3
Als ik af moet gaan op de ongeruste gezichten bij de bagageband, zijn mensen banger dat ze hun bagage kwijtraken dan voor vliegen.
‘De eerste ronde koffers lijkt altijd extra lang op de band te blijven liggen,’ denk ik, terwijl ik ze een rondje zie draaien.
Elliot komt terug van zijn karretjeszoektocht.
‘Deze delen wij wel.’ Elise grijpt de eerste kar en duwt de andere onze kant op.
Ik wil niet hardop dankjewel zeggen, dus laat ik hem ratelend tot stilstand komen.
‘Die is van mij!’ Zoë grijpt enthousiast naar haar nep Louis Vuitton, en trekt hem op het karretje, brullend als een WWF-worstelaar.
‘Onze koffers! Snel!’ blaft Elise tegen Elliot.
Sasha is daarna aan de beurt.
Maar ik blijf wachten.
En wachten.
We hebben nog geen onderweg geëxplodeerde koffer gehad waar al het ondergoed uit is gevallen, dus ik geef de hoop nog niet op. Misschien komt mijn koffer als ik de andere kant op kijk. Ik draai me om en zie hoe Elliot de boeken die hij tijdens de vlucht aan het lezen was in de koffer stopt, om zijn rugzak wat lichter te maken. Sasha doet hetzelfde. Maar terwijl ze haar geishaboek er aan de ene kant in stopt, valt een ander boek er aan de andere kant uit. Elise pakt het op voordat Sasha ook maar doorheeft wat er was gebeurd.
‘Een nieuwe manier van koffers pakken!’ leest ze. ‘Mens, wat ben jij een neuroot – heb je een boek bij je over hoe je je koffer inpakt?!’
Sasha wordt rood en probeert het boek af te pakken.
‘O nee! Nog erger! Het is zo’n zelfhulpboek.’ Elise bekijkt het wat beter. ‘Hoe je de bagage van je verleden kunt loslaten om alleen verder te reizen met wat je nodig hebt…’ Over water naar de zee dragen gesproken. Denk je niet dat er in Californië al genoeg van dit soort hippiegedoe te vinden is?’
Elise vindt het blijkbaar hysterisch grappig. Sasha kijkt intens gekwetst.
‘Dit soort dingen lees jij toch niet echt, Sash?’ Elliot kijkt haar bezorgd aan.
‘Iemand raadde het me aan,’ mompelt Sasha, terwijl ze het boek pakt en in haar koffer duwt, waardoor er weer drie uit vallen. Ik pak ze snel op om ze tegen nieuwsgierige ogen te beschermen, behalve de mijne. Zelfaffirmaties van Louise Hay, Op een dag ging mijn ziel gewoon open van Iylana Vanzant en De liefde krijgen die je wilt. Die laatste zou ik best willen lezen, maar ik ben net zo verbaasd als Elliot dat Sasha zo geïnteresseerd is in dit soort doe-het-zelfpsychiatrie. Misschien komt het doordat ze gestopt is met haar modellenwerk – ze heeft nog een leven voor zich en moet even emotionele schoonmaak houden voor ze verder kan. Nou, dat is toch geweldig!
‘Heb je Leef je eigen liefde van Barbara Sher gelezen?’ probeer ik.
‘O nee, niet jij ook!’ Elise rolt met haar ogen.
‘Het zou een goed boek zijn.’ Ik negeer Elise. ‘Eenvoudig geschreven maar praktisch.’
Ik voel dat Sasha het er verder niet meer over wil hebben en draai me om naar de bagageband.
‘Kom nou, speciale op bestelling gemaakte wonderkoffer!’
Ik zou het nu helemaal niet erg vinden als de mijne de koffer is met bh- en onderbroeksluier, maar ik zie hem nergens. Erger nog, er worden helemaal geen koffer meer uitgespuugd door de band.
We wachten nog tien minuten voordat ik het feit aanvaard dat dit keer dat ziekelijke voorgevoel dat mijn koffer wel eens niet zou kunnen komen gegrond is.
Terwijl ik alle benodigde formulieren invul, verzekeren de anderen me ervan dat alles goed komt en dat ik morgen mijn koffer weer terug heb. Maar toch kan ik me niet ontrekken van het gevoel dat het universum de pik op me heeft.
‘Je mag alles van me lenen,’ biedt Sasha aan wanneer we naar de douane lopen.
‘Dank je, maar ik zou eruitzien als een steltloper die zijn stelten vergeten is.’
‘Wij hebben bijna dezelfde maat!’ zegt Zoë.
‘Waar?’ sputter ik tegen, terwijl haar welgevormde lichaam bekijk – ik zou een moord doen voor een decolleté waarvoor je niet je borsten tegen elkaar hoeft te drukken. ‘Bij de enkels?’
‘We zijn even lang,’ Zoë grijpt naar strohalmen.
Ik probeer mezelf in een van Zoës outfits te zien, maar denk dat ik me zou voelen als een beginnende zangeres in een verblindende Songfestivaloutfit.
Het valt me op dat Elise niet aanbiedt dat ik kan lenen. Niet haar eigen kleren in elk geval.
‘Misschien kan Helen helpen?’ redeneert ze, zich niet realiserend hoe onwaarschijnlijk dat is.
Helen, arme ziel, zit vast in een M&S-tijdgat – haar uniform is een plooibroek met gouden ketting op een polotrui. Niet te aanstootgevend voor de algemene bevolking, maar een klassiek geval van What not to wear wat Zoë betreft. Als je met de outfit niet ook de kerstboom kunt versieren, is ze niet geïnteresseerd.
Ik vraag me af hoe Helens kledingkast eruitziet nu ze in een warmer klimaat is gaan wonen. Ik heb het voorgevoel dat ze rondloopt in rokken tot op de knie en poloshirts met een logo erop. Niet echt iets voor mij. Niet dat ik een stijlicoon ben – ik ben alleen maar goed in het stylen van kamers. Ik kan de meest inspirerende vaas vinden als focuspunt in een hele kamer, maar wat kleren betreft koop ik steeds weer variaties op een bekend thema, omdat ik herkenning verwar met verlangen. Eerlijk gezegd ben ik nu mijn koffer kwijt is niet veertien outfits armen, maar eerder veertien keer één outfit.
‘Lara!’ Elliot knipt met zijn vingers voor mijn gezicht. ‘Waar zat jij nou?’
Even staar ik hem dom aan, kan ik niet snel genoeg weer overschakelen naar de ‘gewoon een vriendin’-modus.
‘Wil je deze er niet op leggen?’ Elliot trekt aan de schouderband van mijn tas.
Ik kijk naar zijn kaki canvas koffer die gemoedelijk naast de harde koffer van Elise zit en schud mijn hoofd. ‘Het is wel goed zo,’ zeg ik. Zelfs handbagage kan zich wel eens overbodig voelen.
Terwijl we door het vliegveld lopen naar de aankomsthal, vallen me de felle turkoois met witte bordjes op. Alles ziet er zo fris en luchtig uit en lijkt het uit te schreeuwen: ‘Welkom in Californië – tijd om je blije gezicht op te zetten!’
Ik besluit het te proberen, voor Helen.
‘Kan iemand haar zien?’ Ik tuur naar de menigte.
‘Ik weet niet eens hoe ze eruitziet!’ Elise haalt haar schouders op.
‘Lichtbruin haar, steil, waarschijnlijk in een paardenstaart,’ Zoë begint bovenaan.
‘Altijd bordeauxrode No. 7-lippenstift en gouden oorringen,’ vul ik aan. ‘Schoonheidsvlekje net onder haar linkeroog.’
‘Dat is mij nooit opgevallen.’ Elliot fronst zijn wenkbrauwen. ‘Zoals die op jouw lip?’
Mijn hand gaat naar mijn mond. Hij heeft hem gezien!
‘Ik dacht dat ze hier wel zou staan met haar klembord om ons allemaal af te vinken.’ Elliot ziet het voor zich.
‘Om ons daarna een kopie van ons reisprogramma te geven…’ Ik zie het ook.
‘Weet iemand wat ze voor ons in de planning heeft?’ vraagt Sasha.
‘Ze was er erg vaag over toen ik ernaar vroeg,’ geef ik toe. Ik realiseer me nu pas hoe vreemd dat voor Helen is. ‘Ze bleef maar zeggen dat ze het ons ging vertellen zodra we er waren.’
Ik wil het niet hardop zeggen, maar ik vermoed dat mijn verjaardag iets met al die geheimdoenerij te maken heeft – volgende week word ik dertig en Helen is zeker vastbesloten om die mijlpaal niet ongemerkt voorbij te laten gaan. Ik glimlach in mezelf – wat leuk dat het net zo’n grote verrassing voor de rest is als voor mij. Het maakt mij niet uit wat we doen, ik vind het al leuk genoeg dat we het allemaal samen doen.
Ik heb de gedachte amper afgemaakt wanneer Elise het plan alweer uit de lucht schiet.
‘Ik neem aan dat we de meeste dagen gewoon zelf onze gang gaan,’ voorspelt ze met een onderliggende bedreiging. ‘Ik bedoel, je kunt toch niet verwachten dat zes mensen allemaal dezelfde dingen leuk vinden.’
‘Dat is anders nooit een probleem geweest,’ werpt Sasha tegen, zich bewust van Elises poging om Elliot bij ons weg te kapen.
‘Ja, we hebben het altijd prima naar ons zin,’ Zoë en ik knikken instemmend. We willen haar graag laten merken dat we Elliot niet zonder slag of stoot laten gaan.
‘Ach, we zien elkaar ’s avonds vast wel,’ zegt Elise vleiend, terwijl ze zich achter Elliot verschuilt.
Sasha, Zoë en ik kijken elkaar aan. Ze wordt nooit een musketier, die Elise.
Elliot is zich ondertussen niet bewust van het getouwtrek om hem heen; hij staat nog steeds aan Helen te denken. ‘Ik vraag me af of ze voor ons gaat koken,’ peinst hij. ‘Ik droom al van haar braadstuk!’
‘Ooooo!’ Bij de herinnering daaraan beginnen we allemaal te kwijlen. En niet alleen om het eten. We hadden op zondag echt een vaste routine. Helen ging met het vlees aan de slag terwijl Elliot de krant haalde, daarna – zodra we onze buikjes rond hadden gegeten – schudde Sasha haar tas met gratis make-upspulletjes leeg die ze die week had gekregen en gaf Zoë ons een schoonheidsbehandeling, ook Elliot, terwijl wij de krant aan haar voorlazen. Vroeg in de avond haalde ik dan in de videotheek drie films – één comedy, één filmhuis, één klassieker – waar iedereen, behalve ik, om de beurt bij in slaap viel. Het was dan mijn taak om snel maar op levendige wijze de gaten in het verhaal aan te vullen. Ik vond het heerlijk! Ik was de wachtpost die nooit in slaap viel!
‘Weet je nog dat we dan zwoeren de rest van de dag niets meer te eten, totdat Helen weer binnenkwam met allemaal zelfgemaakte taart en…’
‘En nu doet ze het gewoon voor haar werk!’
‘Ik kan niet geloven dat ze een baan in de directiekamer heeft opgegeven om cakejes te gaan bakken,’ zegt Elliot lachend.
‘God, ik weet het. Ik zou alles in de soep laten lopen als banketbakker,’ kreunt Zoë.
‘Is Helen ook dik?’ Elise veert op.
‘Gewoon, maatje 40.’ Ik vind het geen probleem om haar weer even onderuit te schoppen. ‘Ze is gewoon ideaal voor deze baan, want ze eet zelfs nooit desserts.’
‘Ja, ze maakte altijd van die goddelijke taarten met chocolademousse zonder zelfs maar een vinger in het beslag te dopen,’ beaamt Elliot.
‘Niet dat ze niet van zoet houdt,’ voegt Zoë toe, ‘ze heeft alleen een enorme zelfdiscipline.’
Elise fronst haar wenkbrauwen: ‘Ik snap het niet. Waarom zou ze zich omringen met zoveel verleidingen? Weet je zeker dat ze niet een of andere eetstoornis heeft?’
‘Zeker niet,’ ik schud mijn hoofd. ‘Ze eet alleen geen zoete dingen.’
‘En toch bakt en kookt ze elke dag?’ Elise kan het maar niet begrijpen.
‘Ze kan het gewoon enorm goed,’ leg ik uit. ‘En ze maakt graag mensen gelukkig. Zoals ons, het was voor haar al genoeg om onze gezichten te zien glimmen wanneer we een hap namen van haar creaties.’
‘Dat is Helen, niet waar?’ zucht Sasha. ‘Ze vindt het fijn om haar vrienden blij te zien. Ik mis de manier waarop ze voor ons zorgde en zich met ons leven bemoeide. Het is niet hetzelfde via e-mail.’
We knikken allemaal instemmend en kijken hoopvol om ons heen, op zoek naar een bordje met Hel’s Beau-Belles erop, tussen de bordjes met Mr. Esposito en Familie Clarke. Niets.
‘Als ze er nog niet is, ga ik nog even naar het toilet.’ Elliot schiet weg.
Elise kijkt hem na tot hij in het herentoilet is verdwenen en trekt dan Sasha aan haar herderinnenmouwtje: ‘Heb je nog meer snoep?’
Ik wil dolgraag tegen haar zeggen: ‘Nee, en dat zou jij moeten weten, want jij hebt de laatste handvol naar binnen geschrokt!’ maar natuurlijk is Sasha veel te passief en antwoordt ze met een simpel ‘Sorry, alles is op!’
‘Ik weet niet waar je het allemaal laat!’ merkt Elise op, voordat ze haar snoepmissie voortzetten en vraagt wie er nog kauwgom heeft.
‘Er is daar een kiosk,’ zeg ik, en wijs achter haar.
‘O, het kan wel even wachten. Ik haal later wel wat.’ Ze wuift mijn suggestie weg totdat Elliot weer terug is. ‘Of wil jij nog iets, liefje?’
‘Wat?’
‘Wil je kauwgom, Mickey?’ koert ze, terwijl ze in zijn kin knijpt.
‘Ja, lekker. Ik kan die burrito uit het vliegtuig nog steeds proeven,’ zegt hij met een grijns.
‘Kun je dan ook wat voor mij meenemen?’ Elise duwt hem in de richting van de kiosk.
Madam lijkt er een ernstige afkeer te hebben om zelf iets te kopen.
‘Wacht! Ik kom met je mee,’ bied ik aan. ‘Nog meer die iets willen?’
‘Alleen water, spuitwater als ze dat hebben,’ zegt Sasha, terwijl ze haar portemonnee wil pakken.
‘Het is al goed!’ Ik wuif haar hand weg.
‘Haal ook even water voor ons,’ roept Elise Elliot na.
Haal ook even water voor ons! Wat zijn jullie – twee bulten, één kameel?
Duds. Nips. Tootsie Rolls. Die Amerikanen verzinnen wel erg grappige namen voor hun snoep.
‘Kijk hier eens, wie koopt er nou een reep die Big Hunk heet?’ tetter ik.
‘Jij, natuurlijk! Als cadeautje voor mij!’ antwoordt Elliot.
Ik giechel en word zenuwachtig. Dit is mijn eerste moment met Elliot alleen sinds De Aankondiging en ik heb het gevoel dat ik iets ontroerends moet zeggen en hem moet feliciteren. Ik probeer een paar zinnen uit in mijn hoofd, maar ik kan niet de juiste vinden die op een positieve manier de woorden ‘Elise’ en ‘verloving’ combineert. Dan rest mij maar één optie: lef!
‘Je gaat trouwen!’ Ik probeer Elliot op een speelse manier tegen de arm te stoten, maar door mijn ware gevoelens zet ik te veel kracht achter mijn vuist.
‘Au!’ gilt hij, en wrijft over zijn biceps. ‘Ja, ik ga trouwen. Sinds wanneer is dat reden om iemand in elkaar te slaan?’
Ik gniffel hardop, maar denk bij mezelf: ‘Wanneer de bruidegom niet wil luisteren.’
‘En, wat denk jij?’ vraagt hij. Hij draait zich naar me om en kijkt me even aan, alsof mijn mening hem op andere gedachten zou kunnen brengen.
Ik kijk weg, omdat ik niet wil dat hij mijn gevoelens van mijn gezicht kan aflezen.
‘Het is vreselijk!’ huil ik.
‘Wat?!’ snikt Elliot.
‘Die kauwgom, die is wintergroen!’ Ik wijs naar de verpakking die hij net heeft opgepakt.
‘Het smaakt allemaal hetzelfde, toch?’ Elliot fronst zijn wenkbrauwen en probeert de lijst met ingrediënten te vinden.
‘Smaakt naar allesreiniger, vermengd met wat luchtverfrisser,’ verzeker ik hem, dankbaar voor de afleiding. Ik kon hem niet het oogcontact geven dat hij wilde.
Snel probeer ik mezelf weer tot bedaren te brengen, voor het geval hij de vraag opnieuw stelt. Maar voordat hij daarvoor de kans krijgt, staat Elise al tussen ons in.
‘Waarom duurt het zo lang?’ zegt ze zeurderig, en ze grist de kauwgom uit Elliots hand. Ik kijk geamuseerd toe hoe ze het papier eraf scheurt alsof ze op zoek is naar het Gouden Ticket van Willy Wonka.
‘Lara en ik hadden het even over de bruiloft,’ vertelt hij haar.
‘Je hebt het haar nog niet verteld?’ Elises hand met de kauwgom blijft voor haar mond zweven.
‘Neeeee.’ Elliot schudt zijn hoofd.
‘Wat heb je me nog niet verteld?’ Ik begin te lachen. Kan het nog erger worden?
‘Niets!’ roepen ze in koor.
Ik voel me ongemakkelijk worden. Ik kan me amper voorstellen wat voor huwelijksdag Elise in gedachten heeft. Als ik de wedding planner zou zijn, zou ik kiezen voor een stomdronken ceremonie in Las Vegas; dan zou er nog een kans zijn om op het laatste moment van bruid te wisselen.
‘Bah!’ Elise spuugt, trekt een vies gezicht en trekt haar mond tot een streepje. ‘Wat voor smaak is dit?’
Ik glimlach in mezelf. Ik denk dat ik een nieuwe smaak heb ontwikkeld.
‘Helen is nog nergens te bekennen,’ zegt Sasha terwijl ze bij ons komt staan. ‘En nu zijn we Zoë ook kwijt.’
‘O nee!’ Elliot schudt zijn hoofd.
‘Die is aan het vip-spotten. Kan niet anders,’ is mijn logische conclusie. Ik schakel over naar paparazzimodus.
‘Lara, jij gaat met mij mee om in de aankomsthal te zoeken.’ Sasha trekt aan mijn arm. ‘Jullie twee blijven hier.’
Sasha neemt anders nooit de leiding, maar alles wordt duidelijk wanneer we de hoek om lopen en Zoë daar plat tegen de muur staat.
‘Snel!’ Ze wenkt ons.
‘Wat is er?’
‘Sasha wil ons iets vertellen.’ Zoë staat op knappen.
En Sasha eigenlijk ook. Het is lang geleden dat ik haar zo vrolijk heb gezien.
‘Toe dan…’ zeg ik.
‘Het is niet haar echte naam!’ vertelt ze ons vol trots.
‘Wat?’ We kijken haar met grote ogen aan.
‘Ik heb haar paspoort gezien.’
Ik wist wel dat Elise iets verborg.
‘Wat is het dan?’ Zoë hapt naar adem.
‘Zelfde letters, andere volgorde,’ zegt Sasha plagend.
‘O, ik hou van aneurysmen!’ Zoë klapt in haar handen.
‘Anagrammen,’ verbeter ik haar.
‘I-L-E..’ Zoë husselt de letters door elkaar.
‘Zegt het nou gewoon!’ Ik schreeuw het bijna, en kijk om me heen of de Eetjes nog wel bij de kiosk staan.
‘Het is…’
‘Wacht! Geef ons een aanwijzing!’ Zoë vindt het spelletje veel te leuk.
‘Ik gok dat haar moeder een grote fan was van Coronation Street.’
We blijven even stil en gillen dan uit: ‘Elsie!’
Sasha maant ons tot stilte en ik giechel: ‘O, mijn god! Als in Elsie Tanner?!’
‘Elsie Fake Tanner zul je bedoelen!’ Zoë gilt het uit.
O, wat is het toch heerlijk om even gemeen te zijn! We vallen bijna om van het lachen, kunnen amper blijven staan. Tijdens onze terugtocht naar de kiosk lijken we net drie oude vrouwtjes met krakkemikkige knieën.
‘Gaat het?’ Elliot kijkt bezorgd.
We knikken in plaats van iets te zeggen.
‘Niks?’
We schudden allemaal ons hoofd en Zoë jammert zachtjes, als een ballon die langzaam leegloopt.
Elliot fronst zijn wenkbrauwen. ‘Het is niets voor haar om te laat te komen…’
Plotseling horen we het geflapper van slippers en zien we armen de lucht in vliegen. Ik probeer me te focussen maar zie alleen maar een zongebleekte, verwilderde haardos die lijkt te hinniken van blijdschap.
We deinzen allemaal terug, waardoor de blonde geest stopt met op een neer springen. Ze blijft hijgend en grinnikend voor ons staan, wachtend op een reactie.
Ik zie sproeten. Nieuwe sproeten – haar huid is bruin, maar met rozige accenten, alsof sommige zonnestralen vanochtend door haar zonnebrandcrème wisten te dringen en ze nog geen tijd heeft gehad ze met een bruiningsmiddel in te smeren. Haar outfit is een pittige combinatie van felle citruskleuren. Ze ziet er glimmend en fris en onnatuurlijk gelukkig uit.
Elliot weet als eerste iets uit te brengen, en probeert heel voorzichtig het woord: ‘Helen?’
‘Kom hier eens jij!’ Ze gooit haar armen om Elliot en knijpt hem bijna fijn, alsof ze probeert een zitzak te laten knappen.
We kijken haar met open mond aan en komen wat dichterbij. We steken onze handen uit om haar aan te raken, alsof dat een sensorische herinnering zou kunnen activeren.
‘Ben je het echt?’ Ik zie haar schoonheidsvlekje tussen alle sproeten.
‘Lara!’ gilt ze en werpt zich op mij.
Hoewel de capuchon van haar shirtje het zicht belemmert, zie ik hoe Sasha en Zoë elkaar vol ongeloof aankijken, en dan op ons af rennen en meedoen met de groepsknuffel.
Elise kijkt verward, een beetje geïrriteerd dat zij niet op de hoogte was van de ‘voor’-foto’s van deze wonderbaarlijke metamorfose.
‘En jij bent vast de toekomstige mevrouw Harvey!’
Elise steelt mijn glimlacht en plakt hem op haar gezicht. Helen weet het? Ze weet dat ze verloofd zijn! Ze moet haar toestemming hebben gegeven, niet dat ze Elise ooit heeft ontmoet… Ik snap het niet. Waarom zou Elliot het haar eerder vertellen dan ons? Dan mij? En hoe kan Helen zulk belangrijk nieuws voor zich houden? Ze had me toch wel kunnen waarschuwen? Ik kijk toe hoe ze Elises arm pakt en denk, Wie is deze vrouw?
‘Maak je geen zorgen, ze hebben geen grap met je uitgehaald,’ troost Helen Elise. ‘Ik zie er een beetje anders uit dan een jaar geleden.’
‘Is dat een echte tattoo?’ Ik zie een golfmotief op haar enkel.
‘Hoe blijft die edelsteen op je teen zitten?’ Zoë zoomt in op het glimmende steentje.
‘Je ziet er geweldig uit!’ Elliot zegt wat we allemaal denken.
‘Bijna zo blond als jij, Sash.’ Helen aait over Sasha’s zijdezachte haar.
‘En bijna net zo bruin als ik!’ giechelt Zoë, terwijl ze haar arm naast die van Helen houdt.
Helen haalt diep adem, kijkt ons één voor één aan en barst in lachen uit. ‘Dus!’ grijnst ze, met sprankelende ogen. ‘Hoe was de vlucht?’
‘Vergeet de vlucht! Hoe is het met jou? Wat is er gebeurd?’
Ze wil iets zeggen, maar iets houdt haar tegen. ‘Ik vertel het jullie later.’
‘Nu vertellen!’ dring Zoë aan, nog steeds helemaal opgefokt door de ‘Elsie’-hysterie.
‘Ik vertel het bij de thee – de bruidstaart van het echtpaar Jensen is aangevallen door zeemeeuwen, dus we hebben lekker veel gratis gebak.’
Elises ogen beginnen te glimmen. De mijne ook – daar had ik niet aan gedacht: ik zou haar kunnen invriezen en dan op de pier neer kunnen leggen voor pikkende vogels…
‘Kom!’ Helen duwt me vooruit. ‘De auto staat buiten.’