9 mei 2006, 23.30 uur

 

Penitentiaire psychiatrische kliniek

in Reggio Emilia

 

 

 

 

Zijn aderen hebben het kalmeringsmiddel verzwolgen en verteerd. Wat er overblijft in Denny is een steen in zijn hoofd en een gestolde bloedprop in zijn ziel.

Nu herinnert Denny zich. Alles.

En de beelden in zijn hoofd gaan niet weg. Nu weet hij het, het komt niet door het kalmeringsmiddel. Het komt door de rotte plek die in zijn hersens groeit. Het komt door de rotte plek dat hij niet snapt of hij zijn ogen dicht of open heeft. Wat in elk geval zeker is, is dat hij sowieso ziet. En wat hij ziet is geen fijn verhaal.

…Als ik stop met haten zal hij verdwijnen, dan zal hij nooit meer iemand laten wegkwijnen. Er is maar één manier om al dit kwaad te weerleggen, ik moet mijn brein dat deze waarheid verzint voorgoed het zwijgen opleggen…