De persconferentie werd druk bezocht. Het geroezemoes in de zaal verstomde toen Karin, Kihlgård en districtschef Malin Lundblad op het podium plaatsnamen. De spanning die in de lucht hing was duidelijk voelbaar. Alle landelijke media waren aanwezig: radio, tv en de schrijvende pers. Microfoons werden getest, camera’s werden ingesteld en de verslaggevers zaten met pen en notitieblok in de aanslag.
Karin opende een flesje Ramlösa-mineraalwater dat voor haar stond en schonk zich een glas in. Ze nam een paar flinke slokken. Ondanks de hoeveelheid mensen kon je een speld horen vallen toen ze ten slotte het woord nam.
‘Gistermiddag om 16.15 uur is het lichaam van de sinds 28 juni vermiste Stina Ek gevonden. Er bestaat geen enkele twijfel over dat er sprake is van een misdrijf. Het lichaam is gevonden in Hammars op Fårö. De vindplaats ligt op een privéterrein naast dat van Ingmar Bergman. Aangezien het gerucht ging dat het lichaam was gevonden op het erf van Bergman, wil ik nu meteen heel duidelijk stellen dat dat pertinent niet het geval is. De doodsoorzaak hebben we nog niet kunnen vaststellen, maar de verwondingen wijzen erop dat ze herhaaldelijk met een stomp voorwerp is geslagen. Het lichaam is voor onderzoek overgebracht naar de forensische afdeling in Solna. Een groot gebied rondom de plaats is afgezet en momenteel is de technische recherche druk bezig om sporen veilig te stellen. De vrouw die we hebben gevonden is dus Stina Ek, zevenendertig jaar oud en moeder van twee kinderen. Ze was getrouwd en woonde met haar gezin in een vrijstaand huis in de wijk Terra Nova in Visby. Stina Ek werkte als stewardess bij de sas. Ze is niet eerder met de politie in aanraking geweest, en voor zover we weten is er geen link met de plek waar ze is gevonden. Ze werd voor het laatst gezien op de dag van haar verdwijning: dus op zaterdag 28 juni rond vier uur ’s middags. Toen fietste ze langs een boerderij in de buurt. De politie is op dit moment bezig met een buurtonderzoek in het gebied en zoals ik al heb gezegd zijn onze technici op de vindplaats aan het werk.’
Karin zweeg even en liet haar blik over de menigte verslaggevers gaan. Iedereen keek gespannen naar haar en heel even verloor ze haar concentratie. Ze vermande zich en ging verder: ‘De politie heeft op dit moment geen verdachte en we zijn een grootschalig onderzoek gestart. Dan hebt u nu de gelegenheid om vragen te stellen. Ik zou u echter willen verzoeken een hand op te steken als u een vraag hebt, anders wordt dit lastig.’
Er werd druk met handen gezwaaid. Karin probeerde de vragen zo goed mogelijk te verdelen. Ze had hulp van twee agenten, die de verslaggevers achter in de zaal een microfoon voorhielden als ze een vraag wilden stellen.
‘Waar is ze precies gevonden?’
‘Daar kan ik niet verder op ingaan.’
‘Hoe hebben jullie haar lichaam gevonden?’
‘Lijkhonden van de politie hebben haar gevonden.’
‘Waarom zochten jullie daar?’
‘Om onderzoekstechnische redenen kan ik hier helaas geen uitspraak over doen.’
‘Ze is precies naast het perceel van Ingmar Bergman gevonden. Is dat een reden om te denken dat iemand uit de familie van Bergman erbij betrokken zou kunnen zijn?’
‘Niets wijst erop dat iemand uit de familie of uit de kennissenkring van Bergman iets met de moord te maken heeft.’
‘Is er een verband tussen Stina Ek en degene op wiens grond ze is gevonden? Of tussen haar en Ingmar Bergman?’
‘Voor zover we weten niet.’
‘En als je verder teruggaat in de tijd? Kan ze bijvoorbeeld een onbekende dochter zijn?’
‘Die mogelijkheid beschouw ik als uitgesloten. Stina Ek was geadopteerd uit Vietnam.’
‘Waarom denken jullie dat ze juist daar is vermoord?’
‘Als we dat wisten, zouden we een heel stuk verder zijn.’
‘Had de vermoorde vrouw een bijzondere interesse voor Bergman?’
‘Niet dat we weten.’
‘Stina Ek was blijkbaar lid van een club op internet die zich Vrienden van Bergman noemt – is dat bij jullie bekend?’
Karins blik bleef op Johan Berg van Regionalnytt rusten. Was hij nu alweer terug? Typisch iets voor hem om met zoiets te komen. Ze was totaal niet voorbereid op de vraag. Hier had ze niemand iets over horen zeggen. Heel even had ze geen idee wat ze moest antwoorden. Toen herpakte ze zich.
‘In het begin van een onderzoek gaat het erom dat er zo veel mogelijk feiten worden verzameld. Alle informatie wordt bekeken, en we maken afwegingen met betrekking tot het belang van die verschillende informatie. Op dit moment zitten we in die fase. Stina Ek is gistermiddag gevonden, minder dan een etmaal geleden. We zullen alle sporen natrekken.’
‘Dat was geen antwoord op mijn vraag,’ reageerde Johan Berg koppig.
‘Nee, dat klopt.’ Karin kapte hem af en wendde zich snel tot een andere verslaggever.
‘Kunnen jullie iets zeggen over de manier waarop de moord is gepleegd?’
‘Niet meer dan dat de dader het slachtoffer met een stomp voorwerp op het hoofd heeft geslagen.’
‘Vertoont het lichaam nog andere verwondingen?’
‘Dat weten we op dit moment nog niet. Het forensisch-geneeskundig onderzoek moet daar meer duidelijkheid over geven.’
‘Staat het al vast dat ze is vermoord op de plek waar het lichaam is gevonden, dus dat het lichaam niet is verplaatst?’
‘Ja, dat kunnen we met zekerheid vaststellen. De moord is daar op dat erf gepleegd. We hebben bloedsporen en andere aanwijzingen gevonden die daarop duiden.’
‘Wat is de reactie van de eigenaar van het erf?’
Karin verschoot van kleur. Ze had deze vraag verwacht, maar het rechercheteam had besloten om voorlopig niets te zeggen over de vondst van de vermoorde Valter Olsson in Letland. Ze moesten stap voor stap te werk gaan.
‘Daar wil ik om onderzoekstechnische redenen niet op ingaan.’
Onmiddellijk was voelbaar hoe de spanning toenam. De verslaggevers interpreteerden Karins reactie zodanig dat Valter Olsson een verdachte zou kunnen zijn.
‘Op wiens erf is het slachtoffer gevonden?’
‘Het is van een wat oudere man van vijfenzeventig jaar die alleen woont en zich voornamelijk bezighoudt met vissen. Meer valt er niet over te zeggen.’
‘Waren Bergman en hij goede vrienden?’
‘Op hun relatie wil ik niet ingaan.’
‘Geldt de eigenaar van het perceel als verdachte?’
‘Daar kan ik geen commentaar op geven. Verder nog vragen?’
‘Zijn er getuigen?’
‘We zijn bezig getuigenverklaringen op te nemen. Maar daar zijn we pas mee begonnen.’
‘Wat doet de politie nu?’
‘Op dit moment het gebruikelijke recherchewerk – dat wil zeggen, de technische recherche onderzoekt de plaats delict, eventuele getuigen worden gehoord, we zijn bezig met een buurtonderzoek en brengen het leven en de laatste dagen van Stina Ek voor haar verdwijning in kaart. Bovendien kijken we natuurlijk naar de plaats zelf: waarom is ze juist daar begraven?’
‘Hoe hangt dit samen met de moord op Sam Dahlberg?’
‘Het mag duidelijk zijn dat we uiteraard kijken naar een mogelijk verband tussen die twee moorden. Beide slachtoffers behoren per slot van rekening tot dezelfde vriendengroep.’
‘Denken jullie dat de moorden door dezelfde dader zijn gepleegd?’
‘Dat sluiten we niet uit, maar het is niet ons uitgangspunt. Zoals ik al zei: het onderzoek is breed opgezet en we houden daarbij alle mogelijkheden open.’
Karin begon moe te worden van alle vragen. De politie had niet veel meer mee te delen. Ze keek vragend naar de districtschef, die de hint begreep. Bijna onmerkbaar knikte ze instemmend. Het was tijd om af te ronden.
‘Zo, meer kunnen we op dit moment niet zeggen. Afhankelijk van hoe de zaak zich gaat ontwikkelen, beleggen we morgen vanwege de grote publieke belangstelling weer een persconferentie. We zijn niet beschikbaar voor afzonderlijke interviews, want we moeten onze tijd nu besteden aan het onderzoek. Ik hoop dat u dat respecteert. Mocht u nog meer vragen hebben, dan verzoek ik u zich te wenden tot de politiewoordvoerder, Lars Norrby.’ Ze maakte een gebaar naar haar collega, die gedurende de hele persconferentie geen woord had gezegd.
Ze stond op en liep snel de zaal uit.
Op de gang versperden Johan Berg en Pia Lilja, die zoals gebruikelijk de filmcamera voor haar oog hield, haar de weg.
‘Zeg, Karin,’ zei hij ernstig. ‘Ik moet je nog iets vragen.’
Stom genoeg bleef ze staan.
Johan sprak in de microfoon.
‘Volgens mijn informatie is er een vermoorde Zweedse man in een roeiboot op de Letse kust aangespoeld. Het zou gaan om de buurman van Ingmar Bergman, Valter Olsson, die tevens het stuk grond bezit waarop Stina Ek is aangetroffen. Wat is daarop jullie reactie?’
Met een doordringende blik hield hij haar de microfoon voor.
Karin was sprakeloos.
Ze maakte een afwerend gebaar, dook onder de microfoon door en beende snel weg door de gang.