.
De civiele politieauto reed door oranje de kruising over. Cato Isaksen voelde het bloed in zijn halsslagader kloppen. Norma Winther had verteld dat de psalm Niemand is zo veilig in gevaar was gezongen tijdens de begrafenis van Maike Hagg. En dat haar broertjes samen met hun vader op de voorste bank hadden gezeten. En nu kreeg hij de melodie niet meer uit zijn hoofd. Niemand is zo veilig in gevaar, als Gods kleine kinderschaar. Hij had nog een half uur voordat de persconferentie begon. De persvoorlichter was deze keer verantwoordelijk voor de media, maar hij moest zelf wel aanwezig zijn.
*
Marian haalde een document uit het dossier. De papieren gingen over de dood van Maike Hagg. Ze stak de gang over en legde alles op het bureau van Cato. Op hetzelfde moment kwam hij snel door de gang aangelopen. Ze liep hem tegemoet. ‘Ik heb informatie over de naam Maike gevonden, Cato. Het staat in de papieren op je bureau. Ze is maar twaalf jaar oud geworden,’ zei Marian.
Hij keek haar aan met een gejaagde blik in zijn ogen ‘Ben jij niet aan de Vøyensvingen? Maike Hagg was de dochter van een patiënt en stierf in 1988 in Gaustad. Haar vader was patiënt op dezelfde afdeling als John Johnsen. Hij had zijn vrouw vermoord met een bijl en daarna het huis in brand gestoken.’
Ze voelde een geïrriteerde rilling langs haar ruggengraat lopen. ‘Maar dat is geweldig dat je dat allemaal hebt ontdekt, Cato,’ zei ze glimlachend.
‘Norma Winther heeft het me verteld. De predikant. Zij en die Berit Adamsen werkten allebei in Gaustad. Waar is Roger?’
‘Hij haalt John Johnsen op.’
Cato Isaksen wurmde zich uit zijn jas. ‘We richten ons nu volledig op meer informatie over Hagg, en of er een link is naar John Johnsen. Nu eerst de persconferentie en daarna meteen naar Berit Adamsen.’ Hij wierp een snelle blik op het bovenste vel papier: Maike Haggs dood wordt niet als verdacht beschouwd. Er is niets te vinden wat duidt op seksueel misbruik. Het onderzoek is volgens de standaardprocedure uitgevoerd.
*
Norma Winther liep langs de camper aan de achterkant van de kerk. Ze wist dat Lilly Hausmann binnen zat en haar met haar blik volgde. Ze liep het natte, gele gras op, tussen de bloembedden door, waar in de winter geen bloemen meer stonden. Ze was ermee gestopt de dag met al te hoge verwachtingen te beginnen. Ze had zichzelf gedwongen een hoge mate van zelfbeheersing te ontwikkelen. Wanneer je persoonlijkheid is veranderd, dacht ze toen ze de deur naar de pastorie opende, zal niemand zich nog voor kunnen stellen wie je bent geweest. Lilly was begonnen als catecheet, en nu stond een politieman op de stoep. Ze liep de eerste de beste kamer binnen en plofte neer op de veel te grote, met gebloemd cretonne overtrokken bank. Hij paste niet bij de rest van de stijl in het deftige huis. Ze pakte een handjevol kandijsuiker uit het schaaltje op tafel. Luid krakend kauwde ze erop. Tijdens de dienst op Maikes begrafenis hadden ze allemaal in de kleine kapel gezeten. Carl Hammer en zijn vrouw Solveig met Emmy tussen zich in. Het perfecte kleine gezin. Voor Hammer was wat er gebeurd was verschrikkelijk. Ze had hem nooit eerder zien huilen. Werner Hagg zat op de voorste rij met aan weerszijden zijn twee zoons. Rechte rug, maar met een van pijn vertrokken gezicht. John Johnsen en Aud zaten achter hen. Aud keek de hele tijd naar beneden. Berit en een paar verplegers zaten op de achterste banken. Ze moesten op Hagg en Johnson letten, het waren tenslotte mannen in hechtenis. Het was absurd hoe zonnige dagen elkaar als witte schapen op een rij konden volgen en dan plotseling veranderden in roofdieren.
*
Nog voordat ze op het lichtknopje in de kelder van het woonblok aan de Vøyensvingen had gedrukt, voelde Marian hoe krap en klein het er was. Ellen Grue was bij haar. Ze zagen een lange rij kleine, overvolle, met gaas van elkaar gescheiden kelderboxen. John Johnsens buurman, Magnus Moholt, een dikke, bleke man van in de zeventig, had de deur opengemaakt en wees Marian en technisch rechercheur Ellen Grue de box van Johnsen. Daarna bleef hij staan wachten, dus Marian moest hem vriendelijk verzoeken om te vertrekken. Toen hij weg was, opende ze de zware stalen deur van een schuilkelder. Het was een vieze, stoffige, lege ruimte, afgezien van een paar fietsen die tegen de muren stonden.
Na een kwartier was Marian erin geslaagd het slot van Johnsens kelderbox open te breken. Er stonden kratten met oude kleren en gereedschappen, een oude stepslee en op een paar planken wat lege jampotten. Een blikken trommel met rozenmotief stond naast een oude lamp. Ellen Grue trok handschoenen aan en tilde de kratten met gereedschap naar buiten. Toen opende ze de blikken trommel. Hij was leeg.