13
De hoorzitting in de rechtszaak die de staat Oregon tegen Joshua Maxfield had aangespannen, stond voor één uur 's middags op het programma, maar Delilah Wallace was die morgen al om zeven uur met haar voorbereidingen begonnen. Ze beschikte over een eigen sleutel van het kantoor van het OM. Zoals altijd was zij ook die ochtend als eerste op kantoor. Onderweg naar haar eigen werkplek deed ze het licht aan in de lege kantoorkamers waar ze langskwam.
Delilah was met alles wat ze deed altijd eerste; ze was de beste leerling van haar klas op de middelbare school, de beste van haar jaar op de universiteit en tijdens haar rechtenstudie. Delilah was pienter, maar ze werkte ook aan alles wat ze ondernam zo hard als ze kon; ze kon niet anders. Ze kon zich nauwelijks herinneren dat ze wel eens niet had gewerkt. Haar vader had kort na haar geboorte het gezin in de steek gelaten en haar moeder had in het levensonderhoud van haar en haar broer moeten voorzien. Ze had alleen maar slechtbetaalde baantjes, want ze had geen opleiding genoten en geen speciale vaardigheden behalve het doorzettingsvermogen om zolang door te werken tot ze erbij neerviel. Dat hield in dat Delilah ook moest gaan werken zodra ze daartoe in staat was, om de huur te helpen betalen en te zorgen voor brood op de plank. Delilah was voordat ze meerderjarig werd al lang volwassen.
Godsdienst en muziek hadden Delilahs redding betekend. Ze had het lichaam van een aanvaller bij American football, maar de stem van een godin. Het kerkkoor gaf haar een doel in haar leven en ze kon daar met trots met haar unieke zangtalent uit de voeten. Dankzij haar stem had ze ook de middelbare school afgemaakt terwijl haar vriendinnen een voor een afhaakten. Vanwege haar solopartijen stond ze voortdurend in het middelpunt van de belangstelling. In de loop van de tijd was ze een beetje aan al die aandacht verslaafd geraakt, wat haar vervolgens had doen besluiten om na haar studie bij het OM te solliciteren. In de rechtszaal zou ze, bij verhoren en requisitoirs, andermaal het middelpunt van belangstelling zijn: niets was te vergelijken met de aandacht die kranten en tv-journaals besteedden aan aanklagers die de doodstraf eisten.
Om acht uur klopte er iemand op Delilahs deurpost. Ze keek op van een stapel politierapporten en zag Tony Marx in de deuropening van haar kantoor staan. Ze zag de glimlach die op zijn gezicht gefixeerd leek. Hij had een notitieboekje bij zich.
'Vanwaar die zelfingenomen grijns, rechercheur?'
'Vanwege mijn uitstekende speurtalent. Heb je even tijd om te luisteren naar wat ik over Joshua Maxfield te weten ben gekomen?'
Delilah wierp een snelle blik op haar horloge. 'Ik ga pas om elf uur met Ashley Spencers voorbereidingen beginnen, dus ik heb nu wel even tijd. Wat heb je ontdekt?'
Marx trok een stoel voor het bureau van Wallace, dat helemaal vol lag met wetboeken, politierapporten, proppen papier en schrijfblokken.
'Hoe kun je hier in godsnaam ooit iets vinden?' vroeg Marx terwijl hij zijn notitieboekje opensloeg.
Delilah tikte tegen haar slaap. 'Het zit allemaal hier. Schiet op, wat heb je voor me?'
'Onze vriend Maxfield is heel anders dan hij zich voordoet. Om te beginnen heet hij eigenlijk helemaal geen Maxfield. Hij werd geboren als Joshua Peltz. Zijn ouders behoorden tot een of andere godsdienstige sekte in Massachusetts die er bij de opvoeding van kinderen van uitgaat dat lijfstraffen noodzakelijk zijn, omdat ze vinden dat zachte heelmeesters stinkende wonden maken. Toen Joshua elf was, is hij een week van school weggebleven. Een welzijnswerker heeft hem gevonden. Hij lag aan een ketting in een kast. Hij was sterk vermagerd en uitgedroogd. Zijn lichaam zat onder de brandwonden, die veroorzaakt waren door sigarettenpeuken. Volgens mij was hij het slachtoffer van mensen met een behoorlijk zieke geest. De staat moet dat ook gedacht hebben, want ze hebben de familie Peltz uit de ouderlijke macht ontzet en onze cliënt ondergebracht in een pleeggezin.'
'Ik heb pas Maxfields eerste boek gelezen, Toerist in Babylon,' zei Delilah. 'Nu weet ik waarom hij zo realistisch over een klassiek geval van kindermishandeling kan schrijven.'
'Hij weet ook het een en ander over criminaliteit,' zei Marx. 'Hij heeft in zijn jeugd een behoorlijk strafblad opgebouwd. Hij heeft het huis van zijn eerste pleeggezin in brand gestoken en wegens brandstichting in een jeugdgevangenis gezeten; op de lagere en middelbare school heeft hij zich meerdere malen schuldig gemaakt aan geweldpleging en is ook een aantal malen van school gestuurd. Het enige waar hij goed in was, was judo. Een van zijn pleegouders meende dat de discipline goed voor hem zou zijn, maar hij gebruikte zijn vaardigheden alleen om andere kinderen te terroriseren. Toen hij in de hoogste klas van de middelbare school zat, werd hij van school gestuurd omdat hij de arm van een jongen had gebroken. Daarna heeft hij een jaar wat rondgehangen en is toen weer teruggegaan naar school.'
'Wanneer is hij zich Maxfield gaan noemen?' vroeg Wallace.
'Zijn laatste pleeggezin heette Maxfield. Toen hij aan de universiteit van Massachusetts ging studeren, heeft hij zijn naam officieel laten veranderen. Volgens mij dacht hij dat Maxfield meer klasse had dan Peltz. Hij vertelde iedereen dat hij uit een rijke Californische familie kwam.'
'Hij heeft zijn grote bestseller toch geschreven in de tijd dat hij op de universiteit zat?'
'Ja, hij is eraan begonnen tijdens zijn voorbereidende jaar en heeft hem afgemaakt toen hij bijna klaar was met zijn studie.' Marx keek op van zijn aantekeningen. 'Ik heb een heleboel gegevens over zijn loopbaan als schrijver ontleend aan boekbesprekingen en interviews uit de tijd dat hij met Toerist doorbrak. Het verhaal gaat dat hij voor Engels een opstel had geschreven over zijn jeugd en dat zijn leraar hem toen aanraadde het verder uit te werken. Hij heeft er een riant voorschot voor gevangen, later werd het bekroond en stond het hoog op de bestsellerlijsten, kortom: het hele circus. Maxfield was in een klap een gevierd auteur, een natuurtalent. Maar het probleem was dat hij al het materiaal over zijn ellendige jeugd in zijn eerste roman had gestopt en niet in staat was om een behoorlijk vervolg te schrijven. Zijn tweede boek was een flop. Daarna heeft hij niets meer geschreven.'
'Als je zijn verhaal over die seriemoordenaar niet meerekent, tenminste.'
'Daar zeg je wat.' Marx zweeg. 'Je denkt toch niet dat hij die moorden heeft gepleegd om aan materiaal voor zijn boek te komen?'
'Je brengt me op een idee.' Delilah staarde een ogenblik in de verte. 'Daar ga ik eens diep over nadenken.' Ze richtte haar aandacht weer op de rechercheur. 'Heb je verder nog iets voor me, Tony?'
Marx vertelde Wallace wat hij te weten was gekomen over de achtergronden van Maxfields vertrek bij Eton College.
'Kunnen we erachter komen wie die vrouw was?' vroeg Delilah.
'Daar ben ik mee bezig.'
'Bestaat er een kans dat we Maxfield in verband kunnen brengen met de moorden die buiten Oregon zijn gepleegd?'
'Daar is de FBI mee bezig, maar ik heb nog niets van ze gehoord.'
'Prima werk. Dan wil ik nu graag verder met mijn eigen werk, anders wordt het vanmiddag één grote chaos.'
Na de arrestatie van Joshua Maxfield werden Ashleys nachtmerries minder hevig. In plaats van angst voelde ze nu voornamelijk verveling. Ze begon weer te trainen al was het maar om iets om handen te hebben. Ze besteedde een hele middag aan het dribbelen met de bal en oefende een paar gerichte doelschoppen. De dag daarna deed ze precies hetzelfde. Het was een fijn gevoel om weer op het voetbalveld te staan, waar haar enige probleem bestond uit hoe ze de bal in het net moest zien te krijgen. Op zaterdag reed Sally Castle met Ashley naar het winkelcentrum, waar ze naar de bioscoop gingen en pizza aten. Toen ze het terrein van de Academy verlieten, voelde Ashley zich net een gevangene die na jaren van eenzame opsluiting in vrijheid wordt gesteld.
Ashley verheugde zich op haar maaltijden ten huize van Henry Van Meter. Ze genoot van zijn verhalen over zijn reizen, over de geschiedenis van Oregon en over al de andere interessante dingen die hij in zijn leven had bereikt. Vergeleken daarbij leek haar eigen leven maar saai. De enige keren dat haar ouders haar mee op reis hadden genomen, was op een vakantie naar Mexico en Aruba, maar daar hadden ze steeds samen met andere Amerikanen in een bungalowpark gezeten, zodat het allemaal wat minder exotisch was dan ze zich had voorgesteld.
Een enkele keer at Miles ook mee met haar en zijn vader. Hij was net zo aardig tegen haar als zijn vader en ze voelde zich in hun gezelschap dan ook volkomen op haar gemak. De Van Meters moedigden Ashley aan om over haar toekomst na te denken. Daar zag ze aanvankelijk weinig in, maar ze verzekerden haar dat ze in het najaar gratis op de Academy kon komen. Ze hadden het ook een paar keer over het voetbalelftal. Er lag een plan klaar voor een aantal oefenwedstrijden buiten Oregon, zodat de meisjes zich zouden kunnen meten met andere teams uit de nationale competitie.
Op de ochtend van de hoorzitting ondervond Ashleys genezingsproces echter een tegenslag. Toen ze wakker werd, voelde ze zich bang en misselijk. Ze sloeg het hardlopen over, omdat angst en zenuwen al haar energie opeisten. Ze was naar het grote huis gegaan om daar te ontbijten, maar het enige dat ze door haar keel kon krijgen was wat toast en een kop thee. Zoals altijd probeerde Henry Van Meter haar aandacht af te leiden met verhalen over verre plaatsen, maar ze luisterde maar half naar wat hij zei. Ze probeerde zich voor te stellen hoe het zou zijn om later op de dag oog in oog te staan met Joshua Maxfield en het lukte Henry niet om haar daarvan af te brengen.
Rechercheur Birch kwam Ashley om negen uur bij het studentenhuis van de Academy ophalen en reed met haar naar het gerechtsgebouw. Hij vroeg haar hoe het met haar ging en ze zei dat ze erg zenuwachtig was. Maar ze kon zich er niet toe brengen hem te vertellen dat ze doodsbang was bij de gedachte dat ze straks in dezelfde ruimte zou zitten met de man die haar ouders om het leven had gebracht en haar ook bijna had vermoord. Birch zei dat het volkomen normaal was dat mensen onder zulke omstandigheden last van hun zenuwen hadden. Hij probeerde haar gerust te stellen door te zeggen dat Delilah Wallace erg aardig was en er alles aan zou doen om de kwelling van de hoorzitting voor haar zo pijnloos mogelijk te laten verlopen. Daarna trok Ashley zich in zichzelf terug en de rest van de rit verliep vrijwel in stilte.
Jerry Philips zat in de receptieruimte van het OM een boek te lezen toen Ashley binnenkwam. Toen hij Ashley zag, glimlachte hij en stond op. Birch posteerde zich tussen Ashley en de advocaat.
'Ken je deze meneer?' vroeg de rechercheur aan Ashley zonder zijn blik van Philips af te wenden.
'Ja. Hij was de advocaat van mijn ouders.' Ze keek Jerry aan. 'Wat kom je hier doen?'
'Ik ben ook jouw advocaat, Ashley. Ik ben hier naar toegekomen omdat ik dacht dat je misschien wel een beetje geestelijke steun zou kunnen gebruiken. Ik heb al met mevrouw Wallace gesproken. Ze lijkt me erg aardig. Ze wil liever onder vier ogen met je spreken, maar als je je beter op je gemak voelt als ik er bij ben, ga ik met je mee. Daar heeft ze geen bezwaar tegen.'
'Dat hoeft niet. Ik ga wel alleen.'
'Prima. Dan wacht ik hier op je tot het gesprek is afgelopen.'
In het begin van het gesprek was Ashley erg zenuwachtig, maar Delilah wist haar binnen vijf minuten op haar gemak te stellen. Delilah zei tegen Ashley dat ze maar kort in de getuigenbank hoefde te zitten. Ze zou haar alleen wat vragen stellen over wat Ashley in het botenhuis had gezien. De advocaat van Maxfield zou in de gelegenheid gesteld worden om haar een kruisverhoor af te nemen, maar Delilah verwachtte niet dat hij haar lastige vragen zou gaan stellen. En Delilah stelde haar gerust door te zeggen dat zij vlak in de buurt zou zijn om bezwaar te maken als de advocaat van Maxfield te ver ging.
'Krijg ik Maxfield ook te zien?' vroeg Ashley.
'Je blijft in mijn kantoor wachten tot je opgeroepen wordt. Je ziet hem dus pas als je je verklaring gaat afleggen. Als je in de rechtszaal bent, zit hij schuin tegenover je aan het tafeltje van de verdediging, maar er is extra bewaking ingezet, zodat je je geen zorgen hoeft te maken. En ik heb onze meest ervaren bewakers ingeschakeld om jou te beschermen. Als hij ook maar een vinger naar je uitsteekt, slaan ze hem tot moes,' zei Delilah op strenge toon. Hierna verscheen er een glimlach op haar gezicht. 'En als ze met hem klaar zijn, neem ik hem te pakken. Hij zal niet weten wat hem overkomt.'
Bij de gedachte dat deze forsgebouwde vrouw Maxfield met haar enorme gewicht zou verpletteren, schoot Ashley in de lach. Ze geneerde zich en hield een hand voor haar mond, maar Delilah schoot op haar beurt ook in de lach. Heel even zaten Delilah en Ashley als meisjes onder elkaar te giechelen, alsof het om een grapje ging dat zij alleen kenden.
Gedurende de rest van de tijd besteedde Delilah aan de vragen die ze Ashley zou gaan stellen en luisterde ze naar Ashleys antwoorden. Een enkele keer maakte de aanklager een opmerking over een antwoord en stelde voor om het iets anders te formuleren, maar ze drong er niet op aan dat Ashley iets zou zeggen dat niet overeenkwam met de waarheid. Ten slotte onderwierp Delilah Ashley aan een schijnkruisverhoor. Ze zei dat het 't beste was als Ashley tijdens het kruisverhoor alle vragen naar waarheid beantwoordde. Ze raadde haar aan daarbij niet overhaast te werk te gaan, alle vragen goed op zich te laten inwerken en dan pas antwoord te geven. Ze moest haar antwoorden ook zo kort en ter zake mogelijk proberen te houden.
'Als je het antwoord niet weet, moet je dat gewoon toegeven en als je twijfelt, moet je dat ook zeggen,' instrueerde Delilah haar.
Nadat ze het kruisverhoor hadden geoefend, zei Delilah dat Ashley zich er wonderwel doorheen had geslagen. Tegen het eind van het gesprek was Ashley een stuk minder bang en was ze ervan overtuigd dat ze de komende beproeving zou kunnen doorstaan.
Toen Delilah samen met Ashley naar de receptie terugliep, zat Ashleys advocaat daar nog steeds op haar te wachten.
'Meneer Philips,' zei de plaatsvervangend aanklager, 'Ashley is mijn tweede getuige. Ik wil dus dat ze om halftwee precies in de rechtszaal is, klaar om te getuigen.'
'Geen probleem. Ik ga nu wat met haar eten en zorg dat ze op tijd in de rechtszaal is.'
'Graag.' Delilah wendde zich tot Ashley en legde een hand op haar schouder. 'Je moet flink eten, meid. Je hebt bijna geen vlees meer op je botten.'
Ashley glimlachte. Ze voelde zich veilig als Delilah in de buurt was. De aanklager glimlachte terug, draaide zich om en liep de gang in naar haar kantoor.
'Heb je honger? Zullen we ergens wat gaan eten?' vroeg Philips.
Ashley had amper ontbeten en ze rammelde dan ook van de honger, maar ze had al zo vaak politieseries op de televisie gezien dat ze vond dat ze Philips eerst iets moest vragen.
'Blijf je de hele middag bij me?'
'Wil je dat?'
'Ja, maar ik weet dat advocaten erg duur zijn en dat kan ik niet betalen. Ik heb geen geld.'
'Dat heb je wel degelijk. Weet je nog dat ik het met je over die levensverzekeringen heb gehad? Er is inmiddels ook een bod op het huis gedaan, maar dat bespreken we wel onder het eten. Over mijn honorarium voor vandaag hoef je je geen zorgen te maken. Vandaag gaat alles op kosten van de zaak.'
'Waarom ben je zo aardig tegen me?'
'Omdat we allebei in hetzelfde schuitje zitten, weet je nog? Ik weet nog hoe eenzaam ik me voelde toen mijn vader was overleden. Ik kan dus een beetje begrijpen hoe je je voelt. Het is beter als je op zulke momenten niet alleen bent.'