•23•
Lee Sawyer keek uit het raam van zijn kleine flat in Washington D.C. Bij daglicht zou hij vanuit het slaapkamerraam de koepel van het Union Station kunnen zien. Het zou echter nog minstens een half uur duren voor het licht werd. Sawyer was pas om half vijf vanochtend thuisgekomen van zijn onderzoek naar de dood van de tankwagenchauffeur. Hij was tien minuten onder de hete douche blijven staan om de spierknopen en de algehele sufheid weg te spoelen en nadat hij zich snel weer had aangekleed, had hij een pot koffie gezet, brood geroosterd en een uitsmijter gebakken, met een plak ham die hij waarschijnlijk beter al een week geleden had kunnen weggooien. Dat eenvoudige maal had hij opgegeten voor de tv in zijn woonkamer, met als enige verlichting een klein tafellampje. Het schemerduister bood hem de gelegenheid om rustig te zitten nadenken en terwijl de wind tegen de ramen beukte, keek hij om zich heen naar de simpele vormen van zijn huis. Hij trok een gezicht. Zíjn huis? Hij zat hier nu al meer dan een jaar, maar dit was niet werkelijk zijn huis. Zijn huis stond in een voorstadje vol met bomen in Virginia: een eengezinswoning met een garage voor twee wagens en een bakstenen barbecue in de achtertuin. Dit kleine flatje was alleen maar een plek om te eten en zo nu en dan ook te slapen, en de enige reden dat hij hier zat, was omdat hij zich na de scheiding niet veel meer kon veroorloven. Maar zíjn huis was het niet, en dat zou het nooit worden ook, al had hij dan een paar persoonlijke eigendommen meegenomen, waarvan de foto’s van zijn vier kinderen, die overal door de hele flat verspreid stonden, wel de belangrijkste waren. Hij pakte er een op. Meg, of Meggie, zoals ze door bijna iedereen genoemd werd. Ze was blond en knap en haar lange gestalte, volle lippen en smalle neus had ze duidelijk van haar vader. Zijn carrière als fbi -agent had ervoor gezorgd dat hij terwijl ze opgroeide meestal van huis was geweest, en dat wreekte zich nu op een afschuwelijke manier. Ze praatten niet meer met elkaar, of liever gezegd, zij wilde niet meer met hèm praten, en hij durfde het niet meer te proberen; zo groot en sterk als hij was, hij kon het niet meer aan. En bovendien, hoeveel verschillende manieren waren er om ‘Het spijt me’ te zeggen?
Hij waste de borden af, veegde de gootsteen schoon en gooide wat vuil wasgoed in de wasmand, die hij later naar de wasserij zou brengen. Daarna keek hij even om zich heen om te zien of er verder nog iets gedaan moest worden. Nee, niet echt. Even speelde er een vermoeide glimlach om zijn lippen. Al die klusjes waren gewoon een manier om de tijd te doden. Hij keek op zijn horloge. Bijna zeven uur. Zo dadelijk zou hij weer naar kantoor gaan. Hoewel hij een heel gewoon dienstrooster had, was hij daar bijna altijd te vinden. Zo moeilijk te begrijpen was dat trouwens niet. Zijn identiteit als fbi -agent was zo’n beetje het enige wat hem in dit leven nog restte en er was altijd wel weer een nieuw misdrijf. Was dat trouwens niet wat zijn vrouw die avond had gezegd, die avond waarop hun huwelijk op de klippen was gelopen? Maar ze had gelijk gehad, er was altijd wel weer een nieuw misdrijf. En wat kon hij eigenlijk meer vragen of verwachten? Hij besloot dat hij nu wel weer lang genoeg thuis had gezeten en nadat hij zijn hoed had opgezet en zijn pistool in de holster had geschoven, liep hij naar beneden, naar zijn wagen.
Het hoofdkwartier van de fbi lag aan Pennsylvania Avenue, tussen Ninth en Tenth Street, nog geen vijf minuten rijden van Sawyers flat. Het was de thuisbasis van ongeveer zevenenhalfduizend van de fbi ’s vierentwintigduizend werknemers. Van die zevenenhalfduizend waren er slechts ongeveer duizend speciaal agent; de rest bestond uit technisch en administratief personeel. In een van de zalen in het hoofdkwartier zat op dit moment een prominente speciaal agent aan een grote vergadertafel naar enkele andere fbi -medewerkers te kijken, die her en der om dezelfde tafel zaten en daar plichtgetrouw grote stapels dossiers doorwerkten of ijverig naar het scherm van hun laptop zaten te turen. Sawyer nam even de tijd om de zaal rond te kijken en zijn ledematen een beetje te strekken. Ze bevonden zich in het Operationeel Centrum voor Strategische Informatie ofwel ocsi . Alleen op betrouwbaarheid gescreend personeel had hier toegang.
Het ocsi bestond uit een stel kamers met glazen muren die waren afgeschermd tegen alle bekende elektronische afluisterapparatuur. Het centrum fungeerde als commandopost voor belangrijke fbi -operaties. Aan een van de wanden gaf een rijtje klokken aan hoe laat het was in de verschillende tijdzones. Langs de andere wand was een hele reeks beeldschermen geïnstalleerd. Het ocsi beschikte over tegen afluisteren beveiligde verbindingen met de Ernstige-Gevallenkamer van het Witte Huis, de cia en een groot aantal federale instellingen. Omdat er geen ramen in de muren zaten en er een dik tapijt op de vloer lag, was het heel stil in het vertrek, dat voornamelijk werd gebruikt om reusachtig grote onderzoeken in te organiseren. Een kleine pantry zorgde ervoor dat de werknemers tijdens de lange uren die hier gemaakt werden op de been bleven. Op dit moment werd er net koffie gezet. Cafeïne en creatief denken schenen nu eenmaal onlosmakelijk met elkaar verbonden te zijn.
Sawyer keek naar de andere kant van de tafel,
waar David Long, een oudgediende van het bureau Explosieven naar
een dossier zat te staren. Links van hem zat Herb Barracks, een
agent van het plaatselijke fbi
-kantoor in Charlottesville, het kantoor dat het dichtst bij de
plek van de ramp gelegen was. Naast Barracks zat iemand van het
kantoor in Richmond, het dichtstbijzijnde districtskantoor van de
fbi . Tegenover hem zaten twee
agenten van het districtskantoor Groot-Washington D.C. in Buzzard
Point, dat tot het aan het einde van de jaren tachtig was
samengevoegd met het districtskantoor Virginia in Alexandria gewoon
het districtskantoor
Washington was geweest.
De directeur van de fbi , Lawrence Malone was een uur geleden vertrokken, nadat hij op de hoogte was gesteld over de omstandigheden betreffende de moord op Robert Sinclair, die tot voor kort werkzaam was geweest als chauffeur van een vliegtuigtankwagen bij Vector Fueling Systems en die zich nu in een lijkenhuis in Virginia bevond. Sawyer was er zeker van dat de fbi ’s Automated Fingerprint Identification System afis wijlen de heer Sinclair van een andere naam zou voorzien. Als mensen die betrokken waren bij zo’n grote samenzwering als Sawyer dacht dat dit wel moest zijn, een baantje aannamen dat ze wilden gebruiken om naderhand een vliegtuig neer te laten storten, deden ze dat slechts zelden onder hun eigen naam.
Er waren meer dan tweehonderdvijftig agenten uit het hele land op het onderzoek naar de bomaanslag op Vlucht 3223 gezet. Ze trokken aanwijzingen na, ondervroegen de verwanten van de slachtoffers en stelden een pijnlijk nauwkeurig en gedetailleerd onderzoek in naar iedereen die de gelegenheid en een motief had gehad om het vliegtuig van Western Airlines te saboteren. Hoewel er al een tijdlang geruchten de ronde deden in de pers, zou het eerste grote artikel waarin onomwonden gesteld werd dat Vlucht 3223 was neergestort na een bomaanslag, pas de volgende ochtend in de Washington Post staan. Daarna zou het publiek snel een verklaring willen hebben. Dat vond Sawyer op zich prima, maar jammer genoeg verliepen dit soort onderzoeken niet altijd zo vlot als je wel zou willen. In feite verliepen ze bijna nooit voorspoedig.
Nadat de leden van het ntsb -team dat heel speciale bewijsstuk in de krater hadden gevonden, had het onderzoek zich al snel toegespitst op de firma Vector en het was heel eenvoudig gebleken om vast te stellen dat Sinclair bij die vlucht het tanken voor zijn rekening had genomen. Nu was Sinclair eveneens dood. Iemand had ervoor gezorgd dat hij nooit de kans zou krijgen om hun te vertellen waarom hij die sabotage had gepleegd.
Long keek naar Sawyer. ‘Je hebt gelijk gekregen, Lee. Het was een sterk aangepaste versie van een van die nieuwe draadverwarmingselementen. Ze worden tegenwoordig veel gebruikt in sigaretteaanstekers. Geen vlammetje meer, maar alleen een platina draadje dat een intense hitte uitstraalt en zo dun is dat het bijna onzichtbaar is.’
‘Ik wist wel dat ik dat eerder had gezien. Weet je die brandstichting nog, vorig jaar in het belastingkantoor?’ vroeg Sawyer.
‘Precies. Aan één kant van dit ding zit een magneet, en het is bestand tegen temperaturen tot achthonderd graden, dus van wind of kou heeft het geen last, zelfs niet als het onder de kerosine zit. Voldoende brandstof voor vijf uur vliegen en dit ding was zo ingesteld dat als het om de een of andere reden zou uitgaan, daarna onmiddellijk weer ingeschakeld zou worden. Dat is een eenvoudige maar ook heel effectieve oplossing. Zodra er een gat in de tank komt, spuit de brandstof eruit. Vroeg of laat komt die binnen bereik van dat draadje, en dan bóem.’ Hij schudde zijn hoofd. ‘Ingenieus hoor. Je kunt het in je zak meenemen en als je betrapt wordt, is het gewoon een aansteker.’ Terwijl de andere agenten hem aandachtig aankeken, bladerde Long nog even verder en voegde daar toen aan toe:‘En een timer of hoogtemeter hebben ze helemaal niet nodig gehad. Ze konden wel zo ongeveer uitrekenen hoe lang het zou duren voor dat zuur door het aluminium heen zou vreten en ze wisten dat de ontploffing dan niet lang meer op zich zou laten wachten. Een vlucht van vijf uur. Ruim de tijd.’
Sawyer knikte. ‘Kaplan en zijn team hebben de vgr gevonden. Er zat een gat in de behuizing maar de band was nog redelijk intact. De voorlopige conclusies wijzen erop dat de stuurboordvleugel, inclusief motor, is afgeknapt en dat de csr , de cockpit-stemrecorder, een paar seconden daarvoor een vreemd geluid heeft geregistreerd. De vleugel wordt nu aan een spectrologische analyse onderworpen. De vgr heeft geen drastische veranderingen in de luchtdruk in de cabine geregistreerd, dus het is zeker dat er zich binnen de romp van het toestel geen ontploffing heeft voorgedaan. Dat klopt ook, want we weten nu dat de vleugel gesaboteerd is. Daarvóór functioneerde alles perfect. Geen motorproblemen, een keurige horizontale vlucht met niet meer dan de gebruikelijke bewegingen van de stuurvlakken. Maar toen de vleugel eenmaal was afgeknapt, waren ze kansloos.’
‘Hebben de stemmen van de piloten op de csr nog wat opgeleverd?’ vroeg Long.
Sawyer schudde zijn hoofd. ‘De gebruikelijke krachttermen. Het Mayday-bericht dat ze hebben uitgezonden. De vgr toont aan dat het vliegtuig bijna negen kilometer loodrecht naar beneden is gedoken terwijl de linkermotor nog op volle kracht werkte. Wie weet of ze onder die omstandigheden zelfs maar bij bewustzijn hebben kunnen blijven?’ Hij zweeg even. ‘Laten we maar hopen dat dat niet het geval is geweest,’ zei hij toen nadrukkelijk.
Nu het duidelijk was dat de luchtramp het gevolg was van een aanslag, had de fbi het onderzoek officieel overgenomen van de ntsb . Vanwege het ingewikkelde karakter van de zaak en de enorme organisatorische uitdagingen die die met zich mee bracht, zou het onderzoek geleid worden vanuit het hoofdkantoor van de fbi en zou Sawyer er de leiding over krijgen. Het uitstekende werk dat hij had geleverd na de bomaanslag boven 138
Lockerbie was in het hoofdkantoor nog lang niet vergeten. Maar deze aanslag was toch een beetje anders. Deze aanslag had plaatsgevonden in het Amerikaanse luchtruim en had een krater achtergelaten in Amerikaanse grond. Het te woord staan van de pers en het uitgeven van persverklaringen zou hij aan anderen overlaten. Hij hield zich liever een beetje op de achtergrond.
De fbi besteedde een groot deel van zijn personeel en geld aan het infiltreren van terreurorganisaties die actief waren in de Verenigde Staten. Op die manier konden allerlei plannen voor gijzelingen, massamoorden en dergelijke worden verijdeld voordat ze ooit ten uitvoer werden gebracht. De bomaanslag op Vlucht 3223 was echter als een donderslag bij heldere hemel gekomen. Niemand in het uitgebreide netwerk van informanten en onder dekmantel opererende agenten had ook maar iets gemeld over een op handen zijnde aanslag. Nu Sawyer geen kans had gezien om deze aanslag te voorkomen, zou hij echter al zijn tijd besteden aan het opsporen van degenen die hiervoor verantwoordelijk waren. Waarschijnlijk zou hij er zelfs in zijn nachtmerries nog wel mee bezig zijn.
‘Nou, we weten wat er met dat vliegtuig is gebeurd. Nu moeten we alleen nog maar te weten zien te komen wie het gedaan heeft en waarom. Laten we maar met dat laatste beginnen. Wat ben je verder nog over Arthur Lieberman te weten gekomen, Ray?’
Raymond Jackson was Sawyers jonge partner. Voordat hij zijn football-schoenen aan de wilgen had gehangen en had gekozen voor een carrière bij de fbi , was hij footballprof geweest in het team van de University of Michigan. De breedgeschouderde, ongeveer één meter tachtig lange zwarte man had een intelligente blik in zijn ogen en een vriendelijke, beschaafde manier van doen. Jackson sloeg een aantekenboekje open.
‘Een hoop. Om te beginnen was die man toch al
ten dode opgeschreven. Hij had kanker van de alvleesklier en die
was al in een vergevorderd stadium. Hij had nog zes maanden te
leven. Hooguit. De behandeling was gestaakt en hij kreeg enorme
doses pijnstillers toegediend. Hij droeg een van die draagbare
intraveneuze doseerapparaatjes bij zich en daar zat
Schlesinger’s Solution
in, een combinatie van morfine en een pepmiddel, waarschijnlijk
cocaïne. Het is een van de weinige toepassingen van dat spul die in
de Verenigde Staten wettelijk zijn toegestaan.’
Sawyers gezichtsuitdrukking verried hoe verbaasd hij was. Die godvergeten Walter Burns en zijn geheimzinnigdoenerij. ‘De voorzitter van de Fed had nog maar een half jaar te leven? Hoe ben je dat te weten gekomen?’
‘Ik heb een fles met een chemokuurmiddel in zijn medicijnkastje gevonden en daarom ben ik maar meteen naar de bron gegaan: zijn huisarts. Ik heb hem verteld dat we bezig waren met een achtergrondonderzoek en dat er een heleboel doktersbezoekjes in Liebermans agenda stonden. Een paar bij de universiteitskliniek van Johns Hopkins, een paar andere bij de Mayo Clinic. Toen ben ik over de medicijnen begonnen die ik had aangetroffen. De dokter werd nerveus toen ik daarover begon, en vooral toen ik er subtiel op wees dat hij enorme problemen kon krijgen als hij tegenover de fbi geen open kaart zou spelen. Toen ik over een dagvaarding begon, sloeg hij door. Waarschijnlijk dacht hij dat het voor zijn patiënt nu toch geen verschil meer zou maken.’
‘En het Witte Huis? Daar moet dit toch wel bekend zijn geweest?’
‘Als ze eerlijk tegen ons zijn geweest, dan hebben zij daar niets van af geweten. Ik heb een tijdje met de chef-staf over Liebermans kleine geheimpje zitten praten. Ik heb het idee dat hij me aanvankelijk niet geloofde, dus heb ik hem eraan herinnerd dat de letters fbi voor “flink, braaf en integer” staan en hem een kopie van Liebermans medische gegevens toegestuurd. Het schijnt dat de president hartstikke nijdig was toen hij die onder ogen kreeg.’
‘Dat is een interessante nieuwe verwikkeling,’ zei Sawyer. ‘Ik heb altijd begrepen dat Lieberman de een of andere financiële godheid was, iemand op wie je kon bouwen, en toch vergeet hij even te melden dat hij elk ogenblik dood kan neervallen. Als dat dan gebeurt, komt het land dus ineens vreselijk omhoog te zitten. Dat slaat toch nergens op?’
Jackson grijnsde. ‘Ik stel jullie alleen maar op de hoogte van de feiten. Je hebt gelijk over zijn reputatie trouwens. Die man was een levende legende. Maar met zijn persoonlijke financiën was het minder goed gesteld.’
‘Hoe bedoel je?’ vroeg Sawyer.
Jackson bladerde even in zijn aantekenboekje. Toen hij had gevonden wat hij zocht, draaide hij het om en schoof het Sawyer toe. Terwijl die ernaar zat te kijken, ging Jackson verder met zijn verslag.
‘Lieberman is een jaar of vijf geleden gescheiden, na een huwelijk van vijfentwintig jaar. Kennelijk is hij stout geweest en heeft hij naast de pot gepist. Hij had het niet slechter kunnen timen. Hij moest net voor de senaatscommissie verschijnen om zijn benoeming tot voorzitter van de Fed te laten bevestigen. Zijn vrouw dreigde dat ze hem in de kranten helemaal zwart zou maken. Dat had hem ongetwijfeld die baan gekost en het schijnt dat hij die heel graag wilde hebben. Om snel van het gedoe af te zijn, heeft hij daarom zo’n beetje zijn hele hebben en houden aan zijn ex gegeven. Ze is een paar jaar geleden gestorven aan kanker. En om het allemaal nog wat ingewikkelder te maken: er gingen geruchten dat zijn jonge vriendinnetje een dure smaak heeft. Dat baantje bij de Fed leverde hem veel prestige op, maar hij verdiende er bij lange na geen Wall Street-salaris mee. Arthur Lieberman zat tot aan zijn nek in de schulden. Hij woonde in een lullig flatje ergens bij Capitol Hill en probeerde uit een financiële afgrond te klauteren die ongeveer zo diep was als de Grand Canyon. Dat stapeltje liefdesbrieven dat we in zijn flat hebben aangetroffen, is waarschijnlijk van haar afkomstig.’
‘Wat is er van dat vriendinnetje geworden?’
‘Dat weten we niet zeker. Het zou me niets verbazen als ze ervandoor is gegaan toen ze erachter kwam dat haar pot met goud vol met schulden zat.’
‘Enig idee waar ze nu uithangt?’
Jackson schudde zijn hoofd. ‘Ik heb een paar Newyorkse collega’s van hem weten op te sporen, en volgens hen was het gewoon een knap snoetje zonder verstand.’
‘Het is waarschijnlijk tijdverspilling, maar laten we toch maar eens een onderzoek naar haar instellen, Ray.’
Jackson knikte.
Sawyer keek naar Barracks. ‘Heb je op het Witte Huis soms iets gehoord over wie Lieberman gaat opvolgen?’
Toen Barracks antwoord gaf, was Sawyer voor de tweede keer binnen een minuut diep geschokt.
‘De meeste mensen zijn het erover eens dat het waarschijnlijk Walter Burns wordt.’
Sawyer staarde Barracks een paar seconden sprakeloos aan en schreef toen snel ‘Walter Burns’ in zijn opschrijfboekje. In de kantlijn daarnaast schreef hij eerst het woord ‘klootzak’ en toen het woord ‘verdacht’, met een vraagteken erachter.
Sawyer keek op: ‘Het ziet ernaar uit dat die meneer Lieberman de afgelopen tijd wel erg veel pech heeft gehad. Maar waarom moest hij dan dood?’
‘Daar kunnen een heleboel redenen voor zijn,’ zei Barracks. ‘De voorzitter van de Fed is de belichaming van de Amerikaanse geldpolitiek. Zo iemand kan een prachtig doelwit vormen voor een of ander derde-wereldland met een grote dollarschuld. En dan zijn er ook nog een stuk of vijfentwintig terreurgroepen die gespecialiseerd zijn in bomaanslagen op vliegtuigen.’
Sawyer schudde zijn hoofd. ‘De verantwoordelijkheid is nog door geen enkele groepering opgeëist.’
Barracks snoof minachtend. ‘Geef ze nog even de tijd. Nu we eenmaal zeker weten dat er sprake is van een bomaanslag, zullen degenen die dit gedaan hebben wel heel snel iets van zich laten horen. Amerikanen opblazen om je politieke standpunten uit te dragen. Dat is waar die lui voor leven.’
‘Godverdomme!’ Sawyer sloeg met zijn vuist op tafel, stond op en begon toen met een vuurrode kop driftig te ijsberen. Het leek wel of het beeld van die krater om de tien minuten voor zijn geestesoog verscheen. En sinds kort kwam daar dan ook nog het beeld bij van dat kleine verschroeide kinderschoentje dat hij in zijn hand had gehouden. Al zijn kinderen had hij kort na hun geboorte met één hand opgetild. Het had er een van hen kunnen zijn, welke dan ook. Hij wist dat hij nooit meer helemaal aan dat beeld zou kunnen ontsnappen, niet in dit bestaan.
De agenten keken hem bezorgd aan. Sawyer stond bekend als een van de slimste en meest alerte agenten van het hele Bureau, en dat wilde wat zeggen bij zo’n organisatie als de fbi. Zelfs na vijfentwintig jaar bij de fbi, jaren waarin hij had moeten toezien hoe zijn medemensen een bloedrood spoor van vernieling en geweld door het land trokken, begon hij elk nieuw onderzoek nog steeds met dezelfde tomeloze inzet en energie die hij vanaf zijn allereerste opdrachten voortdurend aan de dag had gelegd. Hij was iemand die meestal een in zorgvuldige bewoordingen geformuleerde analyse verkoos boven een betoog vol wilde beeldspraak, maar de meeste agenten die in de loop der jaren met hem hadden samengewerkt, begrepen maar al te goed dat er niet veel voor nodig was om hem erg driftig te krijgen.
Hij stopte met ijsberen en richtte zijn blik op Barracks. ‘Er is één ding dat sterk tegen die theorie pleit, Herb.’
‘Wat dan?’
Sawyer ging met zijn rug tegen een van de glazen wanden staan, sloeg zijn armen over elkaar en liet die op zijn dikke buik rusten. ‘Als je een terrorist bent en je wil veel aandacht trekken, dan smokkel je toch een bom aan boord van een toestel? Laten we eerlijk zijn, zo moeilijk is dat nou ook weer niet op een binnenlandse vlucht. Dat vliegtuig knalt in duizend stukjes uit elkaar, er komen lijken uit de lucht vallen, zodat er een stel Amerikaanse burgers wordt gestoord tijdens het ontbijt... je laat er geen enkele twijfel aan bestaan dat er sprake is van een bomaanslag.’ Sawyer zweeg even en keek al zijn agenten beurtelings indringend aan. ‘Dat is hier niet het geval, heren.’
Sawyer begon weer te ijsberen. Alle ogen in het vertrek waren nu op hem gericht. ‘Het vliegtuig was nog vrijwel volkomen intact toen het neerstortte. Als de rechtervleugel niet was afgebroken, zou het zich nu helemaal in de krater bevinden. Vergeet dat niet. En dan is er clandestien werk verricht door een Amerikaan die voor zover we weten geen banden onderhield met welke terreurgroep dan ook. Ik kan moeilijk geloven dat terroristen uit het Midden-Oosten nu plotseling hun vuile werk door Amerikanen laten opknappen.
Goed, de brandstoftank is beschadigd, maar dat zou net zo goed door de ontploffing en de daaropvolgende brand kunnen zijn gekomen. Het zoutzuur was vrijwel volkomen weggebrand. Als er nog een beetje meer hitte was vrijgekomen, zouden we helemaal niets gevonden hebben. En Kaplan heeft al bevestigd dat het vliegtuig ook wel zou zijn neergestort als die vleugel niet was afgebroken. De stuurboordmotor is onbruikbaar geworden doordat er brokstukken in de luchtinlaat zijn gekomen en doordat de ontploffing en het vuur essentiële hydraulische besturingssystemen hebben beschadigd. Dus als we die ontbrandingseenheid niet hadden gevonden, zouden we deze hele luchtramp waarschijnlijk als het gevolg van een afschuwelijke mechanische storing hebben beschouwd. Laat daar geen misverstanden over bestaan; het is een godswonder dat we die ontsteker hebben gevonden.’
Sawyer keek door een van de glazen wanden en vervolgde: ‘Als je dat allemaal samenvoegt, wat hou je dan over? Iemand die een vliegtuig opblaast, maar niet wil dat dat opgemerkt wordt. Voor een terrorist is dat toch tamelijk vreemd. Maar het wordt nog vreemder, want de logica gaat nu plotseling een geheel andere kant op. Ten eerste wordt onze tankwagenchauffeur doorzeefd met kogels. Hij heeft zijn koffers al gepakt en terwijl hij zich staat te vermommen, verandert zijn opdrachtgever plotseling radicaal van plan. En ten tweede blijkt Arthur Lieberman zich aan boord van dat toestel te bevinden.’ Sawyer keek snel even naar Jackson. ‘Die man ging elke maand naar LA, met ijzeren regelmaat: elke maand dezelfde luchtvaartmaatschappij en dezelfde vlucht. Zo was het toch?’
Jackson, die hem met vrijwel dichtgeknepen ogen zat aan te kijken, knikte langzaam. Alle agenten leunden met hun armen op tafel en zaten gespannen naar Sawyers redenering te luisteren.
‘Dus de kansen dat die vent puur bij toeval in dat toestel heeft gezeten, zijn zo klein dat we die wel buiten beschouwing kunnen laten. Als we de zaak nuchter bekijken, is de conclusie dat Lieberman het doelwit van deze aanslag is geweest, vrijwel onontkoombaar, tenzij we natuurlijk iets enorm groots over het hoofd zien. Laten we nu die twee elementen eens combineren. Het lijkt erop dat onze aanslagplegers aanvankelijk hebben geprobeerd om deze aanslag op een ongeluk te laten lijken. Maar dan wordt die chauffeur ineens doodgeschoten. Waarom?’ Sawyer keek met een scherpe blik de kamer rond. Na een tijdje nam Dave Long het woord. ‘Ze konden het risico niet nemen. Misschien zullen de kranten schrijven dat het een ongeluk is, misschien niet, maar ze kunnen niet blijven afwachten waar het op uitdraait. Dus moeten ze die vent wel onmiddellijk buiten gevecht zien te stellen. En bovendien, als die kerel ervandoor zou zijn gegaan, wat kennelijk het oorspronkelijke plan was, zou dat toch ook argwaan hebben gewekt? Zelfs als we helemaal niet aan sabotage zouden hebben gedacht, zouden we toch zeker achterdocht zijn gaan koesteren als die man plotseling op de vlucht was geslagen?’
‘Dat ben ik met je eens,’ zei Sawyer. ‘Maar als je het spoor daar wil laten doodlopen, waarom probeer je dan niet de indruk te wekken dat die vent gek is? Schiet hem een kogel in zijn kop en laat hem achter met het pistool in zijn hand en een briefje op tafel vol met geweeklaag over wat een rotland Amerika toch is. Dan denken wij dat het gewoon een geïsoleerde gek is geweest. Als je een heel magazijn op hem leegschiet, en van alles laat liggen dat erop wijst dat hij van plan was om ervandoor te gaan, dan maak je ons wel heel duidelijk dat er anderen bij betrokken zijn. Waarom zouden ze zich dat op de hals willen halen?’ Sawyer wreef even over zijn kin.
De andere agenten leunden met een verward gezicht achterover in hun stoel.
Na een tijdje keek Sawyer naar Jackson. ‘Heeft de lijkschouwing nog iets opgeleverd?’
‘Ze hebben beloofd dat het de hoogste prioriteit krijgt, dus het verslag zal er zo wel aankomen.’
‘Is er verder nog iets gevonden in die vent zijn flat?’
‘We hebben juist iets níet gevonden.’
Sawyer wierp hem een veelbetekenende blik toe. ‘Geen identiteitspapieren zeker?’
‘Juist,’ zei Jackson. ‘Iemand die aanstalten maakt om ervandoor te gaan nadat hij een vliegtuig heeft opgeblazen, reist echt niet onder zijn eigen naam. Gezien de manier waarop de rest van deze aanslag gepland schijnt te zijn, moet hij over valse papieren hebben beschikt, en goede ook.’
‘Dat is waar, Ray, maar hij zou ze natuurlijk ook ergens anders kunnen hebben liggen.’
‘Of degene die hem heeft uitgeschakeld, heeft ze meegenomen,’ zei Barracks.
‘Inderdaad,’ zei Sawyer. ‘Dat zou ook heel goed kunnen.’
Bij die woorden ging de deur van de ocsi open en kwam Marsha Reid het vertrek binnen. Ze was klein en tenger, maar zag er toch moederlijk uit. Ze had lichtblond peper-en-zoutkleurig haar en de bril die aan een ketting om haar nek hing, paste goed bij haar zwarte jurk. Ze was een van de beste vingerafdrukdeskundigen waarover het Bureau beschikte. Met behulp van haar grote kennis van de esoterische wereld van de bogen, spiralen en lussen had ze een paar van de zwaarste criminelen ter wereld weten op te sporen.
Voordat ze ging zitten en haar dossiermap opensloeg, knikte Marsha haar medeagenten toe.
‘De afis -resultaten, vers van de pers.’ Ze zei het op een ernstige toon waarin toch iets van humor doorklonk. ‘Robert Sinclair heette in werkelijkheid Joseph Philip Riker en werd gezocht in Texas en Arkansas wegens moord en verboden wapenbezit. Zijn strafregister is drie pagina’s lang. Hij is voor het eerst gearresteerd toen hij zestien jaar oud was, en dat was wegens een gewapende overval. De laatste keer dat hij werd opgepakt, is hij veroordeeld wegens doodslag en daar heeft hij zeven jaar voor gezeten. Vijf jaar geleden is hij vrijgelaten en sindsdien is hij bij een groot aantal misdrijven betrokken geweest, waaronder twee huurmoorden. Een buitengewoon gevaarlijke man. Ongeveer achttien maanden geleden is hij uit het zicht verdwenen. Tot nu toe dan.’
Iedereen aan de tafel staarde verbijsterd voor zich uit.
‘Hoe krijgt zo iemand in vredesnaam een baan als tankwagenchauffeur op een vliegveld?’ Uit de toon waarop Sawyer dat zei, bleek duidelijk dat hij het nauwelijks kon geloven.
Jackson gaf antwoord: ‘Ik heb een paar mensen van Vector gesproken. Het is een gerenommeerd bedrijf en Riker... Sinclair bedoel ik, werkte er pas een maand. Hij beschikte over uitstekende getuigschriften. Hij had bij verschillende vliegtuigbrandstofleveranciers in het noordwesten en Zuid-Californië gewerkt. Er is een antecedentenonderzoek naar hem ingesteld, onder de naam Sinclair natuurlijk, maar dat heeft niets belastends aan het licht gebracht. Ze waren hier al even verbijsterd over als wie dan ook.’
‘En de vingerafdrukken? Ze hadden zijn vingerafdrukken moeten controleren. Dan zouden ze toch onmiddellijk geweten hebben met wie ze te maken hadden?’
Reid keek Sawyer even scherp aan en zei toen: ‘Dat hangt ervan af wie die vingerafdrukken neemt, Lee. Een niet al te competente technicus valt best om de tuin te leiden, dat weet jij ook wel. Er is synthetisch materiaal in de handel dat nauwelijks te onderscheiden valt van menselijk huidweefsel en vingerafdrukken zijn overal te koop. Als je die twee dingen op de juiste manier weet te combineren, maak je zelfs van de meest geharde crimineel in een mum van tijd een achtenswaardig burger.’
Barracks viel haar bij. ‘Als die vent voor al die misdrijven gezocht werd, heeft hij waarschijnlijk ook wel wat plastische chirurgie gehad. Ik wed je vijf tegen tien dat het gezicht in het mortuarium er heel anders uitziet dan het gezicht op de aanplakbiljetten.’
Sidney keek naar Jackson. ‘Hoe is Riker erin geslaagd om bij Vlucht 3223 ingedeeld te worden?’
Ongeveer een week geleden heeft hij gevraagd of hij deze week nachtdienst kon krijgen, van twaalf tot zeven. De geplande vertrektijd van Vlucht 3223 was 6.45 uur, de eerste ochtendvlucht vanaf Dulles. Elke dag op dezelfde tijd. Uit het logboek blijkt dat het vliegtuig om kwart over vijf brandstof heeft getankt. Dat betekent dat Riker dat heeft gedaan. De meeste mensen hebben liever geen nachtdienst, dus Riker heeft die zonder enig probleem kunnen krijgen.’
Er schoot Sawyer nog een vraag te binnen. ‘Maar waar is de echte Robert Sinclair dan?’
‘Waarschijnlijk dood, denk ik,’ zei Barracks. ‘Ik vermoed dat Riker zijn identiteit heeft overgenomen.’
Niemand had daar commentaar op tot Sawyer een verbijsterende vraag stelde. ‘Wat als Robert Sinclair nooit heeft bestaan?’ Nu keek zelfs Reid verbaasd op. Toen Sawyer weer het woord nam, leek hij diep in gedachten verzonken te zijn. ‘De identiteit van een bestaand iemand overnemen kan een hoop problemen opleveren. Oude foto’s bijvoorbeeld, of collega’s of vrienden die onverwacht komen opdagen en je dekmantel vernietigen. Er zijn gemakkelijker manieren om je doel te bereiken.’ Terwijl hij peinzend dat idee verder uitwerkte, fronste Sawyer zijn wenkbrauwen. ‘Ik heb sterk het gevoel dat we alles wat Vector heeft gedaan toen ze dat antecedentenonderzoek deden, opnieuw zullen moeten doen. Ga erachteraan, Ray, net zoals gisteren.’
Jackson knikte en maakte snel wat aantekeningen.
Reid keek Sawyer aan. ‘Denk jij wat ik denk dat jij denkt?’
Sawyer glimlachte. ‘Het zou niet de eerste keer zijn dat er gewoon iemand helemaal verzonnen is, compleet met fiscaal nummer, curriculum vitae, een lijstje met vorige adressen, een paar identiteitsbewijzen met foto’s erop, bankrekeningen, diploma’s, valse telefoonnummers, getuigschriften en referenties.’ Hij keek naar Marsha. ‘Zelfs valse vingerafdrukken.’
‘Dan hebben we het wel over een uiterst professionele organisatie,’ zei ze.
‘Aan hun professionalisme heb ik nooit getwijfeld,’ zei Sawyer.
Hij keek de tafel rond. ‘Ik wil niet al te ver van de standaardprocedure afwijken, dus we gaan gewoon de verwanten van de slachtoffers verhoren. Lieberman is de sleutel tot deze hele zaak.’ Plotseling veranderde hij van onderwerp. ‘Loopt Rapid Start een beetje?’ vroeg hij aan Ray Jackson.
‘Uitstekend.’
Rapid Start was het rondreizende elektronische circus van de fbi en Sawyer had er in het verleden al vaak met succes gebruik van gemaakt. De fbi was van mening dat een goed georganiseerd onderzoek waarbij alle medewerkers vrijwel ogenblikkelijke toegang hadden tot alle beschikbare gegevens de kans op welslagen van een onderzoek aanzienlijk vergrootte en Rapid Start was bedoeld als een efficiënt elektronisch coördinatiecentrum voor informatiestromen die anders hopeloos verward en gedesorganiseerd zouden raken.
De Rapid Start-operatie voor de aanslag op Vlucht 3223 was gehuisvest in een voormalig tabakpakhuis in een buitenwijk van Standardsville, dat nu niet langer tot aan de nok toe was volgestouwd met tabak maar met de allernieuwste computer- en telecommunicatieapparatuur. Al die apparatuur werd bemand door tientallen agenten in volcontinudienst die voortdurend informatie in de enorme databases zaten in te voeren.
‘We zullen elk wonder nodig hebben dat Rapid Start maar kan verrichten en zelfs dat zou weleens niet voldoende kunnen zijn.’ Sawyer zweeg even en schrok toen op. ‘Aan het werk dan maar.’