.

De volgende ochtend voelde Cato Isaksen zich mogelijk nog slechter. Norma Winther was gisteren niet vergevensgezind geweest. Ze wees erop, terecht, dat hij geen huiszoekingsbevel had. Hij had zich gisteravond onprofessioneel gedragen. En nu voelde hij iets wat deed denken aan een kater. Hij verdween in zichzelf en het was alsof hij vervaagde. Ze zaten in de auto onderweg naar het Ullevål Ziekenhuis om met Ole Porat te praten. Hij reed. Langs de Toftes gate en verder over Ring 2. Cato Isaksen was stil.

‘Wat is er met jou aan de hand?’ Roger keek hem vragend aan.

‘Heeft Marian gisteren het wapen ingeleverd?’

‘Nee, want ze is vanochtend weer naar het schuiladres vertrokken. Hou hier nou over op, Roger. Ik ben moe, verdomme, nu moeten we ons concentreren op Porat.’

Dat Marian zou kunnen denken dat hij jaloers was, kon hij niet uitstaan.

De rit duurde nog geen tien minuten. Ole Porat was gebracht door de lokale politie van Valdres, maar voordat hij beschikbaar was voor de politie, moest hij een bijzonder belangrijke operatie uitvoeren. Het was een kwestie van leven of dood voor deze patiënt. Bij het rode ziekenhuis parkeerde Cato Isaksen de auto voor de hoofdingang en hij legde het politiebewijs achter de voorruit. Toen kwam er een sms binnen op de mobiel van Roger. Hij opende hem. ‘Ellen meldt dat er geen enkel spoor van wat dan ook gevonden is op de jassen, geneesmiddelen of laarzen van Jan Hagg die we bij de vrijmetselaarsloge vandaan hebben. Shit.’

Cato Isaksen haalde onverschillig zijn schouders op.

‘Porat is getrouwd en zijn kinderen zijn al tieners,’ vertelde Roger verder. ‘Zijn jachtvrienden geven hem een alibi voor 31 oktober. Maar ze liegen, want zijn mobiele telefoon is hier ergens geregistreerd door een gsm-mast op het betreffende tijdstip. Zijn vrouw geeft nu toe dat hij die middag laat thuiskwam en dat hij ’s avonds ging hardlopen. Hij bleef een tijdje weg, zegt ze. Ze zitten elkaar niet op de lip, zegt zijn vrouw.’

‘Wie zitten er tegenwoordig nog op elkaars lip, Roger?’

‘En hij rookt, Cato.’

‘Rookt? Een arts die rookt.’

Binnen bleven ze bij de receptie staan, waar hun werd uitgelegd hoe ze bij de afdeling Chirurgie A kwamen. Een man die de rechercheurs herkenden als een journalist van de krant VG kwam hun tegemoet lopen met een fotocamera om zijn nek.

‘We zijn op privéziekenbezoek,’ zei Cato Isaksen resoluut en hij wuifde hem weg.

De journalist gaf niet zomaar op.

‘Verdwijn alsjeblieft. Hierover schrijf je geen woord, anders zal ik ervoor zorgen dat je ontslagen wordt.’

Ze namen de lift naar de afdeling Chirurgie en liepen snel door de witte gang naar de operatiekamers. Een vrouw in een rolstoel reed langs hen heen.

Er was een groen zitje aan het eind van de gang geplaatst onder een van die spierwitte tl-buizen. Twee agenten uit Valdres zaten daar te wachten. Ze begroetten elkaar kort en kregen te horen dat Porat elk moment uit de operatiekamer kon komen. Enkele minuten later kwam de hersenchirurg door de stalen deuren naar buiten. Alleen zijn ogen waren zichtbaar boven het mondkapje. Cato Isaksen en Roger Høibakk stonden tegelijk op.

Ole Porat droeg een operatiemuts en een groen schort met druppels bloed erop. Hij had een gemiddelde lengte. Deze man was dus de boodschappenjongen van Hammer geweest en hersenspecialist geworden. Hij trok het mondkapje af. ‘Ja, ik weet dat ik verhoord zal worden. Morgen. Op het Hoofdbureau van Politie.’

‘U gaat nu met ons mee. U weet waar het om gaat,’ zei Cato Isaksen en hij stuurde de agenten uit Valdres naar huis. De afdeling Geweldsdelicten van het politiedistrict Oslo had de chirurg nu overgenomen.

Ole Porat nam zijn muts af, verfrommelde hem en stopte hem in zijn zak. Het halflange haar was nog steeds blond, afgezien van enkele grijze haren bij zijn slapen.

‘U moet ons uw mobiele telefoon geven,’ zei Cato Isaksen tegen hem.

‘Ik snap het. Aud Johnsen is vermoord.’ Porat stak zijn hand in de zak van het schort en pakte zijn telefoon eruit. ‘Ik ben natuurlijk niet van plan om te ontsnappen. Dit is geen misdaadfilm. Mijn patiënt is onder narcose,’ zei hij geïrriteerd en hij gaf de telefoon aan Cato. ‘Ik heb een vrouw en kinderen. Mijn jachtvrienden hebben me een alibi gegeven. Jullie hebben mijn kledingkast uitgeplozen en van alles meegenomen.’

‘Het alibi klopt niet. Emmy Hammer heeft u de avond dat Aud Johnsen werd vermoord opgebeld, maar u wilde niet met haar praten. We wachten,’ zei Cato Isaksen, maar hij veranderde van mening zodra Ole Porat was verdwenen. ‘Ik ga nu naar Hammer,’ zei hij afwezig tegen Roger. Hij moest daarna Bente bellen om haar uit te nodigen om te praten. Dit kon hij niet meer aan. De studio was verschrikkelijk. Die idiote Marian Dahle. ‘Jij wacht hier, Roger, en zorg ervoor dat er een auto komt die Porat en jou straks naar het politiebureau kan brengen. Dan zien we elkaar daar.’ Haastig controleerde hij de mobiel van Porat. ‘Ik zie hier dat Emmy Hammer op de avond van Halloween om 20.50 uur naar Porat heeft gebeld. En een paar dagen ervoor heeft hij, inderdaad, een gemiste oproep van Aud Johnsen.’

Doodsbruid
Cover.html
e4e.html
Section0001.html
Section0002.html
Section0003.html
Section0004.html
Section0005.html
Section0006.html
Section0007.html
Section0008.html
Section0009.html
Section0010.html
Section0011.html
Section0012.html
Section0013.html
Section0014.html
Section0015.html
Section0016.html
Section0017.html
Section0018.html
Section0019.html
Section0020.html
Section0021.html
Section0022.html
Section0023.html
Section0024.html
Section0025.html
Section0026.html
Section0027.html
Section0028.html
Section0029.html
Section0030.html
Section0031.html
Section0032.html
Section0033.html
Section0034.html
Section0035.html
Section0036.html
Section0037.html
Section0038.html
Section0039.html
Section0040.html
Section0041.html
Section0042.html
Section0043.html
Section0044.html
Section0045.html
Section0046.html
Section0047.html
Section0048.html
Section0049.html
Section0050.html
Section0051.html
Section0052.html
Section0053.html
Section0054.html
Section0055.html
Section0056.html
Section0057.html
Section0058.html
Section0059.html
Section0060.html
Section0061.html
Section0062.html
Section0063.html
Section0064.html
Section0065.html
Section0066.html
Section0067.html
Section0068.html
Section0069.html
Section0070.html
Section0071.html
Section0072.html
Section0073.html
Section0074.html
Section0075.html
Section0076.html
Section0077.html
Section0078.html
Section0079.html
Section0080.html
Section0081.html
Section0082.html
Section0083.html
Section0084.html
Section0085.html
Section0086.html
Section0087.html
Section0088.html
Section0089.html
Section0090.html
Section0091.html
Section0092.html
Section0093.html
Section0094.html
Section0095.html
Section0096.html
Section0097.html