Deel 5

 

5
Zedd schepte een handvol droge aarde van de grond naast zich. `Ann doet graag een beetje theatraal,' mopperde hij. 'Ik zou je lang geleden al over de Gratie hebben verteld, Richard, maar we
zijn van elkaar gescheiden geraakt, dat is alles.'
Nu zijn argwaan verminderd was door de woorden van zijn grootvader, zij het niet door die van Ann, ontspanden de duidelijk zichtbare spieren in Richards schouders en brede nek terwijl Zedd verder sprak. `Hoewel een Gratie eenvoudig lijkt, vertegenwoordigt ze alles wat er is. Ze wordt als volgt getekend.'
Zedd ging op zijn knieën zitten en boog zich naar voren. Met geoefende precisie liet hij de aarde uit de zijkant van zijn vuist lopen zodat hij er in een snelle demonstratie het symbool dat al op de grond was getekend mee na kon trekken.
`Deze buitenste cirkel staat voor het begin van de onderwereld, de onbegrensde wereld van de doden. Buiten deze cirkel, in de onderwereld, is verder niets; er is alleen de eeuwigheid. Daarom begin je daar met de Gratie: uit het niets, daar waar niets was, begint de Schepping.'
In de buitenste cirkel stond een vierkant, dat met zijn hoeken de cirkel raakte. Het vierkant omsloot opnieuw een cirkel, die precies groot genoeg was om de binnenkanten van het vierkant te raken. In de binnenste cirkel stond een achtpuntige ster. Rechte lijnen die als laatste werden getekend liepen van de punten van de ster naar buiten en doorsneden beide cirkels; elke tweede lijn sneed een hoek van het vierkant doormidden. Het vierkant stond voor de sluier die de buitenste cirkel van de wereld van de geesten — de onderwereld, de wereld van de doden — scheidde van de binnenste cirkel, die de grenzen van de wereld van het leven aangaf. In het middelpunt van dit alles vertegenwoordigde de ster het Licht — de Schepper — met de stralen van Zijn gave van magie die uit dat Licht kwamen en alle grenzen overschreden.
`Ik heb het eerder gezien.' Richard draaide zijn polsen naar buiten en legde ze op zijn knieën.
De zilveren polsbanden die hij droeg, waren uitgerust met allerlei vreemde symbolen, maar aan de binnenkant van zijn polsen, in het midden, stond op elke band een kleine Gratie afgebeeld. Doordat ze altijd naar binnen waren gedraaid, waren ze Kahlan nooit eerder opgevallen.
`De Gratie is een voorstelling van het continuum van de gave,' zei Richard, 'gesymboliseerd door de stralen: van de Schepper, door het leven heen, en bij de dood door de sluier heen naar de eeuwigheid met de geesten in het rijk van de Wachter, de onderwereld.' Hij wreef met een duim over de tekening op een van de polsbanden. 'Het is ook een symbool van hoop om vanaf de geboorte in het Licht van de Schepper te blijven gedurende het leven en daarna, in het hiernamaals van de onderwereld.' Zedd knipperde verrast met zijn ogen. 'Heel goed, Richard. Maar hoe weet je dat?'
`Ik heb geleerd het jargon van symbolen te begrijpen en ik heb een paar dingen over de Gratie gelezen.'
`Het jargon van symbolen...?' Kahlan zag dat Zedd veel moeite moest doen zich te beheersen. 'Je moet goed begrijpen, jongen, dat een Gratie een belangrijke alchemie op gang kan brengen. Als een Gratie wordt getekend met gevaarlijke stoffen zoals tovenaarszand of op andere manieren wordt gebruikt, kan ze een enorm effect hebben...'
`Zoals het veranderen van de manier waarop de werelden op elkaar inwerken om een bepaald doel te bereiken,' vulde Richard hem aan. Hij keek op. 'Ik heb er een beetje over gelezen.'
Zedd ging op zijn hurken zitten. 'Meer dan een beetje, zo te horen. Ik wil dat je ons alles vertelt wat je hebt gedaan sinds de laatste keer dat ik je heb gezien.' Hij hief een vinger. 'Tot in detail.'
`Wat is een fatale Gratie?' vroeg Richard in plaats daarvan.
Zedd boog zich naar hem over, deze keer duidelijk verbijsterd. 'Een wat?' `Een fatale Gratie,' mompelde Richard terwijl zijn blik over de tekening op de vloer ging.
Kahlan had net zo min als Zedd enig idee waar Richard het over had, maar ze kende zijn gedrag. Een enkele keer had ze Richard gezien zoals hij nu was, bijna alsof hij zich ergens anders bevond, eigenaardige vragen stellend terwijl hij piekerde over een of ander vaag, duister dilemma. Het was de manier van doen van een Zoeker.
Het was ook een rode vlag die haar waarschuwde dat hij dacht dat er iets heel erg mis was. Ze voelde kippenvel opkomen op haar onderarmen. Kahlan zag de ernstige frons op Anns voorhoofd. Zedd barstte bijna uit elkaar van de duizend vragen die hij wilde stellen, maar Kahlan wist dat ook hij de manier kende waarop Richard zichzelf plotseling om onverklaarbare redenen verloor en onverwachte vragen stelde. Zedd deed zijn best om hem van dienst te zijn.
Zedd wreef met zijn vingertoppen over de groeven in zijn voorhoofd en ademde diep in om zijn geduld te bewaren. 'Verdorie, Richard, ik heb nog nooit gehoord van zoiets als een fatale Gratie. Hoe kom jij eraan?' `Gewoon iets wat ik ergens heb gelezen,' mompelde Richard. `Zedd, kun je een nieuwe grens oprichten? Een grens oproepen, zoals je dat hebt gedaan voordat ik geboren was?'
Zedd vertrok zijn gezicht en sputterde gefrustreerd tegen: 'Waarom zou ik...'
`Om de Oude Wereld af te sluiten en een einde te maken aan de oorlog.' Overrompeld zweeg Zedd met openhangende mond, maar toen trok er een grijns over zijn gezicht, die zijn gerimpelde huid strak over zijn botten trok.
`Heel goed, Richard. Je zult een uitstekende tovenaar worden, als je er altijd aan denkt hoe je magie zou kunnen gebruiken om kwaad en lijden te voorkomen.' De glimlach verflauwde. 'Heel goed bedacht, maar nee, ik kan het niet opnieuw doen.'
`Waarom niet?'
`Het was een drieledige betovering. Dat betekent dat er drie van dit en drie van dat waren. Krachtige betoveringen zijn vaak goed beveiligd, en zo'n voorschrift van drietallen is maar één manier om te voorkomen dat gevaarlijke magie te gemakkelijk wordt ontketend. Zo'n betovering heb ik gebruikt om de grenzen te creëren. Ik had haar gevonden in een oude tekst uit de grote oorlog.
Blijkbaar lijk je op je grootvader, dat je belangstelling hebt voor het lezen van oude boeken vol rare dingen.' Hij fronste. 'Het verschil is dat ik mijn hele leven had gestudeerd en dat ik wist wat ik deed. Ik kende de gevaren en wist hoe ik die moest vermijden of minimaliseren. Ik kende mijn eigen vermogens en beperkingen. Een groot verschil, m'n jongen.' `Er waren maar twee grenzen,' zei Richard vasthoudend.
`Ach ja, het Middenland was verwikkeld in een afschuwelijke oorlog met D'Hara.' Zedd vouwde zijn benen onder zich terwijl hij aan het verhaal begon.
`Ik heb de eerste van de drie gebruikt om te leren hoe ik de betovering moest oproepen, hoe ze functioneerde en hoe ik haar moest activeren. De tweede heb ik gebruikt om het Middenland van D'Hara te scheiden, om een eind te maken aan de oorlog. De laatste van de drie heb ik gebruikt om het Westland af te scheiden, voor degenen die ernaar verlangden op een plek te leven waar geen magie was, om op die manier een opstand tegen degenen met de gave te voorkomen.'
Kahlan kon zich maar moeilijk voorstellen hoe een wereld zonder magie eruit zou zien. Het hele idee kwam haar akelig en duister voor, maar ze wist dat er mensen waren die niets liever wilden dan een leven leiden zonder magie. Hoewel het Westland niet groot was, voorzag het in die behoefte. Althans, dat had het een tijd lang gedaan, maar nu niet meer. `Geen grenzen meer.' Zedd stak zijn handen in de lucht. 'En dat is dat.' Het was bijna een jaar geleden dat de grenzen waren neergehaald door Darken Rahl, langzaam waren opgelost zodat de drie landen weer met elkaar in verbinding kwamen te staan. Het was jammer dat Richards idee niet zou werken, dat ze de Oude Wereld niet konden afsluiten en zo konden voorkomen dat de oorlog de Nieuwe Wereld in zijn greep zou krijgen. Het zou talloze levens hebben gered die verloren zouden gaan in een strijd die nog maar net begon.
`Heeft een van jullie,' doorbrak Ann de stilte, 'enig idee waar de profeet zou kunnen zijn? Nathan?'
`Ik heb hem als laatste gezien,' zei Kahlan. 'Hij heeft me geholpen Richards leven te redden door me het boek te geven dat was gestolen uit de Tempel der Winden en me de magische woorden te vertellen die ik moest gebruiken om het boek te vernietigen en Richard in leven te houden totdat hij kon herstellen van de pest.'
Ann keek als een hongerige wolf die een maaltje ziet. 'En waar zou hij nu zijn?'
`Het was ergens in de Oude Wereld. Zuster Verna was bij hem. Iemand om wie Nathan veel gaf, was zojuist voor zijn ogen vermoord. Hij zei dat profetieën soms onze pogingen om ze te slim af te zijn dwarsbomen en dat we soms denken dat we slimmer zijn dan we in werkelijkheid zijn en geloven dat we aan het noodlot kunnen ontsnappen als we dat maar vurig genoeg wensen.'
Kahlan haalde een vinger over de lemen grond. 'Hij is vertrokken met twee van zijn mannen, Walsh en Bollesdun, en hij zei dat hij Richard zijn titel van Meester Rahl teruggaf. Hij vertelde Verna dat ze geen moeite hoefde te doen om te proberen hem te volgen. Hij zei dat haar dat niet zou lukken.'
Kahlan keek op naar Anns ogen, die nu plotseling verdrietig stonden. `Ik denk dat Nathan wegging om te proberen datgene te vergeten waar die avond een eind aan was gekomen. Om de persoon te vergeten die hem had geholpen en daardoor haar leven had verloren. Ik denk niet dat je hem zult vinden voordat hij dat zelf wil.'
Zedd sloeg met zijn handpalmen op zijn knieën en verbrak de neergedaalde stilte. 'Ik wil alles weten wat er is gebeurd sinds de vorige keer dat ik je heb gezien, Richard. Vanaf het begin van afgelopen winter. Het hele verhaal. Laat niets weg, want de details zijn belangrijk. Je begrijpt dat misschien niet, maar details kunnen essentieel zijn. Ik moet alles weten.'
Richard keek lang genoeg op om zijn grootvaders verwachtingsvolle gelaatsuitdrukking te zien. 'Ik wou dat we tijd hadden om je alles te vertellen, Zedd, maar dat hebben we niet. Kahlan, Cara en ik moeten terug naar Aydindril.'
Ann frunnikte aan een knoop op haar kraag; Kahlan bedacht dat er onkruid begon te groeien in haar voortuintje, dat een façade van geduld was geweest. 'We kunnen nu beginnen en onderweg verder praten.'
`Je kunt je niet voorstellen hoe graag ik zou willen dat we bij jullie konden blijven, maar er is geen tijd voor zo'n reis,' zei Richard. 'We moeten ons haasten. We zullen via de sliph moeten gaan. Het spijt me, werkelijk waar, maar jullie kunnen niet met ons meekomen in de sliph; jullie zullen op eigen gelegenheid naar Aydindril moeten reizen. Als jullie daar aankomen, kunnen we praten.'
`De sliph?' Zedd trok rimpels in zijn neus bij het woord. 'Waar heb je het over?'
Richard gaf geen antwoord en leek hem zelfs niet te horen. Hij keek naar het raam met de lap ervoor. Kahlan antwoordde in zijn plaats.
`De sliph is een...' Ze zweeg. Hoe legde je zoiets uit? Nou, ze is eigenlijk een soort levend kwikzilver. Ze kan met ons communiceren. Praten, bedoel ik.'
`Praten,' herhaalde Zedd op vlakke toon. 'Waar praat ze over?'
`Het praten is niet belangrijk.' Met een duimnagel peuterde Kahlan aan de naad in haar broekspijp terwijl ze Zedd in zijn lichtbruine ogen keek. `De sliph is gemaakt door die tovenaars, in de grote oorlog. Ze maakten wapens van mensen; op die manier hebben ze ook de sliph gemaakt. Ze is ooit een vrouw geweest. Ze hebben haar leven gebruikt om de sliph te creëren, een wezen dat magie kan gebruiken om te doen wat ze reizen noemt. Ze werd gebruikt om snel over grote afstanden te kunnen reizen. Zeer grote afstanden. Zoals van hier helemaal naar Aydindril in minder dan een dag, en naar veel andere plekken.'
Zedd dacht na over haar woorden, waarvan ze wist dat ze verbijsterend voor hem moesten zijn. Dat was het voor haar in het begin ook geweest. Zo'n reis zou normaal gesproken vele dagen duren, zelfs te paard. Je zou er weken over kunnen doen.
Kahlan legde een hand op zijn arm. 'Het spijt me, Zedd, maar jij en Ann kunnen niet mee. De magie van de sliph stelt, zoals je net uitlegde, eisen om die te beveiligen. Daarom moest Richard zijn zwaard achterlaten; de magie daarvan is onverenigbaar met die van de sliph.
Om in de sliph te kunnen reizen, moet je behalve over Additieve, op zijn minst over een kleine hoeveelheid Subtractieve Magie beschikken. Jullie hebben helemaal geen Subtractieve Magie. Jij en Ann zouden sterven in de sliph. Ik heb er een element van in mijn Belijdsterskracht, Cara heeft haar vermogen als Mord-Sith gebruikt om zich de gave van een Andoliaan toe te eigenen, die er een element van heeft, dus zij kan ook reizen, en Richard heeft natuurlijk de gave voor Subtractieve Magie.' `Jullie hebben Subtractieve Magie gebruikt! Maar, maar, hoe... wat... waar...' sputterde Zedd, die het spoor bijster raakte tussen alle vragen die hij wilde stellen.
`De sliph huist in bepaalde stenen putten. Richard heeft de sliph wakker gemaakt en nu kunnen we in haar reizen. Maar we moeten voorzichtig zijn, anders stuurt Jagang zijn volgelingen erdoor.' Kahlan sloeg de binnenkanten van haar polsen tegen elkaar. 'Als we niet reizen, brengt Richard haar in slaap door zijn polsbanden tegen elkaar te drukken — met de Gratiën die erop staan — en dan voegt ze zich bij haar ziel in de onderwereld.' Anns gezicht was asgrauw geworden. 'Zedd, ik heb je hiervoor gewaarschuwd. We kunnen hem niet alleen laten rondlopen. Hij is te belangrijk. Hij zal zichzelf nog eens om zeep helpen.'
Zedd zag eruit alsof hij op het punt stond te ontploffen. 'Heb je de Gratiën op de polsbanden gebruikt? Verdorie, Richard, je hebt geen idee wat je doet! Je zit aan de sluier te knoeien als je zoiets doet!'
Richard, die met zijn aandacht elders was, knipte met zijn vingers en gebaarde naar de dikke stokken onder de bank. Hij wenkte dringend met zijn vingers. Met een frons gaf Zedd hem een van de stevige takken aan. Richard brak hem over zijn knie in tweeën terwijl hij naar het raam keek. Bij de volgende bliksemflits zag Kahlan het silhouet van een kip die op de onderdorpel van het raam zat, aan de andere kant van de lap. Terwijl de bliksem flitste en de donder dreunde, schoof de schaduw van de kip naar de andere hoek van het raam.
Richard gooide de stok.
Die raakte de vogel vol op de borst. Met fladderende vleugels en een verschrikte kreet viel ze achterover uit het raam.
`Richard!' Kahlan greep hem bij zijn mouw. 'Waarom doe je zoiets? Die kip zat niemand in de weg. Het arme dier probeerde alleen maar droog te blijven.'
Ook dit leek hij niet te horen. Hij wendde zich tot Ann. 'Jij hebt in de Oude Wereld met hem 'gewoond. Hoeveel weet je over de droomwandelaar?'
Nou, ik... ik denk dat ik wel het een en ander weet,' stamelde ze verrast. `Weet je hoe Jagang in iemands geest kan binnendringen, tussen je gedachten door kan glippen en zichzelf daar kan verschuilen, zelfs zonder dat de betreffende persoon het merkt?'
`Natuurlijk.' Ze keek bijna beledigd bij zo'n simpele vraag over de vijand tegen wie ze streden. 'Maar jij en degenen die een band met jou hebben, zijn beschermd. De droomwandelaar kan niet binnendringen in de geest van iemand die trouw heeft gezworen aan de Meester Rahl. We weten niet wat de reden is, alleen dat het werkt.'
Richard knikte. `Alric. Hij is de reden.'
Zedd knipperde verward met zijn ogen. 'Wie?'
`Alric Rahl. Een voorouder van me. Ik heb gelezen dat de droomwandelaars een wapen waren dat drieduizend jaar geleden in de grote oorlog is ontworpen. Alric Rahl heeft een betovering gecreërd — de band —om zijn volk en iedereen die trouw aan hem zwoer te beschermen tegen de droomwandelaars. De beschermende kracht van de band wordt doorgegeven aan elke Rahl met de gave.'
Zedd deed zijn mond open om een vraag te stellen, maar Richard wendde zich tot Ann. `Jagang is binnengedrongen in de geest van een tovenaar en heeft die gestuurd om Kahlan en mij te doden, hij heeft geprobeerd hem als moordenaar te gebruiken.'
`Een tovenaar?' Ann fronste. 'Wie? Welke tovenaar?'
`Marlin Pickard,' zei Kahlan.
`Marlin!' Ann zuchtte en schudde haar hoofd. 'Die arme jongen. Wat is er met hem gebeurd?'
`De Biechtmoeder heeft hem gedood,' zei Cara zonder aarzelen. 'Ze is een ware zuster van de Agiel.'
Ann vouwde haar handen in haar schoot en boog zich naar Kahlan. `Maar hoe was je erachter gekomen...'
`We verwachten dat hij nog eens zoiets zal proberen,' viel Richard haar in de rede, waardoor Ann haar aandacht weer op hem richtte. 'Maar kan een droomwandelaar binnendringen in de geest van... van iets anders dan een mens?'
Ann dacht met meer geduld over de vraag na dan Kahlan nodig achtte. `Nee. Ik geloof het niet.'
`Je gelooft het niet.' Richard hield zijn hoofd schuin. 'Raad je ernaar of weet je het zeker? Het is belangrijk. Doe er alsjeblieft niet zomaar een gooi naar.'
Zij en Richard keken elkaar lang aan voordat ze uiteindelijk haar hoofd schudde. 'Nee. Dat kan hij niet.'
`Ze heeft gelijk,' bevestigde Zedd. 'Ik weet genoeg van wat hij kan om te weten wat hij niet kan. Er is een ziel nodig. Een ziel zoals de zijne. Anders werkt het gewoon niet. Zo kan hij zijn geest ook niet in een rotsblok projecteren om te weten te komen wat dat denkt.'
Richard streek met zijn wijsvinger langs zijn onderlip. 'Dan is het niet Jagang,' mompelde hij bij zichzelf.
Zedd rolde geërgerd met zijn ogen. 'Wat is niet Jagang?'
Kahlan zuchtte. Soms was het net zo moeilijk om Richards redeneringen te volgen als het zou zijn om mieren op te lepelen.