'Nichtje, zusje, vriendin', ratelde de vrouw door Joost zijn protest heen. 'Wat maakt het uit. Het is de pooier alleen maar om het geld te doen. Ze manipuleren die domme grieten. Ik heb ze zien komen en gaan. Allemaal jonge dingen, kinderen nog. En binnen een paar maanden lopen ze erbij als hoeren. Zwaar opgemaakt, korte rokjes en veel te strakke truitjes.' Joost keek bedenkelijk in de pientere ogen van de vrouw en vroeg zich af wat er precies waar was van dit vreemde verhaal. Misschien overdreef de vrouw of zag ze de dingen verkeerd. Ze was tenslotte niet meer van de jongsten. 'Hoe vaak hebben die buurjongens dan een nieuw meisje?' 'Och...' De vrouw maakte een wegwerpgebaar. 'Om de drie,

vier maanden komen ze met een nieuwe thuis. En dan begint het spelletje weer van voor af aan.'

'Maar hoeren? Komen er dan mannen hier op bezoek voor de meisjes?'

'Nee, ze worden midden in de nacht weggebracht.'

'Maar u weet niet waar naar toe?'

'Och... Als je de meiden ziet, helemaal opgetut en op hoge

hakken. Dan is dat niet moeilijk. Wilt u misschien iets

drinken?'

'Nee, nee', zei Joost en hij stond snel op. 'Ik moet helaas gaan maar u bent nog bedankt voor het verhaal. Ik ga dit alles eens nader onderzoeken.' De vrouw slofte achter hem aan de gang in. 'Haal maar eerst je nichtje daar snel weg voordat het voor haar ook te laat is', waarschuwde ze. 'Dat zeker, mevrouw.' Joost knikte en verdween.

Het was al elf uur toen Joost naar huis reed. Hij was zo in gedachten verzonken dat hij niet merkte dat de sportwagen was verdwenen. Het verhaal van de oude vrouw maalde door zijn hoofd. Hoeren en drugs, had ze gezegd. Hij had wel wat veranderingen gemerkt aan Lisa, maar dan nog... De meeste meisjes van vijftien gebruikten make-up en droegen strakke truitjes. En dan de opmerking over drugs... Joost werd ijskoud. Had Lisa wat met drugs te maken? Ze zou toch niet zo stom zijn? Hij kon morgen natuurlijk de kamer van Lisa eens grondig doorzoeken en... Er stond een jongen wijdbeens op de straat en versperde hem de weg. Hij stak zijn hand als een stopteken in de lucht en riep: 'Stoppen, wacht effe.' Joost kneep in zijn remmen en minderde vaart. Voordat hij goed en wel stilstond, voelde hij dat er iemand achter op de bagagedrager sprong. Een jongen met lang, blond haar kwamachter een geparkeerde auto tevoorschijn en greep het stuur vast. Binnen enkele seconden was Joost omsingeld. 'Heb je wat te roken bij je?' Joost schudde van nee. 'Ik rook niet.' 'Wat kom jij hier eigenlijk doen?' vroeg de jongen achter op de bagagedrager op een ruzieachtige toon. 'Ik heb jou nog nooit hier gezien.'

'Dat klopt', bekende Joost. Hij rook onraad en probeerde zijn stem beheerst te laten klinken. 'Ik logeer hier een paar dagen en ik...'

'Volgens mij...' De jongen met het stekelhaar greep Joost vast. 'Volgens mij ben jij een nicht, een poot.' De woorden klonken hard en vijandig. Joost kreeg het benauwd, zweet liep in straaltjes langs zijn rug. Zijn gedachten flitsten terug naar de avond dat hij en zijn vriend werden opgewacht voor een café. Vijfjaar geleden. De schrik zat hem nog in de benen. Een groep dronken mannen hadden hem toen precies dezelfde vraag gesteld. 'Zijn jullie homo's?' Natuurlijk hadden ze het ontkend maar dat mocht niet baten. Joost en zijn vriend kregen klappen en belandden in het ziekenhuis. 'Ik vraagje wat.' Nerveus keek Joost van links naar rechts en zocht naar hulp. Maar de straat was verlaten. Volkomen onverwachts zwiepte een ketting door de lucht. De ketting zoefde langs dc schouder van Joost die verschrikt van zijn fiets sprong. Hij greep de jongen bij zijn arm vast en werkte de knaap tegen de grond. Als één man wierpen de vier anderen zich bovenop Joost. Met de armen om zijn hoofd geklemd voelde Joost hoe ze hem op zijn benen en schouders trapten. Er klonk een claxon door de straat en koplampen verlichtten de groep jongens. Een stem fluisterde in Joosts oor: 'Jij moet je neus niet in andermans zaken steken, vuile homo. Dit is een waarschuwing.' En weg waren de vechtersbazen. Een

man knielde naast Joost neer. 'Gaat het? Moet ik een ziekenwagen laten komen?'

'Nee, het gaat best', antwoordde Joost. Beverig stond hij op. 'Ik geloof dat het wel meevalt.'

'Weet u dat zeker? U bloedt behoorlijk. Was het een overval? Wilden ze geld?' informeerde de taxichauffeur. 'J-ja, ze wilden geld. Gelukkig kwam u net op tijd. Ik weet niet hoe ik u bedanken moet.' Joost trok een pijnlijk gezicht en raapte zijn fiets van de straat op.

'Wilt u een lift naar huis?' Joost schudde zijn hoofd. 'Dat is echt niet nodig. Het is nog maar een klein stukje. Bedankt voor het aanbod.' Hij schudde de taxichauffeur de hand en strompelde toen de straat uit.

'Er neemt niemand op bij de familie Aldra', zei mevrouw Kroon, en ze hing de telefoon op. 'Ik begrijp het niet. Wat bezielt Kelly ineens?' Ze zwaaide hulpeloos met haar armen door de lucht en keek haar dochter aan. 'Misschien wil ze gewoon wat aandacht', merkte Sandra luchtig op. 'Aandacht? Door van huis weg te lopen? Een goed pak slaag moet ze krijgen, het verwende nest. Wij werken ons een slag in de rondte en dan krijgen we dit als dank.' Mevrouw Kroon las de tekst hardop: 'Je hoeft me niet te zoeken. Ik kom nooit meer terug. Vijftien jaar, hoe haalt ze het in haar hoofd? Heeft ze thuis nog gegeten?' Sandra trok haar schouders op. 'Weet ik niet.'

'Weet ik niet', riep haar moeder hysterisch. 'Waar was jij dan?'

'Bij Dirk. Ik heb gekookt en ben toen weggegaan. Het is jouw dochter, hoor.'

'Doe niet zo bijdehand', blafte mevrouw Kroon. 'Als je vader dit weet, wordt hij razend. Het is maar goed dat hij in Amerika zit.' 'Nou, wat goed...' hoonde Sandra. 'Moetje hem niet bellen?' 'Ja... nee, nog niet. Ik ga hem niet onnodig belasten met de grillen van zijn dochter. Straks komt hij naar huis en dan blijkt ze achteraf doodleuk bij een vriendinnetje te logeren. Ik bel morgen eerst Lisa op.'

Lisa was stomverbaasd toen ze merkte dat Joost niet thuis was. Waar kon hij zo laat op de avond zijn? Diep van binnen was ze ook opgelucht. Nu hoefde ze geen verklaring af te leggen, tenminste nu nog niet. Ze probeerde het knagende schuldgevoel te negeren. Natuurlijk besefte ze maar al te goed dat ze weer te ver was gegaan, maar die stomme tuin was onbelangrijk vergeleken met de dingen die ze nu aan haar hoofd had. Mo had haar meegenomen naar de woning van Ramon en had daar een folder onder haar neus geschoven. Nog twee in de verkoop, stond er met grote, rode letters bovenaan de folder gedrukt. Voor de duidelijkheid waren de twee appartementen met een rode lijn omcirkeld en de vraagprijs was vet onderstreept. Nu of nooit! 120.000 euro. Lisa had enkele seconden sprakeloos naar de prijs gestaard en een zenuwachtig lachje ontsnapte aan haar keel. Vol ongeloofhad ze Mo aangekeken.

'Wat kijkje nou stom?' had Mo verontwaardigd geroepen. 'Het is een prachtige flat. Twee slaapkamers, een badkamer, een woonkeuken en een gigantisch balkon aan de achterkant van het huis. Vind je het niks?'

'Niks? Het is geweldig, maar de prijs...' sputterde ze tegen. '120.000 euro! Dat kunnen we nooit betalen, Mo. Ik zit nog op school en... en ik ben nog veel te jong. De bank ziet me aankomen.'