'Ik ben gewond, man', brulde Mo in zijn gsm. 'Dat kolere wijf heeft mijn hand opengesneden. Ik bloed als een rund. Nee, ik zit in de auto. Ze werd buiten opgewacht. Weet ik veel... een vent in een witte Renault. Verdomme...' Hij smeet zijn gsm op de passagiersstoel en trok aan het stuur. Hij nam wat gas terug en trok moeizaam de versnellingspook naar zijn vier. De auto dribbelde in de bocht en trok daarna weer recht. De vingers van Mo begonnen te tintelen en zweet parelde op zijn voorhoofd. Druppels bloed vielen op de witleren zitting van de stoel toen hij de gsm weer oppakte. 'Ron... We rijden op de Ring van Antwerpen. Zorg voor een paar mannetjes en kom deze kant op. Dan rijden we ze klem. Schiet op!' Mo gooide de gsm weer op de stoel en drukte zijn handpalm stevig op zijn spijkerbroek in de hoop dat hij zo het bloed kon stelpen. Hij trapte het gaspedaal in en probeerde de Renault te passeren. De Renault zwenkte naar rechts en sneed hem de pas af. Mo vloekte hardop en ramde met zijn vuist op het stuur. Als hij die twee in zijn handen kreeg dan... Wie kon die vent zijn? Een klant die verliefd op Kelly was geworden? Het zou niet de eerste keer zijn dat een kerel smoorverliefd werd op een van de meisjes. Breda, las Mo op een bewegwijzering die voorbij zoefde. Natuurlijk... De kerel
probeerde Kelly naar Nederland terug te brengen. Maar daar zou hij een stokje voor steken. Hij liet haar niet zonder slag of stoot gaan. Hij had veel te veel in Kelly geïnvesteerd. Ze moest zeker nog een jaar of twee voor hem werken voordat hij genoeg aan haar had verdiend. Een plotselinge misselijkheid golfde omhoog en het zweet gleed in straaltjes langs zijn gezicht, in zijn ogen. Gejaagd veegde hij met zijn bebloede hand het zweet van zijn gezicht. Hij knipperde met zijn ogen en bevochtigde met zijn tong zijn droge lippen. Zijn vingers gleden langs het stuur dat rood zag van het bloed. Het stuur was glad en glibberig geworden en bood weinig houvast meer. Een bocht naar rechts. Zonder vaart te minderen stuurde hij de auto door de bocht. De auto slingerde over de weg en al vloekend probeerde hij het vehikel te corrigeren. Driftig trok hij aan het stuur waardoor de auto de weg afschoot, de berm in. De auto schommelde en hobbelde over de zachte berm. Geschrokken trapte hij op de rem, wist op een haar na een verkeersbord te ontwijken en uiteindelijk kwam de auto schokkend tot stilstand. Met een spierwit gezicht zat hij enkele seconden bevroren achter het stuur. Hij haalde moeizaam adem en zag hoe de Renault langzaam uit het zicht verdween. Zijn woede laaide weer op en hij trapte het gaspedaal in. Aarde spoot omhoog, de wielen slipten en groeven zich diep in de aarde vast. 'Trut', brulde hij. 'Je gaat eraan.' Hij pakte zijn gsm en drukte op de toetsen. 'Waar zijn jullie?' blafte hij in het toestel. 'Ik zit met mijn auto vast in de berm. Pik me zo snel mogelijk op en bel Ramon. Die vent brengt haar terug naar huis. Laat Ramon zorgen dat iemand haar daar opwacht.'
'Hij gaat slippen', schreeuwde de chauffeur van de witte Renault. Kelly draaide zich met een ruk om en zag hoe de
auto van Mo in de berm tot stilstand kwam.
'Dat scheelde weinig of hij was tegen het verkeersbord
aangeknald', meende de man.
'Jammer dan', antwoordde Kelly droogjes en ze ging weer recht zitten.
'Je moest ongezien het restaurant verlaten', foeterde de man. 'Zo moeilijk was dat toch niet. Nou hebben we een gestoorde maniak achter ons aan. Wat heb je gedaan?' Kelly schokschouderde. 'Waar gaan we heen?' veranderde ze snel van onderwerp.
'Naar Lille, mogen we hopen. Maar we hebben nu al een probleem.' Hij kon een boze zucht niet onderdrukken. 'Ik heb een omweg moeten maken om de maniak op het verkeerde been te zetten', verklaarde hij. Kelly gaf geen reactie, haar gedachten waren duidelijk elders. Ze staarde met een spierwit gezicht naar de bloedspettertjes op haar handen. Toen ze Mo met het mes stak, verwachtte ze overspoeld te worden door genoegdoening, of door een gevoel van triomf. Maar dat bleef uit. Ze was alleen maar geschokt. Geschokt dat ze tot zoiets in staat kon zijn. Ze realiseerde zich al te goed dat ze nu zijn woede over zich had afgeroepen. Hij zou niet rusten tot hij haar te pakken had. 'We zijn behoorlijk uit koers, dus ik hoop dat we nog op tijd in Lille aankomen.' Zijn woorden sijpelden langzaam tot haar door. Ze stopte haar handen in haar jaszak en wiegde heen en weer op de bank. Steeds sneller en sneller. Bezorgd bekeek de man het gespannen meisje naast hem aan en trapte toen het gaspedaal tot de bodem in. Ze zetten koers naar Malle met als einddoel: Lille.
Mo had een oud T-shirt in de kofferbak gevonden en dat om de wond gewikkeld. Hij stond tegen zijn auto geleund en zoog
ongeduldig aan een sigaret. Zijn hersenen maakten overuren. Elk detail van de afgelopen dagen, hoe klein dan ook, spoelde als een film voorbij. Wat had hij over het hoofd gezien? Wanneer is ze zich anders gaan gedragen? Dat was de dag waarop ze met Lien op stap was geweest. Hij knikte stilletjes. Toen had ze tegen hem gelogen. Toen beweerde ze dat ze de hele dag ziek thuis had gezeten. Ze had hem afgebekt, als vuil behandeld. Dikke Lien... Hij kauwde gefrustreerd op zijn sigaret. De vrouw had hem vanaf het begin al niet gemogen maar dat gevoel was dan ook vice versa. Misschien was het geen slecht idee om Lien eens op een bezoekje te trakteren. Zij wist meer. Hij veerde omhoog toen de Audi van Ron in zicht kwam. Nog voordat de auto goed en wel gestopt was, had hij het portier al opengetrokken en was hij in de auto gesprongen. 'Rechtdoor', brulde Mo. Met een stug knikje begroette hij de twee mannen op de achterbank. Meivin sloeg hem op de schouder. 'Dit is Ger', stelde hij zijn compagnon naast hem op de achterbank voor. 'We krijgen ze wel te pakken.' 'Hoe zit het met je hand?' wilde Ron weten. 'Moetje niet eerst naar het ziekenhuis? Het bloed komt er doorheen.' 'Niet zeuren maar gas geven. Ik moet ze te pakken krijgen', grauwde Mo. 'Heb je Ramon gewaarschuwd?' Ron knikte. 'Als ik die trut in mijn tengels krijg, maak ik haar af', siste Mo. Zijn gsm klonk en snel trok hij het toestel te voorschijn. 'Mo', snauwde hij kortaf. 'Wat? Hoezo, niet teruggekomen?' Zijn hoofd liep donkerrood aan en een ader in zijn nek zwol op. 'Hoelang is ze dan al weg? Ruim één uur? Was ze met een vaste klant mee? Nooit gezien... Donkergroene stationcar.' Mo klauwde met zijn vingers in zijn haren en snoof wild. 'Wacht nog een kwartiertje en als ze er dan nog niet is, bel je Erik. Ik heb nu even geen tijd, ik zit tot over mijn oren in de shit. Laat
Erik de omgeving afzoeken. Misschien was de man ontevreden en heeft hij haar op een afgelegen parkeerplaats de auto uitgegooid. Laat hem bellen zodra hij haar heeft gevonden.' Mo verbrak de verbinding en sloeg driftig met zijn gezonde hand op het dashboard. 'Dit kan toch niet waar zijn? Lisa is nu ook verdwenen. Geef wat meer gas. We rekenen eerst met deze twee af.' Met honderd zestig kilometer per uur stoof de Audi de Ai op naar Breda.
'Hier mag je eruit', zei Leo. De stationcar stopte in de Kloosterstraat. Leo draaide de radio uit en trok een envelop onder zijn stoel vandaan. 'Deze brief moest ik je geven. Goed lezen.' Hij legde de briefin haar schoot en knikte vriendelijk. 'Ik wens je succes, Lisa. Het ga je goed.' 'Dank je, Leo.' Lisa stapte uit en keek zoekend in het rond in de hoop dat Kelly al op haar stond te wachten. Op een paar bejaarde dames met boodschappenwagentjes na, was de straat verlaten. Ze stak de straat over en ging op een bankje in de zon zitten. De zon voelde prettig aan en ze sloot heel even haar ogen. Het was lang geleden dat ze van zoiets simpels als de zon genoot. In gedachten was ze weer thuis, in de warme keuken met de geur van koffie en de stemmen van moeder, Joost en Bart. Ze haalde diep adem. Niet huilen, zei ze tegen zichzelf. Er waren genoeg tranen gevloeid. Ze opende haar ogen en las de letters op de envelop: Lisa. Met haar vinger volgde ze langzaam de lijnen van het kriebelige handschrift. Ze draaide de envelop en scheurde het open. Twee briefjes van twintig euro en een brief dwarrelden in haar schoot. De brief was in hetzelfde handschrift geschreven als de envelop. Haar ogen schoten langs de regels.