Nawoord

Het begon in 2010 met een berichtje op Hyves. Marelle Boersma schreef dat ze bezig was met de afronding van haar thriller De Babymakelaar. In die periode was ik als Tweede Kamerlid betrokken bij de wetswijziging Kinderbeschermingsmaatregelen. Ik reageerde op haar Hyves-bericht met ‘als je dit boek hebt afgerond weet ik nog wel een onderwerp’. Dit leidde al snel tot een telefonisch contact en daarna maakten we een afspraak in de stationsrestauratie van Utrecht Centraal. In dit gesprek heb ik mijn zorgen geuit over de genoemde wetswijziging. De wetgever beoogde hiermee onder andere dat er bij een uithuisplaatsing in een eerder stadium duidelijkheid moet komen voor het kind, de ouder(s) en de eventuele pleegouders. Een doelstelling die ik van harte onderschreef, maar ik maakte me grote zorgen over het ontbreken van waarheidsvinding in trajecten die uiteindelijk leiden tot uithuisplaatsing van kinderen. Veel persoonlijke verhalen die ik hoorde riepen bij mij de reactie op van ‘dit kan toch niet waar zijn’. Vaak werden die verhalen door ouders ondersteund met aantoonbare feitelijke onjuistheden in rapportages. En steeds weer was het ontbreken van waarheidsvinding de bottleneck.

Veel kamervragen en televisie-uitzendingen over dit onderwerp later, en na de oproep van de Nationale Ombudsman1 om te komen tot waarheidsvinding, is de wet aangenomen door beide Kamers. Helaas is de eis om aangeleverde informatie te verifiëren er niet in opgenomen.

Vals Alarm is een boek geworden waarin het gevecht van een moeder om de waarheid boven tafel te krijgen op een heel realistische manier is beschreven. In de wetenschap dat het een fictief verhaal is en alle punten van herkenning op toeval berusten, roept het toch een gevoel op van ‘het zou zomaar zo kunnen gebeuren’. En dat is voor mij typisch iets wat bij de stijl van Marelle Boersma past. In juni 2011 kreeg ik een flashback naar De Babymakelaar bij het nieuwsbericht ‘Babyfabriek opgerold in Nigeria’. En ook de situaties die in Vals Alarm naar voren komen zijn voor mij, na het voeren van veel gesprekken met ouders, op veel punten heel herkenbaar.

Ik hoop dat door dit boek de discussie over waarheidsvinding opnieuw gevoerd gaat worden, met name in de politiek, en dat dit uiteindelijk gaat leiden tot een wettelijke verankering hiervan.

Ine Aasted-Madsen – van Stiphout