Ik ben achtentwintig

De tWnTG puilt uit van de lachende, pratende, drinkende, dansende, kijkende en bekeken mensen met goede haardagen en eclectische kledingkasten vol labels en vintage en h & m en ontwerpers die zo nieuw zijn dat zelfs Louise ze niet kent. Het deurbeleid staat afgesteld op nonchalant, met hier en daar een scheur en een semi-zomaar opgezet hoedje. De tentoonstelling van Georges eindexamenjaar heeft plaatsgemaakt voor Max-achtige wandschilderingen met woeste halen en opdringerige kleuren. De muziek staat zo hard dat ze beukt in mijn darmen, het slordige licht doet iedereen goed en ik vind de tWnTG de leukste plek op aarde – vanavond in ieder geval. Ik heb nog net verstaan dat de jongen naast me Jort heet en dat hij me vroeg of ik ook meedeed aan iets heel belangrijks voor talentvolle reclamemakers en iets met interactieve media beneden de dertig, dus ik vind hem nu al aardig.

“JA!” gilde ik over The Flexmaster heen, die blijkbaar de smoutste dj van het moment is. Want waarom zou ik geen ja roepen? Diep vanbinnen ben ik een talentvolle reclamemaker beneden de dertig.

“Maar ik ben meer (…) (…) dus dan doe ik (…) (…), weet je wel!”

“Echt wel!” roep ik terug.

“Ik bedoel, iedereen heeft het steeds maar over viral, maar (…) (…) en dan denk ik dus (…) (…) crowdsourcing!”

“Ja, crowdsourcing!” gil ik, of zing ik bijna, want wat een mooi woord is dat, crowdsourcing.

“Hééééé,” komt Rodzjer om mijn nek hangen, die zo te zien weer gestopt is met stoppen met drinken.

“Jij was toch gestopt met de reclame?” vraag ik.

“Jong talent (…) spotten (…) sóóó mooi,” roept hij. Hij ruikt naar sambuca en leverworst.

Ik heb het afgelopen halfuur nog geen zinnig gesprek gevoerd, maar ik ben idioot vrolijk, gewoon, omdat het kan. Omdat ik sta te praten op de undergroundste plek van het moment, Jort hier naast me denkt dat ik achtentwintig ben, ik daar in dit licht mee wegkom en ik kijk naar mensen die dansen alsof het de beste avond van ons leven is – en waarom ook niet, misschien is vanavond dat wel. Hier is geen Max en Jeroen is er gelukkig ook niet om me af te leiden, hier zijn geen veertigjarig huwelijksfeest waarover geadviseerd moet worden, geen zand en geen bouwkraan. Hier is de nacht, en dat is meer dan genoeg.

The Flexmaster zet het volume nog een streepje hoger en ik loop de dansvloer op, naar de rest, die hopt, stuitert en ontzettend slicke moves doet. Ik ben achtentwintig, ik dans met het leven op mijn hielen en mijn haar waaiert in slow motion door de rook uit de rookmachine. Freedom. Daar gaat het om, George, freedom.