•11•

De man zat op de rand van het bed en kleedde zich uit. Hij hield alleen zijn boxershort aan. Buiten was het nog donker. Zijn lichaam was zeer gespierd en op zijn linkerbiceps was een kronkelende slang getatoeëerd. Naast de deur van de slaapkamer stonden drie gepakte koffers. De spullen die hem beloofd waren, hadden inderdaad voor hem klaargelegen: een Amerikaans paspoort, een stel vliegtickets, wat contant geld en een stel identiteitsbewijzen. Ze zaten in een kleine leren map die boven op de koffers lag. Hij zou opnieuw van naam veranderen; niet voor de eerste keer in zijn van misdaad doordrenkte leven.

Hij hoefde geen vliegtuigen meer bij te tanken. Hij zou helemaal niet meer hoeven werken. De elektronische overboeking naar zijn overzeese bankrekening was inmiddels bevestigd. Hij beschikte nu over het grote geld dat hem tot nu toe altijd was ontgaan. Hoewel hij een ervaren misdadiger was, voelde hij zijn handen trillen toen hij de pruik, de ovale paarsgekleurde bril en de getinte contactlenzen uit een klein tasje haalde. Hoewel er waarschijnlijk vele weken voorbij zouden gaan voordat iemand erachter kwam wat er was gebeurd, moest je in zijn vak altijd rekening houden met het ergste, en dat betekende dat hij onmiddellijk moest vluchten en ver weg ook. Maar daar was hij goed op voorbereid.

Hij dacht weer terug aan de recente gebeurtenissen. Hij had het plastic flesje leeggegoten en in de rivier de Potomac gegooid, waar het nooit gevonden zou worden. Hij had geen vingerafdrukken achtergelaten en als er toch iets werd gevonden dat hem in verband zou kunnen brengen met de aanslag op het vliegtuig, zou hij al lang verdwenen zijn. De valse naam waaronder hij de afgelopen twee maanden had geleefd, zou hen geen enkel aanknopingspunt bieden.

Hij had wel eerder mensen vermoord, maar nooit op zo’n onpersoonlijke en grootschalige manier, en hij had er altijd een reden voor gehad, of liever gezegd, als hij die zelf niet had gehad, dan degene die hem had ingehuurd wel. Deze keer was het aantal mensen dat hij de dood had ingejaagd zo groot, en bovendien was er zo weinig reden voor hun dood, dat zelfs zijn geharde geweten was gaan knagen. Hij was niet blijven kijken wie er het vliegtuig waren ingestapt. Hij was betaald om een klus te doen en die had hij gedaan. Nu zou hij de enorme bedragen die hij plotseling tot zijn beschikking had gekregen, gaan gebruiken om te vergeten waarmee hij al dat geld had verdiend. Hij dacht niet dat dat hem veel moeite zou kosten.

Hij ging voor het kleine spiegeltje op het tafeltje in de slaapkamer zitten. De pruik veranderde zijn donkere krullen in een golvende blonde haardos. Aan het haakje aan de deur hing een nieuw kostuum dat een heel stuk eleganter was dan het pak dat hij net had uitgetrokken. Hij kromde zijn hand en bukte zijn hoofd om de contactlenzen in te brengen die zijn onopvallende bruine ogen zouden omtoveren tot een stralend blauw.

Hij stond weer op om in de spiegel te kijken en voelde hoe de verlengde loop van een 9mm Sig p229 tegen zijn schedelbasis werd gedrukt. Met het verscherpte waarnemingsvermogen dat altijd samengaat met paniek, merkte hij op dat de geluiddemper die erop was geschroefd de lengte van de loop bijna verdubbelde.

Zijn hevige schrikreactie duurde nauwelijks een seconde. Hij voelde het kille metaal tegen zijn huid duwen en in de spiegel zag hij hoe de donkere ogen hem aanstaarden. De indringer had een strenge uitdrukking op zijn gezicht. Zelf had hij vaak ook zo gekeken voor een executie; iemand anders van het leven beroven was voor hem altijd een ernstige aangelegenheid geweest. Nu keek hij als gehypnotiseerd toe hoe het andere gezicht zijn eigen ritueel afwerkte. Maar daarna zag hij met stijgende verbazing dat er op het gezicht van de man die hem ging vermoorden een uitdrukking van grote woede verscheen, die werd gevolgd door hevige weerzin. Die emoties had hijzelf nooit gevoeld als hij met een executie bezig was. De ogen van het slachtoffer werden groot toen hij zag hoe de vinger zich om de trekker kromde. Hij wilde iets zeggen, waarschijnlijk een verwensing, maar hij slaagde er niet in om de woorden uit te spreken omdat de kogel in zijn hersenen tot ontploffing kwam. Door de klap van de inslag sloeg hij achterover en kwam op het kleine tafeltje terecht. De moordenaar duwde het levenloze lichaam met het gezicht naar voren in de ruimte tussen het bed en de muur en schoot daarna de resterende elf kogels in het magazijn in het bovenlijf van de dode. Hoewel het hart van het slachtoffer al stilstond, verschenen er rond elke inslagwond donkerrode plekken ter grootte van een munt, waar het bloed zo snel uit kwam opwellen dat het wel kleine oliebronnetjes leken. Het automatische pistool smakte naast het lijk op de vloer.

Voordat de schutter kalm het vertrek uit liep, deed hij twee dingen: hij nam de leren map met de nieuwe identiteit van het slachtoffer mee en toen hij in het halletje van de flat stond, zette hij de airconditioning op volle kracht aan. Tien seconden later ging de voordeur snel open en dicht. Het was nu stil in de flat. In de slaapkamer begon het beige tapijt snel een lelijke paarse kleur te krijgen. Binnen een uur zou de overzeese bankrekening worden leeggehaald en opgeheven; de eigenaar had het geld niet langer nodig.

Het was nog maar net zeven uur geweest en buiten was alles nog donker. Terwijl ze in haar rafelige oude peignoir aan de keukentafel zat, deed Sidney haar ogen dicht en probeerde zichzelf opnieuw wijs te maken dat dit allemaal niet meer dan een nachtmerrie was, dat haar man nog steeds leefde en nu elk ogenblik door de voordeur binnen kon komen lopen, met een brede glimlach op zijn gezicht, een cadeau onder de arm voor zijn dochtertje en een lange, troostende kus voor zijn vrouw.

Toen ze haar ogen weer opende, was er niets veranderd. Sidney keek op haar horloge. Amy zou nu wel snel wakker worden. Ze had net de hoorn neergelegd na een gesprek met haar ouders. Die zouden om negen uur bij het huis van hun dochter zijn om Amy mee te nemen naar hun huis in Hanover, Virginia, en daar zou ze een paar dagen blijven logeren tot Sidney de gelegenheid had gekregen om de gebeurtenissen een beetje te verwerken. Sidney kromp in elkaar bij de gedachte dat ze haar kleine meid als ze wat ouder was, over deze catastrofe zou moeten vertellen en dan opnieuw deze afschuwelijke ogenblikken zou moeten doormaken. Hoe kon ze haar dochtertje vertellen dat haar vader alleen maar was gestorven omdat een vliegtuig iets onvoorstelbaars had gedaan en daarbij tweehonderd mensen tot pulp had vermalen, onder wie de man die haar verwekt had?

Jasons ouders waren al jaren geleden gestorven. Als enig kind had hij Sidneys familie als de zijne beschouwd en hij was zonder strubbelingen in hun gelederen opgenomen. Sidneys twee oudere broers hadden al gebeld om hulp aan te bieden en hun medeleven te tonen, en beide gesprekken waren geëindigd met stil gesnik.

Western Airlines had aangeboden Sidney over te vliegen naar het kleine stadje vlak bij de plek van de ramp, maar dat aanbod had ze van de hand gewezen. Ze wilde de familieleden van de andere slachtoffers niet om zich heen hebben; dat zou ze niet kunnen verdragen. Ze stelde zich voor hoe ze allemaal zwijgend in de lange, grijze bussen zouden stappen, zonder in staat te zijn elkaar recht in de ogen te kijken, met trillende, uitgeputte ledematen en zenuwen die zo’n verschrikkelijke schok hadden gehad dat ze het nu elk ogenblik konden begeven. Het was al moeilijk genoeg om met al die ingewikkelde gevoelens van ontkenning, pijn en verdriet te moeten worstelen zonder allemaal mensen om je heen die precies hetzelfde doormaakten. Op dit moment sprak het idee om troost te zoeken bij lotgenoten haar helemaal niet aan.

Ze liep de trap op en de gang door tot ze bij haar slaapkamer kwam. Ze wilde tegen de deur leunen, maar die schoof half open en toen ze de kamer rondkeek, zag ze alle vertrouwde spulletjes weer. Alles in deze kamer had zijn eigen unieke geschiedenis en al die herinneringen waren verbonden met Jason. Uiteindelijk bleef haar blik rusten op het onopgemaakte bed. Wat hadden ze daar toch veel vreugde beleefd! Ze kon gewoon niet geloven dat die vrijpartij in de vroege ochtend voordat Jason naar het vliegveld was vertrokken, de laatste keer was geweest.

Voorzichtig trok ze de deur dicht en liep naar Amy’s kamertje. De gelijkmatige ademhaling van haar dochtertje was geruststellend, zeker nu. Sidney ging in de rieten schommelstoel zitten, naast het kinderledikant. Jason en zij waren er kort geleden in geslaagd om hun dochtertje in een bed te laten slapen in plaats van in een wieg, maar ze hadden vele nachten op de vloer naast het bed moeten slapen voordat Amy aan deze nieuwe omstandigheden gewend was.

Terwijl ze de stoel langzaam heen en weer liet schommelen, bleef Sidney vol liefde naar haar dochtertje zitten kijken, naar het blonde, verwarde haar en de kleine voetjes in hun dikke sokken die nu onder de dekentjes uitstaken. Om half acht maakte Amy een kort snikkend geluidje en ging met een ruk rechtop zitten. Vrijwel onmiddellijk daarna sloeg Sidney haar armen om haar dochter heen en zo bleven ze samen nog een tijdje doorschommelen tot Amy goed wakker was. Terwijl de zon langzaam boven de horizon rees, stopte Sidney Amy in bad, trok haar wat warme kleren aan en liep toen met haar dochtertje aan de hand de trap af en de keuken binnen. Terwijl Sidney koffie zette en het ontbijt klaarmaakte, liep Amy de aangrenzende woonkamer in en Sidney hoorde dat ze ging spelen met het speelgoed dat in de hoek van de kamer lag opgestapeld. Het afgelopen jaar was die stapel steeds hoger geworden. Sidney maakte het dressoir open en haalde er zonder nadenken twee kopjes uit. Halverwege de koffiepot bleef ze met een ruk staan en liet haar lichaam langzaam heen en weer wiegen tot haar plotselinge aanvechting om het uit te gillen weer was verdwenen. Ze voelde zich alsof ze onverhoeds in tweeën was gesneden. Ze zette een van de kopjes weer terug en liep met haar koffie en een kom warme havermout naar het kleine, grenehouten keukentafeltje.

Ze keek naar de woonkamer. ‘Amy, Amy, het is etenstijd.’ Het kwam eruit als een schor gefluister. Ze had ineens een razende last van haar keel; haar hele lichaam leek te zijn verschrompeld tot één grote keelpijn. Het kleine meisje kwam aanrennen. Amy’s normale snelheid was gelijk aan de topsnelheid van de meeste andere kinderen. Ze had een pluchen tijger en een ingelijste foto in haar handjes. Terwijl ze op haar moeder af holde, straalde haar kleine gezichtje van plezier. Haar nog wat vochtige haar was bij de kruin volkomen steil terwijl het aan de uiteinden begon te krullen.

Toen Amy de foto van Jason omhoog hield, blies Sidney met een ruk haar ingehouden adem uit. Die foto was verleden maand nog genomen. Jason had in de tuin staan werken en Amy was op hem af gekropen en had hem toen met de tuinslang natgespoten. Daarna waren vader en dochter samen in een hoge stapel rode, oranje en gele bladeren beland.

‘Papa?’ zei Amy met een angstig gezicht.

Jason zou drie dagen wegblijven en Sidney had er al op gerekend dat ze haar dochtertje zou moeten uitleggen waar hij zat. God! Drie dagen leken nu niet meer dan drie seconden. Ze zette zichzelf schrap en lachte het kleine gezichtje vriendelijk toe.

‘Papa is weg, Amy,’ zei ze, zonder te kunnen voorkomen dat haar stem begon te trillen. ‘Dus nu zijn we met ons tweetjes. Heb je al honger? Wil je wat eten?’

‘Mijn papa? Papa werken?’ drong Amy aan. Haar mollige vingertje wees naar de foto. Sidney nam haar dochter op schoot.

‘Amy, weet je waar je vandaag naartoe gaat?’

Amy keek haar vol verwachting aan.

‘Opa en oma.’

Amy tuitte haar lippen en begon toen breed te glimlachen. Ze knikte enthousiast en maakte een kushandje naar de koelkast, waar een foto van haar twee grootouders met een kleine magneet op zijn plaats werd gehouden.

Voorzichtig trok Sidney Amy de foto uit handen, en schoof toen de kom met havermout naar haar toe.

‘Voor we weggaan, moet je wat eten, hoor. Er zit stroop en boter op. Precies wat je lekker vindt.’

‘Zelf doen! Zelf doen!’ Amy klauterde bij haar moeder op schoot en nadat ze zich vandaaruit in haar eigen stoel had weten te wurmen, pakte ze voorzichtig de lepel vast en stortte ze zich hongerig op de havermout.

Sidney zuchtte en deed haar hand voor haar ogen. Ze probeerde zich te beheersen, maar een paar luide snikken wist ze toch niet te bedwingen. Uiteindelijk vluchtte ze de kamer uit, en nam de foto mee. Ze rende de trap naar haar slaapkamer op, zette de foto op de bovenste plank van de kast en liet zich op het bed vallen. Om het geluid van haar gesnik te dempen, duwde ze haar hoofd in het kussen.

Vijf minuten later lag ze nog steeds te huilen. Meestal had Sidney een soort zesde zintuig voor waar Amy uithing, maar deze keer hoorde ze de kleine meid pas toen ze een klein handje aan haar schouder voelde trekken. Na een tijdje ging Amy er maar naast liggen en duwde haar gezicht tegen haar moeders schouder.

Amy zag haar tranen en toen ze met haar handje aan de nattigheid voelde, riep ze: ‘O, huile, huile.’ Ze nam het gezicht van haar moeder in haar twee kleine handjes en terwijl ze ook in tranen uitbarstte, probeerde ze moeizaam de woorden ‘Mama, droevig?’ uit te spreken. Hun natte gezichten raakten elkaar en hun tranen vloeiden in elkaar over. Een tijdje later ging Sidney eindelijk rechtop zitten, sloeg haar armen om haar dochtertje heen en wiegde haar langzaam heen en weer op de zachte matras. Er was wat havermout aan Amy’s mond blijven hangen en Sidney vervloekte zichzelf omdat ze haar dochtertje aan het huilen had gebracht. Maar zo’n overweldigend sterke emotie had ze nog nooit meegemaakt.

Na een tijdje trokken de hevige snikken weg en toen Sidney voor de honderdste keer haar ogen droog wreef, kwamen er geen nieuwe tranen opwellen om de plaats van de oude in te nemen. Ze bleef nog een paar minuten zitten en liep toen met Amy naar de badkamer, veegde haar gezicht schoon en gaf haar een kus.

‘Het is goed, Amy. Mammie is nu weer in orde. Ik hoef niet meer te huilen.’

Toen Amy eindelijk rustig werd, viste Sidney wat speelgoed voor haar uit de badkuip en terwijl Amy daarmee bezig was, nam zijzelf snel een douche en trok daarna een lange rok en een coltrui aan.

Toen haar ouders om negen uur precies op de deur klopten, was Amy’s tas al gepakt en stond ze klaar om te gaan. Ze liepen naar de wagen. Sidneys vader droeg Amy’s tas. Sidneys moeder had Amy aan de hand.

Bill Patterson sloeg een stevige arm om zijn dochters schouders; aan zijn diep in hun kassen liggende ogen en gebogen schouders was duidelijk te zien hoe diep hij door deze tragedie was getroffen.

‘Jezus, Sidney, ik kan het nog steeds niet geloven. Ik heb hem twee dagen geleden nog gesproken. We zouden van de winter wat gaan vissen op het ijs, ergens in Minnesota, met ons tweeën.’

‘Dat weet ik, pa. Dat heeft hij me verteld. Hij zag er erg naar uit.’

Terwijl haar vader Amy’s tas in de kofferbak legde, gespte Sidney haar dochtertje vast in het kinderzitje en gaf haar Winnie de Poeh aan. Daarna hield ze haar even stevig bij de schouders en gaf haar toen voorzichtig een kus.

‘Ik kom je heel gauw ophalen, Amy. Eerlijk beloofd.’

Sidney deed de autodeur dicht. Haar moeder pakte haar hand vast.

‘Sidney, ga alsjeblieft met ons mee. Je kunt nu beter niet alleen zijn. Alsjeblieft.’

Sidney greep haar moeders magere hand vast. ‘Ik wil nu even alleen zijn, ma. Ik moet alles even tot me laten doordringen. Het duurt niet lang. Over een dag of twee kom ik naar jullie toe.’

Haar moeder bleef haar een paar seconden strak aankijken, sloeg toen beide armen om Sidney heen en drukte haar stevig tegen zich aan. Haar kleine lijf trilde. Toen haar moeder in de wagen ging zitten, glom haar ronde gezicht van de tranen.

Sidney bleef staan kijken hoe de wagen de straat op reed. Met een strak gezicht staarde ze naar de achterbank, waar haar dochtertje haar geliefde teddybeer vastklemde en haar duim stevig in haar mond hield. Even later sloeg de wagen de bocht om en verdween uit het zicht.

Met de trage, wankele bewegingen van een oude dame liep Sidney weer naar het huis terug. Tot haar plotseling iets te binnen schoot en ze snel naar het huis rende.

Snel draaide ze het inlichtingennummer van het district Los Angeles en vroeg naar het nummer van AllegraPort Technology. Terwijl ze het nummer intoetste, vroeg ze zich af waarom dat bedrijf niet had gebeld toen Jason niet was komen opdagen. Er had niets op het antwoordapparaat gestaan. Ze had dus voorbereid kunnen zijn op de reactie die ze kreeg, maar dat was ze niet.

Nadat ze drie verschillende mensen van het bedrijf had gesproken, legde ze langzaam de hoorn neer en staarde als verdoofd naar de keukenmuur. AllegraPort had Jason helemaal geen vice-presidentschap aangeboden. In feite had niemand daar ooit van hem gehoord. Met een abrupte beweging ging Sidney op de vloer zitten, ze trok haar knieën tegen haar kin en begon onbedaarlijk te huilen. Alle verdenkingen die ze destijds had gekoesterd, kwamen nu ineens weer in haar op en door de snelheid waarmee dat gebeurde, dreigde ze haar laatste greep op de werkelijkheid te verliezen. Ze kwam overeind staan en stak haar hoofd onder de keukenkraan. Nadat het koude water haar weer enigszins bij haar positieven had gebracht, wankelde ze naar de tafel en sloeg haar handen voor haar gezicht. Jason had tegen haar gelogen. Dat viel nu niet meer te ontkennen. Jason was dood. Ook dat was onweerlegbaar. En zo te zien, zou ze nooit de waarheid leren kennen. Bij die laatste gedachte stopte ze met huilen en keek door het raam naar de achtertuin. De afgelopen twee jaar hadden Jason en zij daar bloemen, struiken en bomen geplant. Samenwerken om een gemeenschappelijk doel te verwezenlijken: zo hadden ze een groot deel van hun huwelijksleven doorgebracht, en ondanks alle twijfel en onzekerheid die ze nu voelde, van één ding was en bleef ze volkomen overtuigd: Jason hield van haar en van Amy. Wat hem er ook toe had gebracht om haar voor te liegen en daarna aan boord van een onheilsvliegtuig te gaan, ze zou het te weten komen! Ze wist dat Jason daar alleen maar goedaardige redenen voor gehad kon hebben. Tot iets anders zou de man die ze zo intiem had gekend en die ze met hart en ziel had liefgehad, niet in staat zijn geweest. Omdat hij zo zonder enige zin of reden uit hun gezin was weggerukt, was erachter komen waarom hij aan boord van dat vliegtuig was gegaan wel het minste wat ze hem verschuldigd was. Zodra ze er mentaal toe in staat was, zou ze de achtervolging inzetten, met alle energie die ze maar kon opbrengen.

Op eigen gezag
titlepage.xhtml
Op_eigen_gezag_split_0.xhtml
Op_eigen_gezag_split_1.xhtml
Op_eigen_gezag_split_2.xhtml
Op_eigen_gezag_split_3.xhtml
Op_eigen_gezag_split_4.xhtml
Op_eigen_gezag_split_5.xhtml
Op_eigen_gezag_split_6.xhtml
Op_eigen_gezag_split_7.xhtml
Op_eigen_gezag_split_8.xhtml
Op_eigen_gezag_split_9.xhtml
Op_eigen_gezag_split_10.xhtml
Op_eigen_gezag_split_11.xhtml
Op_eigen_gezag_split_12.xhtml
Op_eigen_gezag_split_13.xhtml
Op_eigen_gezag_split_14.xhtml
Op_eigen_gezag_split_15.xhtml
Op_eigen_gezag_split_16.xhtml
Op_eigen_gezag_split_17.xhtml
Op_eigen_gezag_split_18.xhtml
Op_eigen_gezag_split_19.xhtml
Op_eigen_gezag_split_20.xhtml
Op_eigen_gezag_split_21.xhtml
Op_eigen_gezag_split_22.xhtml
Op_eigen_gezag_split_23.xhtml
Op_eigen_gezag_split_24.xhtml
Op_eigen_gezag_split_25.xhtml
Op_eigen_gezag_split_26.xhtml
Op_eigen_gezag_split_27.xhtml
Op_eigen_gezag_split_28.xhtml
Op_eigen_gezag_split_29.xhtml
Op_eigen_gezag_split_30.xhtml
Op_eigen_gezag_split_31.xhtml
Op_eigen_gezag_split_32.xhtml
Op_eigen_gezag_split_33.xhtml
Op_eigen_gezag_split_34.xhtml
Op_eigen_gezag_split_35.xhtml
Op_eigen_gezag_split_36.xhtml
Op_eigen_gezag_split_37.xhtml
Op_eigen_gezag_split_38.xhtml
Op_eigen_gezag_split_39.xhtml
Op_eigen_gezag_split_40.xhtml
Op_eigen_gezag_split_41.xhtml
Op_eigen_gezag_split_42.xhtml
Op_eigen_gezag_split_43.xhtml
Op_eigen_gezag_split_44.xhtml
Op_eigen_gezag_split_45.xhtml
Op_eigen_gezag_split_46.xhtml
Op_eigen_gezag_split_47.xhtml
Op_eigen_gezag_split_48.xhtml
Op_eigen_gezag_split_49.xhtml
Op_eigen_gezag_split_50.xhtml
Op_eigen_gezag_split_51.xhtml
Op_eigen_gezag_split_52.xhtml
Op_eigen_gezag_split_53.xhtml
Op_eigen_gezag_split_54.xhtml
Op_eigen_gezag_split_55.xhtml
Op_eigen_gezag_split_56.xhtml
Op_eigen_gezag_split_57.xhtml
Op_eigen_gezag_split_58.xhtml
Op_eigen_gezag_split_59.xhtml
Op_eigen_gezag_split_60.xhtml
Op_eigen_gezag_split_61.xhtml
Op_eigen_gezag_split_62.xhtml