Kwart voor vier. Lien veerde op uit haar stoel. Ze hield de contactsleutel in de aanslag. Mo stond in de deuropening van Hot Lips en nam een laatste trek van zijn sigaret. Rook kringelde uit zijn neus omhoog en hij schoot het peukje de weg op. Een felle vonkenregen ketste af op de straatstenen. Hij haalde snel een kam door zijn haren en stapte toen in zijn auto. De motor van de Volvo sloeg aan en draaide langzaam uit zijn parkeerplaats, achter de blauwe auto van Mo aan. Op ruime afstand volgde Lien de sportauto die met hoge snelheid door de nauwe straten van Antwerpen zoefde. Bijna ging het fout toen Mo onverhoeds zijn auto schuin op de stoep tot stilstand bracht. Lien trapte op de rem maar realiseerde zich dat ze daardoor alleen maar meer zou opvallen. Ze gaf gas en toen ze zijn auto passeerde dook ze zover mogelijk weg onder het dashboard. Ze had geluk: Mo had haar niet herkend. Voordat ze de straat uitreed, zag ze nog net dat Mo het pakhuis binnenging. Snel parkeerde ze haar auto en liep naar de hoek van de straat. Ze herkende het pakhuis direct. Het pand stond in het wereldje van hoeren en pooiers bekend als een opvanghuis voor meisjes die tijdelijk verstopt moesten worden. Verstopt voor de politie of familie. Vanuit dit huis werden de meisjes door hun pooiers naar hun werkplek gebracht en weer terug. Lien knikte tevreden. Ze liep al jaren mee in dit wereldje en wist iemand die haar aan informatie kon helpen. Met grote stappen stak ze de kruising over en sloeg een zijstraat in. Vastberaden opende ze de deur van café De Zwarte Hengst. Ze keek om zich heen en ontdekte uiteindelijk de vrouw achter de flipperkast. 'Vivian', riep ze en ze slalomde langs de tafels op de vrouw af. Vivian ging gekleed in een spijkerbroek en een vormeloos T-shirt. Haar grof bruine haar hing slordig over haar rug. Ze was
geconcentreerd bezig en met tegenzin keek ze op toen ze haar naam hoorde roepen. Haar gezicht veranderde toen ze Lien in het oog kreeg. 'Lien', riep ze enthousiast. Ze liet het spel voor wat het was en sloeg haar armen rond de hals van de vrouw. 'Wat leuk...' De twee vrouwen kusten elkaar en gingen toen aan een tafeltje zitten.
'Hoe is het?' wilde Lien weten. 'Zitje nog steeds in het leven?' Vivian haalde haar schouders op. 'Zo nu en dan. De spoeling wordt dun op mijn leeftijd. Er komt steeds meer jong spul bij. De keuze is voor een vent niet moeilijk. Een verlepte vrouw van tweeënveertig of een strakke meid van negentien.' Ter verduidelijking greep ze haar borsten vast en duwde ze omhoog terwijl ze een kakelende lach liet horen. 'Vroeger stonden ze voor ons in de rij', grinnikte Lien. 'Toen verdienden we goudgeld met ons lichaam.' Vivian knikteen antwoordde: 'We hebben samen heel wat meegemaakt.' De vrouwen keken elkaar aan. Hun gezichten stonden nu ernstig, de lachende ogen keken somber. Vivians hand schoot omhoog. 'Twee bier.' Ze leunde op haar ellebogen naar voren en liet haar stem tot een vertrouwelijk gefluister dalen. 'Wat is er aan de hand? Je kwam hier niet toevallig langs.' Lien schudde haar hoofd. 'Woonje nog steeds met Paul in het pakhuis?' 'Ja, nog steeds', antwoordde de vrouw terwijl ze Lien nieuwsgierig aankeek.
'In Hot Lips loopt een loverboy rond', begon Lien haar verhaal. 'Zijn naam is Mo. Hij heeft twee meisjes bij ons werken waarvan er een minderjarig is. Ik zag hem daarstraks het pakhuis binnen gaan. Heeft hij bij jullie ook wat zitten?' Vivian leunde achterover in haar stoel en keek Lien met gefronste wenkbrauwen aan. 'Waar ben jij mee bezig? Weetje hoe gevaarlijk het is om dit soort vragen te stellen?'
'Ja, daarom vraag ik het ook aan jou. Ik weet dat ik jou kan vertrouwen.'
'Wat ga je met de informatie doen, Lien?'
'Jongens als Ho stoppen. Ik ga die meisjes helpen.'
'Helpen?' De stem van Vivian vloog een octaaf omhoog.
'Ja! Kinderen horen niet in Hot Lips of in het pakhuis thuis. Ze
horen niet in veel te kleine rokjes en nauwe truitjes de straat
af te schuimen naar mannen met geld. Ze horen in bed te
liggen met hun teddybeer. Ze moeten giebelend en verliefd
achter pubers met puisten aanlopen. Ze moeten naar disco's
en voor de tv hangen en de leraren op school treiteren.'
'Wie zegt dat ze geholpen willen worden? En dan nog... Er zijn
duizenden loverboys en dubbel zoveel slachtoffers. Je kunt ze
toch moeilijk allemaal waarschuwen?'
'Al help je er maar één, dat is al genoeg. Ik ben het spuugzat
om te zien hoe dat jonge grut de vernieling in wordt gedraaid.
Ze worden volgepropt met drugs en als ze na een tijd niet
genoeg verdienen worden ze gedumpt als een paar oude
schoenen. Dan staan ze alleen met hun verslaving. Hun hele
toekomst is naar de haaien.'
Vivian kreunde. 'Hoe gaan we het aanpakken?'
'Dus je helpt me?'
Vivian knikte bevestigend. 'Tot nu toe heb ik weinig dingen gedaan waar ik trots op ben. Laat ik hiermee beginnen.' 'Mooi!' Lien schoof haar stoel dichterbij. 'We moeten dit voorzichtig aanpakken en zo min mogelijk risico's nemen. We verzamelen eerst informatie over deze loverboy: Mo. Wie zijn zijn vrouwen? Met wie werkt hij samen? Wat weten de meisjes? Dat soort dingen.'
'Oké, dat moet lukken', meende Vivian. 'We zoeken elkaar over twee dagen weer op. Maar niet hier.' Ze seinde met haar
hoofd naar de bar. 'Ze hebben overal oren en ogen. We spreken om tien uur af bij restaurant De Tempel.' Lien tikte Vivian op haar hand. 'Ik ben blij dat we dit samen doen.'
ik heb een hekel aan drugs, ze maken echt alles kapot', antwoordde Vivian achteloos en ze nam een slok van haar bier. Lien stond op en ritste haar jas dicht. 'Over twee dagen, tien uur.'
Kelly opende de deur. Toen ze de vrouw zag staan, krulden haar mondhoeken omhoog, ik hoop datje nog niet hebt gegeten', riep Lien terwijl ze een papieren zak in de lucht stak. Ze stapte langs het meisje heen de kamer binnen en dumpte de zak op tafel. 'En aan alleen eten heb ik een broertje dood. Ie lust toch wel Chinees?'
'Ja. lekker', antwoordde Kelly verrast en snel pakte ze twee borden uit de kast. Ze was blij met de aanwezigheid van Lien. Ze voelde zich de laatste tijd erg eenzaam. Zoveel contact met de andere meisjes in Hot Lips had ze niet. Soms met Els maar bij haar kreeg ze altijd een onbehagelijk gevoel. Allerlei alarmbelletjes in haar hoofd gingen af zodra Els in haar buurt kwam. Bij Lien had ze dat niet. Lien was vanaf het begin al aardig voor haar. Terwijl Lien haar jas uittrok, schepte Kelly de borden vol. Lien knikte naar de bank. 'Gaan we daar zitten of eet je liever aan tafel?'
'De bank is best. Ik eet graag op bank, dat doe ik thuis ook altijd.'
Ze lieten zich op de bank vallen. 'Gezellig zo samen', zei Lien terwijl ze haar vork vol laadde met groenten. 'Echt wel', beaamde Kelly. 'Ik word soms knettergek van het alleen zijn.'
'Je moet er ook meer uit. Antwerpen is een prachtige stad en er is zat te beleven.'
'Ja, dat zal best wel. Maar in mijn eentje heb ik daar weinig zin in.'
'Dan ga je toch met je vriend. Waar is hij eigenlijk?'
'In Nederland. Hij heeft daar zijn werk.' En toen Kelly de
vragende blik op Liens gezicht zag liet ze er snel op volgen:
'We hebben wat problemen in Nederland. Daarom zit ik hier.'
Ze sprong plotseling van de bank op. 'Ik heb nog wat cola. Wil
je een glas?' Lien knikte en volgde het meisje met haar ogen.
'Je hebt toch niemand vermoord, mag ik hopen?'
Kelly lachte schaterend. 'Nee.' Haar stem werd somber. 'Ik
had thuis problemen met mijn ouders.'
'Wat voor problemen?' vroeg Lien voorzichtig. Kelly stond
midden in de kamer stil en dacht na.
'Als je er liever niet over wil praten...'
'Nee... dat is het niet', peinsde Kelly met een starre glimlach
om haar mond. 'Ik weet alleen niet goed meer wat het
probleem was. Stom hé?'