Er was eens een man die iedere dag door een smalle verticale spleet keek, waar een enkele plank uit een hoge, houten schutting was verwijderd. En elke dag kwam er een wilde woestijnezel langs die schutting en langs die smalle spleet -eerst de neus, dan de kop, de voorpoten, de lange bruine rug, de achterpoten en tenslotte de staart. Op zekere dag sprong de man overeind met het licht van een grote ontdekking in zijn ogen en hij schreeuwde tegen ieder die hem kon horen: 'Het is duidelijk! De neus veroorzaakt de staart!'
Verhalen vol Verborgen Wijsheid, uit de Mondelinge Overlevering van Rakis
Al een paar maal sinds ze op Rakis was had Odrade aan dat oude schilderij moeten denken, dat zo'n vooraanstaande plaats innam aan de wand van Taraza's woonvertrekken in het Kapittel. Als haar dat overkwam voelde ze haar handen tintelen bij de aanraking van het penseel. Haar neusvleugels sperden zich open voor de opgeroepen geuren van olie en pigmenten. Haar emoties bestormden het linnen. En elke keer dat ze uit die gedachten ontwaakte, twijfelde ze er opnieuw aan dat Sheeana haar schilderslinnen was.
Wie van ons tweeen schildert de ander?
Vanochtend was het weer gebeurd. Het was nog donker buiten de dakflat van de Rakische Burcht waar zij met Sheeana woonde: een leerling kwam zachtjes binnen om Odrade wakker te maken en haar te vertellen dat Taraza weldra zou arriveren. Odrade keek omhoog naar het zacht belichte gezicht van de donkerharige leerling en onmiddellijk flitsten haar gedachten naar dat herinnerde schilderij.
Wie van ons tweeen schept nu eigenlijk de ander?
'Laat Sheeana nog maar even slapen,' zei Odrade voor ze de leerling liet gaan.
'Ontbijt u voor de Moeder Superior aankomt?' vroeg de leerling.
'We wachten wel tot Taraza ook wil eten.'
Odrade stond op, maakte vlug haar toilet en trok haar beste zwarte mantel aan. Toen slenterde ze naar het raam aan de oostkant van de gemeenschappelijke zitkamer van de dakflat en tuurde in de richting van de ruimtehaven. Vele bewegende lichtjes gaven de stoffige hemel daar een lichtende gloed. Ze schakelde alle gloeibollen van de kamer in om het uitzicht wat te verzachten. De bollen werden in het dikke gewapende plaz van de ramen weerspiegeld als kleine gouden zonnen. In het stoffige oppervlak zag ze ook vaag de spiegeling van haar eigen gezicht, waarop de vermoeidheid duidelijk te lezen viel.
Ik wist dat ze zou komen, dacht Odrade.
En terwijl ze dat dacht verscheen de Rakische zon boven de door stof vervaagde horizon, als een oranje kinderbal die ineens omhoog werd gestoken. Onmiddellijk voelde ze de hitte met een sprong oplopen, zoals zo vele waarnemers over Rakis hadden gemeld. Odrade draaide het uitzicht haar rug toe en zag de gangdeur opengaan.
Taraza stapte binnen met ruisende rokken. Een hand sloot de deur achter haar zodat ze met zijn tweeen in het vertrek waren. Met haar zwarte kap op haar hoofd en haar gezicht in de schaduw van de rand, beende de Moeder Superior op Odrade af. Geen erg geruststellende aanblik.
Taraza herkende Odrades onrust en ze maakte er dankbaar gebruik van. 'Nu Dar, dan staan we uiteindelijk toch als vreemden tegenover elkaar.'
Het effect van Taraza's woorden verbaasde Odrade eigenlijk een beetje. Ze vatte ze terecht op als een dreigende opmerking, maar haar angst stroomde uit haar weg alsof ze water uit een kruik goot. Voor het eerst in haar leven herkende Odrade het precieze moment waarop ze een scheidslijn overstak. Dit was een lijn waarvan volgens haar maar weinig Zusters het bestaan vermoedden. Zodra ze over die lijn heen was besefte ze dat ze altijd al had geweten dat die bestond: een plaats waar ze zich vrijelijk in de lege ruimte kon laten drijven. Ze was niet langer kwetsbaar. Ze kon gedood worden, maar niet verslagen.
'We zijn dus geen Dar en Tar meer,' zei Odrade.
Taraza hoorde de heldere, ongeremde klank van Odrades stem en legde die uit als een teken van zelfvertrouwen. 'Misschien zijn we wel nooit Dar en Tar geweest,' zei ze, met een ijskoude stem. 'Ik zie dat je denkt dat je heel slim geweest bent.'
De strijd is aangebonden, dacht Odrade. Maar ik bevind me niet in haar aanvalslijn.
Odrade zei: 'De alternatieven voor een verbond met de Tleilaxu waren onaanvaardbaar. Vooral toen ik inzag wat jij werkelijk voor ons wilde bereiken.'
Taraza was ineens doodop. Het was een lange tocht geweest ondanks de ruimte verslindende sprongen van haar non-schip. Het lijf merkte altijd of het uit zijn vertrouwde ritme was gestoten. Ze koos een zachte divan om op te gaan zitten en slaakte een zucht van verlichting.
Odrade herkende de vermoeidheid van de Moeder Superior en leefde onmiddellijk met haar mee. Plotseling waren ze twee Eerwaarde Moeders met eenzelfde probleem.
Kennelijk voelde Taraza dat. Ze klopte naast zich op het kussen en wachtte tot Odrade zat.
'We moeten de Zusterorde in stand houden,' zei Taraza. 'Dat is het enige dat van belang is.'
'Uiteraard.'
Taraza liet haar blik onderzoekend over Odrades vertrouwde gezicht glijden. Ja, Odrade is ook vermoeid. 'Jij bent hierbij geweest en je hebt de mensen en de problemen van nabij meegemaakt,' zei Taraza. 'Ik wil... nee, Dar, ik heb je mening nodig.'
'De Tleilaxu wekken de schijn volledig mee te werken,' zei Odrade, 'maar daar zit huichelarij bij. Ik ben mezelf een aantal heel verontrustende dingen gaan afvragen.'
'Zoals?'
'Stel dat de axolotl-tanks nu eens geen... tanks zijn?' 'Hoe bedoel je?'
'Waff vertoont een soort gedrag dat je wel ziet als een gezin een misvormd kind of een krankzinnige oom probeert te verdoezelen. Ik zweer je dat hij vreselijk in verlegenheid raakt zodra ik over de tanks begin.'
'Maar wat zouden ze in hemelsnaam dan kunnen...' 'Vervangende moeders.'
'Maar dan zouden ze...' Taraza zweeg, geschokt door de mogelijkheden die deze vraag opwierp.
'Wie heeft er ooit een Tleilaxu vrouw gezien?' vroeg Odrade.
Taraza had onmiddellijk allerlei tegenwerpingen bij de hand. 'Maar het handhaven van een nauwkeurig chemisch evenwicht, de noodzaak om de variabelen beperkt te houden...' Ze gooide haar kap af en schudde haar haar naar voren. 'Je hebt gelijk: we moeten alles onderzoeken. Maar dit... dit is monsterlijk.'
'Hij vertelt nog steeds niet de volle waarheid over onze ghola.'
'Wat zegt hij dan wel?'
'Niets anders dan wat ik al doorgegeven heb: de ghola is een gewijzigde versie van de oorspronkelijke Duncan Idaho en hij voldoet aan alle prana-bindu eisen die wij gesteld hadden.'
'Dat verklaart nog niet waarom ze onze voorgaande aankopen doodden of probeerden te doden.'
'Hij zweert met de heilige eed van het Grote Geloof dat ze uit schaamte handelden omdat de vorige elf ghola's niet aan de verwachtingen voldeden.'
'Hoe konden zij dat weten? Wil hij daarmee beweren dat ze spionnen onder...'
'Hij zweert van niet. Ik heb hem daar ook van beschuldigd en hij zei dat een geslaagde ghola absoluut merkbare opschudding onder ons teweeg zou brengen.'
'Wat voor merkbare opschudding? Wat wil hij...'
'Dat wil hij niet zeggen. Hij komt iedere keer weer aandragen met de bewering dat ze aan hun contractuele verplichtingen hebben voldaan. Waar is de ghola, Tar?'
'Wat... oh. Op Gammu.'
'Ik hoor geruchten over...'
'Burzmali heeft de situatie goed in de hand.' Taraza kneep haar mond stijf dicht, in de hoop dat ze de waarheid sprak. Het jongste verslag had haar niet met vertrouwen vervuld.
'Je bent kennelijk aan het afwegen of je de ghola moet laten ombrengen,' zei Odrade.
'Niet alleen de ghola!'
Odrade lachte. 'Dan is het dus waar dat Bellonda mij voor goed uit de weg wil laten ruimen.' 'Hoe wist je...'
'Vriendschappen kunnen soms een groot goed zijn, Tar.'
'Jij bewandelt gevaarlijke paden, Eerwaarde Moeder Odrade.'
'Maar ik struikel niet, Moeder Superior Taraza. Ik denk veel en lang na over de dingen die Waff over die Achtenswaarde Matres heeft onthuld.'
'Vertel me eens wat van die gedachten.' Taraza's stem klonk onverzoenlijk vastberaden.
'Laten we ons hier vooral niet in vergissen,' zei Odrade. 'Ze hebben de seksuele vaardigheden van onze Prenters overtroffen.'
'Hoeren!'
'Ja, ze wenden hun vaardigheden aan op een manier die hun en anderen uiteindelijk fataal zal worden. Ze zijn verblind geraakt door hun eigen macht.'
'Is dat alles wat dat vele, lange nadenken van jou heeft opgeleverd?'
'Vertel me eens Tar, waarom hebben ze onze Burcht op Gammu aangevallen en verwoest?'
'Ze wilden kennelijk onze Idaho ghola gevangen nemen of doden.'
'Waarom zou dat zo belangrijk voor hen zijn?'
'Wat probeer je me duidelijk te maken?' wilde Taraza weten.
'Zouden de hoeren in actie gekomen kunnen zijn naar aanleiding van door de Tleilaxu verstrekte inlichtingen? Tar, stel dat dit geheime iets dat Waffs mensen in onze ghola hebben ingebouwd iets is dat de ghola een mannelijk equivalent maakt van de Achtenswaarde Matres?'
Taraza sloeg haar hand voor haar mond maar liet hem meteen weer vallen toen ze besefte hoe onthullend dat gebaar was. Het was al te laat. Gaf niets. Ze waren toch Eerwaarde Moeders onder elkaar.
Odrade zei: 'En wij hebben Lucilla opgedragen om hem voor de meeste vrouwen onweerstaanbaar te maken.'
'Hoe lang doen de Tleilaxu al zaken met die hoeren?' vroeg Taraza.
Odrade haalde haar schouders op. 'Een betere vraag is: hoe lang hebben ze al contact met hun eigen, uit de Verstrooiing teruggekeerde Verdoolden? In een gesprek van Tleilaxu tot Tleilaxu zouden heel wat geheimen onthuld kunnen worden.'
'Een briljante extrapolatie van jouw kant,' zei Taraza. 'Hoeveel waarschijnlijkheidswaarde ken je eraan toe?'
'Dat weet jij net zo goed als ik. Het zou een heleboel dingen verklaren.'
Taraza zei nors: 'En hoe denk je nu inmiddels over je verbond met de Tleilaxu?'
'Dat is nu noodzakelijker dan ooit. Wij moeten erbij betrokken zijn. Wij moeten op een plaats zitten waar we de strijdende partijen kunnen beinvloeden.'
'Gruwel!' snauwde Taraza.
'Wat?'
'Die ghola is een soort opnameapparaat in mensengedaante. Zij hebben hem in ons midden gepoot. Als de Tleilaxu hem te pakken krijgen zullen ze een heleboel over ons te weten komen.' 'Dat zou heel onhandig zijn.' 'En heel kenmerkend voor hen!'
'Ik geef toe dat er nog veel meer vastzit aan onze huidige situatie,' zei Odrade. 'Maar zulke redeneringen vertellen me vooral dat we het risico niet kunnen nemen om de ghola te doden voor we hem zelf aan een onderzoek hebben onderworpen.'
'Dat zou te laat kunnen zijn! Dat vervloekte verbond van jou, Dar! Je hebt hun macht over ons gegeven... en ons macht over hen - en geen van tweeen durven we los te laten.'
'Is dat niet juist een volmaakt verbond?'
Taraza zuchtte. 'Hoe vlug moeten we hun inzage in onze teeltdossiers geven?'
'Binnenkort. Waff dringt daar erg op aan.'
'En wanneer krijgen wij dan hun axolotl... tanks te zien?'
'Dat gebruik ik natuurlijk als breekijzer. Hij heeft met tegenzin zijn toestemming gegeven.'
'Zo raken we steeds meer aan elkaar overgeleverd,' gromde Taraza.
Een en al onschuld zei Odrade: 'Een volmaakt verbond, net als ik al zei.'
'Verdomme, verdomme, verdomme,' mompelde Taraza. 'En Teg heeft de ghola zijn oorspronkelijke geheugen teruggegeven!' 'Maar heeft Lucilla...'
'Dat weet ik niet!' Taraza keek Odrade nors aan en deed verslag over de jongste berichten van Gammu. Teg en zijn gezelschap opgespoord, een uiterst kort bericht over hen ontvangen en geen nieuws van Lucilla; plannen waren voorbereid om hen te ontzetten.
Haar eigen woorden riepen in Taraza's hoofd een verontrustend beeld op. Wat was deze ghola? Ze hadden altijd geweten dat de Duncan Idaho's geen gewone ghola's waren. Maar nu, met verhoogde zenuw- en spiervermogens en die onbekende factor die de Tleilaxu hadden toegevoegd - nu leek het erop dat ze een brandende knuppel in de hand hielden. Je wist dat je de knuppel misschien zou moeten gebruiken om je eigen leven te verdedigen, maar de vlammen kropen met angstaanjagende snelheid dichterbij.
Odrade zei op peinzende toon: 'Heb jij je ooit voorgesteld hoe het voor een ghola moet zijn om plotseling in een nieuw lijf te ontwaken?'
'Wat? Wat bedoel je...'
'Om te beseffen dat je lijf is opgekweekt uit de cellen van een lijk,' zei Odrade. 'Hij herinnert zich zijn eigen dood.'
'De Idaho's zijn nooit gewone mensen geweest,' zei Taraza. 'Datzelfde kan gezegd worden van deze Tleilaxu Meesters.' 'Wat probeer je te zeggen?'
Odrade wreef over haar voorhoofd en nam even afstand van haar eigen gedachten. Dit was zo moeilijk met iemand die genegenheid afwees, met iemand die altijd vanuit een kern van woede om zich heen sloeg. Taraza had geen... geen simpatico. Zij kon zich niet inleven in het lijf en de gewaarwording van een ander behalve als een oefening in logica.
'Het ontwaken van een ghola moet een verbijsterende ervaring zijn,' zei Odrade terwijl ze haar hand liet zakken. 'Alleen de ghola's met een enorme geestelijke veerkracht zouden het overleven.'
'We gaan er altijd van uit dat de Tleilaxu Meesters meer zijn dan hun uiterlijk doet vermoeden.'
'En de Duncan Idaho's?'
'Uiteraard. Waarom zou de Dwingeland anders steeds weer een nieuwe van de Tleilaxu gekocht hebben?'
Odrade zag dat het geen zin had dit onderwerp verder uit te diepen. Ze zei: 'De Idaho's stonden bekend om hun trouw aan de Atreides en we moeten niet vergeten dat ik een Atreides ben.'
'Ben jij van mening dat deze Idaho zich daardoor aan jou gebonden zal voelen?'
'Vooral nadat Lucilla-'
'Dat zou wel eens veel te gevaarlijk kunnen zijn!'
Odrade leunde achterover in een hoek van de divan. Taraza wenste zekerheid. En de levens van deze reeks ghola's waren net melange, dat in elke andere omgeving anders smaakte. Hoe konden ze ooit zeker van hun ghola zijn?
'De Tleilaxu knoeien met de krachten die onze Kwisatz Haderach voortbrachten,' mompelde Taraza.
'Denk je dat dat de reden is waarom ze onze teeltdossiers willen hebben?'
'Ik weet het niet! Verdomme, Dar! Zie je dan niet wat je hebt gedaan?'
'Volgens mij had ik geen andere keus,' zei Odrade. Taraza liet een kille lach zien. Odrade speelde haar rol geweldig, maar ze moest eens flink op haar plaats gezet worden.
'Denk je dat ik hetzelfde gedaan zou hebben?' vroeg Taraza.
Ze begrijpt nog steeds niet wat mij is overkomen, dacht Odrade. Taraza, had van haar plooibare Dar zelfstandig optreden verwacht, maar de mate van die zelfstandigheid had de Hoge Raad op zijn grondvesten doen schudden. Taraza weigerde in te zien dat zij hier zelf de hand in had gehad.
'Gebruikelijke gang van zaken,' zei Odrade.
De woorden troffen Taraza als een klap in haar gezicht. Slechts de grondige oefening van een leven als Bene Gesserit weerhield haar ervan om Odrade te lijf te gaan.
Gebruikelijke gang van zaken!
Hoe vaak niet had Taraza onthuld dat dit een bron van ergernis voor haar was, een voortdurende prikkel voor haar zorgvuldig onderdrukte woede? Odrade had het heel vaak gehoord.
Odrade haalde nu een uitspraak van de Moeder Superior zelf aan: 'Vaste gewoonten zijn gevaarlijk. Vijanden kunnen er een patroon in vinden en dat tegen je gebruiken.'
Taraza kon met moeite de woorden uit haar mond krijgen: 'Dat is een zwakte, ja.'
'Onze vijanden meenden dat ze onze manier van doen kenden,' zei Odrade. 'Zelfs jij, Moeder Superior, dacht dat je de grenzen kende waarbinnen ik me zou bewegen. Ik was net als Bellonda. Voor zij haar mond nog opendeed, wist je al wat Bellonda zou gaan zeggen.'
'Hebben we een vergissing begaan door jou niet boven mij te plaatsen?' vroeg Taraza. Ze sprak nu vanuit haar diepste verbondenheid.
'Nee Moeder Superior. Wij bewandelen een wankel pad, maar we kunnen alle twee zien waar we heen moeten.' 'Waar is Waff nu?' vroeg Taraza. 'Hij slaapt en wordt goed bewaakt.'
'Roep Sheeana nu maar. We moeten besluiten of we dat deel van het project moeten laten vallen.' 'En onze teleurstelling wegslikken?' 'Precies, Dar.'
Sheeana was nog slaperig en ze wreef haar ogen uit toen ze in de gemeenschappelijke zitkamer verscheen, maar ze had kennelijk toch even de tijd genomen om haar gezicht onder de kraan te houden en een schone witte mantel aan te trekken. Haar haar was nog vochtig.
Taraza en Odrade stonden naast een raam op het oosten met hun rug naar het licht.
'Dit is Sheeana, Moeder Superior,' zei Odrade.
Sheeana was ineens klaarwakker en haar hele rug verstijfde. Ze had over deze machtige vrouw gehoord, deze Taraza, die de Zusterorde bestierde vanuit een verre citadel die het Kapittel werd genoemd. Het zonlicht viel helder door het raam achter de twee vrouwen en scheen Sheeana recht in haar gezicht, zodat ze bijna verblind werd. De gezichten van de twee Eerwaarde Moeders waren maar voor een deel zichtbaar en de zwarte omtrek van hun gestalte was helemaal vaag door het overstralende licht.
Acoliet-instructeurs hadden haar op deze ontmoeting voorbereid: 'Je staat voor de Moeder Superior in de houding en je spreekt beleefd tegen haar. Zeg alleen iets als ze je iets vraagt.'
Sheeana stond stijf rechtop zoals haar was opgedragen.
'Er is mij verteld dat jij mogelijk een van de onzen kunt worden,' zei Taraza.
Beide vrouwen konden duidelijk zien wat voor effect die woorden op het meisje hadden. Inmiddels was Sheeana veel beter op de hoogte van wat een Eerwaarde Moeder allemaal in haar mars had. Ze had het licht van de waarheid gezien. Ze was zich een idee gaan vormen van de enorme hoeveelheid kennis die de Zusterorde in al die duizenden jaren had verzameld. Er was haar iets verteld over selectieve herinneringsoverdracht, over de werking van Andere Herinneringen en over de speciemarteling. En hier stond dan de machtigste aller Eerwaarde Moeders voor haar, iemand voor wie niets verborgen bleef.
Toen Sheeana bleef zwijgen zei Taraza: 'Heb je niets te zeggen, kind?'
'Wat valt er te zeggen, Moeder Superior? U hebt het allemaal al gezegd.'
Taraza keek Odrade onderzoekend aan. 'Heb je nog meer van zulke verrassinkjes voor me, Dar?'
'Ik vertelde je toch al dat ze voortreffelijk was,' zei Odrade.
Taraza richtte haar aandacht weer op Sheeana. 'Ben je trots op dat oordeel, kind?'
'Het maakt me bang, Moeder Superior.'
Terwijl ze haar gezicht nog steeds zo onbeweeglijk mogelijk hield, durfde Sheeana wat ruimer adem te halen. Zeg alleen de diepste waarheid die )e kunt voelen, hield ze zichzelf voor. Die waarschuwende woorden van een onderwijzer hadden nu meer betekenis. Ze stelde haar ogen enigszins onscherp en richtte ze op de grond vlak voor de twee vrouwen, zodat ze de ergste schittering van het zonlicht kon vermijden. Ze voelde dat haar hart nog steeds veel te snel sloeg en ze wist dat de Eerwaarde Moeders dit zouden opmerken. Odrade had dat al vele malen bewezen. 'Nu, dat is terecht,' zei Taraza.
Odrade vroeg: 'Begrijp je wat er tegen je gezegd wordt, Sheeana?'
'De Moeder Superior wil weten of ik me volledig met de Zusterorde verbonden voel,' zei Sheeana.
Odrade keek naar Taraza en haalde haar schouders op. Dit hoefden ze samen niet nader te bespreken. Zo ging dat als je deel uitmaakte van een familie zoals bij de Bene Gesserit het geval was.
Taraza zette haar zwijgend bestuderen van Sheeana voort. Het was een zware blik, die voor Sheeana heel slopend was, want ze wist dat ze dat verzengende staren zwijgend moest doorstaan.
Odrade onderdrukte het medelijden dat in haar opwelde. Sheeana leek in zoveel opzichten op haarzelf als jong meisje. Ze had dat bolvormige intellect dat naar alle kanten uitzette zoals een ballon uitzet als hij wordt opgeblazen. Odrade herinnerde zich hoe haar eigen onderwijzers dat bewonderd hadden, hoewel onder voorbehoud, precies zoals Taraza nu ook vol voorbehoud was. Odrade had dat voorbehoud al herkend toen ze nog veel jonger was dan Sheeana en ze twijfelde er niet aan dat Sheeana het hier zag. Intellect had zijn nut.
'Mmmmmm,' zei Taraza.
Odrade hoorde het zoemende geluid van de innerlijke overwegingen van de Moeder Superior als een onderdeel van een simultaan stroom. Odrades eigen herinneringen waren met een sprong in het verleden beland. De Zusters die Odrade haar eten brachten als ze tot laat in de avond studeerde bleven altijd even hangen om haar op hun speciale manier gade te slaan, precies zoals Sheeana voortdurend in de gaten werd gehouden en geobserveerd. Odrade kende die speciale manieren van gadeslaan al van heel jong af. Dat was ten slotte een van de dingen die haar in de Bene Gesserit het meest aantrokken. Je wilde zelf ook in staat zijn tot zulke geheime vermogens. Sheeana koesterde die wens in ieder geval. Het was de droom van elke kandidaat.
Als zulke dingen voor mij ook eens mogelijk zouden kunnen zijn!
Tenslotte zei Taraza: 'Wat denk je dat je van ons verlangt, kind?'
'Dezelfde dingen die u dacht dat u verlangde toen u net zo oud was als ik, Moeder Superior.'
Odrade onderdrukte een grijns. Sheeana's roekeloze onafhankelijkheid was daar op het randje van onbeschaamdheid geweest en Taraza had dat absoluut gemerkt.
'Ben je van mening dat dat een juist gebruik is van de gave van het leven?' vroeg Taraza.
'Het is het enige gebruik dat ik ken, Moeder Superior.'
'Ik stel je oprechtheid op prijs, maar ik raad je aan er voorzichtig mee om te springen,' zei Taraza.
'Ja Moeder Superior.'
'Je bent ons al veel verschuldigd en je zal ons later nog meer verschuldigd zijn,' zei Taraza. 'Denk daaraan. Onze geschenken zijn niet goedkoop.'
Sheeana heeft er geen flauw idee van wat ze voor onze geschenken zal moeten betalen, dacht Odrade.
De Zusterorde liet haar ingewijden nooit vergeten wat hun schulden waren en wat ze moesten terugbetalen. Terugbetalen deed je niet met liefde. Liefde was gevaarlijk en Sheeana begon dat al te leren. De gave van het leven"? Odrade voelde een huivering door haar leden trekken en ze schraapte haar keel om er een eind aan te maken.
Leef ik eigenlijk wel? Misschien ben ik wel gestorven toen ze me bij mamma Sibia weghaalden. In dat huis leefde ik, maar heb ik nog geleefd nadat de Zusters me daar weghaalden?
Taraza zei: 'Je kunt ons nu alleen laten, Sheeana.'
Sheeana draaide zich op een been om en verliet het vertrek, maar niet voor Odrade het strakke lachje op het jonge gezicht had gezien. Sheeana wist dat ze het onderzoek van de Moeder Superior glansrijk had doorstaan.
Toen de deur achter Sheeana dichtviel, zei Taraza: 'Jij meldde haar natuurlijke vaardigheid met de Stem. Die heb ik uiteraard gehoord. Opmerkelijk.'
'Ze hield hem goed in bedwang,' zei Odrade. 'Ze heeft geleerd het niet bij ons te proberen.'
'Wat hebben we hier, Dar?'
'Mogelijk ooit een Eerwaarde Moeder met buitengewone begaafdheden.'
'Niet te buitengewoon?'
'Dat zullen we moeten afwachten.'
'Is ze volgens jou in staat om voor ons te doden?'
Odrade was verbaasd en liet dat merken. 'Nu?'
'Ja natuurlijk.'
'De ghola?'
'Teg zou het niet doen,' zei Taraza. 'En ik ben zelfs van Lucilla niet zeker. Hun verslagen maken duidelijk dat hij in staat is heel sterke banden van... genegenheid te smeden.'
'Net als ik?'
'Zelfs Schwangyu was er niet helemaal ongevoelig voor.' 'Waar is de edele bestemming van zo'n daad?' vroeg Odrade. 'Is dit nu niet juist waar de Dwingeland ons voor waarschuwde-'
'Hij? Hij heeft zelf vele malen gedood.' 'En hij heeft ervoor betaald.' 'Wij betalen voor alles wat we nemen, Dar.' 'Zelfs voor een leven?'
'Vergeet geen moment, Dar, dat een Moeder Superior elke beslissing kan nemen die voor het voortbestaan van de Zusterorde noodzakelijk is!'
'Zo zij het,' zei Odrade. 'Neem wat je wilt en betaal ervoor.'
Het was het vereiste antwoord, maar het versterkte de nieuwe kracht die Odrade voelde, deze vrijheid om op haar eigen manier te reageren binnen een nieuw heelal. Waar kwam zulke taaiheid vandaan? Was het iets uit haar wrede Bene Gesserit conditionering? Was het haar Atreides afkomst? Ze probeerde zichzelf niet voor de gek te houden door te denken dat dit het gevolg was van een beslissing om nooit meer een andere moraal als richtsnoer te volgen dan die van haarzelf. Deze innerlijke standvastigheid waarop ze zich nu baseerde was niet louter een kwestie van moraal. En ook was het geen overmoedig vertoon. Zulke dingen waren nooit genoeg.
'Je lijkt ontzettend op je vader,' zei Taraza. 'Gewoonlijk is het de moeder die de meeste moed inbrengt, maar dit keer was het volgens mij de vader.'
'Miles Teg is een bewonderenswaardig moedig man, maar volgens mij stel je het allemaal te eenvoudig voor,' zei Odrade.
'Misschien wel. Maar ik heb het wat jou betreft altijd bij het rechte eind gehad, Dar, zelfs heel lang terug toen we nog als kandidaten studeerden.'
'We hoeven het niet te verklaren,' zei Odrade. En ze dacht: Het komt van geboren zijn als wie ik ben en van geoefend en gevormd zijn zoals ik was... zoals wij beiden waren: Dar en Tar.
'Het is iets in het geslacht Atreides dat we nog niet helemaal onderzocht hebben,' zei Taraza.
'Geen genetische ongelukjes?'
'Ik vraag me wel eens af of we eigenlijk na de Dwingeland ooit wel een echt ongeluk meegemaakt hebben,' zei Taraza.
'Zou hij daar in zijn citadel gelegen hebben en door al die duizenden jaren heen dit moment gezien hebben?'
'Hoe ver terug zou jij de oorsprong leggen?' vroeg Taraza.
Odrade zei: 'Wat gebeurt er nu eigenlijk als een Moeder Superior de teeltleidsters beveelt: "Laat die met die kruisen"?'
Taraza vertoonde een kille grijns.
Odrade voelde zich plotseling opgetild door een golf van inzicht die haar volledig in dit nieuwe gebied deed belanden. Taraza verlangt opstandigheid van mij. Ze wenst mij als tegenstander!
'Wil je nu Waff spreken?' vroeg Odrade.
'Ik wil eerst jouw oordeel over hem horen.'
'Hij ziet ons als een geweldig geschikt vehikel om de Tleilaxu naar de top te brengen. Wij zijn Gods geschenk aan zijn volk.'
'Ze hebben hier lange tijd op gewacht,' zei Taraza. 'Stel je voor, al die eeuwen van zorgvuldig veinzen door hen allemaal!'
'Ze hebben dezelfde opvatting over tijd als wij,' gaf Odrade toe. 'Dat was het ook dat hen er uiteindelijk van overtuigde dat wij hun Grote Geloof delen.'
'Maar vanwaar die stunteligheid?' vroeg Taraza. 'Ze zijn toch niet dom.'
'Die leidde onze aandacht af van de manier waarop ze hun ghola proces in werkelijkheid gebruiken,' zei Odrade. 'Wie zou kunnen geloven dat domme mensen zoiets zouden doen?'
'En wat hebben ze geschapen?' vroeg Taraza. 'Niet meer dan de schijn van kwaadaardige domheid?'
'Doe je lang genoeg dom voor, en je wordt vanzelf dom,' zei Odrade. 'Vervolmaak de camouflage van je gelaatsdansers en...'
'Wat er ook gebeurt, we moeten hen straffen,' zei Taraza. 'Dat is me duidelijk. Laat hem hierheen brengen.'
Toen Odrade het bevel had doorgegeven en ze zaten te wachten, zei Taraza.: 'De volgorde van de ghola's scholing was al helemaal verstoord voor ze uit de Burcht op Gammu ontsnapten. Hij holde met grote sprongen voor zijn onderwijzers uit en begreep dingen die alleen nog maar vaag aangeduid werden en de snelheid waarmee hij dat deed nam schrikbarend toe. Wie weet wat er inmiddels van hem geworden is?'