Vivian vloekte hardop. Het liep helemaal fout. Elk detail was tot in de puntjes uitgewerkt maar ze hadden geen rekening gehouden met onverwachte veranderingen. Lien en Vivian hadden om de paar uur naar de ouders gebeld maar er werd niet opgenomen. De mensen leken van de aardbodem te zijn verdwenen. Ze hadden drie chauffeurs met vluchtauto's kunnen regelen maar de prijs die ze daarvoor moesten betalen was aanzienlijk hoger dan waarop ze hadden gerekend. En nu Lisa... Vivian moest rap handelen. Ze had hooguit een paar minuten om dit probleem op te lossen. Hoe minder tijd ze had om het voor te bereiden, hoe meer kans er bestond dat ze fouten ging maken. Ze wachtte tot Lisa en Mo het pand hadden verlaten en stormde toen de trap af. 'Sjaak...' Sjaak lag op een bank die beneden in de hal van het pakhuis stond. Ze schudde zijn knokige lichaam heen en weer. Met tegenzin opende hij zijn ogen en keek de vrouw lodderig aan. 'Wat mot je?' grauwde hij.

'Ik heb een klusje voor je.' Hij veegde zijn vette, lange haren naar achteren en kwam omhoog.

Een zilvergrijze BMW stopte voor de stoep van Lisa en Annelies. Een man van middelbare leeftijd draaide zijn raampje open en wenkte. Annelies vloog op de auto af en leunde op haar ellebogen door het raam naar binnen. Ze waren druk in gesprek en geregeld wees Annelies naar Lisa, die op haar beurt zenuwachtig op de binnenkant van haar lip stond te kauwen. De man keek een paar keer in haar richting en na een minuut werd ze geroepen. Met verdoofde benen liep ze op de auto af. 'Mijn zusje is nog maagd, u bent haar eerste. Niet waar, Bep?' Annelies trok Lisa omlaag zodat de man haar beter kon bekijken. De man liet taxerend zijn blik langs het lichaam glijden. 'Hoe oud ben je?' vroeg hij uiteindelijk. Die vraag bleef even in de lucht hangen. 'Net veertien?' loog Lisa in de hoop dat dit getal de man zou afschrikken. En dat deed het. De man fronste zijn wenkbrauwen en schudde met zijn hoofd. 'Dat is me toch wat te jong.' Annelies gaf Lisa een waarschuwende por tussen haar ribben. 'Maar boven de veertien vindt u geen maagd meer', wierp Annelies tegen. 'Zo'n kans krijgt u nooit meer.' De man schudde resoluut zijn hoofd. 'En hoe zit het met jou? Jou zie ik ook wel zitten.' 'Dat kan', antwoordde ze. Bijna huppelend liep ze om de auto heen, trok het portier open en liet zich op de passagiersstoelvallen.'Ik ben over een halfuurtje terug', riep ze naar Lisa. Lisa knikte opgelucht en stapte snel de stoep weer op. Ze sloeg haar armen beschermend om haar middel en keek de BMW na die stapvoets de straat uitreed.

Nog geen tien minuten later stopte een tweede auto. De bestuurder helde over de passagiersstoel en draaide het zijraam open. Hij keek haar een tijdlang zwijgzaam aan. Lisa kreeg het benauwd en stond wat onhandig aan haar vingers te frunniken. Toen kwam zijn hand naar buiten, die haar ongeduldig seinde dat ze dichterbij moest komen. Haar voeten kwamen met tegenzin in beweging. Ze stopte een paar meter voor het raampje en gluurde met een benauwd gezicht de auto in. 'Hoeveel?' wilde de man weten. Lisa schokschouderde. De ogen van de man glommen hebberig. 'Stap maar in', riep hij. 'We komen er samen wel uit.' Ze maakte een afwerend gebaar en keek schichtig achterom. Ze voelde haar tong aan haar gehemelte plakken toen ze zei: 'Ik werk vandaag niet, ik voel me niet zo goed.' 'Wat doe je dan hier', beet de man haar toe. Hij maakte een wegwerpgebaar en gaf een dot gas. Bij Gina kwam de auto weer abrupt tot stilstand. Gina liep naar voren en na een kort gesprek stapte ze in. Lisa nam weer plaats op die ene vierkante meter die haar was toegewezen. Ze probeerde zoveel mogelijk de auto's die stapvoets voorbijreden te negeren. Zodra ze werd geroepen, wendde ze haar hoofd af. Aan de overkant stopte een zilvergrijze BMW en Lisa herkende hem direct. Het duurde even voordat Annelies uit de auto klom. Ze wierp de man een handkus toe, trok haar rokje recht en holde de straat over. 'Zijn er nog klanten geweest?' Lisa schudde driftig met haar hoofd. 'Nee, het is vrij rustig.' Annelies sloeg de kraag van haar zwarte lakjas op en stopte haar handen diep in haar zakken. De regen maakte een vreemd roffelend geluid op de plastic laklaag van haar jas. De motregen had plaatsgemaakt voor dikke druppels die nu gestaag uit de hemel vielen. 'Dat komt door dit kloteweer', meende ze terwijl ze haar mond opensperde en de druppels probeerde op te vangen. 'Als dit zo doorzet, zijn we vroeg thuis.' Lisa's hart sloeg over en ze bad stilletjes dat er een onweer zou losbarsten. Een claxon klonk en een man gooide zijn rechterportier open. Annelies liep op de witte Ford af en hurkte naast het portier. Lisa sloot haar ogen en mijmerde een schietgebedje. Alsjeblief, alsjeblief. 'Bep, kom eens hier.' Een jammerklank kwam uit Lisa's keel omhoog. Ze deed een paar stappen naar voren en bleef als een zoutpilaar achter Annelies staan. Annelies stootte met haar elleboog tegen Lisa's been om aan te geven dat ze moest zakken. Onwillig zakte Lisa en wierp de man een vijandige blik toe. De man kneep zijn ogen tot spleetjes en bestudeerde haar gezicht. 'Je hoef niet zo boos te kijken', zei hij met een scheve grijns. 'Ik doe je niks. Kom, stap maar in.' Lisa kauwde zenuwachtig op haar lip. Was deze man door Vivian gestuurd of... of zat ze ernaast. Wat moest ze doen? 'Schiet op!' siste Annelies. Ze duwde Lisa ruw de auto in en stak toen haar hand uit. 'Wel direct betalen', riep ze. De man haalde zijn portemonnee tevoorschijn en telde vijftig euro uit. 'Veel plezier', riep ze en ze sloeg het portier dicht. De Ford trok op.

Lisa beet nerveus op haar nagels. Stel dat deze man niet door Vivian gestuurd was. Straks is hij een echte klant. Ze haalde zwaar adem. Dan moest het maar, dacht ze. Dan liet ze het gebeuren. Na een rit van vijf minuten reed de Ford een groot parkeerterrein op. De man zette de motor uit en haalde loom zijn handen door zijn haren. Hij draaide zich naar Lisa, die verkrampt naar de regendruppels staarde die op de voorruit uiteenspatten. Hij lachte toen hij haar benauwde gezicht zag. 'Maak je maar geen zorgen. Vivian heeft me gestuurd. Ik ga even op de achterbank een dutje doen. Maak me over een halfuurtje maar wakker.' Hij stapte uit en nam op de achterbank plaats.

Toen Lisa uiteindelijk weer teruggebracht werd naar de kade stond Annelies haar stampvoetend op te wachten. 'Schiet op! Ik sta hier te blauwbekken, we gaan naar De Zwarte Hengst.' Ze hield haar jas met twee handen stevig tegen zich aangedrukt en zag eruit als een verzopen kat. Ze seinde met haar hoofd en holde toen de kade over.

Mo rangschikte de speelkaarten in zijn hand en keek op toen de deur van De Zwarte Hengst openzwaaide. Hij fronste zijn wenkbrauwen toen de meisjes binnenstapten en legde de kaarten op tafel. 'Wat komen jullie doen?' gromde hij. Hij kwam uit zijn stoel omhoog en liep op het tweetal af. 'De regen zeikt uit de hemel', bitste Annelies. 'Als jij denkt dat ik een longziekte ga oplopen, heb je het mis.' Ze schoof met een wrokkige blik in haar ogen langs hem heen. 'Wacht even', riep hij en greep Annelies vast. Hij hield zijn hand op. Ze wrikte zich los en haalde vijftig euro uit haar jaszak tevoorschijn.

'Is dit alles', foeterde hij. Maar toen hij de woeste blik in Annelies' ogen zag, bond hij in. 'Nou, ja', zei hij onverwacht vriendelijk. 'Morgen is er weer een dag.' Hij trok Lisa in zijn armen en zei: 'Je mascara is uitgelopen, je ziet er niet uit.' Lisa reageerde niet.

Bart had zijn visspullen bij de voordeur al klaarstaan. Hij ging samen met de buurjongen een dagje vissen en hij had er reuze zin in. Het was alweer bijna twee jaar geleden dat hij voor het laatst met zijn vader had gevist. Hij had de deurknop al in zijn hand toen de telefoon rinkelde. Even weifelde hij maar uiteindelijk ging hij zuchtend naar het toestel. 'Met Bart.' Bart drukte de hoorn tegen zijn oor en speelde met het telefoonsnoer. 'Mijn moeder is er niet. Kan ik een boodschap aannemen?' Ongeduldig luisterde hij naar de vrouwenstem en wipte van zijn linker- op zijn rechtervoet. 'Ja, ze heeft wel een gsm maar dat nummer weet ik niet uit mijn hoofd.' Vluchtig keek hij op zijn horloge. Het nummer lag in de keukenla maar het leek hem niet nodig om het aan de vrouw te geven. Het was tenslotte een onbekende. 'Wil je tegen haar zeggen dat ze me met spoed moet terugbellen. Het is heel belangrijk', hield Lien vol. 'Heb je een pen en papier?' Bart blies zijn wangen op en draaide met zijn ogen. Hij grabbelde een pen uit de la. 'Zegt u het maar.' '0032...' herhaalde hij terwijl de pen over zijn handpalm kraste. Hij dreunde nogmaals het nummer op toen de vrouw erom vroeg. 'Ja, het is heel belangrijk. Ik zal het mammazeggen. Dag mevrouw.' Hij drukte snel de hoorn op het toestel, graaide zijn visspullen uit de gangen sprintte het huis uit.

Ze zochten van 's morgens vroeg tot 's avonds laat de sekshuizen en tippelzones af. Meneer en mevrouw Kroon waren in de grote steden ten zuiden van de woonplaats begonnen. Mevrouw Aldra en Joost waren afgezakt naar het noorden. Ze hadden foto's van de meisjes meegenomen maar ze werden nergens herkend. Mevrouw Aldra en Joost kwamen die avond laat thuis. Ze waren doodop. Joost zette nog snel een pot koffie en mevrouw Aldra ging even bij haar jongste zoon op de kamer kijken. De buurvrouw had Bart al naar bed gebracht. Ze opende zachtjes de deur en stak haar hoofd om de hoek. Op haar tenen sloop ze naar zijn bed. Alleen zijn donkere kruin stak boven de dekens uit. Ze drukte een kus op zijn haar en sloop toen de kamer weer uit. In de keuken liet ze zich op een stoel zakken en haalde diep adem. Haar ogen stonden vermoeid en waren omlijnd met zwarte kringen. Ze plantte haar handen onder haar hoofd en sloot haar ogen. 'Morgen wil ik samen met Bart ontbijten', zei ze terwijl ze in haar ogen wreef. 'Hij krijgt veel te weinig aandacht. Zodra hij naar school is, gaan we verder zoeken.' 'Dal is prima', antwoordde Joost. Hij nam tegenover haar plaats en schoof een mok koffie over de tafel naar haar toe. Ze opende haar ogen en glimlachte dankbaar. 'Je bent een lieverd. Wat had ik zonder jou gemoeten.' Hij nam een slok koffie en knipoogde naar haar.