VII

New York City

Ergens onder Harlem raasde Lijn a door een tunnel. Elektrische vonken flitsten langs de wanden en toverden beelden van stoffige kabels en roestige leidingen. Nick gooide zijn hoofd achterover tegen het gekraste glas en sloot de ogen.
Gillian was in zijn leven de enige geweest die hij in een trein had ontmoet — waarschijnlijk ook de enige die hij daar had kunnen ontmoeten. 's Middags op de noordlijn van de metro uit New Haven terugkerend met niemand behalve wat leerlingen van een particuliere school en een gezin dat de schouwburg in de stad ging bezoeken. Zij was in Greenwich opgestapt en, terwijl ze uit een hele coupé kon kiezen, tegenover hem neergestreken. Hij had haar blik ontweken, als een rasechte New Yorker, en zich nog meer geconcentreerd op de laptop die balanceerde op zijn schoot. Maar Gillian gaf zich niet zo gauw gewonnen.
' Wist jij dat het Engelse woord voor forenzen, to commute, komt van het Latijnse woord commutare, dat"volkomen veranderen betekent?'
Recht voor zijn raap, op de man af. Nick schudde het hoofd en staarde naar het scherm.
'Best wel ironisch, vind je niet?'
Nick liet een nietszeggende grom horen. Daardoor liet ze zich niet uit het veld slaan.
'Niks verandert er ooit als je forens bent. Je neemt dezelfde trein op dezelfde tijd, zit tegenover dezelfde mensen die naar dezelfde baan gaan. Dan kom je thuis in hetzelfde huis, zelfde vrouw en kinderen, zelfde hypotheek en pensioenplan.' Ze keek door het raam naar buiten naar de winkels en horecagebouwen die langsgleden. 'Neem nou die plaatsjes Rye, New Roebelle, Harrison bestaan die eigenlijk wel? Heb je ooit iemand ontmoet die er geweest was?'
Nick kon zich vaag herinneren dat hij als kind wel eens naar een pretpark was geweest in Rye. 'Zo ja, dan hielden ze dat vóór zich.'
Ze wipte op haar bank als een kleuter. 'Ken je nog iets wat je in het Engels commute?'
Een doodvonnis?'
Ze straalde. 'Precies. Ik heet trouwens Gillian.' Ze stak haar hand overdreven formeel uit. Bij Gillian was alles overdreven, zou hij later ontdekken, een terloopse manier om haar ironische onthechting uit te dragen. Nog later besefte hij dat ze zichzelf op die manier beschermde. 'En jij bent...?'
'Nick.' Hij reikte ongemakkelijk langs het laptopdeksel en schudde haar de hand. Ze was niet mooi zoals in een Maybelline-reclame: er zaten te veel kuiltjes in haar kin, haar armen waren te lang, haar kastanjebruine haar was dof. Ze leek op iemand die voor make-up haar neus ophaalde. Toch maakte iets in haar het je moeilijk om weg te kijken — een energie of aura, een gevoel dat alles mogelijk was.
'Ik ben geen forens,' voegde hij eraan toe. Hij voelde de behoefte zich te rechtvaardigen.
Ze maakte een draaibeweging en vlijde zich naast hem neer op zijn bank. 'Waar werk je aan?'
Nick sloeg de laptop dicht en lachte toen ongemakkelijk. Hij wist niet waar hij moest kijken, tot zijn blik de hare kruiste. Groen en overlopend van ondeugendheid, zonder pardon dwars door hem heen kijkend.
'Zou je me geloven als ik zei dat dat strikt geheim is?'
Ze rolde met haar ogen, een laat-me-niet-lachen-blik die overging in een kir van verrukking toen ze zag dat hij het meende. 'Ga weg. Ben jij een spion?'
'Dat niet direct.' Hij schraapte zijn keel. 'In feite voeg ik stukjes en beetjes aaneen..!
Met krijsende wielen remde de metro op het station van Fourteenth Street.

Nick volgde de drommen forenzen omhoog naar de straat. Het was weer gaan regenen, over de traptreden stromend, zodat hij zich als een zalm voelde die tegen de klippen op zwom. Toen hij eindelijk de veilingshowroom had bereikt, twee blokken verderop, was hij doorweekt. Gelukkig had hij zijn goede jas aan. Niemand anders in het gebouw leek door de regen nat te zijn geworden. Hij zag alleen maar knisperend gesteven overhemden en stijf gestreken plooien, alsof die mensen op een wereld woonden waar het altijd eenentwintig graden was en de zon altijd scheen. Een gepolijste wereld van glas, staal en marmer, naar de foyer te oordelen. Een harde wereld. Het leek in niets op Gillian.
'Kan ik u helpen, meneer?' De receptionist was een jonge man met wuivend haar en randloze brillenglazen, een zweem van een Europees accent klonk door in zijn Engels. Zijn glimlach leek te zeggen dat hij zijn best deed Nick op zijn gemak te stellen.
'Ik probeer een vriendin van me op te sporen Gillian Lockhart. Ik heb begrepen dat ze hier misschien werkt.'
'Ik zal het even voor u opzoeken.'
Hij voerde het in op de computerterminal op zijn bureau. 'Juffrouw Gillian Lockhart. In onze afdeling Laatmiddeleeuwse Manuscripten en Gedrukt Materiaal.' Nog wat getik. 'Zij werkt in ons Parijse filiaal.'
'Heeft ze daar een telefoonnummer?'
'Ik kan u het nummer geven van de showroom.' Hij pakte een vulpen en schreef een nummer op de achterkant van een kaartje. Zijn manchetknopen tikten op het bureau terwijl hij schreef. 'U weet natuurlijk dat u eerst 011 moet draaien voor internationale gesprekken.'
Nick keek even naar de rij klokken die als trofeeën aan de muur achter de receptionist hingen. Vier uur 's middags in New York, tien uur in Parijs. 'Ze zullen nu wel dicht zijn.'
Weer wat tikken op de toetsen van de pc. 'Misschien hebt u geluk. Ze houden vanavond een uitverkoop. Een manuscript van Duc de Berry; dat zal stormlopen. Ik verwacht dat juffrouw Lockhart daar zeker bij zal zijn.'
Nick liep naar een cafetaria aan de overkant van de straat. Zijn mobieltje stond uit al de hele tijd sinds het museum. Hij zette het aan en toetste het nummer op het kaartje in.
'Stevens Mathison, bonsoir.' Een vrouw niet Gillian.
'Bonjour.' Dat begon goed. 'Eh, kan ik Gillian Lockhart spreken, alstublieft?'
'Moment, s'il vous plait.'
Een Vivaldi-concert kwam voor haar in de plaats. Nick probeerde niet te bedenken hoeveel iedere noot hem kostte. Wat moest hij tegen Gillian zeggen? Waar moest hij beginnen?
Een piep van zijn telefoontje wees hem op een binnenkomend gesprek. Hij haalde het toestel weg van zijn oor en keek op het scherm. Hij herkende het oplichtende nummer, al kostte het hem even om te beseffen waarvan. Het was zijn eigen appartement. Bret?
Het Vivaldi-stuk werd onderbroken; hij verbond het andere gesprek door naar zijn voicemail en hield de telefoon weer bij zijn oor, net op tijd om een mannenstem te horen vragen: 'Met wie spreek ik?'
Hij probeerde zijn teleurstelling te bedwingen. 'Mijn naam is Nick Ash. Ik ben op zoek naar Gillian Lockhart. Volgens iemand in uw vestiging in New York werkt ze vanavond misschien daar bij u.'
'Hebt u haar gesproken?' Het accent was Brits, gecultiveerd. Op de achtergrond hoorde Nick het geroezemoes van sprekende mensen en klinkende glazen.
'Een e-mail. Ze zei niet waar ze zat.' Hij wachtte even. 'Ik maak me eerlijk gezegd een beetje zorgen om haar.'
'Wij ook. We hebben Gillian al bijna een maand niet meer gezien.'
'Bedoelt u dat ze ontslag heeft genomen?'
'Ik bedoel dat ze verdwenen is.'
Weer zag Nick het gezicht naar de camera bewegen.
help daar komen ze
Maar dat was gisteren nog. 'Zei u dat ze al een maand lang verdwenen is?'
Een tijdje hoorde hij niets dan geruis, trans-Atlantische golven die door de kabel resoneerden.
'Neem me niet kwalijk hoe was de naam ook alweer?'
'Nick Ash. Ik ben een vriend van Gillian. Uit New York.'
'Zei u dat u gisteren een e-mail van haar kreeg?'
'Hm-hm.'
'Nou, dan leeft ze tenminste nog wel.' Door het Britse accent kon hij onmogelijk horen of de ander een grap maakte. 'Zei ze ook waar ze zat?'
Nick wist niet hoeveel hij moest vertellen. 'Het duurde heel kort. Het klonk alsof ze in de problemen zat.'
'O hemel.' Weer deed het accent alle eventuele emotie uit de woorden vervlakken. Het had diep gemeende bezorgdheid kunnen zijn of gewoon desinteresse. 'Heeft u de politie gebeld?'
'Ik heb ze eigenlijk niets te vertellen.'
'Nou, ik heb dat wel gedaan. Verspilde moeite. Ze vertelden me dat jonge vrouwen om de haverklap weglopen. Had volgens hen te maken met gevoelens en al helemaal toen ik ze de foto liet zien. U weet hoe de Fransen kunnen zijn. Maar nu we het toch hebben over onze Gallische vrinden, de Duc de Berry staat op het punt onder de hamer te gaan en helaas moet ik...'
'Nog één ding.' Nick sprak haastig. 'Heeft u gehoord van de Meester van de Speelkaarten?'
De ander klonk verbaasd. 'Natuurlijk. Vijftiende-eeuwse Duitse graveur. Die aparte kaarten.'
'Gillian had het over hem in haar bericht.'
'Werkelijk?'
Nick bleef wachten op een volgende vraag. Die bleef uit.
'Werkte ze aan iets wat met die speelkaarten verband hield?' vroeg hij aanmoedigend. 'Iets voor een verkoop of veiling?'
'Ik ben niet op de hoogte van enig nieuw werk van der Meister der Spielkarten in de laatste eeuwen. Die zijn in ieder geval niet bij ons binnengebracht.'
Weer een stilte. De golven braken en rolden langs de lijn.
'Ik moet me nu echt met de klanten bezig gaan houden. Maar hartelijk bedankt voor uw telefoontje. Belt u ons vooral als u meer te weten komt. Wij maken ons allemaal erg ongerust om Gillian.'
Pas toen Nick ophing, drong het tot hem door dat hij de naam van de ander niet wist. Hij vloekte en overwoog terug te bellen maar had het gevoel dat hij geen antwoord zou krijgen. Buiten had het duister een voortijdig einde gemaakt aan de korte januaridag. Hij zou nog even zijn koffie opdrinken en dan naar huis gaan.
Zijn mobieltje, dat op tafel lag, lichtte opeens blauw op en liet een reeks hese piepgeluiden horen, zeven gemiste berichten, een nieuw voicemailbericht, stond op het scherm. Hij controleerde de nummers. Alle berichten waren uit zijn eigen appartement gekomen.
Hij beluisterde het voicemailbericht niet en belde Bret. Die nam de telefoon meteen op.
'Nick? Ben jij het?' Hij klonk buiten adem, bijna in tranen. 'Je moet thuiskomen. Het gaat om Gillian.'
Nick dwong zich kalm te blijven. 'Heeft ze gebeld? Is alles goed met haar?'
'Eh, Gillian heeft gebeld, ja. Luister, je moet als de gesmeerde bliksem thuiskomen.'
'Heb je met haar gesproken? Wat heeft ze gezegd? Zit ze in de penarie?'
'Penarie? Ja, ik zou wel zeggen dat ze in de penarie zit, ja. Het zit hoor eens, je kunt niet...' Hij stokte, met iets wat als een snik klonk. Een ogenblik later: 'Sorry. Kom nou maar gewoon hier, oké? En buzz me zodra je er bent.'
Het kostte Nick vijfentwintig minuten. Op een regenachtige vrijdagavond in de stad was er nergens een taxi te bekennen: hij had bijna de hele weg gerend. Tegen de tijd dat hij bij het appartementencomplex
was aangekomen, was zijn wollen jas compleet doorweekt. Hij holde de trap op tot in de foyer, langs de stalen brievenbussen en flauw verlichte zoemers.
En buzz me zodra je er bent.
Maar waarom buzzen als hij ook zijn sleutels bij zich had?
Niets was meer logisch sinds Gillians bericht was binnengekomen. Als hij nou maar even rustig kon nadenken... Maar daar was geen tijd voor, en dat wilde hij ook helemaal niet. Hij wilde antwoorden. Al het andere kon wachten. Hij sloeg op de liftknop en besloot toen dat de trap sneller zou gaan. Hij nam twee treden tegelijk, langs de geschrokken gezichten van vertrouwde, anonieme buren. Hij bereikte de derde verdieping en duwde de branddeur open.
De gang was donker. Hij sloeg op het lichtknopje aan de muur. De spaarlamp sprong zoemend aan.
En buzz me zodra je er bent.
Waarom had Bret zo paniekerig geklonken? Wat had Gillian tegen hem gezegd? Wat kon hem dat schelen? Voor zover Nick wist, had Gillian voor Bret nooit meer betekend dan een rooie met lekkere tieten.
help daar komen ze
En in de eenentwintigste eeuw was er meer dan één manier om iemand te buzzen.
Naderhand zou hij niet kunnen verklaren waarom hij het had gedaan hij wist alleen maar dat zijn wereld zo vreemd was geworden dat zelfs de gekste dingen normaal leken. Nick trok de laptop uit zijn rugzak en klapte hem open op de grond. Zo dicht bij het appartement kon hij moeiteloos verbinding maken met zijn draadloze router. Hij klikte op een icoon op de taakbalk. Een nieuw programma vulde het beeld.

Welkom bij Buzz
Bellen Bericht Video Bestand Verzenden


Zijn contactpersonen stonden eronder opgesomd, Gillian nog altijd bovenaan.

Voor het laatst gezien: 06 januari 07:48:26


Geen verandering. Nick scrolde omlaag tot hij Bret zag staan.

Voor het laatst gezien : online

Nick voelde zich belachelijk zoals hij bijna voor zijn eigen voordeur geknield op de linoleum vloer zat en klikte op de Video-knop.
Een wazig beeld van zijn appartement verscheen op het scherm. Brets gezicht vulde het beeld op de voorgrond, achterovergezakt in zijn stoel. Zijn ogen waren groot alsof hij probeerde te schreeuwen, maar er kwam geen geluid door de afplaktape die voor zijn mond was geplakt. Uit een wond aan zijn slaap sijpelde bloed. Over zijn schouder kon Nick een man in het midden van de kamer zien staan in een leren jack en zwarte bivakmuts, wachtend achter de deur. Hij zwaaide met de armen, trappelde van ongeduld. Een pistool met lange loop fonkelde in zijn hand.
help daar komen ze
Wie het ook waren, ze waren gekomen.


Het Verboden Boek
Section0001.xhtml
Section0090.xhtml
Section0088.xhtml
Section0002.xhtml
Section0003.xhtml
Section0004.xhtml
Section0005.xhtml
Section0006.xhtml
Section0007.xhtml
Section0008.xhtml
Section0009.xhtml
Section0010.xhtml
Section0011.xhtml
Section0012.xhtml
Section0013.xhtml
Section0014.xhtml
Section0015.xhtml
Section0016.xhtml
Section0017.xhtml
Section0018.xhtml
Section0019.xhtml
Section0020.xhtml
Section0021.xhtml
Section0022.xhtml
Section0023.xhtml
Section0024.xhtml
Section0025.xhtml
Section0026.xhtml
Section0027.xhtml
Section0028.xhtml
Section0029.xhtml
Section0030.xhtml
Section0031.xhtml
Section0032.xhtml
Section0034.xhtml
Section0033.xhtml
Section0035.xhtml
Section0036.xhtml
Section0037.xhtml
Section0038.xhtml
Section0039.xhtml
Section0040.xhtml
Section0041.xhtml
Section0042.xhtml
Section0043.xhtml
Section0044.xhtml
Section0045.xhtml
Section0046.xhtml
Section0047.xhtml
Section0048.xhtml
Section0049.xhtml
Section0050.xhtml
Section0051.xhtml
Section0052.xhtml
Section0053.xhtml
Section0054.xhtml
Section0055.xhtml
Section0056.xhtml
Section0057.xhtml
Section0058.xhtml
Section0059.xhtml
Section0060.xhtml
Section0061.xhtml
Section0062.xhtml
Section0063.xhtml
Section0064.xhtml
Section0065.xhtml
Section0066.xhtml
Section0067.xhtml
Section0068.xhtml
Section0069.xhtml
Section0070.xhtml
Section0071.xhtml
Section0072.xhtml
Section0073.xhtml
Section0074.xhtml
Section0075.xhtml
Section0076.xhtml
Section0077.xhtml
Section0078.xhtml
Section0079.xhtml
Section0080.xhtml
Section0081.xhtml
Section0082.xhtml
Section0083.xhtml
Section0084.xhtml
Section0085.xhtml
Section0086.xhtml
Section0087.xhtml