9

 

'Je ziet er niet uit alsof je ook maar een meter bent opgeschoten,' zei Bronowski.

Lamont zat in zijn laboratorium naar de punten van zijn schoenen te kijken en stelde gedachteloos vast dat ze aardig versleten waren. Hij schudde zijn hoofd. 'Nee.'

'Zelfs de grote Chen heeft je in de steek gelaten?'

'Hij wilde niets ondernemen. Ook hij wilde eerst bewijzen zien. Ze willen allemaal bewijzen zien, maar als je iets geeft wijzen ze het meteen af. Ze hebben in feite alleen maar belangstelling voor hun verdomde Pompen, of hun reputatie, of hun plaatsje in de wereldgeschiedenis. Chen wil onsterfelijkheid.'

'En wat wil jij, Pete?' vroeg Bronowski zachtjes.

'De veiligheid van de mensheid,' antwoordde Lamont. Hij zag dat de ander hem met een onderzoekende blik aankeek. 'Geloof je me niet?'

'O, jawel hoor. Maar wat wil je écht?'

'Wel, om de waarheid te zeggen,' zei Lamont, terwijl hij met zijn vlakke hand een luide klap gaf op het bureaublad, 'ik wil verdomme gelijk krijgen, want ik héb gelijk!'

'Weet je dat zeker?'

'Dat weet ik zeker. En ik maak me nergens zorgen over, want ik ben van plan dit te winnen. Weet je, toen ik bij Chen wegging, voelde ik bijna iets van verachting voor mezelf.'

'Voor jezelf?'

'Ja. Waarom niet? Ik bleef maar denken: steeds opnieuw weet die Hallam mij te dwarsbomen. Zolang ik Hallam tegen me heb, heeft iedereen een mooi excuus om me niet te geloven. Zolang Hallam als een rotsblok op mijn weg ligt, kom ik nergens. Waarom heb ik het dan niet via hem geprobeerd? Waarom heb ik hem verdomme niet flink met stroop bewerkt? Waarom heb ik er niet voor gezorgd dat hij me steunt in plaats van hem te dwingen de handschoen tegen mij op te nemen?'

'Had je dat gekund, denk je?'

'Nee, nooit van mijn leven. Maar in mijn wanhoop dacht ik -enfin, van alles. Dat ik misschien beter naar de Maan kon gaan. Toen ik hem tegen mij in het harnas joeg was er natuurlijk nog geen sprake van de doem die nu over de aarde ligt, maar toen die zaak me duidelijk werd heb ik mijn best gedaan om mijn verhouding tot Hallam nog veel slechter te maken. Maar zoals jij misschien ook al bedoelde: niets had hem ertoe kunnen brengen zich tegen de Pomp te keren.'

'Maar jij schijnt op dit moment geen minachting voor jezelf meer te hebben.'

'Nee. Mijn gesprek met Chen heeft namelijk toch iets opgeleverd. Ik ontdekte dat ik mijn tijd aan het verspillen was.'

'Dat gevoel had ik ook al.'

'Ja, maar tevergeefs aan het verspillen. De oplossing is niet hier op de aarde te vinden. Ik heb Chen gezegd dat onze zon misschien ontploft, en de para-zon niet, maar dat ook de para-mensen dan de klos zullen zijn, want als onze kant van de Pompen niet meer werkt, zitten zij ook met lege handen. Zonder ons kunnen ze namelijk niet doorgaan, begrijp je?'

'Ja, natuurlijk.'

'Laten we de kwestie dan eens van de andere kant benaderen. Wij kunnen zonder hen niet doorgaan. Met andere woorden: wat doet ertoe wie de Pompen stillegt, zij of wij? Laten we ervoor zorgen dat de para-mensen er een eind aan maken.'

'Aha, maar zijn ze daartoe bereid?'

'Ze gebruikten het woord B-A-N-K. Dat wil zeggen dat ze bang zijn. Chen opperde dat ze voor ons bang zijn, dat ze vrezen dat wij de Pompen stilleggen, maar daar geloof ik geen moment in. Zij zijn degenen die bang zijn. Ik heb niet gereageerd op Chens suggestie. Hij dacht dat hij me te pakken had. Hij had het helemaal mis. Ik bedacht op dat moment namelijk dat we ervoor moeten zorgen dat de para-mensen ermee stoppen. En dat moeten we snel doen. Mike, ik laat nu alles schieten, behalve jou. Jij bent de hoop van de mensheid. Zorg dat je hen op de een of andere manier weet te bereiken.'

Bronowski lachte, en in zijn lach klonk een haast kinderlijke vreugde door. 'Pete,' zei hij, 'je bent een genie.'

'Aha, dat is je dus niet ontgaan.'

'Nee, ik meen het. Jij raadt al wat ik wil zeggen nog voordat ik de woorden kan uitspreken. Ik heb het ene bericht na het andere verstuurd, daarbij hun symbolen uitkiezend die volgens mij wel eens op de Pomp betrekking konden hebben, en daaraan ons eigen woord toevoegend. En ik heb mijn best gedaan uit alle materiaal van de ulgelopen maanden zo goed en zo kwaad mogelijk iets bijeen te schrapen dat op afkeuring kon duiden, en ook daar heb ik ons eigen woord naast gezet. Ik had geen flauw idee of ik op de goede weg was, dan wel totaal uit de koers geraakt, maar het feit dat ik nooit antwoord kreeg, stemde me niet hoopvol.'

'Je hebt me niet gezegd dat je daarmee bezig was.'

'Ach, deze kant van het probleem is mijn zorgenkindje. Jij hebt al je gewaardeerde tijd nodig om mij de para-theorie uit te leggen.'

'En wat is er nu gebeurd?'

'Gisteren heb ik gewoon twee woorden verstuurd in onze eigen taal. P-O-M-P S-L-E-C-H-T, verder niets.'

'En?'

'Vanmorgen kreeg ik eindelijk eens een antwoord, en dat was bovendien simpel en rechtlijnig. Er stond J-A P-O-M-P S-L-E-C-H-T S-L-E-C-H-T Hier, kijk zelf maar.'

Lamonts hand trilde toen hij het stuk folie vasthield. 'Er is geen misverstand meer mogelijk, hè? Dit is de bevestiging, niet?'

'Volgens mij wel. Wie wil je het laten zien?'

'Niemand,' zei Lamont vastberaden. 'Ik wil niet meer bekvechten. Ze zullen beweren dat ik het bericht vervalst heb en het heeft geen zin op die manier weer tijd te verliezen. Laat de para-mensen de Pompen stilleggen, dan zijn wij er ook van verlost, en dan kunnen eenzijdige acties van onze kant ze onmogelijk weer aan de gang krijgen. Alle mensen van het Station zullen zich dan uitsloven om te bewijzen dat ik gelijk had en dat de Pompen een gevaar waren voor de mensheid.'

'Hoe kom je daarbij?'

'Omdat het de enige manier is om te voorkomen dat ze worden gelyncht door een massa die de Pomp wil en die woedend wordt als de Pomp ze wordt afgepakt... Denk je ook niet?'

'Nou, misschien. Maar er zit me nog iets dwars.'

'Wat dan?'

'Als de para-mensen er zo zeker van zijn dat de Pomp slecht is, waarom zijn ze er dan nog niet mee opgehouden? Ik heb het daarstraks nog even nagevraagd, maar de Pomp werkt nog steeds op volle toeren.'

Lamont trok zijn wenkbrauwen op. 'Misschien willen ze zoiets niet eenzijdig beslissen. Ze beschouwen ons als partners en willen wederzijdse instemming met zo'n besluit. Zou het dat niet kunnen zijn, denk je?'

'Misschien. Maar het is ook mogelijk dat onze communicatie nog niet optimaal is en dat ze nog niet exact begrijpen wat het woord S-L-E-C-H-T betekent. Als ze uitgaan van de misschien wel totaal verdraaide en uit hun verband gerukte symbolen die ik uit hun berichten heb overgenomen, denken ze misschien wel dat S-L-E-C-H-T is wat wij G-O-E-D noemen.'

'Nee hoor!'

'Nou, dat help ik je hopen, maar met hoop alleen komen we er niet.'

'Mike, je moet gewoon doorgaan met het sturen van berichten. Gebruik zo veel mogelijk van de woorden die ze ons hebben doen toekomen en hou me op de hoogte van alle veranderingen. Jij bent de deskundige en het ligt in jouw handen. Uiteindelijk zullen zij genoeg woorden kennen om zich helder en ondubbelzinnig uit te drukken dan zullen wij hun duidelijk maken dat we bereid zijn de Pompen laten stilleggen.'

'Wij hebben niet de bevoegdheid die mededeling te doen.'

'Dat weet ik, maar zij weten het niet, en achteraf zullen wij worden geëerd als helden van de mensheid.'

'Ook als ze ons voordien executeren?'

Zelfs dan... Het ligt nu in jouw handen, Mike, en ik weet zeker het niet lang meer hoeft te duren.'