De buitenkant van een ballon is altijd groter dan het middelpunt van het vervloekte ding! Dat is nu juist het kernpunt van de hele Verstrooiing!
Bene Gesserit antwoord op een voorstel van Ix om nieuwe onderzoekssondes onder de Verdoolde Schapen te verspreiden
Een van de snellere lichters van de Zusters bracht Miles Teg naar het Gildeschip dat in een baan om Gammu ronddraaide. Het stond hem helemaal niet aan dat hij op dit moment de Burcht moest verlaten, maar de prioriteiten lagen duidelijk. Hij had ook een akelig voorgevoel over deze onderneming. In zijn ervaring van drie eeuwen had Teg op zijn voorgevoelens leren vertrouwen. Het ging niet goed op Gammu. Elke wachtronde, elke rapportage van verre sensors, de verslagen van Patrins verspieders in de steden - alles gaf voedsel aan Tegs onrust.
Zoals alleen een mentat dat kan, voelde Teg dat er rond en in de Burcht allerlei krachten in beweging waren. Zijn ghola pupil werd bedreigd. Maar het bevel om zich,voorbereid opgeweld, aan boord van het Gildeschip te melden, kwam van Taraza in eigen persoon en droeg een onmiskenbaar geheim kenteken.
Op de lichter die hem omhoog bracht, bereidde Teg zich voor op strijd. De maatregelen die hij kon treffen waren getroffen. Lucilla was gewaarschuwd. Van Lucilla voelde hij zich wel zeker. Maar Schwangyu was een heel ander geval. Hij had zich heilig voorgenomen om met Taraza een paar wezenlijke veranderingen in de Burcht op Gammu te bespreken. Maar eerst moest hij nog een keer als overwinnaar uit de strijd komen. Teg twijfelde er niet in het minst aan dat er gevochten zou worden.
Toen zijn lichter aan de koppelingsmanoeuvre begon keek Teg uit een patrijspoort en hij zag het reusachtige Ixiaanse symbool in het Gildekader op de donkere flank van het schip. Dit was een schip dat het Gilde had laten ombouwen op een Ixiaans mechaniek dat met machines werkte in plaats van met de van oudsher gebruikelijke navigator. Er zouden Ixiaanse technici aanboord zijn om de apparatuur te onderhouden. En er zou ook een echte Gilde-navigator zijn. Het Gilde had nooit kunnen leren om echt helemaal op een machine te vertrouwen, ook al gebruikten ze deze omgebouwde schepen als paradepaardjes om Tleilaxu en Rakis bewoners iets duidelijk te maken.
'Zien jullie wel: wij hebben niet per se jullie melange nodig!'
Dat was de inhoud van de boodschap in dat reusachtige symbool van lx op de flank van het ruimteschip.
Teg voelde de lichte schok van de koppeling en zoog een diepe, kalmerende teug lucht naar binnen. Hij voelde zich zoals altijd vlak voor een gevecht: volkomen ontdaan van elke valse hoop. Dit was een mislukking. Het overleg was misgelopen en nu volgde een bloedige strijd... tenzij hij op een of andere manier de overhand kon krijgen. Tegenwoordig werd er zelden meer massaal strijd geleverd, maar toch vielen er doden. Dat typeerde een meer permanent soort mislukking. Als we onze geschillen niet vreedzaam kunnen oplossen zijn we minder dan menselijk.
Een bediende met een duidelijk Ixiaans accent in zijn uitspraak ging Teg voor naar het vertrek waar Taraza op hem wachtte. In alle gangen en drukkokers die hem naar Taraza brachten keek Teg voortdurend scherp uit naar tekenen die de geheime waarschuwing in de boodschap van de Moeder Superior zouden bevestigen. Alles leek rustig en gewoon - de bediende gedroeg zich met gepaste eerbied jegens de Bashar. 'Ik was aanvoerder van een Tireg bij Andioyu,' zei de bediende, doelend op een van de bijna gevechten waar Teg toch nog de overhand had gekregen.
Ze kwamen bij een doodgewoon ovaal luik in de wand van een doodgewone gang. Het luik ging open en Teg stapte een witgeschilderde kamer van aangename afmetingen binnen - hangmat stoelen, lage bijzettafeltjes en gloeibollen die een zacht geel licht uitstraalden. Het luik gleed met een forse klap dicht achter zijn rug en zijn gids bleef achter in de gang.
Een Bene Gesserit leerling stak haar hoofd door de dunne gordijnen die voor een opening aan Tegs rechterhand hingen. Ze groette hem met een knik. Ze had hem herkend. Taraza zou gewaarschuwd worden.
Teg onderdrukte een trilling in zijn kuitspieren.
Geweld?
Hij had Taraza's geheime waarschuwing niet verkeerd begrepen. Waren zijn voorbereidingen afdoende? Links van hem stond een zwarte hangmatstoel, daarvoor stond een lange tafel en aan het andere eind van de tafel stond nog een stoel. Teg liep naar die kant van de kamer en ging met zijn rug naar de muur staan wachten. Hij zag dat het bruine stof van Gammu nog aan de neus van zijn laarzen kleefde.
Eigenaardige geur hing er in de kamer. Hij snoof. Scheer! Hadden Taraza en haar mensen zich gewapend tegen een Ixiaanse Sonde? Teg had zijn gebruikelijke scheercapsule geslikt voor hij scheep ging op de lichter. Te veel kennis in zijn hoofd die een vijand goed van pas zou kunnen komen. Het feit dat Taraza de geur van scheer in haar vertrekken liet hangen betekende nog iets anders ook: het was een mededeling aan een waarnemer wiens aanwezigheid zij niet kon verhinderen.
Taraza stapte binnen door de dunne gordijnen. Ze zag er moe uit, vond hij. Hij vond dat opmerkelijk omdat de Zusters in staat waren hun vermoeidheid te verbergen tot ze bijna omvielen. Was ze echt aan het eind van haar krachten of was dit ook toneelspel voor verborgen waarnemers?
Amper een stap de kamer in bleef Taraza staan om Teg te bekijken. De Bashar zag er een stuk ouder uit dan toen ze hem de vorige keer had gezien, vond Taraza. De taak op Gammu vergde zijn tol, maar dat was voor haar een hele geruststelling. Teg deed zijn werk.
'Ik waardeer je snelle komst, Miles,' zei ze.
Waardeer! Het afgesproken woord voor: 'We worden heimelijk gadegeslagen door een gevaarlijke vijand'
Teg knikte en liet zijn blik op de gordijnen vallen waardoor Taraza was binnengekomen.
Taraza glimlachte en liep verder de kamer in. Teg vertoonde geen tekenen van de melangecyclus, zag ze. Tegs vergevorderde leeftijd riep altijd het vermoeden op dat hij zijn toevlucht zou kunnen nemen tot de verjongende werking van de specie. Niets aan hem verraadde ook maar het geringste spoor van de melangeverslaving waartoe zelfs de sterkste soms hun toevlucht zochten als ze hun einde voelden naderen. Teg droeg zijn oude uniformjasje van Opperbashar maar zonder gouden sterren op schouders en kraag. Dit was een teken dat ze begreep. Hij zei: 'Hou in gedachten hoe ik dit in jullie dienst heb verdiend. Ook dit keer laat ik je niet in de steek.'
De ogen die haar bestudeerden stonden kalm; niet het geringste spoor van een oordeel ontsnapte aan hun aandacht. Zijn hele uiterlijk straalde innerlijke kalmte uit, alles in strijd met wat op dit moment naar haar weten in hem moest omgaan. Hij wachtte op een teken van haar.
'Onze ghola moet bij de eerst mogelijke gelegenheid gewekt worden,' zei ze. Ze legde hem met een gebaar het zwijgen op toen hij wilde antwoorden. 'Ik heb Lucilla's verslagen gelezen en ik weet dat hij te jong is. Maar de omstandigheden dwingen ons.'
Dat zei ze voor de stiekeme toekijkers, besefte hij. Moest hij haar woorden geloven?
'Ik geef je nu het bevel om hem te wekken,' zei ze en ze boog haar linkerpols in het bevestigende gebaar van hun geheime gebarentaal.
Het was waar! Teg keek even naar de gordijnen die de gang verborgen hielden waaruit Taraza was binnengestapt. Wie stond er daar te luisteren?
Hij ging het probleem met zijn mentat vaardigheid te lijf. Er ontbraken nog stukken maar dat weerhield hem niet. Een mentat kon bepaalde stukken missen als hij maar genoeg had om een patroon op te bouwen. Soms was zelfs het vaagste kader al genoeg. Dat verschafte de verborgen vorm en dan kon hij de ontbrekende stukken inpassen om het geheel compleet te maken. Mentats hadden zelden alle gegevens die ze zouden wensen, maar hij was opgeleid om patronen te zien, om systemen en gehelen te herkennen. Teg hield zichzelf nu voor dat hij ook in uiterste militaire zin was opgeleid: je leidde een rekruut op om een wapen te richten, om ?net het wapen op het juiste doel te mikken.
Taraza richtte hem. Zijn beoordeling van hun situatie was bevestigd.
'Er zullen wanhopige pogingen gedaan worden om onze ghola te doden of gevangen te nemen voor jij hem kunt wekken,' zei ze.
Hij herkende haar toon: het kille, analytische aanbieden van gegevens aan een mentat. Dan zag ze dus dat hij zich in mentat staat bevond.
Het patroon-zoeken van de mentat rolde door zijn brein. Als eerste was er het doel dat de Zusters met de ghola voorhadden, hem grotendeels onbekend, maar op een of andere manier verband houdend met de aanwezigheid van een meisje op Rakis dat (naar men zei) wormen kon laten doen wat ze wilde. Idaho ghola's: beminnelijke persoonlijkheden met nog iets extra's dat de Dwingeland en de Tleilaxu ertoe had gebracht hem talloze malen te herhalen. Hele scheepsladingen Duncans! Wat voor diensten had deze ghola te bieden dat de Dwingeland hem niet tussen de doden liet rusten? En de Tleilaxu: zij hadden duizenden jaren lang Duncan Idaho's uit hun axolotl-tanks laten rollen, ook na de dood van de Dwingeland. Twaalf maal hadden de Tleilaxu deze ghola aan de Zusters verkocht en de Zusters hadden met de hardst mogelijke munt betaald: melange uit hun eigen dierbare voorraad. Waarom aanvaardden de Tleilaxu als betaling iets dat ze zelf zo overvloedig produceerden? Duidelijk: om de voorraad van de Zusters uit te putten. Een heel bijzondere vorm van hebzucht, dat. De Tleilaxu kochten oppermacht - een machtsspel!
Teg richtte zijn blik op de rustig wachtende Moeder Superior. 'De Tleilaxu hebben onze ghola's gedood om ons te vertragen,' zei hij.
Taraza knikte, maar ze zei niets. Dan was er dus meer. Weer verviel hij in de mentat staat.
De Bene Gesserit was een waardevolle markt voor de Tleilaxu melange, niet de enige bron want er was altijd een geringe aanvoer van Rakis, maar toch waardevol, ja; heel waardevol. Het was niet aannemelijk dat de Tleilaxu een waardevolle markt van zich zouden vervreemden, tenzij ze een waardevoller markt achter de hand hadden.
Wie had er nog meer belangstelling voor de bezigheden van de Bene Gesserit? De Ixianen zonder twijfel. Maar Ixianen waren geen goede markt voor melange. De aanwezigheid van Ixianen op dit schip bewees hun onafhankelijkheid. Aangezien Ixianen en Vissprekers twee handen op een buik waren, konden de Vissprekers van dit speuren naar patronen uitgesloten blijven.
Welke grote macht of bundeling van machten in dit heelal bezat...
Alsof hij de duikvluchtremmen van een thopter aantrok, bevroor Teg die gedachte en hij liet zijn geest vrij rondzwerven terwijl hij andere overwegingen uitsorteerde.
Niet in dit heelal.
Het patroon begon vorm aan te nemen. Rijkdom. Gammu kreeg een nieuwe rol in zijn mentat berekeningen. Gammu was lang geleden leeggeplunderd door de Harkonnens die het hadden achtergelaten als een etterend karkas, dat door de Dans was opgelapt. Maar er was een tijd geweest dat er zelfs geen hoop voor Gammu had bestaan. Zonder hoop waren er ook geen dromen. Bij de moeizame klim uit die beerput had de bevolking uitsluitend de meest fundamentele zakelijkheid gebruikt. Als het werkt, is het goed. Rijkdom.
Bij zijn eerste inspectie van Gammu was hem al opgevallen dat er zoveel banken gevestigd waren. Sommige ervan waren zelfs als Bene Gesserit veilig aangemerkt. Gammu deed dienst als hefboom voor het manipuleren van enorme rijkdom. De bank die hij had bezocht om te bekijken of hij als noodcontact gebruikt kon worden kwam hem nu weer helder voor zijn mentat geest. Hij had ogenblikkelijk doorgehad dat de bank zich niet tot louter planetaire zaken beperkte. Het was een bankiersbank.
Niet gewoon rijkdom maar RIJKDOM.
Een grondpatroon ontwikkelde zich niet in Tegs brein, maar hij had genoeg om een voorlopig patroon uit te testen. Rijkdom niet uit dit heelal afkomstig. Mensen uit de Verstrooiing.
Deze hele mentat gedachten ordening had maar een paar seconden in beslag genomen. Zodra Teg het punt van uittesten bereikt had, ontspande hij spieren en zenuwen, wierp snel een enkele blik op Taraza en liep met grote stappen naar de opening achter de gordijnen. Hij merkte op dat Taraza niet met een alarmgebaar op zijn bewegingen reageerde. Teg rukte de gordijnen opzij en stond oog in oog met een kerel bijna zo lang als hij zelf: militair tenue met gekruiste speren op de kraagpunten. Een dik gezicht met een brede onderkaak en groene ogen. In die ogen een blik van verraste waakzaamheid en een van zijn handen zweefde boven een uitpuilende zak die kennelijk een wapen bevatte.
Teg grijnsde naar de man, liet de gordijnen dichtvallen en keerde terug naar Taraza.
'We worden gadegeslagen door mensen uit de Verstrooiing,' zei hij.
Taraza ontspande zich. Tegs optreden was weer heel gedenkwaardig geweest.
De gordijnen spleten ruisend open. De lange vreemdeling stapte naar binnen en bleef op twee passen afstand voor Teg staan. Zijn gezicht stond strak van ijzige woede.
'Ik had u nog zo gewaarschuwd om het hem niet te vertellen!' De stem was een krassende bariton met een accent dat voor Teg nieuw was.
'En ik had jou gewaarschuwd voor de vermogens van deze mentat Bashar,' zei Taraza. Even lag er een trek van diepe minachting op haar gezicht.
De man bedaarde en zijn gezicht vertoonde nauwelijks merkbare sporen van angst. 'Achtenswaarde Mater, ik-'
'Hoe durf je me zo te noemen!' Taraza nam bliksemsnel een gevechtshouding aan die Teg nog nooit van haar had gezien.
De man knikte stijfjes. 'Beste Vrouwe, u bent niet degene die het hier voor het zeggen heeft. Ik moet u eraan herinneren dat mijn bevelen-'
Teg had genoeg gehoord. 'Via mij, is zij wel degelijk degene die het hier voor het zeggen heeft,' zei hij. 'Voor ik hierheen vertrok heb ik allerlei beschermende maatregelen laten nemen. Dit...' Hij keek om zich heen en richtte zijn aandacht weer op de indringer die nu erg achterdochtig keek, '...is geen non-schip. Twee van onze non-schip monitors hebben jullie op dit moment in het oog.'
'Jullie zouden het niet overleven!' blafte de man.
Teg grijnsde minzaam. 'Niemand op dit schip zou het overleven.' Hij beet zijn kiezen op elkaar; het sein aan zijn zenuwen dat de kleine polsslagtijdmeter in zijn schedel moest worden ingeschakeld. Zijn visuele centrum ontving de tijdmetersignalen in grafische tekens. 'En je hebt maar weinig tijd om een beslissing te nemen.'
'Vertel hem hoe je wist wat je te doen stond,' zei Taraza.
'De Moeder Superior en ik hebben onze eigen geheime manier van communiceren,' zei Teg. 'Maar bovendien was het helemaal niet nodig dat zij me waarschuwde. Haar oproep was al genoeg. De Moeder Superior op een moment als dit op een Transportschip van het Gilde? Onmogelijk!'
'Een patstelling,' gromde de man.
'Misschien,' zei Teg. 'Maar noch het Gilde, noch lx zal het risico durven nemen van een totale aanval op volle kracht van Bene Gesserit strijdkrachten onder bevel van een door mij opgeleide aanvoerder. Ik doel nu op Bashar Burzmali. Je steun is zojuist opgelost en in het niets verdwenen.'
'Niets hiervan heb ik hem verteld,' zei Taraza. 'Je bent zojuist getuige geweest van het functioneren van een mentat Bashar, die in jullie heelal vast zijn gelijke niet heeft. Denk daaraan als je overweegt de strijd aan te gaan met Burzmali, een man door deze mentat opgeleid.'
De indringer keek van Taraza naar Teg en weer terug naar Taraza.
'Dit is de uitweg uit deze schijnbare patstelling,' zei Teg. 'De Moeder Superior en haar gevolg vertrekken met mij. Je moet nu onmiddellijk beslissen. De tijd dringt.'
'Je bluft.' Er zat geen kracht achter de woorden.
Teg keek Taraza aan en maakte een buiging. 'Het is me een grote eer geweest u te dienen, Eerwaarde Moeder Superior. Vaarwel.'
'Misschien zal de dood ons niet scheiden,' zei Taraza. Dat was de traditionele afscheidsgroet van een Eerwaarde Moeder aan een Zuster-gelijke.
'Ga!' De man met het dikke gezicht holde naar het gangluik en rukte het open, zodat twee verbaasd kijkende Ixiaanse wachten zichtbaar werden. Met een schorre stem droeg de man hun op: 'Breng hen naar hun lichter.'
Nog steeds kalm en ontspannen zei Teg: 'Roep uw mensen op, Moeder Superior.' Tegen de man die naast het luik stond zei Teg: 'Je hecht te veel waarde aan je eigen huid om een goed soldaat te zijn. Geen van mijn mensen zou zo'n vergissing gemaakt hebben.'
'Er zijn echte Achtenswaarde Matres aan boord van dit schip,' zei de man knarsend. 'Ik heb gezworen hen te beschermen.'
Teg trok een lelijk gezicht en liep naar de plaats waar Taraza haar mensen uit het aangrenzende vertrek voorging: twee Eerwaarde Moeders en vier leerlingen. Teg herkende een van de Eerwaarde Moeders: Darwi Odrade. Hij had haar tevoren altijd alleen maar van ver gezien, maar het ovale gezicht en de prachtige ogen waren erg opvallend: sprekend Lucilla.
'Hebben we nog tijd om jullie kennis te laten maken?' vroeg Taraza.
'Natuurlijk, Moeder Superior.'
Teg knikte en drukte de vrouwen een voor een de hand terwijl Taraza hen voorstelde.
Toen ze vertrokken keek Teg de onbekende in uniform nogmaals aan. 'De beleefdheid moet altijd in acht genomen worden,' zei Teg. 'Anders zijn wij minder dan menselijk.'
Pas toen ze aan boord van de lichter waren, Taraza naast hem op een stoel en haar gevolg in hun nabijheid, stelde Teg de vraag die hem op de lippen brandde.
'Hoe hebben ze jullie te pakken gekregen?'
De lichter suisde omlaag naar de planeet. Het scherm voor Tegs neus liet zien dat het Gildeschip met het merk van lx gehoor gaf aan zijn bevel om in de parkeerbaan te blijven tot zijn groep zich achter de verdedigingslinie van de planeet in veiligheid had kunnen brengen.
Voor Taraza kon antwoorden, boog Odrade zich over het gangpad dat hen scheidde naar voren met de woorden: 'Ik heb het bevel van de Bashar om dat Gildeschip te vernietigen herroepen, Moeder.'
Teg draaide met een ruk zijn hoofd om en staarde Odrade woedend aan. 'Maar ze hebben jullie gevangen genomen en...' Hij keek kwaad. 'Hoe wist je dat ik-'
'Miles!'
Taraza's stem klonk geweldig berispend. Hij grijnsde berouwvol. Ja, ze kende hem bijna net zo goed als hij zichzelf kende... en in sommige opzichten zelfs beter.
'Ze hebben ons niet gewoon gevangen genomen, Miles,' zei Taraza. 'Wij hebben ons laten vangen. Ik vergezelde Dar zogenaamd naar Rakis. Bij Junction stapten we uit ons non-schip en vroegen we naar het snelste Gildetransportschip. Mijn hele Raad, met inbegrip van Burzmali, was eenstemmig van oordeel dat deze indringers uit de Verstrooiing het transportschip zouden overnemen en ons naar jou zouden brengen met de bedoeling alle stukken van het ghola op te pikken.'
Teg was ontsteld. Wat een risico!
'We wisten dat jij ons zou redden,' zei Taraza. 'Burzmali hield zich gereed voor het geval jij zou falen.'
'Dat Gildeschip dat jullie gespaard hebben,' zei Teg, 'zal hulp vragen en een aanval doen op onze-'
'Ze zullen Gammu niet aanvallen,' zei Taraza. 'Er zijn veel te veel verschillende machten uit de Verstrooiing op Gammu verzameld. Ze zouden het niet aandurven om er zovele tegen zich in het harnas te jagen.'
'Ik wou dat ik daar net zo zeker van was als jij schijnt te zijn,' zei Teg.
'Daar kun je gerust op zijn, Miles. Bovendien zijn er nog andere redenen om dat Gildeschip niet te vernietigen. Ix en het Gilde zijn betrapt bij een gezamenlijke actie. Dat is slecht voor de handel en ze hebben alle handel nodig die ze kunnen krijgen.'
'Tenzij ze belangrijker klanten hebben, aan wie ze meer kunnen verdienen.'
'Ahh, Miles.' Op peinzende toon zei ze: 'Wat wij hedendaagse Bene Gesserit eigenlijk doen is proberen de zaken een wat rustiger verloop te geven, een evenwicht. Dat weet je toch.'
Teg wist dat het waar was, maar een uitdrukking bleef hem dwarszitten: '...hedendaagse...' Die woorden wekten heel erg de indruk van een sterfbed-uitspraak. Voor hij hier nader op in kon gaan, vervolgde Taraza: 'Wij regelen zelfs de meest hartstochtelijke situaties het liefst buiten het slagveld. Ik moet toegeven dat we die opvatting aan de Dwingeland te danken hebben. Ik neem niet aan dat je jezelf ooit hebt beschouwd als een product van conditionering door de Dwingeland, Miles, maar dat ben je wel.'
Teg aanvaardde dat zonder tegenspraak. Deze factor deed zich door de hele menselijke samenleving gelden. Geen enkele mentat kon om dat gegeven heen.
'Die eigenschap van jou was eigenlijk het voornaamste wat ons zo in jou aantrok, Miles,' zei Taraza. 'Jij kunt af en toe verdomd koppig zijn, maar we zouden niet anders willen.'
Uit fijne nuances in spraak en gedrag, maakte Teg op dat Taraza's woorden niet uitsluitend voor hem bedoeld waren, maar ook voor haar gevolg.
'Heb je er enig idee van Miles, hoe horendol iemand ervan kan worden als hij jou beide kanten van een kwestie met evenveel vuur hoort bepleiten? Maar jouw inleef-talent is een machtig wapen. Wat heb je sommige van onze vijanden een doodsschrik bezorgd door precies daar op te duiken waar ze je het minst verwachtten!'
Teg liet even een lachje om zijn mond verschijnen. Hij keek tersluiks naar de vrouwen die aan de andere kant van het gangpad tegenover hen zaten. Waarom sprak Taraza deze groep op deze manier toe? Darwi Odrade leek wel te slapen, met haar hoofd achterover en haar ogen dicht. De anderen zaten onder elkaar te babbelen. Maar daar kon Teg niets uit afleiden. Zelfs Bene Gesserit leerlingen konden al verschillende gedachten treinen tegelijk volgen. Hij richtte zijn aandacht weer op Taraza.
'Op zo'n moment voel je de dingen echt zoals de vijand ze voelt,' zei Taraza. 'Dat bedoel ik. En als je je in die geestelijke staat bevindt bestaat er voor jou natuurlijk geen vijand.'
'Reken maar van wel!'
'Begrijp me niet verkeerd, Miles. We hebben nimmer aan je trouw getwijfeld. Maar het is gewoon griezelig zoals jij ons dingen laat zien die we op geen enkele andere manier te zien zouden kunnen krijgen. Er zijn momenten dat jij onze ogen bent.'
Teg zag dat Darwi Odrade naar hem zat te kijken. Ze was een prachtige vrouw. Ze had iets verontrustends in haar uiterlijk. Net als Lucilla deed ze hem aan iemand uit zijn verleden denken. Voor Teg die gedachte verder kon uitbouwen, vroeg Taraza: 'Heeft de ghola ook dit vermogen om zich tussen twee tegengestelde krachten in evenwicht te houden?'
'Hij zou een mentat kunnen worden,' zei Teg.
'In een van zijn belichamingen was hij een mentat, Miles.'
'Wens je werkelijk dat hij al zo jong gewekt wordt?'
'Het is noodzakelijk, Miles. Van levensbelang.'