204
Dit prachtstuk werd door Pietje, die trotsch op zijn arbeid was, in een enveloppe gestoken, daarna schreef hij keurig het adres er op. Meester zou den brief bestellen en voor het antwoord zorgen. De familie Ster had een zeer vroolijken avond met Pietje's brief en allen vonden hem een alleraardigsten snuiter. En die brief maakte, dat meester nog méér van den jongen ging honden dan vroeger. Hij zag werkelijk al op tegen den tijd, dat hij Pietje uit zijn klasse zou moeten laten gaan naar de derde, hij had hem graag gehouden!
Intusschen sloofde Pietje zich uit in het maken van een aantal surprises, die hij aan verschillende vrienden en bekenden wilde toezenden. Daartoe haalde hij zoowat het heele huis onderstboven, alle kisten en kasten snuffelde hij na en ook de woning van meester Ster moest het ontgelden. Op den zolder maakte hij zijn pakjes gereed en hij lachte al bij voorbaat van voldoening over de vreugde, die hij overal met zijn verrassingen brengen zou.
De stad was voor hem in deze dagen een bron van vermaak. Hij wilde dolgaarne overal meehelpen om de feestvreugde te verhoogen. Er was aangekondigd, dat Sint Nicolaas met zijn gevolg in optocht door de stad zou trekken temidden van een lichtstoet en voorafgegaan door een muziekkorps.
O, het zou prachtig zijn!
Duizenden menschen waren op de been om den heerlijken, schitterenden stoet te zien voorbijgaan, de straten waren zwart van het volk! Pietje was in verrukking.
Chr. van Abkoude, Pietje Bell, of de lotgevallen van een ondeugenden jongen