40

Maar twee dagen later bevond hij zich aan boord van de Good Shepherd, op weg naar huis. Hij snapte nog altijd niet helemaal hoe hij zichzelf had weten over te halen. Na het gesprek met Rhona Laing was hij uitgeput teruggekeerd naar zijn huis bij de haven. Hij had het gevoel dat hij de horrordagen op het eiland nogmaals doormaakte; opnieuw voelde hij de claustrofobie, en de stress uitte zich via hoofdpijn, zo hevig dat hij nauwelijks nog iets kon zien.

Zijn vader had hem begroet met de inmiddels vertrouwde neut. Ze gunden zichzelf allebei een bodempje whisky. ‘Je moeder heeft gebeld.’

‘Oké.’ Mary belde elke avond. Deze keer belde ze wat vroeger dan gebruikelijk, maar dat leek verder onbelangrijk.

‘Ze wil dat we naar huis komen.’

Die opmerking behoefde eveneens nauwelijks toelichting. Mary had haar mannen graag in de buurt; ze vond dat ze niet in staat waren goed voor zichzelf te zorgen.

‘Ga gerust, als je dat wilt,’ had Perez geantwoord. Maar ineens voelde hij de paniek opkomen. Als hij alleen zou worden gelaten, zou hij afglijden naar een depressie waar hij nooit meer uit zou komen. Maar deed dat er uiteindelijk toe? dacht hij. Zijn vader kon niet eeuwig bij hem blijven. De bemanning van de Shepherd kon niet zonder hun kapitein en hoewel het momenteel geen drukke tijd was op de hoeve, was er altijd voldoende werk.

‘Jij komt mee,’ zei James. ‘Al is het maar een dag. We zullen ervoor zorgen dat je woensdag terugvliegt. Een nachtje. Dat hou je toch wel vol?’

Perez vond uiteindelijk de puf niet om hem tegen te spreken. Zijn vader reed in Perez’ auto naar Grutness. Ze moesten langs Fran’s huis in Ravenswick, ze konden het vanaf de oever zien liggen. Duncan Hunters terreinwagen was weg. Perez hoopte dat Cassie op school zou zitten, dicht bij het strand, en dat ze het op een of andere manier volhield, met behulp van haar vriendinnetjes en leerkrachten.

‘Daar woonde Fran,’ zei Perez. ‘Dat kleine huis. Die oude kapel.’

‘Wil je even stoppen?’

‘Nee!’ Hij dacht dat Fran’s ouders weleens binnen zouden kunnen zijn. Hij kon het goed met ze vinden. Ze waren aardig, intelligent. Maar hij had geen idee wat hij tegen hen zou moeten zeggen. Ze hadden een voicemailbericht ingesproken waarin ze hem verzochten terug te bellen, maar hij had nog niets van zich laten horen. Dat ze hem publiekelijk verantwoordelijk hielden voor de dood van hun dochter, of, gevoed door hun ruimhartige opvattingen, hem tegemoet traden met begrip en sympathie… Hij wist niet wat hij erger zou vinden.

De Shepherd lag al aan de kade toen ze aankwamen. De bemanning laadde postzakken in vanaf de bestelbus, en dozen groenten voor de winkel. Toen ze Perez zagen, hielden ze op met werken en omhelsden hem een voor een. Woorden waren niet nodig. Het was koud die middag, met een zwakke noordenwind, maar warm genoeg voor hem om de hele overtocht buiten aan dek te blijven. James nam zijn plaats in achter het stuurwiel en Perez, turend over het water, zag met een licht gevoel van angst Fair Isle groter worden.

Bij de noordhaven wachtte Mary hen op in de auto. Maurice en Ben waren er om de spullen bestemd voor het centrum uit te laden; Ben was teruggevlogen naar het eiland, direct nadat de politie van Lerwick klaar was met hem. Hij en Maurice waren de enig overgebleven bewoners van de vuurtoren en tot aan de lente zouden er geen gasten meer komen. De mannen hadden de vrouw gedeeld die hun beider levens had bepaald; het leek erop dat ze nu een manier hadden gevonden om gezamenlijk door te gaan. Perez vond dat hij bij Maurice naar Poppy moest informeren. Had ze haar schoolleven weer opgepakt? Wat was er geworden van haar ongepaste relatie? Maar hij was niet dermate in het meisje geïnteresseerd dat hij het kon opbrengen om de vraag te stellen. Tegenwoordig kon het hem niet schelen dat mensen hem onbeleefd vonden.

Mary had thee gezet. Ze zag eruit alsof ze dagen in de keuken had gestaan en al zijn lievelingsgerechten had klaargemaakt. Ieder nam zijn vaste plaats aan tafel in en ze bleven even zitten, uitkijkend over de zuidhaven. Perez voelde dat zijn moeder op het punt stond iets te gaan zeggen. Hij dacht: Alsjeblieft, geen toespraak over Fran. Geen smeekbede aan mijn adres om thuis te komen. Als dat gebeurde zou hij weg moeten lopen, anders ging hij dingen zeggen waar hij later spijt van zou krijgen. De stilte was ongemakkelijk, totdat James naar zijn vrouw knikte, ten teken dat zij verder kon gaan. Hier was iets gaande wat zijn ouders hadden voorgekookt.

‘Ik wil je dit laten zien.’ Mary legde een groot schetsboek voor zijn neus. Het was van Fran geweest. Ze had er voortdurend in getekend, in de tijd dat ze op het eiland waren. Aantekeningen, krabbels, ideeën voor schilderijen. Inclusief het schilderij van Sheep Rock dat ze voor zijn ouders had willen maken.

Perez was opgelucht. Ze hadden het boek gevonden en bedacht dat hij het ter herinnering zou willen bewaren. Waren daarna bezorgd geweest dat het hem wellicht van streek zou maken. Geen probleem, niets wat hij niet aankon. Overal in zijn huis had hij schetsen van haar gevonden. In haar huis in Ravenswick zou nog veel meer liggen. Misschien zou hij eens alles bij elkaar zoeken en tentoonstellen in de galerie in het Herring House in Biddista.

‘Eerst wilde ik het weggooien,’ zei Mary, ‘maar James zei dat ik dat niet moest doen. Hij zei dat we die beslissing aan jou moesten overlaten.’ Hij sloeg het schetsboek open en bladerde wat voordat hij het weer op tafel teruglegde.

Hij vond een pagina met daarop woorden in grote, dikke letters, onmiskenbaar Fran’s handschrift. Geschreven in houtskool. Ze had in de keuken in Ravenswick vaak briefjes voor hem achtergelaten met daarop precies hetzelfde handschrift. Breng Cassie naar Duncan. De wijn staat in de koelkast. Wil je een begin maken met het avondeten? Een moment kon hij zich er niet toe zetten de boodschap te lezen. Het bracht haar weer zo dicht bij hem, waardoor hij zich weer ten volle bewust werd van zijn verlies. En toen hij de woorden las kon hij haar stem horen in zijn hoofd. Grappend en serieus tegelijk:

 

Voor wie dit leest. In het geval van mijn onverwachte overlijden, in dat kleine pokkenvliegtuigje, bijvoorbeeld, of als de boot omslaat, vertrouw ik de zorg voor mijn dochter Cassandra toe aan James Alexander (Jimmy) Perez. Hij beschouwt haar als zijn eigen kind en ik ken niemand die beter voor haar zal zorgen.

 

Daaronder volgde de handtekening die alle Schotse kunstkenners en galeriehouders zouden herkennen.

Dat was alles. Drie zinnen. Perez kon de meeuwen buiten horen schreeuwen. Hij zei niets. Had Fran geweten dat hij Cassie af en toe beschouwde als vervanging voor zijn eigen ongeboren kind? Ze hadden het er nooit over gehad. Te gevoelig, dacht hij. Te onzining.

‘Naar mijn mening is het te veel gevraagd,’ zei Mary scherp. ‘Om de voogdij van andermans kind over te nemen. Bovendien zou Hunter hier nooit mee akkoord gaan. Je kunt dit maar het beste verscheuren. Wie zal erachter komen?’

Even kwam Perez in de verleiding. Dit was het laatste wat hij wilde, maar niet omdat hij niet om Cassie gaf. Hij hield meer dan ooit van haar; zij was alles wat er voor hem nog restte van Fran. Maar de enige manier waarop hij het allesverstikkende schuldgevoel de baas kon, was zelf sterven. Niet meer voelen. Niet meer denken. Je kon geen kind opvoeden als je gevoelsleven niet meer bestond.

‘Ik,’ zei hij. En hij dacht dat Hunter er wél mee zou instemmen. Hij was een pragmatisch man, niet bepaald sentimenteel. Hij hield van Cassie, maar hij had geen zin om haar kleding te wassen of haar snotneus af te vegen als ze verkouden was. En het had nog een ander voordeel. Het alternatief zou zijn dat Fran’s ouders Cassie mee zouden nemen naar het zuiden, waar Hunter ook op tegen was. Het zou allemaal gedoe worden, en Perez zou weer zo’n beetje dagelijks met Hunter te maken krijgen, maar ze zouden het wel redden. Hij pakte het document uit de handen van zijn moeder. ‘Dat is wel het minste wat ik voor Fran kan doen, denk je ook niet?’

Het was alsof hij in de rechtszaal werd vrijgesproken van levenslang. Hij voelde de opluchting, maar ook de pijn die hoort bij het leven in de echte wereld. Voor hem geen vlucht in drank of werk. Niks geen houthakken of schapen hoeden. Hij zou zijn baan aanhouden om Cassie te kunnen onderhouden. Hij zou zich echter niet meer laten meeslepen door zijn werk. Geen empathie meer. De speurder Jimmy Perez kwam weer langzaam tot leven, als een hardere, minder vergevingsgezinde man.

 

Opnieuw hebben velen een bijdrage geleverd aan de totstandkoming van dit boek, en mij behoed voor chaos en gekte. Jean Rogers en Roger Cornwell doen veel meer dan alleen het beheren van mijn website. Julie Crisp en Helen Guthrie van Pan Macmillan en Sara Menguc en haar collega-agenten zijn inmiddels familieleden geworden. Helen Pepper heeft me geadviseerd over de lastigste plaats delict die ik haar tot op heden heb voorgeschoteld. Mijn bezoeken aan Shetland en Shetland Arts waren als altijd nuttig, en ik kon daarbij rekenen op de gebruikelijke efficiëntie en humor. Ingrid Eunson heeft het manuscript gelezen, maar mocht er in de beschrijvingen van de geografie en gebruiken van Fair Isle een fout zijn geslopen dan is dat mijn schuld, niet de hare. Hoewel het onderzoekscentrum in de noordelijke vuurtoren fictief is, wil ik Hollie en Deryk van de vogelwacht op Fair Isle bedanken voor hun hulp en gastvrijheid. Ik kijk ernaar uit om het nieuwe onderkomen te bezoeken! Tim heeft me de tijd en ruimte gegeven om dit boek te schrijven en heeft me bijgestaan met zijn kennis over vogelen. Tot slot een welgemeend dankjewel aan de trotse zusterorde van voormalige vogelwachtkoks.

 

Blauw Licht
titlepage.xhtml
blauw_licht-ebook_split_000.xhtml
blauw_licht-ebook_split_001.xhtml
blauw_licht-ebook_split_002.xhtml
blauw_licht-ebook_split_003.xhtml
blauw_licht-ebook_split_004.xhtml
blauw_licht-ebook_split_005.xhtml
blauw_licht-ebook_split_006.xhtml
blauw_licht-ebook_split_007.xhtml
blauw_licht-ebook_split_008.xhtml
blauw_licht-ebook_split_009.xhtml
blauw_licht-ebook_split_010.xhtml
blauw_licht-ebook_split_011.xhtml
blauw_licht-ebook_split_012.xhtml
blauw_licht-ebook_split_013.xhtml
blauw_licht-ebook_split_014.xhtml
blauw_licht-ebook_split_015.xhtml
blauw_licht-ebook_split_016.xhtml
blauw_licht-ebook_split_017.xhtml
blauw_licht-ebook_split_018.xhtml
blauw_licht-ebook_split_019.xhtml
blauw_licht-ebook_split_020.xhtml
blauw_licht-ebook_split_021.xhtml
blauw_licht-ebook_split_022.xhtml
blauw_licht-ebook_split_023.xhtml
blauw_licht-ebook_split_024.xhtml
blauw_licht-ebook_split_025.xhtml
blauw_licht-ebook_split_026.xhtml
blauw_licht-ebook_split_027.xhtml
blauw_licht-ebook_split_028.xhtml
blauw_licht-ebook_split_029.xhtml
blauw_licht-ebook_split_030.xhtml
blauw_licht-ebook_split_031.xhtml
blauw_licht-ebook_split_032.xhtml
blauw_licht-ebook_split_033.xhtml
blauw_licht-ebook_split_034.xhtml
blauw_licht-ebook_split_035.xhtml
blauw_licht-ebook_split_036.xhtml
blauw_licht-ebook_split_037.xhtml
blauw_licht-ebook_split_038.xhtml
blauw_licht-ebook_split_039.xhtml
blauw_licht-ebook_split_040.xhtml
blauw_licht-ebook_split_041.xhtml
blauw_licht-ebook_split_042.xhtml
blauw_licht-ebook_split_043.xhtml