredigen. Ik schaam me ervoor het toe te geven, maar ik heb geen ervaring met dit soort dingen. Voor de meeste mannen zal zoiets wel vanzelf gaan, denk ik. Voor mij niet.' Ze kwam dicht achter hem staan en bracht haar mond naast zijn oor. `Ga verder, Dalton. Ik luister. Wees maar niet verlegen; we zijn oude vrienden.'
Hij draaide zich om zodat hij tegenover haar stond en gaf haar de kans haar decolleté te tonen, iets waarvan ze dacht dat het hooglijk werd gewaardeerd.
`Aangezien mijn vrouw niet langer gebonden is door haar geloften, nu er een beroep op haar is gedaan door de Soeverein, zie ik niet in waarom ik nog gebonden zou moeten zijn door de mijne. Vooral nu ik... verlangens heb.'
`Nee, natuurlijk niet.'
`En jij hebt me eens gezegd dat ik allereerst naar jou moest komen als er iets veranderde aan de status van mijn geloften. Nou, als je nog geïnteresseerd bent, de toestand is veranderd.'
Ten antwoord kuste ze hem. Hij vond het minder weerzinwekkend dan hij had gevreesd. Door zijn ogen te sluiten was hij zelfs in staat ervan te genieten, tot op zekere hoogte.
Maar hij was verrast toen ze onmiddellijk overging tot de verdergaande aspecten van de ontmoeting. Het zou voor het eindresultaat weinig uitmaken. Als ze meteen door wilde gaan, vond hij dat best.