28

De overval op het pompstation was geen algeheel succes. De verzetsstrijders slaagden erin de installatie op te blazen, een groot deel van de speciale apparatuur te vernietigen en verscheidene deskundigen te doden, maar ze verloren Brad. Toen ze probeerden weg te komen voordat de explosieven die ze hadden aangebracht de lucht in gingen, kwam de jonge man ten val. Terwijl hij met een gebroken been op een loopbrug zat en wist dat hij nooit meer weg zou kunnen komen, dekte hij de aftocht van de anderen. Ondanks Brads protesten hadden Sancho en Maggie terug willen gaan om hem op te halen, maar Ham Tyler wisselde een blik van respect met de ex-politieman uit en beval hen toen om door te lopen.

Een paar dagen later bonkte Polly Maxwell op de deur van Juliets kleine slaapkamer, die nog voller was geworden sinds het kleine bed door het matras van een tweepersoons bed was vervangen. 'Meneer Donovan! Meneer Donovan!'

Donovan kwam halfnaakt en op blote voeten te voorschijn. 'Wat is er?'

'Kom eens kijken! Op de televisie!' Ze rende meteen weer weg.

'Wat is er?' vroeg Juliet.

'Weet ik niet. Zo te horen erg belangrijk.'

Hij greep een overhemd en liep achter Polly aan, op de voet gevolgd door Juliet. De meeste leden van de groep zaten in de grote kamer naar een film te kijken.

Donovan bleef in de deuropening staan. 'Wat is er aan de hand?'

'Het komt zo, meneer Donovan. De film wordt er telkens voor onderbroken.' Josh Brooks keek naar hem op. 'Gaat u maar zitten.'

Mike liet zich op een gehavende fauteuil zakken. Een paar minuten later begon het scherm te flikkeren en kwam Diana's gezicht in beeld. 'Dit is een speciale mededeling van de Bezoekers,' zei ze.

Terwijl ze dat zei, trok de camera zich terug en bleek Diana een kind op haar schoot te hebben. Donovan verstijfde. Het was Sean. Diana streek liefdevol door het haar van de jongen. 'Wij zouden de hulp van alle mensen in Los Angeles en omgeving willen inroepen. Deze kleine jongen is ons hoofdkwartier binnengelopen en hij is op zoek naar zijn vader. Als iemand ons kan helpen de vader van deze jongen te vinden, zouden wij erg dankbaar zijn.' De film ging verder.

Vol walging zette Donovan het toestel uit.

'Wat gaat u nu doen, meneer Donovan?' vroeg Josh.

'Ik weet het niet, Josh,' zei Mike. 'Afwachten, denk ik. Diana zal ons op de een of andere manier wel laten weten wat ze wil. Ze zal het wel via de Vijfde Colonne laten uitlekken. Ik heb morgen een afspraak met Martin.'

Fran Leonetti keek hem aan. 'Wat denk je dat ze wil?'

'Ik weet het niet. Mijn hoofd op een zilveren schaaltje, misschien.'

Juliet zei niets, maar ze begon met zachte vingers zijn nek te masseren.

-

'Nou, wat zei hij?' vroeg Elias, toen Donovan de volgende dag van zijn ontmoeting met Martin terugkwam.

Donovan zat aan de tafel en keek niet op van de blocnote waar hij keer op keer de letter 'V' in schreef. 'Diana heeft het aan het hele Moederschip bekend gemaakt. Ze wist natuurlijk dat het ons zou bereiken. Als ik niet in een persoonlijke advertentie in de krant van donderdag laat weten dat wij met hun voorwaarden akkoord gaan, zal Sean sterven.'

'Ze zouden geen kind doden!' zei Maggie, maar ze keek meteen aarzelend om zich heen. 'Of wel?'

'Die hagedissen zouden zo ongeveer alles doen om hun doel te bereiken,' zei Elias. 'Wat willen ze, Mike?'

'Mij. Ze willen ruilen. Wij noemen de tijd en plaats. Zij brengen Sean daarheen en laten hem vrij. Ik ga met hen mee.'

'Verdomme.' Elias' commentaar scheen voor iedereen afdoende te zijn. Er viel een minutenlange stilte in.

Toen richtte Donovan zich op. 'Ik denk niet dat ze hem zullen doden,' zei hij langzaam. 'Ze hebben mijn moeder als hun woordvoerster nodig, en hoe corrupt Eleanor ook is, ze zal nooit dulden dat ze haar enige kleinkind doden. Ik doe het niet.'

'Mike, nee!' Juliet greep zijn pols vast. 'Geloof me, ik weet hoe moeilijk die beslissing je valt, maar zo is het niet!'

'Je moet Eleanors waarde voor hen niet overschatten, Mike,' zei Robert Maxwell hoofdschuddend. 'Zodra Eleanor Dupres moeilijk gaat doen, zal Diana haar meteen aan de kant zetten.'

'Robert heeft gelijk,' zei Elias. 'Het hart van die dame is zo koud als het heelal. Ze zou Sean meteen doden.'

Donovan keek om zich heen. 'Jullie weten wat ze met me gaat doen. Ik zou binnen de kortste keren in die bekeringscel zitten, of in de folterkamer met de snijbrander. Of ze zouden me een waarheidsserum toedienen. Ik weet te veel! Als ze me laat praten, zal ik alles vernietigen wat we hebben opgebouwd.'

Hij dacht een ogenblik na. 'Er is een oplossing.' Hij trok een grimas. 'Dat ik daar niet eerder aan heb gedacht!' Hij trommelde nerveus op de tafel en keek hen toen met een kalme blik aan. 'Ik zou vergif kunnen innemen,' zei hij.

Hij wendde zich tot Juliet. 'Ik zou vlak voor de uitwisseling iets moeten innemen dat me zou doden voordat ze iets uit me konden krijgen. Wat zou daarvoor geschikt zijn?'

'Een overdosis van een heleboel dingen zou dat effect hebben. Cyanide met een omhulsel zou het beste zijn, als we daaraan kunnen komen,' zei Juliet automatisch, maar toen schudde ze heftig met haar hoofd. 'Wat zeg ik toch? Daar kan geen sprake van zijn! Vergeet het maar, Donovan, vergeet het maar!'

'Maar...'

'Ik zei "nee" en dat is definitief, Mike. Er zijn nog veel andere oplossingen. Je vergeet Martin en de Vijfde Colonne.'

'Maar...'

'Trouwens, we kunnen zorgen dat jouw informatie weinig waard is, Donovan,' zei Juliet. 'We verhuizen ons hoofdkwartier opnieuw, en jij weet niet waarheen. We veranderen de details van onze langetermijnplannen. We veranderen de bankrekeningen, en de codes. Dat kan best.' Hij keek haar sceptisch aan. 'Het kan,' zei ze. 'Je moet dit niet moeilijker voor ons maken dan het al is.' Ze maakte een abrupt gebaar en richtte zich op. 'Het is al moeilijk genoeg om tegen je te zeggen dat je je moet aangeven. Misschien zien we je wel nooit meer terug.'

'Hé.' Hij pakte haar hand vast. 'Goedje hebt me overtuigd. Maar je moet me niet zo gauw afschrijven, Juliet. Het zou niet de eerste keer zijn dat ik uit dat Moederschip ontsnap. Misschien lukt het me nog een keer. Misschien kan Martin me helpen.'

'Hoop je,' zei Elias kalm.

'Ja. Dat hoop ik.'

-

De uitwisseling zou 's avonds plaatsvinden op een afgezet viaduct van een snelweg. Ham Tyler en Juliet waren de enige verzetsstrijders die openlijk met Donovan meegingen. Voor alle zekerheid hadden ze Elias en Sancho als verborgen scherpschutters opgesteld. Toen de lichten van het patrouilleschip het afgesproken teken gaven, liet Ham de lichten van zijn bestelwagen knipperen en zei hij tegen Mike: 'Daar heb je ze.' Hij aarzelde nog een ogenblik en zei toen: 'Het spijt me dat we dit moeten doen, Donovan.'

'Dat weet ik.' Mike stak hem zijn hand toe. 'Pas goed op de anderen.'

Toen hij zich tot Juliet wendde, waren woorden overbodig. Hij kuste haar en begon aan de lange wandeling over de brug. In de verte kon hij een kleine gestalte zien naderen. Sean.

Donovan versnelde zijn pas en tuurde tegen het felle licht van het patrouilleschip in. Tegen de tijd dat hij het gezicht van de jongen kon onderscheiden, was hij al gaan rennen. 'Sean!'

Hij greep de jongen stevig vast en tilde hem van de grond.

'Pa ...' Sean keek Donovan aan. 'Pa, ik ..

'Hé ...' Donovan streek wild door het dichte bruine haar van zijn zoon. Zijn keel zat zo dicht dat hij eerst geen woord kon uitbrengen. Toen herinnerde hij zich nog iets en hij haalde de gehavende baseballpet uit zijn zak. 'Hier. Die heb ik voor je bewaard.'

'Pa ...' Seans ogen waren nat.

'Nou, ik moet weer verder. Je ziet er goed uit, jongen. Zeg tegen Juliet dat ik zei dat je naar de kapper moet.' Hij kuste de jongen op zijn wang, drukte hem nog een keer tegen zich aan en liep toen verder, de felle schittering van de zoeklichten tegemoet.

-

Eenmaal aan boord van het Moederschip werd Donovan grondiger gefouilleerd dan hij ooit had meegemaakt. Ten slotte mocht hij zich weer aankleden en werd hij naar een cel gebracht.

De tijd had geen betekenis meer. Donovan vroeg zich in het begin nog af waarom hij niet onmiddellijk werd gefolterd, maar na een aantal perioden waarin hij sliep en wakker was besefte hij dat Diana een veel groter begrip van de menselijke psychologie had dan hij had gedacht. Door hem zonder een horloge in een constant verlichte cel alleen te laten zou ze zijn weerstandsvermogen uiteindelijk volkomen afbreken. Zonder prikkels van buitenaf kon hij alleen maar piekeren over wat er met hem ging gebeuren. Het enige waaraan hij kon merken dat de tijd verstreek waren de stoppels op zijn kin.

Ten slotte werd hij op een dag opgeschrikt door het geluid waarmee zijn deur werd opengeschoven. Een Bezoeker bracht een dienblad met eten binnen. Donovan ging op zijn brits zitten en keek de nieuwkomer argwanend aan. Het buitenaardse wezen keek ernstig terug. 'U hebt geen bezwaar tegen het weer hier?'

Tot zijn verbazing vond Donovan bijna automatisch het goede antwoord. 'Alleen 's nachts.'

'Dan bent u dus geen nachtmens.'

Donovan keek hem grijnzend aan. 'Allemachtig, wat is het goed om vrienden te hebben! Heeft de opperleguaan je gestuurd?'

De Bezoeker knikte toen hij Donovans codenaam van Martin hoorde. 'Ja, ik ben Oliver. Maar ik ben bang dat ik slecht nieuws voor je heb, Donovan.'

'Wat bedoel je?'

'Terwijl jij hier opgesloten zat, heeft Diana aan een nieuw waarheidsserum gewerkt dat volgens haar altijd effect heeft. Ze gaat het uiterlijk morgen op je uitproberen.'

Donovan slikte iets weg. 'Dat lijkt me niet best.'

'Nee. En sinds je vorige ontsnapping is de beveiliging aan boord van het Moederschip verdrievoudigd. Deze keer zou er een complete gewapende aanval aan te pas moeten komen om je vrij te krijgen. Het spijt me, maar dat kunnen we niet voor één man riskeren.'

'Ik begrijp het.'

'We kunnen het ons ook niet permitteren dat onze vrienden hier op het Moederschip worden ontmaskerd.'

'Dat begrijp ik ook.'

'O ja? Nou, dan begrijp je ook waarom ik je dit moest brengen.'

De Bezoeker haalde een kleine groene capsule uit zijn zak. 'Wij zijn geen doders, Donovan. Je moet zelf beslissen.'

Donovan keek naar het kleine stukje in gelatine verpakte dood. Hij haalde diep adem.

Donovan greep naar de capsule. Juist toen zijn vingers hem aanraakten, ging de deur weer open. Een van Diana's adjudanten, Jake, stond met getrokken pistool op de gang. Oliver draaide zich met een ruk om, waarbij zijn elleboog per ongeluk de pil uit Mike's hand stootte. Voordat Oliver zijn eigen wapen kon trekken, vuurde Jake en zakte Oliver op de vloer.

Donovan wierp zich door de kamer, zijn ogen op de wegstuiterende capsule gericht. Hij greep hem, maar Jake zette zijn laars op zijn arm. De Bezoeker bleef op Mike's hand staan wachten tot Diana de cel binnenkwam. 'Het spijt me, Donovan. We kunnen je niet zonder een laatste biecht laten gaan.'

Een paar minuten later zat Donovan vastgesnoerd aan iets wat een verontrustende gelijkenis met een tandartsstoel vertoonde. Diana keek hem glimlachend aan, terwijl haar laborant een injectie voorbereidde. 'Ik stel voor dat je je ontspant, Donovan. Het zal geen enkel verschil maken of je gespannen bent of niet. Na deze injectie zul je meer geneigd zijn met ons mee te werken, en dan gaan we eens gezellig met elkaar praten.'

De deur van de ondervragingscel ging open en Martin kwam binnen. 'Dit zijn de rapporten waar je om vroeg ...' Hij zweeg en keek doodsbang in het gezicht van Donovan.

'Dank je, Martin. Kun je hier nog even blijven om me te helpen? Je kunt me helpen met de namen van de geografische posities waar Donovan en ik het over gaan hebben.' Diana gaf een injectie in Mike's arm.

'Zoals je wilt, Diana.' Martin stond roerloos naar Donovan te kijken. Minutenlang voelde Mike helemaal niets - toen begon hij een lichte warmte op zijn gezicht te voelen. Hij voelde zich erg ontspannen - als iemand die zojuist uit een verkwikkende slaap is ontwaakt. Tot zijn schaamte besefte hij dat hij een erectie begon te krijgen.

Diana keek naar zijn fysieke reacties en knikte. 'In orde. Hoe voel je je, Donovan?'

'Prima,' zei Mike. Het had geen zin om al te gaan liegen voordat het nodig was.

'Goed. Laten we het eens hebben over het begrip waarheid. Je gelooft in de waarheid, nietwaar, Donovan?'

'Hangt ervan af wat voor waarheid het is.'

Ze boog gracieus met haar hoofd. 'Slim. Maar het serum is nog niet helemaal actief. Wat is je volledige naam?'

'Michael Sean Donovan.'

'Wat een mooie Ierse naam. Je moeder heeft me over je vader verteld, en hoe hij aan die namen is gekomen.' Diana glimlachte. 'En hoe oud ben je?'

Zesendertig ... zesendertig ... zesendertig ... gilde het door Mike's hoofd, en zijn mond had de grootste moeite de woorden te vormen. 'Ze ... Zevenen .. .ddd .. .dertig.'

Diana hield haar hoofd schuin. 'Wat interessant! Een leugen! Donovan, ik had geen betere proefpersoon kunnen kiezen. Wat voor kleur haar heb je, Donovan?'

'Blauw.' Donovan zei het vlug, zonder na te denken.

'Echt waar?'

'Bruin.' Mike kromp ineen toen hij het zichzelf hoorde zeggen.

Ze glimlachte en streek door zijn haar. 'Ja, een mooie kleur bruin. Zo is het beter. En vertel me nu eens over de Vijfde Colonne, Donovan. Is er een Vijfde Colonne aan boord van mijn schip?'

'J... ja.' Vanuit zijn ooghoek zag Donovan dat Martin een kleine krampachtige beweging maakte.

'Dat wist ik al... maar er is iets wat ik nog niet wist. Wie is hun leider, meneer Donovan?'

Het zweet liep over Mike's gezicht. Hij deed zijn uiterste best om zijn lippen op elkaar te houden.

'Wie is de leider van de Vijfde Colonne, Donovan?'

Donovan hapte naar adem, en de naam ontsnapte hem. 'Martin.'

Martin had zijn wapen al in zijn hand toen Diana zich verbaasd naar hem omdraaide. Diana's laborant sprong met een wapen in zijn hand op de Vijfde Colonnist af, maar Martin dook achter de ondervragingsstoel en schoot eerder dan hij. De Bezoeker zakte in elkaar. Diana rende naar de deur, maar Martin vuurde nog een schot op haar af, sprong achter haar aan en sloot het deurpaneel.

Martin bevrijdde Donovan, die de wereld inmiddels door een rozig waas bekeek, uit zijn riemen en trok hem mee naar een ventilatierooster. Hij tilde hem in het rooster en duwde hem naar binnen. Hij hoorde Donovan vloeken en toen met een lallende stem zeggen: 'Nee, niet weer in die vervloekte ventilatiekoker, Martin ... Als die dingen er niet waren geweest, zou ik nooit in deze rotzooi zijn terechtgekomen ... ik wil naar huis ...'

De Bezoeker trok Donovan door de koker tot hij een van de grotere gangen had bereikt en rechtop kon staan. Inmiddels was Mike gaan giechelen. 'Je bent stoned, Donovan,' zei Martin. 'Verdomme, kun je je voeten niet een beetje optillen?'

Donovan keek met een wazige blik naar zijn voeten. 'Maar ze zijn zo zwaar!'

Martin zuchtte, pakte Donovan eenvoudigweg op en zwaaide hem over zijn schouder. Hij liep zo snel mogelijk door de tunnels. Achter zich hoorde hij een irritante zoemtoon. Hij draaide zich vlug om en keek waar het vandaan kwam.

Plotseling werd het hem duidelijk, en Martin, die niet wist of hij moest lachen of vloeken, rende verder, begeleid door Donovans vreedzame gesnurk.

-

'Juliet!' riep Harmy vanaf de gang van het nieuwe hoofdkwartier. Juliet, die in haar nieuwe laboratorium een lever bestudeerde die ze uit het lichaam van een dode Bezoeker had gehaald, verstijfde.

'Ik kom eraan! Wat is er?'

Toen ze op de gang kwam, zag ze Robin vol afschuw naar een groene gelatine-achtige plas bij haar voeten kijken. Harmy ondersteunde het meisje en zei: 'Haar vliezen zijn gebroken, Juliet! Ze moet bevallen!'

Juliet sloeg haar arm om Robins schouders. 'Ga Cal, Robert en Willie halen!' beval ze. ‘Ik breng haar naar het kleine lab, waar de onderzoekstafel staat.'

Nadat Juliets eerste onderzoek had bevestigd dat Robin ongeveer twee centimeter ontsluiting had, konden ze alleen nog maar afwachten. Robert bleef aan de zijde van zijn dochter, en Juliet ging een paar uur liggen, hoewel ze niet kon slapen. Ze had een voorgevoel dat het een lange nacht zou worden.

Dat werd het. Robins vliezen waren kort voor de middag gebroken. Om middernacht was haar ontsluiting nog nauwelijks toegenomen. Juliet onderzocht haar en schreef haar een halve dosis Demerol voor, in de hoop dat het geneesmiddel Robin de kans zou geven om tussen de weeën door wat rust te nemen.

Om vier uur in de morgen onderzocht ze haar opnieuw en ontdekte toen dat de ontsluiting van het meisje nog altijd twee centimeter was. Robin was uitgeput; ze had wallen onder haar ogen en het zweet stond op haar voorhoofd.

Toen er om zes uur nog geen enkele vooruitgang bleek te zijn, keek Juliet met een diep bezorgde blik naar Cal en ging ze met hem naar een hoek van de kamer. 'Het is nu zestien uur aan de gang, Cal, en er is nog geen merkbare vooruitgang. De foetus blijft koppig op zijn plaats zitten. Ik ben bang dat we het met de keizersnede moeten doen.'

Een half uur later stond Juliet naast haar patiënte en had ze de scalpel in haar hand. Ze drukte het mes in de huid en beet op haar lip toen het bloed te voorschijn kwam. Ze maakte een snelle, trefzekere snede en zag hoe de lagen vlees en spieren opzij weken. 'Spons, en wegzuigen. Ik moet de baarmoederwand vinden.'

Ja, daar had ze hem. Ze stak haar linkerhand in de incisie en mat de diepte. Ze kon het probleem nu ook zien. Robin was een beetje nauw, niet zijdelings, maar van voren naar achteren. De ronding die het hoofd van het kind moest zijn, hing schuin achterover.

'Geen wonder dat ze zo'n pijn leed,' zei Cal, die het ook zag. 'Het arme kind.'

'Goed, ik moet het openmaken. Hier ...' Juliet greep naar de ronding en plotseling had ze een glibberig rode baby in haar handen. Juliet tilde het op. 'Het is een meisje! Zuig haar mond af!' Harmy, die haar ook assisteerde, deed het, en de baby begon te piepen, om meteen daarop een serie ijle, verontwaardigde kreten te laten horen.

'Is ze in orde?' vroeg Robert met een bezorgde blik in de richting van zijn dochter.

'Zo te zien wel,' zei Juliet. Ze keek toe terwijl Harmy het gezicht en het lichaam van de baby schoonveegde. Gelukkig hield ze de baby daarbij boven de couveuse, want de baby deed plotseling haar perfecte roze mondje open en er schoot een lange reptielentong naar voren!

Harmy liet het kind bijna vallen, en Willie, die dicht bij haar stond, sprong naar voren om de baby uit haar trillende handen over te nemen. Juliet wierp Cal een wanhopige blik toe en dacht aan Robins reactie, als ze wakker zou worden en haar dochter zag.

De buik van het meisje ging onder Juliets vingers op en neer!

'Wacht even, er zit nog wat anders!'

'Een tweeling?' Cal boog zich naar voren.

'Geen wonder dat er zoveel foetale beweging was.' Juliet greep nog wat dieper en voelde een tweede ronding. Toen het kind uit de baarmoeder te voorschijn begon te komen, liet Juliet van verbazing haar mond openvallen.'O God! Wat is dat?'

Het wezentje was klein en groen als een reptiel. Het had kleine klauwtjes en er zat een kam op zijn hoofd. Toen Juliets trillende handen zich rond dat hoofd verstrakten, keken twee blauwgroene, heel menselijke ogen haar aan.

'O, Jezus. Ik ...' Juliet beet op haar lip en wendde haar ogen af. 'Hoe is dit mogelijk?'

Ze gaf het wezen aarzelend aan Willie, die de enige was die het wilde aanraken. Cal stond er geschokt naar te kijken. 'Dit is onmogelijk, Juliet!'

'We hebben een patiënte, Cal,' zei Juliet, die de grootste moeite had zich onder controle te houden. 'Robin heeft ons nu nodig. We praten hier later over.'

'Goed, Juliet.' Hij begon haar weer te assisteren.

'Hechtingen klaar?'

'Ja. Hier.'

Ze werkten door en keken geen van beiden naar de twee kleine wezentjes waar Willie en Harmy zich over hadden ontfermd. Robert Maxwell stond bij het hoofd van zijn dochter en hield haar hand vast. De tranen op zijn gezicht glommen in de genadeloze gloed van de lampen boven de tafel.

-

'Mike! Weer een patrouille! Terug!'

Donovan trok een vies gezicht toen hij, niet voor het eerst in de afgelopen tien dagen, tot aan zijn heupen in de zwarte modder stapte. Zijn voet gleed uit over de gladde metalen bodem, en als Martin hem niet vlug had vastgegrepen, zou hij zijn evenwicht hebben verloren. Toen ze de andere kant van het afvoerkanaal bereikten, kropen ze op het smalle zijpad en maakten zich daar zo klein mogelijk terwijl ze naar de naderende Bezoekers keken. De modder was een deugdelijke maar ook bedwelmende camouflage in de duisternis van het diepste ruim van het Moederschip. Toen de Bezoekers hen waren gepasseerd, luisterden ze naar de wegstervende echo's van hun voetstappen op de dekplaten.

Huiverend van de kou volgde Donovan Martin over het smalle pad. Hij keek naar zijn vriend. Martin huiverde niet - daar was hij niet op gebouwd - maar Donovan had gemerkt dat de aanhoudende kou hem traag en onwennig maakte.

Toen ze de betrekkelijke veiligheid van een reusachtige pomp hadden bereikt, zakten ze beiden in elkaar. Donovan sloot zijn ogen; de energie van de angst trok als bloed uit zijn lichaam weg. Nog een paar dagen en hij zou niet meer de energie hebben om zich ergens te verstoppen.

'Goed dat je ze hoorde, Martin. Ik had er niets van gemerkt.'

‘Ik heb ze niet gehoord, Mike,' zei Martin. ‘Ik voelde de vibratie van hun voeten.'

'Nou, hoe je het ook deed, je hebt ons gered.' Donovan boog zich naar achteren en luisterde - en toen hoorde hij het. 'Martin! Watergedruppel! Deze kant op!'

Ze kropen tussen het labyrint van buizen door, op zoek naar het bijna onhoorbare geluid. Toen ze het bereikten, gaf Mike een teken dat Martin eerst moest gaan. 'Jij mag eerst, omdat je ons hebt gered.' Donovan keek niet toe terwijl Martin het water oplikte dat van een vochtige buis drupte; de aanblik van Martins tong gaf hem nog steeds een onbehaaglijk gevoel. Hij hoorde een snel geritsel van kleine pootjes en voor hij er erg in had, zag hij Martin met ongelooflijke snelheid zijn hand uitsteken om de rat te grijpen. Het diertje piepte en spartelde in de greep van de Bezoeker. Donovan keek er met medelijden naar.

Martin glimlachte begrijpend. 'Je vindt het vervelend om te kijken. Ik ga wel een eindje van je af zitten.'

'Nee, dat hoeft niet. Ik ben jou meer verschuldigd dan ik ooit kan terugbetalen. Als jij me die rantsoenen niet had gegeven die Lorraine je had toegestopt, en als je zelf niet had geleefd van wat je in deze troep kon vinden, zou ik nu niet meer leven. Het is gewoon een kwestie van wennen.'

Uit respect voor Donovans zwakke maag maakte Martin de rat eerst af en slikte hem toen pas door. 'Onze volkeren zijn in sommige opzichten erg gelijk,' zei hij, 'maar in andere weer heel verschillend.'

'Wat is jullie voorgeschiedenis? Hebben jullie altijd een hard bestaan gehad en altijd tegen elkaar gevochten?'

'Nee, onze geschiedenis was juist nog vreedzamer dan die van jullie. Tot Onze Leider kwam. Nu hebben we de Vijfde Colonne aan boord van de schepen, en thuis hebben we de Alliantie.'

'De Alliantie? Wat zijn dat, interstellaire marxisten of gewoon progressievelingen?'

'Het zijn degenen die het niet met de Leider eens zijn. Ik denk dat jij ze nogal gematigd zou vinden. Ze kantten zich tegen het plan om de Aarde over te nemen. Ze bestaan vooral uit het meer ... intellectuele deel van onze samenleving. Ze hebben goede ideeën - maar ze zijn niet snel geneigd om daarvoor te vechten.'

'Maar als ze zich aansluiten bij de Vijfde Colonne, waar veel militaire deskundigen zoals jijzelf in zitten, dan

'Misschien,' zei Martin met een zucht. 'Maar wat heeft het voor zin om nu aan hen te denken? Ze zijn lichtjaren van ons vandaan, en ze hebben geen schepen en erg weinig wapens.'

'Ze kunnen ons dus niet helpen,' zei Mike.

'Nee,' antwoordde Martin.

'Maar misschien zouden jullie hén kunnen helpen. Als jullie een van de Moederschepen zouden kunnen overnemen ...'

'Dat zou hen geweldig helpen in hun verzet tegen de Leider - maar de kans dat het ons zou lukken is uitermate klein.'

'We komen hier wel weg,' zei Donovan, al geloofde hij het zelf niet helemaal. 'Misschien zal Lorraine ons nog meer voedsel kunnen brengen, en nog meer wapens ...'

'Ze heeft de vorige keer een ongelooflijk risico genomen. Ik heb haar gezegd dat ze dat geen tweede keer moet doen.'

'Ze heeft lef.'

'Ja.'

'Jullie hebben allemaal lef.'

Ze zwegen een hele tijd. Donovan merkte dat hij steeds slaperiger werd. Hij vocht ertegen. 'Hoeveel langer denk je dat we het hier in het Moederschip kunnen uithouden?'

'Ik weet het niet. Als jij me niet wakker hield en je lichaamswarmte niet met me deelde, zou ik allang in een winterslaap zijn weggezakt. Ik kan het hier waarschijnlijk langer uithouden dan jij, doordat ik de ratten kan eten die uit de laboratoria zijn ontsnapt, maar als jij er niet meer bent, zal er niemand meer zijn die me wakker houdt. Dus dan ben ik ook verloren.' Martin keek hem aan. 'Vind je het erg om een tijdje te praten? Ik moet wakker blijven.'

'Ik ook,' zei Mike. 'Waar wil je over praten?'

'Ik zou jullie mensen graag wat beter willen begrijpen. Vertel me eens iets over jezelf. Wat maakt je bang ... en waarom? Wat heb je geleerd sinds dit alles is begonnen?'

'Ik kan me niet meer herinneren hoe het vroeger was. Het is net of het altijd zo is geweest,' zei Donovan. 'En er zijn een heleboel dingen die me bang maken.' Hij dacht een ogenblik na. 'Ik ben bang voor de dood. En ik ben ook een hele tijd bang geweest om te dicht bij andere mensen te zijn. Maar dat is de laatste tijd minder geworden.'

Hij keek naar zijn handen en ging verder: 'Ik ben bang dat ik tekortschiet. Er hangt zoveel van ons af. Ik ben altijd al bang geweest dat ik zou falen.

Daardoor werd ik nogal roekeloos. Waarschijnlijk is dat ook de reden waarom mijn huwelijk is mislukt. Ik heb altijd gedacht dat het Maggie's schuld was, maar nu ik erover nadenk .. .' Hij krabde in zijn baard en zweeg een hele tijd.

Na een tijdje vroeg hij aan Martin: 'Nu is het jouw beurt. Wat maakt jou bang?'

'Dat ik er verkeerd aan doe als ik tegen mijn eigen volk vecht - tegen mijn eigen leiders.'

Donovan keek hem aan. 'Doe me een lol en denk daar niet te veel over na zolang we hier nog zitten.'

Martin glimlachte.

Donovan aarzelde. 'Weet je, ik heb er werkelijk spijt van dat ik je zo in de narigheid heb gebracht. Als ik in dat lab mijn mond had gehouden ...'

'Daar kon jij niets aan doen. Uiteindelijk zouden ze me toch wel ontdekt hebben.'

Er ritselde weer een rat over een van de buizen boven hun hoofd. Donovan keek op en verkeerde in tweestrijd. Martin nam zijn pistool en bood het Donovan aan. Donovan haalde zijn schouders op, knikte en schoot de rat dood.

Hij pakte het verschroeide kleine diertje met een gezicht vol walging op en gaf Martin zijn pistool terug. 'Nou ... in elk geval is hij al gebraden.' Donovan nam zijn zakmes en begon de huid van het knaagdier te stropen.

Na zijn onsmakelijke maaltijd viel Donovan in slaap. Martin, die wist dat hij niet stil mocht blijven zitten, zwierf urenlang door het ruim van het Moederschip. Hij bevond zich dicht bij een van de luiken toen hij opeens een klein metalen kastje zag dat aan een balk was vastgemaakt. Hij maakte het opgewonden open en vond twee kleine, in plastic verpakte bundeltjes. Hij ging meteen naar Donovan terug.

Mike werd wakker doordat Martin voorzichtig met zijn voet in zijn zij porde. 'Wakker worden, Donovan! Kijk eens wat ik heb gevonden!'

'Wa ...' Hij draaide zich op zijn zij en voelde hoe de restanten van de rat als een klont door zijn maag rolden.

'Kom.' Martin maakte een ongeduldig gebaar. Onder het lopen legde hij uit: 'Ik heb een van de oude nooduitgangen ontdekt. Daar kunnen we door ontsnappen!'

'Waar heb je het over?'

'Een verouderd ontsnappingssysteem. Die dingen worden niet meer gebruikt sinds ze meer hangars hebben gebouwd en het aantal patrouilleschepen hebben opgevoerd. Het is een systeem van luiken en parachutes. Ik heb een van die luiken gevonden, en de parachutes waren er nog!'

Versuft van de slaap en van voedselgebrek liep Donovan achter hem aan. Eindelijk bleef Martin staan. Hij wees naar een luik in het dek. 'Help me even dat wiel ronddraaien.'

Ze moesten er minutenlang aan trekken voor het wiel met veel gesis in beweging kwam. Ze draaiden het snel rond en trokken het luik omhoog.

De frisse lucht stroomde naar binnen. Beneden hen zagen ze alleen lucht en wolken, en ver, ver weg, als de bodem van een put, de grond. Van deze afstand leek de grond zo onecht als een landkaart.

'Hier, doe dit aan,' zei Martin, en hij stak zijn armen door de riemen die aan het plastic pakje waren vastgemaakt. Vervolgens trok hij een andere riem uit een gleuf in de zijkant en bevestigde die met een klik aan zijn borst. 'Wat goed dat ik die parachutes heb gevonden! Ze moeten hier al zo'n twintig jaar gelegen hebben.'

'Fantastisch,' zei Donovan, die zijn eigen riemen vastsjorde. 'Zit er ook garantie op? Er zit niet eens een reserveparachute bij.'

'Ze gaan heus wel open. Dat moet. Kom maar, Donovan. Nog een stap. Hij gaat open als je aan de gesp trekt.'

'We raken verward in de bodem van het schip ...'

'Nee, de eerste duizend meter maken we een vrije val.'

'Een vrije val?' Donovan keek een beetje angstig. 'Ga jij maar eerst, Martin. Ik volg je wel.'

'Goed, Mike.' De Bezoeker liep om het luik heen om beter te kunnen springen. Maar toen hij zag hoe angstig Donovan naar beneden keek, gaf hij hem opeens een trap, zodat hij halsoverkop naar buiten duikelde. Martin hoorde Mike's kreet van verontwaardiging, woede en angst, en grijnsde. Glimlachend stapte hij door het luik en ging zijn vriend achterna.