Dankwoord
Ik ben veel dank verschuldigd aan de volgende mensen: Dan Conaway, voor zijn geweldige genialiteit en, wat nog belangrijker is, voor zijn vriendschap, waardoor ik dit boek kon afmaken; Brittany Hamblin, die me zoveel creatieve vrijheid gaf en voor het idee waar dit boek uit is ontstaan; Stephen Barr die een constante positieve kracht is geweest; Carrie Kania, mijn type rouwdouwer; Emin Mancheril voor het perfecte omslag; het team van slimme en inspirerende vrouwen van HarperCollins: Paula Cooper, Brenda Segel, Stephanie Selah en Juliette Shapland.
Ik ben veel dank verschuldigd aan de mensen die de eerste kladversies hebben gelezen en me hebben aangemoedigd, die hebben gezorgd dat ik beter leerde schrijven en een betere vriendin werd, die me bij de les hielden, deuren voor me openden, belangrijke pakketjes met veel liefde verstuurden, die Thais eten met me deelden tijdens een verschrikkelijke sneeuwstorm, me hielpen met het leegdrinken van een fles whisky, tekeningen maakten die me opvrolijkten, mijn belletjes leenden voor op hun schoenen, de mooie titel bedachten, veel met me hebben gelachen tijdens een geweldig weekend in Canada, me peptalks gaven als ik die heel hard nodig had, en in me geloofden als ik dat zelf niet meer deed: Zett Aguado, Bob Arter, Terry Bain, Lauren Baratz-Logsted, Bruce Bauman, Laura Benedict, Ritchie Blackmore, Melvin Brooks, Kim Chinquee, Tish Cohen, Elizabeth Crane, Keith Cronin, Jim Daniels, Juliet DeWal, Karen Dionne, Frank DiPalermo, Kevin Dolgin, Xujun Eberlein, Richard Edghill, Pia Ehrhardt, Janet Fitch, Patry Francis, Neil Gaiman, Sands Hall, Tom Jackson, Tommy Kane, Jessica Keener, Roy Kesey, Josh Kilmer-Purcell, Dylan Landis, John Leary, Brad Listi, Kathy en Kenny Machin, Brian McEntee, Ellen Meister, Darlin’ Neil, Lance Reynald, Jordan Rosenfeld, Gail Siegel, Robin Slick, James Spring, Tracey Tekverk, Jim Tomlinson, Amy Wallen, John Warner, Kimberley Wetherell en Tom Williams.
Verder gaat mijn dank uit naar enkele belangrijke gemeenschappen in mijn leven: de openhartige Zoetrope Virtual Workshop, waar ik heb geleerd om onbevreesd te redigeren; de vruchtbare schrijversclub in Squaw Valley, waar ik tot de ontdekking ben gekomen dat ik van méér kon dromen; Nile Rodgers’ inspirerende We Are Family Foundation, waar ik vrijwilligerswerk doe, en mijn geliefde LitPark, waar ik mezelf voortdurend vernieuw.
Tot slot bedank ik mijn moeder, die het eerste verschrikkelijke gedicht dat ik ooit heb geschreven las en zei dat ik talent had, en mijn briljante, artistieke, grappige, grootmoedige jongens, omdat ze zoveel begrip hadden tijdens het lange project. Tijd voor een feest!