Hoofdstuk 26
'Doen wat gedaan moet worden ... doen wat gedaan moet worden ...' De woorden bleven zich in Trista's hoofd herhalen; als de klokken uit de toren die door pater Junipero Serra gesticht was.
Iedereen, zelfs tante Charity, was in somber zwart gekleed. 'Hij is tijdens zijn slaap gestorven. Natuurlijk ben ik Trista meteen gaan waarschuwen, maar toen was het al te laat...' Niemand twijfelde aan haar relaas en niemand stelde vragen. Trista, gebukt onder verdriet en schuldgevoelens, liet het aan tante Charity over om over alles aan iedereen uitleg te geven. Ze had zó langdurig en onbeheerst gehuild dat ze nu nog slechts in staat was hees te fluisteren.
'Je moet het je niet zó verschrikkelijk aantrekken - daar heeft niemand iets aan!' zei Marie-Claire nadat ze, gekleed in zwarte zijde en satijn, voor het bijwonen van de begrafenis gearriveerd was. Marie-Claire was niet van plan om een dag langer dan noodzakelijk was in het saaie, achteraf gelegen Monterey te blijven; en haar ongeduld om weer naar de stad terug te keren maakte haar chagrijnig en geïrriteerd. Volgens haar deed Trista veel te dramatisch. Tenslotte scheen ze haar stiefvader niet te missen toen ze zich in Europa amuseerde. Dat was toch zeker zo?
'Ik neem aan dat je nu met tante Charity naar Boston terugkeert ?' vroeg Marie-Claire met een suikerzoet stemmetje een dag nadat haar schoonvader was begraven. 'Ik heb gehoord dat ze het daar goedvinden dat vrouwelijke artsen een praktijk uitoefenen. Is dat werkelijk wat je van je leven gaat maken ? Maar naar mijn mening zou je er veel beter aan doen ergens neer te strijken en kinderen te krijgen. Ik ben ervan overtuigd dat de Amersons verrukt zullen zijn ... en denk eens aan je echtgenoot? Je mag blij zijn dat hij zo'n heer is en zo vol begrip, chérie\ Wees maar voorzichtig, want anders neemt een andere vrouw hem van je af!'
Trista haalde opgelucht adem toen Marie-Claire eindelijk vertrok - naar haar kinderen, die haar altijd ontzettend misten, had ze iedereen verteld. Het feit dat haar echtgenoot geen bezwaar tegen haar vertrek maakte, dat hij gedurende de dag nauwelijks met haar sprak en dat hij zich bijna steeds in Monterey ophield, scheen Marie-Claire niet in het minst erg te vinden. Ze was volkomen van zichzelf en haar eigen pleziertjes vervuld.
'Ik hoef je niet te vertellen dat ik van mening ben dat die jonge vrouw een ijdele, egoïstische, kleine... wel, het doet er niet toe!' Charity Windhams stem klonk bitter, terwijl ze de twee koffers inpakte die ze mee naar Californië genomen had. Terwijl ze elk kledingstuk zorgvuldig opvouwde, keek ze vluchtig naar Trista op die met wijd geopende ogen op het randje van haar bed zat.
'Je zou beter met mij kunnen meegaan, weet je! In Boston kun je een praktijk uitoefenen - of je kunt les geven aan andere vrouwen die medicus willen worden. Omdat mannen geen les aan vrouwen willen geven. Alleen dat al zou een uitdaging voor jou moeten zijn!'
'Ik kan het niet!' Trista had nog niet beseft dat ze een besluit genomen had totdat ze deze woorden uitschreeuwde. 'Tante Charity - ik kan het niet - ziet u dat dan niet? Ik zal mijn eigen weg moeten zien te vinden; nu zonder hulp van anderen. Ik moet iets gaan doen - om zeker van mezelf te worden. Ik wil alles wat ik geleerd heb gaan gebruiken - ik wil er nut aan geven. Met die oorlog, die maar niet schijnt te willen ophouden, heeft men behoefte aan artsen ...'
'Verpleegsters zul je bedoelen, liefje! Denk je dat ze een vrouwelijke dokter zullen accepteren ? Ha! Nee, ze zullen je als verpleegster aanvaarden, maar dat is dan ook alles. En je krijgt bevelen van de een of andere idioot van een man, die zichzelf dokter noemt omdat hij een paar medische werken heeft bestudeerd! Zou je daar tevreden mee zijn?'
De waarheid was, dat ze niet wist wat ze wilde - en ze had zich er nog niet op voorbereid aan de toekomst te denken. Maar, zoals ze tante Charity vertelde, ze moest tenminste iets probéren. Maar daarvóór wilde ze een poosje alleen zijn - om wat plannetjes te bedenken.
'Je bent altijd een stijfkopje geweest; zelfs toen je nog geen tien jaar was!' had tante Charity gemompeld om er ten slotte maar verder over te zwijgen. Maar na een lange pauze ging ze verder: 'Je bent dus van plan een onafhankelijk leventje te gaan leiden, om alle teleurstellingen en kuilen van het leven te ontdekken ... Herinner je je die ontmoeting met juffrouw Elizabeth Van Lew toen we nog in Richmond waren ? Misschien zijn er wel wegen te vinden, lieverd, als je wat risico's durft te nemen. Om de Unie te helpen. ‘
'Als spionne? Maar dat is niet...'
'Niet als spionne, lief kind. Helemaal niet! Alles wat je te doen staat is nauwkeurig luisteren naar alle kletspraatjes - om die vervolgens aan een koerier over te brieven. Intussen kun je natuurlijk je praktijk uitoefenen - als ze daarmee akkoord gaan! En als het idee je niet aanstaat dat je dat als vrouw doen moet, kun je je altijd nog als een jongeman voordoen, is het niet?'
Er waren heel wat onvermoede diepten onder juffrouw Charity Windhams ernstig, bezadigd en enigszins preuts uiterlijk te vinden, dacht Trista naderhand geamuseerd. Was ze die zaak werkelijk zó toegedaan dat ze opeens zo roekeloos kon worden?
'Weet je zeker dat ik je niet op andere gedachten kan brengen, zodat je toch met me meegaat? Het is misschien helemaal niet zo plezierig voor je om hier te blijven met een Fernando die in en uit loopt - behalve natuurlijk wanneer je nog steeds een zekere tendresse voor hem voelt! En als dat inderdaad zo mocht zijn, dan adviseer ik je zoveel mogelijk te weten zien te komen over dat genootschap waar hij lid van is. Ze noemen zich de Ridders van de Gouden Cirkel; en ze zijn van plan te overwinnen, om in het andere geval de westelijke staten bij de zuidelijke in te lijven. Nu heb je een uitdaging, m'n kleine meid!'
Ze had besloten tante Charity naar San Francisco te begeleiden om haar te zien afvaren op een van de nieuwe stoomschepen die eerst een lijndienst naar Boston en naderhand op Europa onderhielden.
Eerst wist Trista niet of ze blij of ongelukkig moest zijn toen Fernando erop stond hen tot San Francisco gezelschap te houden. De begeleiding van een man was nooit weg en Fernando was ervaren in het beschermen van vrouwen. Hij sloeg zelfs zijn arm om het lichaam van Trista toen de koets als een gek heen en weer bewoog en ze de weg naar de Pacheco Pas opreden, zodat ze zich niet zou kunnen verwonden aan de zijkanten van het compartiment. Trista moest zichzelf bekennen dat Fernando eindelijk wat vriendelijker tegen haar was geworden, maar hij stak zijn afkeuring niet onder stoelen of banken toen hij vernam dat Trista niet van plan was met tante Charity naar Boston te gaan.
Fernando - lid van een of ander onnozel geheim genootschap? En als dat zo was - mannen hielden toch van zulke dingen? Trista was ervan overtuigd dat tante Charity zowel de belangrijkheid als de invloed van de zogenaamde Ridders van de Gouden Cirkel overdreef.
'Wat een gedoe met zo'n postkoets, hè? Ik kom helemaal uit Los Angeles en ik ben gevloerd!'
Ze was een vriendelijk glimlachende vrouw met een opzichtige japon aan en een dito hoed op. Na een vernietigende blik op haar begeleider, wiens uitdrukking bleek was geworden, wendde ze zich tot Trista en zei: 'Ik zie dat u net zo bang bent als ik! Mijn eerste man werd vlak voor mijn ogen door de Indianen vermoord; de arme man, maar hij trachtte tenminste te vluchten voor ze hem te grazen konden nemen. Niet dat ik geloof dat we tijdens déze reis door die rode duivels overvallen zullen worden. Die kans heb je wanneer je op de Overland Stage reist; dan is het beter je ogen wijdopen te houden en om een geweer bij de hand te hebben. Ik heb altijd een tweeschots revolver bij me - voor het geval dat, weet u?' De vrouw giechelde, vóór ze naar achteren leunde en Trista een blik van verstandhouding gaf - zeer tegen de zin van Fernando, maar tante Charity moest erom lachen. 'Een vrouw moet leren op zichzelf te passen - in het bijzonder in Virginia City, dat mijn einddoel is. Ik heb gehoord dat het daar nogal open is en dat er veel mogelijkheden zijn voor een ambitieus meisje. Gaat u daar misschien ook naar toe?'
'Ik weet nog niet zeker waar ik naar toe ga. Denkt u dat ze daar in Virginia City een vrouwelijke arts zullen accepteren? Eéntje met ervaring?'
'Daar weet ik niets van, liefje - maar ik weet zeker dat ze daar uitzien naar leuk uitziende vrouwelijke gokkers! Bent u op de hoogte met het hazardkaartspel? Poker? Eenentwintigen?'
Misschien kwam het omdat ze voelde dat Fernando zijn arm nóg steviger om haar hield, dat Trista lachend antwoordde: 'Nee, ik weet alleen iets van roulette en baccarat af! Maar ik heb nog nooit gehoord dat ze in Virginia City ...'
'Liefje - het is een zilveren stad en het is een gouden stad. Het is er rijk! Maar er is een tekort aan vrouwen, als u begrijpt wat ik bedoel? U zult geen stad kunnen vinden die er walgelijker uitziet en woester is dan Virginia City! Maar ze hebben er een écht theater en ik heb gehoord dat Lola Montez daar haar Spinnedans heeft laten zien, en dat Adah Menken haar rol als Mazeppa heeft gespeeld met paard en al. Ze gooiden zakjes met stofgoud op het toneel en de boeketten die ze daarna in haar kleedkamer kreeg, waren niet te tellen.'
De roodharige vrouw stelde zich voor als Martine Girard - en zodra ze ontdekt had dat Trista vloeiend het Frans van Parijs sprak, vertelde ze dat ze pas uit Frankrijk teruggekeerd was en dat ze, hoewel ze naar het land van beloften onderweg was, heimwee voelde. In het Frans vertelde ze Trista met een gamine grimas dat ze, als ze eenmaal de keuze had gemaakt óf een saaie arts óf een gokster te worden ze in het laatste geval aan de 'Silver Slipper' in Virginia City moest denken. Ze zou verder niets hoeven te doen waar ze geen zin in had!
'Een interessante vrouw,' zei tante Charity naderhand in Trista's richting, 'en een bron van informatie lijkt me. Denk je ook niet, Fernando?'
'Mijn tante stelt mijn geduld te dikwijls op de proef met haar sarcastische opmerkingen!' riep Fernando uit, nadat ze juffrouw Charity Windham aan boord van het schip dat haar naar Boston terug zou brengen hadden achtergelaten. 'En voor wat betreft die goedkope del met wie jij zo geamuseerd in een gesprek verwikkeld was geraakt: dat liet duidelijk zien dat jij iemand van haar soort bent..
Trista protesteerde vermoeid: 'Alsjeblieft, Fernando, kunnen we voor de verandering niet eens geen ruzie maken? Ik denk dat wij beiden een beetje overspannen en ongelukkig zijn. Om dezelfde reden - maar kunnen we geen vrede sluiten ? Of je het gelooft of niet: ik heb van papa gehouden - van jouw vader; nog méér dan van mijn natuurlijke vader. Fernando - kunnen we misschien proberen vrienden van elkaar te worden? Op z'n minst ter wille van papa ... ik geloof dat hij erg blij zou zijn als hij het wist.'
'Misschien heb je wel gelijk .. .'gaf Fernando schoorvoetend toe, voor hij op zijn gebruikelijke manier vroeg wat ze nu dacht te gaan doen.
'Een medische praktijk uitoefenen - waar dan ook. Als ik alleen maar de juiste mensen kon ontmoeten ...'
'Luister,' zei Fernando nors. 'Ik weet dat ik ouderwets ben, maar als je doorgaat met je te willen infiltreren in een wereld waar men geen vrouwelijke artsen accepteert - waarom zou ik je dan tegenhouden? In feite wil ik je best helpen als ik dat kan - al was het slechts om te bewijzen dat je beslist niet kunt denken dat een vrouw als arts wordt geaccepteerd!'
Het kwam erop neer dat Fernando haar zou voorstellen aan een van zijn vrienden, een arts, die misschien in staat was haar te helpen. 'Hij is een Turk - en naar mijn smaak een beetje al te intelligent. Zijn naam is Ali Yuvuz en zijn huis staat aan de weg naar ons huis in Menlo Park. Als hij thuis is, zal ik jullie beiden aan elkaar voorstellen. Daarna doe je maar wat je het beste lijkt.' Fernando moest plotseling lachen, vóór hij verderging: 'Met één ding moet je bij mijn vriend Ali tactvol omspringen - hij biedt ons Turkse koffie aan, die zo dik is als stroop en mierzoet, maar je mag deze niet weigeren; denk daaraan, want hij vat het op als een persoonlijke belediging. Slik het in als smeerolie. Daarna moet je glimlachen - dat maakt hem gelukkig - en het zal je helpen, als je tenminste nog steeds met dat idiote idee rondloopt, met het opzetten van een dokterspraktijk !'
Voor de verandering was Fernando erg vriendelijk tegen haar - en de ontmoeting met zijn vriend zou haar misschien wel van nut kunnen zijn.
Hij deed wérkelijk pogingen vriendelijk tegen haar te zijn, alsof hij het verleden ongedaan wilde maken, dacht Trista enigszins verward. Op z'n minst kon ze iets aardigs terug doen!
Ze charmeerde de van een zwarte snor voorziene Turkse dokter, wiens donkere ogen haar, onder het beleefde laagje, bijna uitkleedden. En ze dronk in twee grote slokken van de walglijk zoete koffie, terwijl ze haar best deed niet te tonen wat ze ervan vond. Manieren! Beleefdheden! Waarom voelde ze zich zo onhandig? Dr. Yuvuz stelde haar vragen over haar Europese opleiding en terwijl ze zo duidelijk en uitgebreid mogelijk zijn vragen trachtte te beantwoorden, voelde ze haar tong zowel als haar oogleden zwaar worden.
Ze moest, ondanks het feit dat ze een goede indruk had willen maken, in slaap gevallen zijn - wat een afgang! Vaag herinnerde Trista zich de stemmen: de Turkse dokter - Fernando, die zich voor haar gedrag verontschuldigde. En toen was ze ontkleed; dankbaar omdat ze het gewicht van de korsetten en baleinen niet meer voelde, terwijl ze dieper zonk in een steeds donker wordende staat van bewusteloosheid ... Ze kreeg nachtmerries, waardoor ze zich onrustig ging bewegen; ze probeerde te gillen, zonder dat er woorden uit haar keel kwamen, ze trachtte te ontsnappen voor iets verschrikkelijks, maar ze was niet in staat haar voeten te bewegen; ze probeerde de creaturen die vanuit de hel naar haar toe kwamen af te weren, maar ze was niet in staat haar armen op te heffen ...
'Nee...! Nee - nee!'
Het was haar eigen stem die haar ten slotte wakker maakte. Ze probeerde zich te herinneren wat ze gedroomd had. Waren het allemaal nachtmerries geweest? Wat was nog werkelijkheid en wat niet?
Ze dacht dat ergens in haar lichaam een naald werd gestoken en ze hoorde zichzelf gillen. Ze probeerde haar ogen te openen. Ze wilde iets zien ... nee! Dat kon geen werkelijkheid zijn! Gouden schaduwen vloeiden in elkaar over om daarna te veranderen in grote bloemen, die groter en groter werden. Waarom kon ze die nachtmerrie niet ontvluchten om in de werkelijkheid te belanden? Als ze slechts haar ogen kon openen! En opeens lukte het haar - om tot de ontdekking te komen dat de werkelijkheid veel erger was dan welke van haar nachtmerries ook.
Zelfs later kwam het tegen haar wil terug. Die ogenblikken. Die dagen - waarvan ze niet eens wist hoe ze omgegaan waren en die ze zich niet duidelijk voor de geest kon halen; misschien was het ook maar beter er niet aan te denken.
Ze bevond zich ergens - maar ze wist eerst niet precies waar, behalve dat ze hulpeloos opgesloten was.
Ze vertelden haar met meewarig hoofdschudden, dat ze 'leed aan waanvoorstellingen' - en dat niemand iets van haar geijl had geloofd noch dat men er naar geluisterd had. Wéér meewarig hoofdschudden en gefluisterde beraadslagingen van mensen die ze tevoren nimmer ontmoet had.
'Hallucinaties...' zeiden ze. 'Vanzelfsprekend kenmerkend voor deze vorm van hysterie... een stoornis van het zenuwstelsel. Kwam wel meer voor bij overspannen vróuwen ..
Ze wist maar al te goed dat al die woorden nergens op sloegen! Maar wie zou naar haar luisteren ? Ze deden alsof ze er niet bij was, terwijl ze over haar 'geval' discussieerden.
'Ze' waren (zo noemden ze zichzelf althans) artsen. Ze hadden haar opgesloten in een privésanatorium in de buurt van Sacramento. Dat kwam ze in ieder geval te weten als ze met elkaar spraken en deden alsof ze niet bestond. Bovendien spraken ze Frans onder elkaar.
Trista's latere herinneringen bestonden uit stukjes van een puzzel, maar elk stukje afzonderlijk bracht haar aan het huilen en huiveren en ze herinnerde zich pijn, vernedering en hulpeloosheid.
Wanneer ze uitleg vroeg of schreeuwend protesteerde, werd ze vastgebonden en kreeg ze een prop in haar mond. Als ze vocht tegen het feit dat ze slechts als een ding werd behandeld, werd ze overmeesterd.
'Ut is in u eige belang, juffrouw,' zei de klomp vlees die haar oppasser was op onverschillige toon. Hij had brede, beerachtige schouders en bleekblond haar. Hij had kille, lichtblauwe, uitdrukkingloze ogen. Nordstrom - hoe zou ze hem ooit kunnen vergeten?
Ze probeerde zich kleinigheden te herinneren; meer bedoeld om haar geest levendig te houden en ondanks haar omgeving: een gore cel met grijze muren en zonder venster - een massieve houten deur met een ijzeren hekwerkje erin - waardoor ze, wanneer ze maar wilden, haar konden bespieden.
Niet slechts haar vrije wil, maar ook haar privacy had men haar ontnomen. Men had haar totaal hulpeloos en uiterst kwetsbaar aan haar lot overgelaten.
'Stenen muren maken nog geen gevangenis, noch ijzeren staven in een kooi...' Trista herhaalde steeds maar weer de regels van een gedicht dat eeuwen geleden geschreven was - meer om ervoor te zorgen dat haar gedachten helder bleven in een wereld waar uitsluitend gesteund en gekreund werd en soms luid gegild, totdat het gillen abrupt werd afgesneden. Geluiden, die als vleugels tegen de wand van haar hoofd fladderden.
O, nu begreep ze wel dat die meelijwekkende hulpkreten ineens verstijfden - en dat zij zelf er beter aan deed geen vragen te stellen of te protesteren - of om ook maar iets van haar gevoelens te tonen.
Ik zal ernaar uitzien, vanzelfsprekend - ik zal ernaar zoeken. Er zullen vragen gesteld worden - onderzoekingen verricht, en dan ...
Wanneer ze niet zou blijven doorgaan met zichzelf ervan te verzekeren dat ze ten slotte gered zou worden, dan zou ze beslist krankzinnig worden. Maar het was hard - goede God, het was bijna onverdraaglijk! En welke redenen had Fernando gehad om haar dit nu aan te doen? Zou ze dat ooit te weten komen?
Het was koud geworden en het enige kledingstuk dat haar toegestaan was te dragen, bestond uit een afschuwelijke, vormloze zak met gaten erin voor haar hoofd, armen en benen en het reikte nog niet tot haar enkels. Ze had slechts één dun dekentje en Trista had zich erin gewikkeld voor zover de smalle, ijzeren brits dat toeliet - met haar benen hoog opgetrokken en met haar armen om haar lichaam geklemd, terwijl ze fantaseerde dat ze op deze wijze voor een open haard zat die een comfortabele warmte verspreidde. O, wat een prachtig vuur, fantaseerde ze verder. Torenhoog opflakkerende vlammentongen, die haar in vuur en vlam zetten en .. .ah, die warmte, die warmte!
'Wel, u mot opstaan, juffrouw! Krijgt een bezoeker nu.'
Was het mogelijk dat ze in slaap gevallen was en gedroomd had dat het werkelijkheid was? Ze voelde de rook van het open haardvuur nog steeds in haar neus prikkelen. Vuur en rook en vergetelheid ...
Maar er was nu geen tijd om verder te denken. Trista krabbelde van het bed overeind en bleef even tegen de muur staan - ze voelde zich nog een beetje bedwelmd.
'Het... het spijt me,' mompelde ze automatisch, vóór haar ogen weer duidelijk iets onderscheiden konden en zien wie de bezoeker was. Al haar zenuwen en al haar spieren kwamen in opstand.
Fernando! Hij stond tegen haar te grijnzen en hij liet zijn ogen spottend over haar heen gaan - van top tot teen. Zijn grijns ging op grinniken over en met een impulsief gebaar kruiste Trista haar armen voor haar borsten - ze voelde, terwijl ze naar hem keek, dat haar lippen en tong kurkdroog werden.
Ze moest haar best doen hem niet zo verschrikt aan te kijken. Ze moest hem geen enkele emotie tonen, want dat zou hij gebruiken als een excuus om ...
'Dokter Beek schijnt van mening te zijn dat, met een juiste behandeling en met een nauwkeurige observatie, een verandering van het ziektebeeld van het arme schepsel zal optreden,' zei Fernando op gemaakt onverschillige toon tegen de onverstoorbare Nordstrom, die bezig was haar matras op te rollen. Betekende dit dat ze, nu ze gestraft was, in vrijheid werd gesteld?
'Ze heb de laotste week of zo niet veel las veroorzaokt, m'neer. Ze heb zich rustig gehouwe en persies gedaon wat ze doen most - u ken het zelf wel zien.'
Trista stond als aan de grond genageld; ze beet op haar lippen om vooral niets te zeggen - ook al werd er over haar gesproken alsof ze er niet bij was. Ze was in staat alles te zien en te begrijpen.
Ze had haar ogen neergeslagen en keek naar de vloer, terwijl ze haar best deed zich niet te verroeren, stil en in zichzelf gekeerd te blijven. Fernando kwam op haar af en tilde, met vingers die pijnlijk in haar zachte vlees staken, haar gelaat omhoog en keek in haar glinsterende ogen.
'Wel ?' vroeg hij zacht, maar nog steeds met die halfspottende en halfgrijnzende uitdrukking opzijn gelaat. 'En heb je nu jezelf leren beheersen ? Of speel je, zoals gewoonlijk, weer eens een spelletje met iedereen ?'
Hoe was het haar mogelijk hem te antwoorden wanneer zijn vingers onder haar keel bleven steken en haar mond niet ophield met trillen? Tranen welden op in haar ogen, waardoor ze er eerder zilverkleurig dan grijs gingen uitzien. Haar zwijgzaamheid en het feit dat ze niet reageerde, maakte hem onvermurwbaar.
Ze was een kreng - een kreng dat getemd moest worden - een geboren kreng! Ze had hem in de waan gelaten, hem getergd, hem beloften gedaan die ze nooit was nagekomen. O, Marie-Claire had hem héél wat verteld over die zogenaamde onschuldige stiefzus van hem! De brieven van zijn schoonmoeder uit Parijs hadden bevestigd wat hij eigenlijk al lang wist. Bovendien had kapitein McCormick hem het nodige over haar gedrag verteld toen ze aan boord van zijn schip was geweest. Ze mocht van geluk spreken dat hij haar nog niet vermoord had; maar, vóór hij met haar afgerekend zou hebben, zou ze wensen dat hij dat eerder gedaan had!
'Je kunt niet - of je wilt niet antwoorden, hè? Ik ben veel te geduldig met je geweest, Trista - en jij nam aan dat mijn geduld op weekheid duidde, is het niet? Welnu, je krijgt een lesje dat je al veel eerder had moeten hebben - hóór je me? Ik zal zorgen dat je eindelijk eens bekent wat je werkelijk bent - en wat je verlangens zijn van elke man die je maar tegenkomt - jij achterbakse, kleine slet! Jij goedkoop hoertje!'
Het deed er niet toe hoe hij me noemde - het waren slechts woorden. Maar het deed er wél toe wat hij met haar deed, nadat hij eindelijk klaar was met zijn gal te spugen.
'Hier - kleedt dat kreng uit vóór je haar neerlegt. Dit lesje zal ze tenminste nooit vergeten!'
Een boosaardige hand sloeg haar krachtig in haar gezicht, waardoor ze op haar knieën kwam te vallen. Nordstrom sleurde haar overeind en zonder moeite, terwijl ze nog steeds verdoofd van de klap was, scheurde hij met één hand de zak van haar lichaam. Ze was totaal naakt.
Haar armen werden in een stevige greep op haar rug vastgehouden zodat ze, wanneer ze heftig zou tegenstribbelen, de zekerheid zou hebben dat ze zouden breken - en daar zouden ze zich ongetwijfeld niets van aantrekken. Ze zouden zelfs nog harder lachen dan ze nu al deden, terwijl Fernando bezig was de gevoeligste plekjes van haar lichaam te betasten - en het deed hem kennelijk plezier als hij tot de ontdekking kwam dat het haar soms pijn deed.
Maar alsof dat allemaal niet genoeg was geweest, kwam Trista plotseling tot de ontdekking dat ze met wijd gespreide ledematen voorover op het matrasloze bed lag. De metalen bodem prikte in haar vlees en ze ging zich opeens heftig verzetten tegen de pijn, tegen de vernederingen en de verbijstering. Maar op een gegeven ogenblik verdween haar gevoel van eigenwaarde; van haar trots was niets meer over en ze smeekte om genade, terwijl het lichaam op haar rug maar doorging.
'Je bent een hoer! Net zoals je moeder; ben je dat niet? Geef het toe - ik wil dat je het hardop zegt!'
Ze voelde de gloed van een ongelooflijke woede in zich opstijgen. Ze leek erdoor te verbranden en onwillekeurig gilde ze het uit.
'Vind je dit lekker? Je wilt dat ik je opnieuw ga berijden, hè?' Hij lachte omdat ze op onsamenhangende wijze iets wilde zeggen; ze deed haar best de woorden uit te spreken die hij haar had voorgezegd en waarvan hij verwachtte dat ze die hardop herhalen zou. Toen hij zijn rijzweepje tegen de plek drukte waarvan hij wist dat het haar pijn zou doen, begon hij nog harder te lachen. Hij genoot van haar gegil en opnieuw verkrachtte hij haar. Dat arrogante kreng! Hij genóót van wat hij met haar deed en déze maal vond hij het bijzonder lekker; ook al omdat ze nu zover was dat ze alles ging zeggen wat hij wilde dat ze zou zeggen. De geboren slet die ze was. Een smerige teef - net zo erg als haar moeder. Er was tussen hen beiden geen enkel verschil!
Toen hij eindelijk met haar klaar was, gaf hij een seintje aan Nordstrom, die al die tijd ongeduldig en gespannen had toegekeken, dat het nu zijn beurt was. Hij zei dat hij, voor wat hém betrof, met haar kon doen wat hij wilde. Hij lachte kwaadaardig. Waarom ook niet? Waarom, verdomme, ook niet? Zo moeder zo dochter, luidde het gezegde. Trista kon slechts snikken toen ze merkte dat de dierlijke vleesmassa van haar 'oppasser' bezit van haar nam.