Hij had tussen de bomen gezeten en had haar nu al een aardige tijd op veilige afstand van het huis geobserveerd. Door de panoramaramen van de villa kon hij haar duidelijk zien. Hij had nooit begrepen waarom mensen kozen voor vensterglas tot aan de grond. Dat moesten wel exhibitionisten zijn. Mensen die een heimelijk verlangen koesteren om gadegeslagen, gezien te worden. Zelf had hij die behoefte nooit gehad. Hij vond het prettig om in een menigte op te gaan, om te vervagen en één te zijn met alle anderen. Mensen die hun kop boven het maaiveld uit wilden steken had hij nooit begrepen. Maar hij kon hen met een mengeling van angst en verrukking stiekem bewonderen. Zoals zij. Zij was er zo een. Ze hield ervan dat anderen naar haar keken, haar bewonderden. En dat deden ze. En hij ook. Hij sloot zich aan bij de schare bewonderaars. Ze leefde nog steeds in hem voort. Ook al hadden ze maar kort van elkaar kunnen genieten, nog steeds rook hij haar geur, weerklonk haar stem in zijn hoofd en voelde hij haar lippen branden op de zijne. De tijd had de herinneringen niet kunnen vervagen; ze zaten voor altijd in hem gegrift. Er bestond maar één iemand voor hem, en dat was zij. Natuurlijk had hij andere vrouwen ontmoet – oppervlakkige verbintenissen, alleen voor de seks. Hij vergeleek hen met haar. De lengte van hun haar, hun vingers, hun nagels, schouders en sleutelbeenderen. Niemand had zulke sleutelbeenderen als zij. Ze waren door God zelf geschapen. Hij herinnerde zich hoe hij altijd de lijn ervan met zijn vingertoppen volgde – licht, heel licht. Oneindig voorzichtig. Dat ze dan kippenvel kreeg. Hij werd misselijk bij de gedachte dat iemand anders haar aanraakte en was niet in staat om zijn gedachte af te maken.
Toen kwam de klap. Op een dag had ze gezegd dat hij geen contact meer met haar moest zoeken. IJskoud sneed ze de band tussen hen door. Bedrogen, dat werd hij. Bedrogen, en hij was niet van plan zich er nog langer bij neer te leggen. Hij had in eenzaamheid geleefd, had zijn verlangen begraven als een kloppend gezwel in zijn borst.
Maar toen had hij uiteindelijk een teken gekregen. En het werd almaar duidelijker. Binnenkort was het zijn beurt. Opnieuw.