87

‘Welkom in Rock City, mevrouw.’

Kady Jones was vanuit Washington rechtstreeks naar de luchtmachtbasis Ramstein in Zuid-Duitsland gevlogen. Onderweg was haar verteld wat er aan de hand was. Er was reden om te denken dat er weer een Russische bom was ontdekt, nu in Kosovo. Ze moest gaan vaststellen of hij echt was, of niet. De toon van de informatie was dringend geweest, maar routinematig: ze hoefde zich geen zorgen te maken. Na afloop had ze nog een boodschap gekregen, waarin haar om haar lengte, kledingmaten en schoenmaat werd gevraagd. Op het moment dat de cabinedeur werd geopend, was ze regelrecht naar een militair transportvliegtuig geleid, dat al vol zat met een volledig explosievenopruimingsteam van het leger plus hun uitrusting. Een tiental andere mannen zat zwijgend en onbewogen in futuristische zwarte uniformen klaar voor vertrek te wachten. Nog voordat zij haar veiligheidsgordel had vastgemaakt, begonnen de wielen al te rollen. Zodra ze in de lucht waren, kwam een van de mannen in het zwart naar haar toe.

‘Majoor Dave Gretsch,’ zei hij. ‘Ik wilde mezelf even aan u voorstellen en u laten weten dat mijn mannen en ik vanavond de omgeving voor u zullen beveiligen. Er is een kans dat er wat gaat gebeuren, maar als u precies doet wat wij zeggen, zorgen wij ervoor dat u niets overkomt. Intussen kunt u ons alles vragen wat u wilt weten.’

‘Wie zijn jullie?’ vroeg Kady.

Gretsch glimlachte verontschuldigend. ‘Ik vrees dat ik u dat niet kan vertellen. Het enige wat u hoeft te weten is dat wij de besten zijn.’

‘O… Maar waar gaan we eigenlijk naartoe?’

‘Dat kan ik ook niet zeggen. Ik weet het zelf nog niet eens. Eigenlijk hoopte ik dat u het wist.’

‘Dus ik kan wel vragen, maar u kunt geen antwoord geven.’

‘Daar ziet het wel naar uit, maar zo gaan die dingen in het leger.’

Nu was het tien uur ’s avonds en ze was net aangekomen op de basis Tuzla in Bosnië. Terwijl de soldaten hun wapens en uitrusting gingen uitladen, werd zij verwelkomd door een luchtmachtkorporaal, een vrouw, die haar meenam naar een klaarstaande Humvee.

‘We noemen het Rock City vanwege al het rotspuin dat overal ligt – het was hier een grote modderpoel voordat ze dat hier hebben neergegooid,’ legde ze uit. ‘Hoe dan ook, er is een kamer voor u ingericht in de officiersverblijven, hoewel ik betwijfel of u aan slapen zult toekomen.’

Kady werd naar haar kamer gebracht, niet veel meer dan een hokje met een veldbed, in een eenvoudig, prefabgebouwtje. De korporaal droeg haar beleefd op zich om te kleden en verdere instructies af te wachten. Op het bed lagen een compleet gevechtstenue, een T-shirt, een verstevigd jack, een paar laarzen en een helm. Nu wist ze waarom ze haar maten hadden willen weten.

Maar in wat voor slagveld ging ze zich begeven?