DINSDAG 1 JULI
Madeleine zit nog op het terras wanneer de juninacht overgaat in de schemering van de juliochtend. Mats Hjörne is vertrokken en de fles is leeg. Ze doet haar ogen dicht en valt bijna in slaap, gewikkeld in een plaid en met haar hoofd tegen een kussen geleund. Haar gedachten duizelen en dat komt niet alleen door de wijn.
Ze heeft het staartje zelf opgedronken. Nadat Mats was vertrokken en Alexandra uit haar slaapkamerraam op de bovenverdieping had gehangen en welterusten had gezegd. Ze denkt erover om naar binnen te gaan en nog een fles open te trekken, of een glas whisky te nemen, maar ziet ervan af. Ze moet helder denken, niet haar kop in het zand steken en haar zorgen verdrinken in de merlot.
Wanneer ze haar ogen sluit, ziet ze Mats voor zich. Met hangende schouders. Zijn grote lichaam vermoeid en toch dat trotse, besluitvaardige in zijn ogen. Die schieten vuur.
Ze denkt na over haar eigen gevoelens voor hem. Wat er de laatste weken is gegroeid. De warmte en de geborgenheid die ze in zijn nabijheid ervaart, het verlangen naar een goede man in haar leven. De bewondering die ze altijd voor hem heeft gehad. Naar haar mening is Mats Hjörne een van de meest bekwame rechercheurs van het land. Een goede man, een goede politieman.
Maar nu weet ze het niet meer. Een niet zo goede politieman. Maar een des te beter mens. Zo lijkt het.
Ze schaamt zich bijna voor haar eigen gevoelens. De weekheid. Hoe ze iets dergelijks überhaupt… kan vergeven. De verzachtende omstandigheden kan zien. Hier ook bewondering voor kan hebben.
Madeleine heeft haar kille intellect altijd gekoesterd en wetsartikelen steevast met een haast kinderlijke hoogachting liefgehad. In haar leven als officier van justitie zijn er altijd wetten en regels geweest om op te steunen. Aarzel je over een beslissing, dan is het antwoord vrijwel zeker te vinden in het Zweedse wetboek. De wetten zijn geschreven vanuit ervaringen, toetsing en democratische verkiezingen. Madeleine heeft altijd teruggedeinsd voor willekeur en nukken. In plaats daarvan is ze steeds trots geweest op haar onsentimentele inborst.
Maar nu. Ze kan niet de wijn de schuld geven voor het feit dat de tranen in haar ogen staan. Het gaat er ook niet uitsluitend om wat dit voor haar persoonlijk zal betekenen. De kans is groot dat ze door de val van Mats zal worden meegetrokken. Dat weet ze. Maar wat zijn haar gevoelens daarover?
Ongerustheid? Niet echt. Eerder opluchting. Bevrijding. Is dat niet vreemd? Maar het is een eigenaardig gevoel dat zich door haar dodelijk vermoeide lichaam verspreidt. Als ik word ontslagen, of op non-actief word gezet… dan krijg ik tijd voor andere dingen.
Ze kijkt omhoog naar het raam van Alexandra. Er brandt geen licht en haar dochter ligt al uren te slapen.
Misschien is dat precies wat ik nodig heb.
Ze is de laatste tijd veranderd, dat ziet ze nu in. Of het de vriendschap met Hjörne is, de zaak-Korosh Hosseini of dit… Ze weet het niet, maar het voelt goed.
Als de duivel oud wordt, wordt hij religieus, of hoe is dat spreekwoord ook alweer?
Ze strijkt een traan van haar wang en kruipt onder de plaid in elkaar. Ze zou naar binnen moeten gaan, naar bed.
De activiteit in de tuin is koortsachtig. Alle vogels van de wereld zijn wakker en zingen hun lofzang. Madeleine blijft een tijdje luisteren en voor één keer laat ze haar tranen de vrije loop zonder zich druk te maken om waar ze vandaan komen.
Op weg naar boven ziet ze haar mobiele telefoon op de tafel in de hal liggen. Hij knippert zachtjes in het diffuse licht en vraagt om aandacht. Madeleine weet dat ze tot morgen moet wachten, wat kan er zo belangrijk zijn? Ze weet ook dat ze het niet kan laten.
Eén gemiste oproep.
Madeleine belt haar voicemail en luistert het bericht af.
‘Goedenavond. Mijn naam is Maria Allende. Het spijt me dat ik u lastigval, maar ik zou u op korte termijn willen spreken in verband met een televisie-interview. Het gaat over de zaak-Jocke Lind en ik zou u graag morgen, dinsdag, al willen ontmoeten. Bel me zo gauw u dit hoort.’
Madeleine kijkt naar zichzelf in de halspiegel. De plaid ligt nog over haar schouders, de vermoeidheid staat rond haar ogen en mond geëtst. Dat wordt weinig slaap vannacht.
De bal is aan het rollen.